De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 29 maart pagina 13

29 maart 1930 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

E E DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 29 MAART 1930 de di m' va H. dr in H de Z\ o. va ma jac wil 3 ver en en de kiji vai dai wa; is f gen me tro rar Verdwijnende Romantiek in Zuid-Amerika "TTEERTIG jaar geleden lag het allergrootste V deel onzer aarde nog ver van de groote verkeersaderen af. Het leven der oorspronkelijke bevolking kon toen nog op uitgestrekte gebieden onbeinvloed door onze blanke beschaving zijn voortgang hebben en zich handhaven. Waar d;e beschaving doordrong ging de daardoor ontstane verandering langzaam aan, dikwijls nauwelijks merkbaar voor de betreffende volken zelf. Met de komst van de auto bleek al spoedig al dat oude voor goed tot vernietiging en ten ondergang ge-doemd. Al dadelijk deed zich dit gelden in het land, waar het nieuwe vervoermiddel het eerst een massa product is geworden. Een voorbeeld moge dit duidelijk maken. Men weet, dat toen de indianen ?der Vereenigde Staten tenslotte allen naar de reservaties waren gedreven, hun juist daarom zulke afgelegen landen werden toegewezen, omdat die niet door den spoorweg werden bereikt. Althans, dit was een der redenen. Ook werd in vele gevallen bij contract vastgelegd, dat op zoo'n reservatie .geen spoorweg mocht worden aangelegd. Daardoor kwam het, dat sommige stammen, zooals de Pue blo's, de Hopi's en de Navaho's van het ZuidM^esten nog lang en betrekkelijk onveranderd oude ^eden en gewoonten konden handhaven. Met de komst van de Ford zijn al die voorheen moeilijk te naderen gebieden bereikbaar geworden, en nu komen er elk jaar. meer nieuwsgierigen naar die streek, en is de regendans der Hopi's een kijkspel voor blanken geworden. Door allerlei instellingen worden geregelde sight-seeing tours per auto naar ?de verst afgelegen reservaties georganiseerd. Men kan zich voorstellen, wat er binnen eenige jaren van dit alles over is. door Dr. A. Perdeck Een Indianen-opperhoofd op de thee bij Dokter Dickey en zijn vrouw En zooals het in dat land gaat, gaat het overal: van ons eigen Indië(Balie !) af tot in de donkere bosschen langs de Amazone beginnen de toeristen door te dringen. Inplaats van enkele avonturiers. natuurvorschers of ingenieurs, komen er nu al hier en daar heele drommen automobilisten, die zonder eerbied, zonder kennis, geleid door nieuws gierigheid of door hun commercieele instincten den -weg voor onze beschaving banen. Dat alles staat nu ook het nog zoo weinig bekende ?continent van Zuid-Amerika te wachten. Zelfs in zulk een sterk ,,vereuropeaniseert" land als Argentiniëheb ik nog menschen gekend, die zich den tijd wisten te herinneren, dat er nog ,.wilde" Indianen vlak ten zuiden van Buenos Aires stonden. Oedurende mijn verblijf in dat land kon men er nog niets beginnen zonder paarden. Het paard vormde nog het middelpunt van heel het leven en verleende juist die eigenaardige bekoring aan het leven daarginds. Er waren toen nog groote steden. ?waar de fiets en de auto nog in 't geheel niet of pas voor het eerst waren doorgedrongen. Al die plaatsen konden daardoor vooral hun eeuwenoude cachet bewaren. Wie, die zoo'n Spaansch-Amerikaansch stadje in dien tijd gekend heeft, za,l niet met spijt er aan denken, hoe de auto ook daar de rust en het karakter moet hebben verstoord? En niet alleen de auto, maar in den laatst en tijd ook de vliegmachine. Men hoeft daar in ZuidAmerika tegenwoordig niet meer op het voltooien der wegen te wachten, want de vliegmachine begint in die ongebaande streken een hoe langer hoe belangrijker rol te spelen. Vijf jaren geleden," zegt de schrijver van een verleden jaar verschenen boek, werd de man, die van Cochabamba in Boliviënaar de rivier de Beni vertrok door de inwoners als een toekomstig zelfmoordenaar be schouwd, en als hij zijn plaats van bestemming Een Jivaro-Indiaan en zijn vrouw. De jongen is ongeveer 14 en het meisje n jaar bereikte, mocht hij van geluk spreken, indien hem die reis slechts drie weken had gekost. Vandaag kan men over die streek in een paar uren heen vliegen, volkomen veilig, en dan in een tamelijk gezellig hotel eten en slapen, inplaats van op de gastvrijheid van Indianen te vertrouwen, die niet at'keerig waren van menschenvleescli. Nog maai' een jaar geleden was de reis van Lima in J'eru naar Iquitos aan de Amazone (ten uitputtend werk. te voet, te paard en in cano's, en men had er vijf tot zos weken voor noodig. Op het oogonblik verlaat men, dank zij autobussen en vliegmachines, l.ima in den morgen en komt in den namiddag van den derden dag veilig en wel i n een hotel te T <i ui tos aan." En hij voegt er terecht aan toe, dat binnen eenige jaren geregelde sight-seeing trips naai' de dorpen der Indianen in het hart van de wildernissen der Amazone-rivier georganiseerd zullen worden en dat de streken, die nu alleen bekend zijn aan de beesten der wildernis en aan de naakte Indiaansclie jagers het winterverblijt' van de rijke menschen uit het noorden zullen worden. Wat er dan voor goed aan romantiek verdwenen zal zijn kan men uit het genoemde boek zien, 1) De schrijver, A. Hyatt Verrill, is een Amerikaan, wiens eerste expedities in hoofdzaak aan de natuur lijke historie waren gewijd, maar die later voornamelijk voor het Indiaansche Museum te New-York (lieve Foundation) heeft gereisd. Meer dan dertig jaren trekt hij nu al door Middenen Zuid-Amerika, en heeft, volgens den uitgever, al zestig boeken over de door hem bezochte streken geschreven. Het onderhavige boek. Thirli/ Yearxin the Jungle, geeft een zeer uitvoerig overzicht van al die reizen. Het is vooral waardevol door zijn beschrijvingen van de verschillende» Indianen stammen, zooals die tot voor kort nog overal leefden. Verder is het vol van belangwekkende ontmoet ingen en avonturen, die het bock tot een prettige reislectuui' maken, al zal geen vakman, naar ik vrees, er iets nieuws in vinden. Hetgeen dan ook niet de bedoeling van den schrijver is geweest. Ongeveer tegelijk nu-t het bovengenoemde is er bij denzelfden uitgever een ander boek over ZuidAmerika verschenen, dat geheel anders van opzet is. Het is getiteld The JMitsudvcnliireit of ti iropical Medlco, 2) en het geeft de herinneringen van een Amerikaanschen arts, Dr. II. .S. Dickey, die een kwart eeuw lang in allerlei streken van ZnidAmerika zijn. praktijk heeft uitgeoefend, voorna melijk onder de Indianen. Daar hij. in tegenstelling met den eerstgenoemden schrijver, meestal alleen was, heeft hij heel wat gevaarlijker avonturen te boeken, avonturen.dio hij op een zeer eenvoudige en bescheiden manier weet te verhalen. Zijn ergste ervaringen staan in verband met de rubber schandalen in den Putumayo, waarvan hij ongewild gedurende langen tijd getuige is geweest. Hij heeft Een Indiaansche dans later den bekenden Sir Hoger Casement in diens, door de Engelsche regecring gelaste onderzoek, bijgestaan. Zoo krijgen wij hier voor het eerst door een betrouwbaar getuige een verhaal van binnen uit over die vreeselijke gebeurtenissen, toen honderden Indianen, mannen, vrouwen, en kinde ren op de gruwelijkste manier gemarteld en gedood werden ten einde de Kngelsche aandeelhouders van de l'utumayo Kubbcr Maatschappij hoogere dividenden te verschaffen. Later, gedurende den lerschen opstand in den wereldoorlog is Sir Roger Casement (waarvan de schrijver ons een belang wekkende karakterschets geeft) door de Engelschen gevangen en opgehangen. Een Sinn Feiner verklaarde mij, jaren geleden, dat niet de opstand maar wraak over de onthullingen over den Putu mayo de eigenlijke aanleiding tot den moord op den lerschen ridder was geweest. Zeker is. dat die onthullingen zoowel voor de Engelsche regeering als voor het Engelsche volk in het algemeen een niet gewcnschten loop namen. Maar hier wordt ons in dit boek toch weer het ergste er van be vestigd. Dit gedeelte geeft het reisverhaal natuurlijk een sombere kleur. Maar alles bij elkaar wisselen licht en schaduw elkaar ook hier at'. Juist door zijn beroep is deze dokter in de gelegenheid geweest op een uiterst intieme wijze met de inboorlingen om te gaan, vooral ook. toen zijn vrouw hem later in hun dorpen vergezelde. In dit opzicht is dit boek misschien wel iets waardevoller voor den lezer dan het bovengenoemde. Overigens vullen beide uitgaven elkaar uitstekend aan e.n /.ij geven den lezer een volledig beeld van de verdwijnende romantiek van Zuid-Amerika. Kinderen van de Cuiapo--Indianen 1) A. Hyatt Verrill, Thirti/ Yeiirs in the Jungle. Londen 1929. John L<me. 2) II. S. Dii-key, The Misailvenlures of a Tropical Medico. Londen, 1929. John Lane.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl