Historisch Archief 1877-1940
No. 2557
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 5 APRIL 1930
Zouden ze terugkomen
door Dr. P. Thijsse
..&_De Grielen
WIE zich heeft aangewend,
om buiten te letten op het
leven van planten en dieren, heeft
altijd kans op genotvolle
oogenblikken. Wie zich dat heel goed
heeft aangewend en naast een be
hoorlijke gave van gevoel en ver
beelding ook nog besef heef t van
landstreek, werelddeel, aardbol, zal
wel vinden dat ,,genot" hier nog
een veel te zwakke uitdrukking is.
Wij gevoelen dat het best in den
heldhaftigen tijd van den vogeltrek.
Eigenlijk duurt die trek het heele
jaar door. l)e laatste wintertrek
kers uit Noord en Oost ontmoeten
hier de eerste leiiteboden en
sprieten of wielewaden zijn nauwelijks
begonnen te broeden of spreeuwen
en kievitten scholen weer samen
voor den herfsttrek. Maar er zijn
enkele perioden, waarin de bewe
ging op zijn sterkst is, en wel omstreeks l April en
21 October.
Daarom stellen wij in deze dagen zoo dikwijls
de vraag: ,,,Zouden ze terugkomen?" Voor de
meesten behoeven we geen zorg te hebhen. Maar
er zijn enkele vogelsoorten, en wel meer dan
gezoudt denken, die ieder jaar in geringer aantal komen
en die, wanneer we niet oppassen, wel eens geheel
zouden kunnen wegblijven en een daarvan is de
geheimzinnige en prachtige schemervogel. de griel.
Deze steLlooper heeft in
Nederland en in het tegen
over ons liggende deel van
Engeland zijn westelijkst on
noordelijkst grensgebied.
Hij komt ook voor in het
Mecklenburgsche, maar al
niet meer in
Sleeswijk-IIolstein en Denemarken, ver
toont zich daar als zeldzaam
zwerver, liet vermoeden is
gewettigd, dat hij daar wel
zou kunnen gaan broeden.
want de Kuropeesche
vogelwereld dringt na den ijstijd
nog altijd op naar Noord
en West. Zoo hebben wij
o.a. de groote voldoening,
dat in de laatste jaren de
lepelaars ook in Denemarken zijn gaan broeden,
een fraai bewijs voor de levenskracht en het
levensrecht van onze lepelaars in Naai dermeer en
Zwanewater. Het is dus wel de moeite waard ge
weest, om die landschappen Ie vrijwaren voor het
vernietigingswerk, niet van de menschheid, maai'
van sommige menschen.
Nu zijn de grielen op zijn minst even merk
waardig als de lepelaars, maar zij zijn bij ons veel
minder talrijk en blootgesteld aan veel meer
gevaar. Wanneer het doenlijk is, om ze te bescher
men, mogen we dat dus niet nalaten.
Ze komen tegenwoordig alleen voor in on/.e
duinen. Veertig jaren geleden waren ze nog zoo
talrijk, dat een oplettend wandelaar altijd wel
een kans had ze te zien te krijgen, soms bij
troepjes tegelijk en als je eenmaal geleerd hadt hun
roep goed te onderscheiden van die dei1 wulpen.
dan kreeg je de overtuiging dat ze bij Schoori en
Bergen, bij Castricum, Velzen, ((verveen, Vogelen
zang, Noordwijk, Wassenaar nergens ontbraken.
De grielenbevolking van dien tijd kan veilig ge
schat worden op /.est ig tot tachtig families.
Dat is nog niet veel, maar tegenwoordig halen
ze niet eens het dozijn. De oorzaken van dien
achteruitgang zijn velerlei en het spijt mij te
moeten zeggen, dat n ervan is: de verhoogde
belangstelling en het drukke verkeer in het duin.
Griel bij jong en aangepikt ei
Twee jonge grieltjes
De griel legt zijn tweetal eieren
gewoonweg in het zand, dikwijls
op een open plaats. Die eieren, ook
de jongen en de broedende vogel
(rnits hij zijn oogen dicht houdt)
zijn beveiligd door mooie schut
kleuren. Maar aan het menschelijk
oog ontsnapt niet veel en zoo zijn
dan onze grielenhuishoudens zoo
veel en zoo langdurig bespied en
befotografeerd, dat sommige er wel
door te gronde zijn gegaan.
Nu hebben de grielen hun voor
naamste vestiging in de duinen van
de Amsterdamsche Waterleidingen
daar waren ze heel veilig, zoolang
er geen wandelaars werden toege
laten. Thans kan iedereen een ver
gunning krijgen om in de Amster
damsche wiuplaats te wandelen en
dat is op zichzelf heel mooi en
goed. Het is echter juist ook voor
die wandelaars wenschelijk, dat de
duinen een zoo rijk mogelijke begroeiing, een dieren
leven van groote verscheidenheid bevatten. Het
gebied is duizenden hektaren groot en kan. onder
gewijzigde omstandigheden van waterwinning nog
wel eens tot een oiiovertreffelijk park worden ge
maakt. Maar nu lijkt het mij de plicht van het
Amsterdamsche Gemeentebestuur, om de grielen,
die zich in Nederland nergens zoo goed thuis voelen
als in die Amsterdamsche duinen, te behoeden
tegen ondergang. In zekeren zin zijn die grielen
wel van evenveel belang
als het Kokin.
Er zit niets anders op,
dan dat in het groote ge
bied het tamelijk kleine
stuk, waar de meeste grielen
broeden, wordt afgepaald,
buiten de wandel vergun
ning gehouden en gedurende
den broedtijd bewaakt. Wij
hebben van dergelijke maat
regelen al dikwijls de goede
uit werking gezien. Wanneer
het beschermde gebied niet
te klein genomen wordt,
dan kan in korten tijd de
grielenbevolking weer toe
nemen, daarvoor staat de
talrijkheid van de
Kngelsche grielen borg. Natuurlijk is de Vereeiiigiiig tot
Bescherming van vogels bereid, om bij de uit
voering van dit plan op alle mogelijke manieren
behulpzaam te zijn.
Nu lijkt het wel onvriendelijk, om den wande
laars de gelegenheid te benemen, om grielenhuis
houdens van nabij te zien. Maar daarvoor krijgen
ze de kans. om in den na/.omer op allerlei plaatsen
in het duin grieleiitroepjes te ontmoeten. Bovendien
kunnen er in een jaar of tien wel Weer zooveel grielen
gekomen zijn, dat ze ook buiten het beschermde
gebied gaan broeden, wanneer daa.r ten minste nog
genoeg woestijnachtige plekken bestaan.
N.V. KON. KWEEKERIJ M O E R H E l M
DEDEMSVAART
TUINARCHITECTUUR
Onze nieuwe beschrijvende catalogus met
Kunstbijlage is zooeven verschenen en
wordt op verzoek gratis toegezonden.
Orders boven 110.?levering franco station.
TRAM-IDYLLE
Met dertien mensehen oji een rot baleon
Jln over honden/ jaar zijn ?rr allen dood.
Drie meiKJex ran de II.JS.^., de COH
(ïlanxt /// d'r haren blond en zirart en rood.
Ki')> l'leine l;i>r>i»nn>i. Imaxiend nn<ir 't x/n/i/i»,
l:'en, mtioie x»ul nni /////.s- en armen Wout,
Ken Kloof in d'r katoenen irerkjajion.
/?-.'n oce;' honderd jaar zijn //r allen i/uod.
Een kicastri// heertje niet een n-andelstolc.
Vier heilseildalen, redders in den nood,
J', n op zeebeenen, bij de o}>eti deur.
Kamet o/i z'n prn'nn de arijze eemdwlenr.
L)'r t/aan veel //////,'A1/1 .s-/7/////e// in n //o/V.
En ot'er honderd ?/////? ~ijn tee allen dood.
IL E UMAX MlDDESDOtiP
CHAMPAGNE KRUG&CQ
REIMS ,
IN KWALITEIT AAN DE SPITS!
AGENTEN FONNE5& ZOONL GRONINGEN
KRONIEK
Ilclioiul van Xat nu rsolioou
DE vorige week was het de Dien der t'trechtsche
academie en bij deze feestelijke, schoon niet
ongewone, gelegenheid hield prof. Dr. A. \. i'ulle
een rede over ...Mensch en Natuur." die. schoon
feestelijk, misschien ook niet ongewoon geweest
ware, hadde niet de professor het middengedeelte
zijner speech gereserveerd, om af te geven o]) wat
men. tegenwoordig ..natuurvrienden" noemt, zijnde
de actieve vechters voor het behoud va.n
..natuurschoon." Dat was dan het ongewone in die rede.
die overigens veel schoons bevatte. Prol'. l'ulle
zeide ongeveer- ..... als men de N. l i. C. gvlooven mag
dat de ware" nat uurvrienden zooveel behoud
van natuurschooii niet van noode hadden, omdat
zij zoo weinig in aantal waren. ..Daarom is het
onnoodig groote offers te brengen, voor den aan
koop van landgoederen teneinde ze intact te
bewaren voor de natuurbewonderaars. d.ie nog
overvloed van plaats hebben. We kunnen niet
eindeloos doorgaan met groote stukken land aan
de productie te onttrekken....", aldus luidt
het verslag, en. ook al wil men den hooggeleerde
niet- zoo dadelijk verdenken aandeeleii in een
Burgerbouwmaatscha,ppij te hebben, zoo /al men
toch moeten toegeven, dat dit een zonderlinge
uiting is. Immers de ..productie" hier bedoeld,
kan geen andere zijn, dan huisjesbouwei'i.j op
verkavelde landgoederen ten bate der kleine bur
gerij, voor welk wanbedrijf de spreker dan eenige
sympathie schijnt te koesteren. In diezelfde stem
ming hield vervolgens prof. l'ulle den
natuurvrienden voor, dat ,.de natuur geen schilderij en
geen bouwwerk is. waaraan elke verandering de
gedachte stoort, die schilder of bouwmeester in het
werk hebben neergelegd."
De natuur verandert zich zelf voortdurend, en wij menschen,
die aan de verandering meewerken , kunnen niet met
zekerheid zeggen of ons werk de schoonheid van het L'eluel zal
vermeerderen of verminderen. De indruk, die een >tuk
natmtrschoon on ons maakt, is bovendien zon gecompliceerd, van
zooveel factoren afhankelijk, dat wij niet in ^taat ;'.ijn de
details voldoende in ons geheugen va^t te legden. /onora er
iets is veranderd, herinneren wij ons niets van den \rucgtren
toestand. De sentimeuteele conservatieven [exen inde over
tuiging, dat elke verandering er ceu ten kwade is llnnaanlal
is, gelooft spr., niet groot, maar hun stem is luid en klinkt
boven honderden uit en hnn verontwaardiging imponeert de
massa. Het komt bij hen niet op. dat de mens;li, die nood
gedwongen nu en dan natuursehoon moet vernietigen, in
staat is, nieuw natuiirschoou te scheppen.
Het ligt waarschijnlijk aan het verslag, dat dit
alles een weinig verward klinkt. .Maar liet doet
in elk geval tol de hoofdza.ak niet af. dat een vuig
commercial isme en een blinde verkeer^nutt iu'heid
overal wegen aanleggen willen om hard over te
rijden en overal terreinen ..openen" om villa'! jes
lieer te strooien. Tenzij prof. l'ulle i Vrof. Vuile zei
J'anta rei) dit een ..nieuw natuurschoon" zou
willen heet en. Wijders beloonde zich de professor
voorstander van wegen /.onder boomen. die hol
uitzicht ilia.ar belemmeren. Autorijders hebben /e
nml. niet noodig en verder is een boomlooze weg
veel mooier, (ietuigo de nieuwe weg \;m
naar (Yailoo. /.ei de prof. en hij mag hope
geen huisjes langs gezet
een jaar of wat weer een>
misschien nieuw natuursch
De zaak is: wij moeien
onvermijdelijke van overbev
snelverkeer, die elk hun ruimte en l
eischen. maar wij willen niet verplicht
rden. Laat hij over
gaan kijken o!' daar
on is bijgekomen.
wel berusten in het
lking, democratie en
lijkheid
worden.
vin
en ook.
CODN VAN DER ÓLUYÖ. DEN
NOORDE1MDC 162
MAAC
NORMAAL?5ERIE MEUBELS.
O.M. hUISKAMEQÓ 241 C.U SLAAPKAMER