De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 10 mei pagina 17

10 mei 1930 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

No. 2762 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 10 MEI 1930 De laatste strijd der Apache-Indianen door Dr. A. Perdeck OT het begin der vorige eeuw waren de Apachen nog een der machtigste en tal rijkste Indianen-stammen, gevreesd door alle blanken in het Zuid-Westen der Veieenigde Staten en in het Noorden van Mexico. Hun on verzoenlijke houding tegenover de blanken dateert van de eerste komst der Spanjaarden in de zestiende eeuw. Telkens en telkens weer verdreven zij door hun voortdurende aanvallen en rooftochten de Spaansche en later de Amerikaansche settlers van hun gebied. Uit onzen tijd zijn vooral de opstanden onder de aanvoerders Cochine, Victorio, Ceron'mo (= Hieronimo) en Nana, in de laatste helft der negentiende eeuw bekend. Hun strijd was toen allang hopeloos, hun gebied door blanken over stroomd, de bison en al het andere wild door de blanken zoo goed als uitgemoord, maar, in tegen stelling met de meeste andere stammen, groeven de Apachen den strijdbijl telkens weer op en be traden opnieuw het hun zoo vertrouwde oorlogs pad. Zelfs in 1900 deed nog een troep, die zich niet onderworpen had, een aanval van hun schuil plaats in de bergen uit op een nederzetting van Mormoonsche boeren in den staat Chihuahua in Mexico. Maar het heeft natuurlijk niets mogen baten; juist hun opstandigheid heeft gemaakt, dat zij er in elk opzicht veel slechter aan toe zijn, dan de tot denzelfden hoofdstam der Athabaskors behoorende Navaho-Indianen. Deze laatsten leiden tegenwoordig een betrekkelijk goed bestaan in datzelfde Zuid-Westen en, mag men de officieele berichten gelooven, nemen zij zelfs m aantal toe. Maar van de Apachen is nu niets meer over dan een vijf of zesduizend haveloozo ongelukkigen, door ziekte en beschaving feitelijk geheel ge degenereerd en in aantal snel afnemend. Het is heel goed mogelijk, dat dit treurig einde in ieder geval voor deze Indianen was weggelegd; dan zou de komst dei' blanken dit lot slechts ver haast en niet veroorzaakt hebben. Want door al die eeuwen heen is deze stam bitter weinig in cultureel opzicht vooruitgegaan. Hun hoofdbezig heid was de jacht, hun grootste ontspanning de oorlog. Lang voor de komst der Amerikanen voerden de Apachen ook onder elkaar en met andere Indianenstammen oorlog. Tot hun bitterste vijanden behoorden de Comanchen; deze waren het, die de Apachen langzamerhand van du vlakten van Texas naar de bergen in het Westen dreven. Kn dat vechten onderling ging voort ook nadat zij reeds van alle kanten door de blanken werden bedreigd. Tenslotte moest dus wel de kracht van dezen stam breken. Toen kwamen ook de door de blanke settlers meege brachte ziekten duizenden slachtoffers eischen, zoodat men van de eens zoo groote natie in 1881 nog geen 30.000 zielen telde. Op een paar kleine groepen na accepteerden deze toen het onver mijdelijke en woonden nu geruiinen tijd vreedzaam genoeg op de hun toegewezen reservaties in Arizona en Nieuw-Mexico. * * * De rust was echter niet van langen duur. Xooals het overal op de Indianerireservaties in de Vereenigde Staten is gegaan, zoo ging het ook hier. Allerlei bureaucratische vergissingen en fouten werden door de centrale regeering in Washington ook ten opzichte van de Apachen-reservaties gemaakt; ook hier werd de administratie en de handhaving der orde toevertrouwd aan ambte naren en beambten, die niet voor hun taak be rekend waren. Bovendien bevonden zich er maar al te velen onder, die alleen aan persoonlijk voor deel dachten en zich oji de schandelijkste manier ten koste van de aan hun hoede toevertrouwde natuurkinderen verrijkten. Ken paar voorbeelden; Zoolang de Indianen nog niet op andere wijze in hun levensonderhoud konden voorzien, werden hun, vooral in de eerste tientallen jaren der reservat iepolitiek, rantsoenen verstrekt. Ook kregen /.ij. in theorie althans, landbouw werktuigen en iindere benoodigdheden, die /.e in staat moesten stellen een nieuw leven op de reservaties te beginnen. Maar een groot deel der rantsoenen werd door den Agent on zijn handlangers openlijk aan de blanke buren verkocht en de werktuigen verdonkere maand. Bij de leveranties zelf werd al dadelijk vreeselijk geknoeid. Ook kan men begrijpen, dat al deze belanghebbenden ten zeerste gekant waren tegen de politiek, die de Indianen self supporting" wilde maken. Terwijl dus den Indianen officieel werd medegedeeld, dat zij moesten trachten landbouwers te worden of zich de veeteelt of een ander vak moesten eigen maken, werden ze in alle pogingen daartoe belemmerd en konden ze de conclusie trekken, dat ook hier hun blanke broeders weer met twee tongen spraken. Geen wonder dat zij moedeloos en verbitterd worden. Daarbij kwamen dan nog tal van andere grieven. Stukken land, die hun eerst waren toegewezen. werden hun plotseling weer ontnomen, en dan moest zoo'n heele groep weer verhuizen, meestal naar een nog onvruchtbaarder gedeelte. Kortom: Het opperhoofd Hieronimo ook bij de Apachen herhaalde zich hot spel van de heele Amerikaansche Indianen-politiek: cor ruptie, bedrog, een niet begrijpen van eikaars motieven, voortdurende wrgissingeii en geohikaneer. * * * Zoo braken dan telkens weer oproeren uit. Troepen Indianen verlieten hun reservatie. trokken roovend, moordend on vechtend naai- het /uiden, verborgen zich in de bergen of overschreden de grens van Mexico, waai' zij soms heele dorpen plunderden. Amerikaanseho soldaten achtervolg den ze dan, en volgens een overeenkomst met -.Mexico, hadden de/.e dan verlof om ook de grens te overschrijden. Die soldaten en bun aanvoerders behoorden tot de op de i-eseivaties gestat ioneerde regimenten. In hen hadden de Apachen menig maal hun vrienden gevonden, wanneer de blanke settlers uit de buurt weer eens een zoogenaamde ..posse" hadden geurgilniseerd. feitelijk niet geen ander doel dan een nioordeampagne onder de roodhuiden te houden. Ook bij de vervolgingen hadden de soldaten slrikle orders liet leven der Indianen zooveel mogelijk [<? sparen. In-lgeeii /e dan ook deden. O\er het algemeen \\aivn die zoo genaamde Indianen-ooHo-en gemoedelijker, dan men hier vaa k (als ge v olg van het le/.eii der bekende romans) denkt. In elk ge\;il werd bij de aehteiYolging van de bier bedoelde troepen Apachen weinig gevochten. Wanneer ze de belofte ontvingen, dat hun grieven zouden worden weggenomen, dan lieten zij zich weer gewillig een plaats op de reservaties aanwijzen. Gebeurde er dan opnieuw iets, dat hun niet beviel, of vreesden zij straf voor de ee,n of andere overtreding van de voorschriften der blanken, dan wist zoo'n troep weer naar de bergen bij of in Mexico te ontkomen. Zoo had de troep, die Hieronimo als zijn opperhoofd be schouwde, in 1881 een der officieren van de politietroepen gedood, en was toen, na eeriige schermutse lingen met Amerikaansche cavalerie naar Mexico gevlucht. Eenige jaren later verklaarden zich deze Indianen bereid weer naar de reservatie terug tegaan. Onder begeleiding van een troep Amerikaaiischo soldaten (die ze o.a. tegen de altijd vijandige boeren uit den omtrek moesten beschermen) bereikten deze Apachen de reservatie. Maar tot wanhoop van den bevelvoerenden officier stonden zij er op, dat H50 stuks vee, geroofd van Mexicaansche boerderijen, mee moesten ! Deze betrekkelijk: onschuldig lijkende geschiedenis was in hoofdzaakde aanleiding tot de laatste campagne in de ..oorlogen" tegen de Apachen. Amerikaansche regeeringsambtenaren verklaarden, dat het vee gestolen was en confisceerden het. Bureaucratische domheid beging hier weer een van die vele fouten, die voort spruiten uit oen niet begrijpen van een primitief ras. Want voor Hieronimo eii zijn makkers. was dit vee evenmin gestolen", i?t de betoekenis, die blanken aan dit woord hechten, als het wild, dat zij vingen of schoten. Toen het vee dus met geweld werd weggevoerd, konden zij daarin niets anders dan een van de trouweloo/.e handelingen der blanken zien. Dit, tezamen mot kleinere grieven, maakte, dat Hioronimo oen jaar later met l lli andere Indianen de reservatie verliet, waaruit de heele campagne, die zijn naam draagt. het gevolg was. De officier, die in de/.e campagne de hoofdrol speelde, en nu tevens een del' weinig overlevenden van de Apachen-,.oorlogen" is. heeft onlangin een dooi' do l'nivorsiteil van Vale bewerkt en uitgegeven boek, oen verslag van den veldtocht gegeven. (Kritt/on Davirs. The trut h about Gei onimo). In hot voorwoord somt hij de geschiede nis aldus o]i: ,.ln de/.e campagne hielden t't/t\i/(leiiiij 'iiuitimtt. en ticht /uil irolirtixHi'n ol ont/ere joiujcnx, belemmerd door do zorg en hol onderhoud van ]01 vrouwen en kinderen, met geen basis voor voedselvoor ziening 011 geen middelen om oorlog te voelen ol ander voedsel of vervoermiddelen te krijgen dan die. Welke zij aan hun vijanden ontnamen, geduren de achttien maanden stand, tei/en i'ijfilii.i,~cnd inau troepen, geregelde 011 ongeregelde, vijfhonderd 'iiiuii J)t(liuiiiiNclic hulptroepen eti, een onbekend aantal burgert*." De daden van moed. volharding on bewonde renswaardige scherpzinnigheid, die de. Apachen in dezen veldtocht volbrachten, worden nu alge meen door allo geschiedschrijvers erkend. Hiero nimo zelf is al lang in eere hersteld en menscheii zooals de bovengenoemde officier zien in hem niet langer een bruinen bandiet, maar een held, die 't nog niet zoo mis had in zijn optreden tegen over de Amerikanen. Maar teil tijde van de ge beurtenissen zelf was van eenige waardcering geen sprake; integendeel, ook nu bleken de blanken weer trouweloos. De Apachen gaven ton slotte te erkennen, dat zij tot onderhandelingen bereid waren. Allerlei beloften werden hun namens de regeering van Oom Sam gedaan, maar tegen alle door de onderhandelingen gewekte verwacht ingen in, worden niet alleen /.ij, maar ook vele der Apachen, die do, Amorikaanselte troepen terzijde, gestaan haddon, in gevangenissen geworpen, naai Klorida gedeporteerd, enz. Later zijn de over geblevenen naar andere resei-vat ies gebracht. De meeste Apachen /.ijn tegvnwoordig weer op reser vaties m hun oude gebied, in Arizona en Nienw.Mexieo, te vinden, een geheel gebroken en ten onder gebracht volk. VERZOEKE ALLE STUKKEN vooii DE REDACTIE IN TE ZENDEN AAN HET SECRETARIAAT VAN ,,D H G R O P: N E A M S T E R D A M M E B" K K I Z E K SGRACHT .'i 55. AMSTERDAM.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl