De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 17 mei pagina 17

17 mei 1930 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

r i?. i** jF. * W-H. K. F. i» Radio en Grammofoon ' e Van oipe klanken en nie|iwézangen & ;"'f ' " ?-. / : door Maurits Hamburg Het Joodsche koor op H. M. T. DE moderne' Joodsche muziek is, wat karakter betreft, in twee rubrieken te verdeelen; zij demonstreert zich, óf als synagogaal gezang, of als volkslied. Beide zijn meestal ontstaan op Oost-EuropeeschJoodschen bodem, beide ook, in het algemeen, volwaardig en rijp voor de moderne concertzaaal. Toen het koor van de Groote Synagoge te Am sterdam, onder leiding van S. H. Englander, in het openbaar begon te concerteeren, voerde men van Joodsche zijde hiertegen de bedenking aan, dat alleen de synagoge de wijdende sfeer kon bieden, waarin het Joodsch-sacrale gezang mocht worden ontvangen en dat een uitvoering daarvan in de concertzaal een niet toelaatbare profanatie was. Deze overweging is niet juist. Geen mensen immers zou er aanstoot aan nemen, indien een Joodsch Geestelijke voor een belang stellend, niet Joodsch publiek een verhandeling over een psalm bijvoorbeeld zou houden. En fei telijk heeft de komponist, die dienzelfden psalm muzikaal heeft bewerkt, niets anders gedaan: hij heeft, in zijne conceptie van den tekst, een kommentarieerende, muzikale illustratie geschreven. En bovendien, Israël heeft eens de wereld de schatten van zijn Boek geschonken. .. zou het dan een profanatie zijn, anderen de schoonheid ook van zijn gewijde kunst te openbaren? Indien men zich verzetten zou tegen de uit voering van den synagogalen zang in de concert zaal, dan diende men evenzeer een dergelijke voor dracht van het Joodsche Volkslied als minder gewenscht te veroordeelen. Het Joodsche volkslied is het lied, dat ontstaan is en ontstaat midden uit het volle leven van den Jood, het lied, dat geboren en gegroeid is in een sfeer, waarin Thora en Levensessence, Jodendom en Levensprogramma identiek zijn. Het Joodsche levenslied is steeds gesluierd in een sfeer van devotie. De klaterende klanken van vreug de, het krijten en kreunen van smart het is ver heven en gedragen door de wijdende sourdine van de Joodsche Levensziel; de Joodsche levensziel, die, hoe ook de eeuwen van het verleden en de dagen van het heden het vokslichaam zochten neer te beuken in wreed-wellustig "begeeren, in ongetemde reuzenkracht behouden is gebleven. Het Joodsche volkslied moge, theoretisch, van profaan karakter zijn, in werkelijkheid doortrilt het eenzelfde religiositeit, als de levenssfeer van den Jood, die leeft. . . en lijdt door zijn geloofs overtuiging. * * * Het is, achteraf beschouwd, een geluk geweest, dat, toen eenige jaren geleden omstandigheden, die hier niet ter zake dienende zijn, het koor van de Groote Synagoge te Amsterdam in de verdere ontwikkeling en uitbreiding van zijn artistieke taak ter Synagoge, belemmerden en stremden, het ensemble een ander expansieterrein heeft gezocht en gevonden. Daardoor immers werd het Nederlandsch publiek in de gelegenheid gesteld, met het Joodsche Volkslied in zijn eigenaardige en volle artisticiteit kennis te maken. Op de laatste om standigheid vooral moet groote nadruk worden ge legd. Want ontzaglijk en schrikwekkend wordt er op dit terrein geliefhebberd en gedilettanteerd in de ongunstigste beteekenis van het woord. Dit koor nu, ook voor het niet-Jpodsche en buiten-Amsterdamsche publiek niet onbekend door zijn radio-uitvoeringen, heeft voor de His Masters Voice" gezongen. Er zijn vier platen in den handel gebracht, elk met twee nummers. Slechts twee van deze num fcHAKEL HEIUGEWEG 11-17* AMSTEQDAM Kleermakerij B« ons verkrijgbaar N. R. V. MONTA SCHOENEN mers worden ook in de Amsterdamsche Synagoge ten gehoore gebracht; de andere zes hebben door dit koor uitsluitend op concerten hun weg gevonden en thans, gegrift in de ebonieten plaat, zullen zij ook verder hun weg vinden naar muziekliefheb bers. Want in het algemeen moet worden gecon stateerd, dat de opnamen goed zijn geslaagd. Het is daarom wel jammer, dat het tempo der grootste platen wel wat in de verdrukking is gekomen door de beperktheid in tijd gedurende de opname. Aan den anderen kant was dit euvel niet gemakkelijk te ondervangen geweest. Een symphonie bijv. kan bij de opname zonder veel bezwaar in een aantal stukjes worden geknipt; met a capellazang is dit minder gewenscht vanwege het gevaar van zakken, dat niet denkbeeldig is. Het ligt niet in mijn bedoeling, zooals trouwens ook al reeds de titel van dit opstel aantoont, de platen zelf verder aan een gedetailleerde bespre king te onderwerpen. Ik moge, wat dat betreft, volstaan met op te merken, dat het voor hen, die de prestaties van Englanders koor kennen en waardeeren, aan geen twijfel onderhevig is, dat de platen van dit ensemble, concerteerend thans buiten de synagoge, met eigen solisten en dus onder de gunstigste kondities, de werkelijkheid zeer goed nabijkomen. Liever nog dan een gedetailleerde bespreking van de platen zelf te geven wil ik u wat vertellen van de gedachtenwereld waarin de tekst en de muziek van enkele van die opnamen ons verplaatsen. Daar zijn twee momenten uit het Joodsche leven verklankt, die in nauw verband tot elkander staan, begrenzend tezamen een der machtigste faktoren, die het leven van den Jood beheerschen en bezielen. Freitag oif der Nacht" en Hamawdil". Preitag oif der Nacht", het leutig liedje van den Jood, glunderend in Vrijdagavondstemming, van den armen Jood, die op Vrijdagavond zich ,,a Meleg" (een koning) voelt, op Vrijdagavond, als alle weeën en wonden van de wreede worsteling om het Zijn door de milde Sabbat-balsem verzacht zijn en geheeld. Wél karakteristiek, dat zelfs dit zonnig geluk in mineur wordt uitgezongen. Te weinig echter heeft de Jood geproefd van het Levenszoet. . . zijn juichkreet te moduleeren naar een stralend Dur vermocht hij niet. Is Freitag oif der Nacht" het liedje van de blijde Sabbatinkomste, Hamawdil" is de weenende klacht van scheiding, maar tegelijk een be groeting van de komende week. joum pono... de Shabbes awek, Wie der Schuten von der Bojm; Von alle macholim nit geblieben kein Leek... Un du kommt on die mazzeldike Woch... Out Woch, a gute Woch, gut Woch ! l De dag neeg ten einde de Sabbatlweg... Als de schaduw van de boom; Van al het mooie ? niets over... En daar komt aan de zegenrijke week... Goede week, een gelukkige week, goede week ! l Om den inhoud van dit lied ten volle te waar deeren, moeten we trachten, ons even te verplaat sen in de mentaliteit van de volksgroep, in wier midden het is ontstaan. Het is het Galut", hier (in Oost-Europa) in zijn sociale nuance, dat in dien afscheidszang van de Sabbat een weemoedige zucht, maar tegelijk ook een geloovig Godsvertrouwen heeft gelegd. Dezelfde Jood, die in het Vrijdagavondliedje zich a Meleg" heeft gevoeld, staat, bij het heengaan van de Sabbat, aan den drempel van een nieuwe week van lijden en strijden; diezelfde Jood staat in bange verwachting te staren naar het zestal der komende dagen, in eeuwige zorg om zijn brood in gestage vrees om levensveiligheid, in eindelooze verguizing van zijn geknauwde Ik-heid. En als dan de man, die zijn levensdagen telt van Sabbat tot Sabbat, die zóó de komende week, die voor zich ligt, beziet en op zich neemt, als een juk, zwaar van leveusweeën en levenssmarten. . . als déze man, déze Jood, mot dit alles voor oogen, op hetzelfde oogenblik met de aloude Joodsche wensch van Gut Woch" zich nieuwe moed voor Nederland te Antwerpen Zoo waait dan na een eeuw van separatie het rood wit blauw bezuiden de Moerdijk, en de gescheiden deelen van het Rijk zijn in een roes van feesten en sensatie bereid tot vriendschap en een vergelijk. De wonde van de oude operatie is lang geheeld. We geven daarvan blijk, en stellen elk een bloeiend lijf te kijk als flinke, onafhankelijke natie en zoons van een Chasséen een Van Speyk. Hoe treffend is die grootsche demonstratie van broedermin, den ouden wrok ten spijt, die expositie van welvarendheid, die kiesche, openbare liquidatie van onderdrukking en opstandigheid. Het buwrbezoek geschiedt met zwier en statie. Elk der verzoenden toont met gretigheid hoe ver hij 't sinds een grens de landen scheidt heeft kunnen sturen met de exploitatie van industrie en bodemvruchtbaarheid. Het bloembed om 't gebouw van Holland's natie ??helaas tot al te korten bloei gedoemd, wordt enthousiast om kleurenpracht geroemd, en daarmee is de heele situatie ook in den waren zin des woords: verbloemd.... Straks is 't gedaan met feesten en tractatie. Eerst nog getoast, gejuicht, gedecoreerd, en dan.... wordt wér een eeuw gedebatteerd, en het geschil omtrent kanalisatie opnieuw., doch., onverbloemd., ge-expoeeerd".. MELIS STOKE Van boom tot meubel, vindt U omschreven in onze brochure Het goede Meubel", welke wij U gaarne toezenden. Zij kan U van dienst zijn bij de keuze Uwer inrichting. In onze toonzalen vindt U vele modellen in een voudige en kostbare uitvoering. l l Kalverstraat: 1O / / RCHooftstraat 47 den strijd en frissche levensmoedigheid weet in te zingen, dan kunnen we niet anders dan eerbied en bewondering hebben voor zulk een standvastig'gelooven in God, Die helpen zal en steunen. Het lied is door Englander bewerkt met behulp van een ouden, Joodschen zang, die tegelijk in leiding en begeleidingsmelodie is geworden. Deze bewerking mag door den soberen eenvoud, waarmee verrassende klankeffecten van buitengewone be koring zijn verkregen, uitstekend geslaagd worden genoemd. Met de bespreking van deze twee liederen wil ik voorloopig volstaan. Als aanwinst in onze grammofoonliteratuur" zijn deze prachtige platen van Englanders keur corps zeker niet te versmaden'. Hotel Duin en Daal0 * Bloemendaal Str. koud en warm water op alle kamers PRIVÉBADKAMERS LIFT Telefoon 22223

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl