Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 5 JULI 1930
No. 2770
Columbus en Kingford
Smith
B
door J. Oderwald
IJ het groote- verschil in het werk van deze
beide Oceaan-veroveraars valt voor den
zeeman, uit een navigatie-oogpunt, toch wel eenige
overeenkomst op te merken.
De zeevaart, die zich in den ouden tijd tot de
kustvaart bepaalde, kon zich na de uitvinding
van het kompas ontwikkelen tot tochten over het
open water, waarvan de oversteek naar Amerika
door Columbus wel als het meett algemeen bekend
bewijs kan worden aangenomen.
Het lijkt immers eenvoudig genoeg om niet meer
in zicht van het land te blijven varen, wanneer
men een instrument tot zijne beschikking heeft,
dat de richting aanwijst, waarin men varen wil.
Zoo bijzonder eenvoudig is dat nu echter weer
niet, ยป\a men bedenkt, dat het kompas afhankelijk
?is van verschillende invloeden, waarmede men
terdege bekend moet zijn om den weg te kunnen
.volgen, dien men wenscht. Zooals nu vrij algemeen
bekend geacht mag worden plaatst de
vrijhangende magneetnaald zich in de richting van
den magnetischen meridiaan, die op slechts weinig
plaatsen op aarde samenvalt met den
astronomischen.
De hoek, die tusschen deze beide meridianen
wordt gevormd, heet de variatie, waarvan de
waarde thans nauwkeurig bekend is, maar die
, Columbus slechts door ondervinding kon te weten
, komen. Onbekendheid met die variatie moest nood
zakelijk tot gevolg hebben dat Columbus, alleen
met behulp van zijn kompas, niet zoo precies
aangekomen kon zijn op een bepaalde plaats in
Amerika, als hij die vooraf had kunnen noemen.
In den loop der tijden raakte men met de
variatie-bekend, maar sedert op de schepen meer
en meer van ijzer gebruik gemaakt werd deed
zich een tweede moeilijkheid voor. Het bleek
namelijk dat dit scheepsijzer een belangrijk
storenden invloed op den magneetnaald had,
thans bekend onder den naam van deviatie.
Ook dit heeft men overwonnen, omdat men in
staat bleek die fout door compensatie-magneten
zoo goed als op te heffen.
In den laatsten tijd is nu nog het gyro-kompas
aan boord in gebruik gekomen; op oorlogschepen,
althans op onderzeebooten, is dit kompas zelfs
het eenig bruikbare, omdat het magnetisch
kompas op die schepen niet meer gecompenseerd
kan worden door de omringende ijzermassa's.
Zoo zijn wij dus bij de scheepvaart volkomen
tevreden, maar bij de luchtvaart is dat nog niet
zoo, niettegenstaande de techniek en de weten
schap toch reeds zooveel bereikt heeft.
De moeilijkheden zijn dan ook voor Kingford
Smith in dat opzicht nog vrijwel gelijk aan die
van Columbus.
De historie van de navigatie in de lucht is ook
tamelijk gelijk aan die over de zee, alleen is de
De instrumentenruimte van de Southern
Cross". Onder op de foto het kompas
(Foto J. van Dijk)
ontwikkeling wat sneller gegaan.
Immers heeft het eeuwen ge
duurd eer men tot de kennis van
het kompas kwam en men de
kust kon loslaten, terwijl het
nog maar enkele jaren geleden
is, dat de luchtvaart zich be
perkte tot tochten over het vaste
land, waarbij men zich vol
doend* orienteeren kon aan
rivieren, spoorlijnen of andere
in het oog vallende merken.
Zoodra het vliegtuig en de be
stuurders in stait bleken uren
achtereen in de lucht te blijven,
lag het voor de hand dat men
aan overzee-tochten ging denken,
maar daarvoor was dan ook een
kompas noodig.
Het gewone kompas bleek
daartoe wel is waar niet geheel
ongeschikt, maar toch in vele
gevallen onbetrouwbaar. Het is
moeilijk te compenseeren, omdat
men het ook alweer door de
omringende groote ijzermassa's
geen geschikte plaats kon ge
ven. Wanneer de vliegenier er
op moest zien moest het in de
nabijheid van de motoren staan,
wat al een zeer ongunstige plaats
was. Daarom vond men er iets
op om het verder weg te plaatsen,
op een voor den magneet zoo
gunstig mogelijke plaats, en werd
het zicht er op door optische
werking naar den stuurstoel over
gebracht.
Het magnetisch kompas heeft
echter nog andere nadeelen,
zooals b.v. door het trillen en
zwenken van het vliegtuig, waar
om men dan ook in hoofdzaak
vloeistofkompassen gebruikte.
In 1920 deed men proeven
met het aard- inductie kompas,
waarvan het principe reeds
langer bekend was, van den Pranschen natuur
kundige Louis Dunoyer.
Van dit kompas maakte kolonel Lindbergh
gebruik op zijn beroemde Oceaan-vlucht. Ue
richting van den magnetischen meridiaan, die
bij een magnetisch kompas door den naald wordt
aangegeven, wordt bij het aard-inductie kompas
bepaald door een electrischen stroom.
Volgens eene beschrijving in Page, Modern
Aircraft, bestaat het kompas uit eene electrische
generator of dynamo zonder magneten, dus enkel
een roteerend anker met een collector en een paar
borstels, waarop het krachtlijnenveld der aarde
werkt. Het anker is verticaal en de borstels
draaien daaromheen in een horizontaal vlak en
zijn verbonden met een galvanometer. die in het
midden van de schaalverdeeling O aanwijst en
wanneer nu het anker met voldoende snelheid
draait kan deze galvanometer slechts O aanwijzen
als de borstels zich in een Noord-Zuid vlak be
vinden. Er is een stelplaat, waarop de windstreken
zijn aangegeven aan de borstels, waardoor deze
in den te volgen koers gezet kunnen worden,
waarna het vliegtuig zoo gestuurd moet worden
dat de galvanometer op O staat. De hoek die de
lengte-as van het vliegtuig maakt met de as-lijn
der borstels is dus de hoek die de lengte-as van
het vliegtuig maakt met den magnetischen
meridiaan.
Ik geef hier uitteraard slechts een beknopte be
schrijving, omdat het mij in hoofdzaak er om te
doen is aan te toonen dat men nu ook bij de lucht
vaart tevreden kan zijn.
Ja, was 't maar waar ! Aangenomen dat het
instrument inderdaad voldoet, is er nog rekening
te houden met een zeer belangrijke factor. Een
vliegtuig is namelijk zeer afhankelijk van den wind,
veel meer dan het schip van wind en stroom.
Bovendien is die invloed, althans over den open
Oceaan, zeer moeilijk te controleeren.
Boven land gaat dat natuurlijk alweer veel beter.
Daar kan men door het waarnemen van rook b.v.
richting en kracht van den wind niet alleen contro
leeren, maar is men ook in staat den invloed er
van na te gaan op het vliegtuig, door het waar
nemen van voorwerpen op het land in verband
"met den gestuurderi koers.
Een modern scheepskompas
Op zee verandert dat ten eenenmale. Men kan
over de windrichting en kracht soms inlichtingen
bekomen van meteorologische stations of wel door
eigen waarneming van richting der golven of als.
men het geluk heeft rook of zeilen vari een schip
te zien. In beide gevallen meestal
onvoldoendeOm den invloed er van na te gaan is vrijwel uit
gesloten. Men behelpt zich door het werpen van
rook- of lichtbommen, waarvan men de rook of
het licht gedurende een aantal minuten kan
waarnemen en daardoor zijn drift eenigszins
bepalen. Wanneer men instaat is de drift te bepalen,
kan men die in rekening brengen. Men kan n.l.
de k( e 'slijn trekken en daarop de richtingslijn
van den wind plaatsen, waardoor men een resul
tante krijgt, die de werkelijke koerslijn is, dien
men volgt, na de noodige correcties te hebben
toegepast. Gewoonlijk gebruikt men een toepasse
lijk instrument daarvoor, ook al omdat de waar
nemingen in een vliegtuig nogal vlug moeten
geschieden.
Opmerking verdient nog dat vaart- en
driftmeters vervaardigd zijn door dezelfde maat
schappij (Pioneer) die het aard-inductie kompas
vervaardigde. Deze zijn echter nog nieuw, zoodat
er weinig van het resultaat valt te zeggen.
Alles bijeengenomen meen ik dat deze bespie
geling van een zeeman wel aantoont dat Kingford
Smith eri zijn vakbroeders met al hun moderne
en verfijnde instrumenten veel minder goed af"
zijn dan hun voorganger Colurnbus en dat het niet
zoo bijzonder is wanneer zij in New-Foundland
terechtkomen inplaats van in Boston.
BRANDBLUSSCHER
HOLLANDIA'
SPANJAARD*C
FABRIEK ESPANA
UTRECHT