De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 5 juli pagina 2

5 juli 1930 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 5' JULI 1930 No. 2JJO rörmvergoding en Inhoudsverachting door Albert Heiman Over Aart van der leeuw , E Opdaacht" van Aart van der Leeuw l), het prbza"-werk waarmede deze dichter j. doorgegaan op Ik en mjjn speelman", is voorig het schoolvoorbeeld geworden van wat men onder modern proza, en wat mij betreft "(desnoods) voor het summum van woordkunst ' Maag verstaan. Het met kunstnijverheids-geel en paars en blauw door J. B. Heukelom opgesierde .boek is ook een toonbeeld van literaire kunstOp geen der vijftig bladzijden druks men iets onverzorgd», iets ondoordachts; 1 nergens is er n slordigheid te bekennen; niet n - die niet gepolijst is en vast-in-elkaarzit. Ik heb bij het lezen van dit boekje moeten denken aan een groote, met vele aartjes uitgezaagde vogelkooi, die zoo mooi SB geworden, dat een morsige kanarie daarin zeer aan móet. Daarvoor dient zoo'n kooi ook niet; vpgelèn-paleis.... en lust heeft ga zijn gang, maar stellig '"-Jat een ijzeren traliekooi doelmatiger, meer kooi! fc.zjjn slechts menschen van een zeer bepaalde ^ JËaênt&liteit, die nog wat voelen voor figuurzaag Een boekje als De Opdracht" is doodgegaan Zijn eigen kunstzinnigheid. Of wellicht is het en, want reeds het onderwerp, de inhoud, i «en haM wijsgeerig en symbolisch, half ethisch|4ewend thema. Een verbeelding, die niet plotseling dwingend opkwam, maar die deel voor deel oastrüerd werd, terwille van het goede doel schrijfkunst. Om schoone volzinnen te mogen ken, behoeft men nu eenmaal zekere aanleiding ! grondgedachte, tenzij men de geniale durf heeft den dichter die een poëem ging maken op de ; iztaneloöze' regel: L'antepénultième est morte." Doch aangezien een Hollander zich niet gaarne met onzinnigheden inlaat en woordkunst zonder leen gewichtigen inhoud zulks nog eerder schijnt dan woordkunst mét -??wordt het een of ander gegeven uitgewerkt", liefst in de veelgeprezen logische of zedekundige richting, die maakt dat ?wjj op zoek naar het aangename het nuttige als 'toevallig tegenkomen. ? Zoo heeft Aart van der Leeuw blijkbaar ook ?gedacht, want de inhoud van De Opdracht" heeft ?zonder twijfel een wijsgeerig-zedekundige strekking. Het verhaal van de man die voor een soort van Dieu Ie P«re assis devant son bureau" een schijn,. baar onzinnige reeks opdrachten te vervullen heeft, en zich onderwijl onledig houdt niet te peinzen /over zqn verwantschap met Don Quichotte, heeft natuurlijk een beteekenis", juist zooals de kleine Jöhannes en twintig andere werken uit onze literatuur een hoogeren" zin hebben. Dit opzichzelf zou evenwel nog geen beletsel '??geweest zijn voor Aart van der Leeuw, om zijn XWderwerp in goed, leesbaar, of zelfs ontroerend proza te vermoorden. Maar een dergelijke vage, tusschen wijsgeerige abstractie en reëele uitbeel ding twijfelende opzet wordt een der dankbaarste aanleidingen tot woordkunst. Men kan de meest gecompliceerde volzinnen, de gewaagdste combi naties maken, zonder gevaar; als het slechts uit leidingen'blij ven, en men maar weer op het oude thema terugkomt, en de draad der aangename leering niet geheel laat schieten. Bijna voortdurend werd ik herinnerd aan van Lody's Zebedeus, omdat daarin juist alle fouten ontbreken, die bij Aart van der Leeuw kunnen ergeren. Het schijnt nog steeds onhebbelijk of gevaarlijk, te beweren dat Zebedeus" van de eerste pagina tot de laatste de baarlijkste onzin is. 'Maar welk een heerlijke onzin, welk een prachtige, door jarenlangen strijd veroverde vrijheid, om je zoo onbekommerd over te geven aan den stroom van een volzin die vliedt waarheen hij wil, die eindigt in heel andere oorden dan die waar hij begon. Bewust of onbewust heeft van Looy om met Zebedeus en de Bijlagen de eenige aannemelijke vorm van woordkunst geschonken: de kunst van het woord om het woord; om de taalmuziek, het zinsrhythme, de vreugde van expositie, doorwer king, engführung en orgelpunt, juist als in een muziekstuk. Woordkunst als taalmuziek, los van eiken literairen, visueelen inhoud; slechts melodie en harmonie; slechts muzikale vorm. Om met ronde woorden te spreken: ,,De Op dracht" van Aart vari der Leeuw is onleesbaar van gekunsteldheid en onnatuur, de twee infectie ziekten waaraan haast al ons proza doodgaat. Het is echte dichterstaai, die zonder moeite in een systeem van twaalfvoeters zou kunnen over geschreven worden; die de typische gedrongen en uitteraard synthetische zeggingsvorm van poëzie heeft, maar die als zoodanig ook juist weer even onder de maat" bleef. Geen visch en geen vleegch; zonder klaarheid; zonder het rhythme, de spoed, de rondborstigheid, de kloeke zakelijkheid van het echte proza, dat om het klassiek te zeggen: als een man op mij afkomt !" Ge kunt haast iedere willekeurige regel citeeren om te bewijzen, dat Hetgeen Aart van der Leeuw voor schoon en kunstig proza houdt, geen dei' hierboven genoemde eigenschappen bezit. En dan zijn er nog van die bijzinnen als deze: evengoed als vaak de wanden van de evangeliën stuk worden gebroken, om uitzicht over de velden te winnen waar Christus als jongen gespeeld heeft," of: de schering van een doek van Arachne, waar de schanddaden der goden in staan geweven, met ons, poovere voetgangers, als inslag", welke getuigen van een.... Vul zelf maar in, of vergeef deze taal aan een man die ook weieens een lief vers maakte. Dichters moet je zooveel vergeven; zelfs het plattrappen van onze jonge prozabedjes. Over A. den Doolaard Geen hatelijkheid naar twee kanten, maar alleen een speling van het toeval, dat een stuk schreeuwbekkige brutaliteit als Den Doolaard's vooralsnog eenige roman 2) vlak na de precieuze woordkunst van den heer Aart van der Leeuw besproken wordt. Op gevaar af mijzelf te brandmerken als een allerakeligst oud heertje, moet ik De Laatste ronde", niet zonder overdrijving bijgenaamd Ro man van liefde en andere noodlottigheden", een tweede ondertitel geven: De puberteitsfantasieëri van een ongeraakte". Laat ik u eerst vertellen wat we aan den Dool aard hebben. Een brok vitaliteit, dat aan 't dichten slaat, en dikwijls lang niet mis, omdat het dichten somtijds een der meest directe uitingen is van vitaliteit. Iemand die 't handwerk van de meeste dingen snel en makkelijk verstaat, omdat hij clever" is, physiek de wereld aan kan en de heele aarde best veroveren zou, wanneer die met bravour en sterke armen te-veroveren was. Sympathiek en zeldzaam, alstjeblieft ! Een ver ademing hem te ontmoeten na al zijn anaemische kunstbroeders en de schrijvende prinsessen der Vrouwenkruistocht. Ook jonger van hart dan de meesten, veel jonger ! En ge weet dat pathologisch liegen op dien leeftijd niet zeldzaam is. . . De heer Casimir zal u daar gaarne wetenschappelijk en vrijblijvend over inlichten. Puberteitsfantasieën. , psychisch tournooiveld voor later. . . . drang naar avontuur. . . . Maar je conclusie is tenslotte heel nuchter: van al die jongensverhalen behoef je geen jota te gelooven. Heel aardig zoo'n levendige verteller.... maar niets van wat hij zegt is waar.... als je maar even goed kijkt ligt de leugen er dik bovenop. Liefde en andere noodlottigheden...." Hij denkt dus dat liefde een noodlottigheid is, zooals een auto-ongeluk, een verkeerde ski-sprong, een onvoorziene kater, een ontijdige beer. . . . Kom aan, ge moet het niet zoo nauw nemen, 't is immers duidelijk hoe gemakkelijk de leugen, de reeks van leugens in elkaar is gezet; hoe schuldeloos hij is. deze door de liefde en het leven ongeraakte. Een man. een jongen nog, doet poging tot zelf moord om 'n afgeraakt vrijerijtje, wordt opgepikt door 'n rijkaard, die hem zes maanden vrij spel" geeft, waarna hij zich netjes in diens plaats op nieuw heeft te zelfmoorden. Het afscheid der wereld in zes dagen? Weineen. De gewone jongensfantasie, van mij, van u, van ons allemaal: wr.t zou ik doen als ik zes maanden vrij spel" had? En omdat Robert Day en zijn schrijver zoo jong, zoo onschuldig zijn, vinden zij er genoegen in om een zoo groot mogelijk aantal vrouwen zonder voor- en na-spel klein" te krijgen. Voor theoretici van Het volkomen huwelijk" om van te rillen, als het ernst was; maar nu behoeven ze zich ev niet om te bekommeren. Want Robert Day, geloof me, heeft niets va?i dit alles cht gedaan. Zoo ben je niet tegen een meisje, een geraffineerde vrouw, een liefde-ophet-eerste-gezicht. De moderne don Juan. . . . o neen, die leeft nog niet in het Hollandsch. De gezonde sportsjongen die Robert Day op andere oogenblikken is, daar hebben we fidutie in. Hij kan het nog ver brengen in de maatschappij, zoo niet als racer die den roem van scijn vaderland tot over het continent draagt, dan toch als gewiekst handelsman en eerzaam familiehoofd. Men heeft ons altijd voorgehouden dat dit nog zoo kwaad niet was. Er zit nog iets: Den Doolaard kan proza schrijvan, maar hij moet zich geen minderwaardige successen laten opdringen. Een boek als dit is wees niet beleedigd Alida keukenmeidei lectuur in behoorlijk Hollandsch ! 1) Aart van der Leeuw: ..De opdracht". Uit gave N. V. Nijgh en van Ditmar, Rotterdam. 2) A. den Doolaard: .,De laatste ronde". Uit gave van A. J. G. Stremjholt, Amsterdam. Nieuwe Uitgaven Bij >v.V. Uitgevers Mij. v. h. (i. Delwel te 's-Ofravenhage, zijn verschenen: Dr. W. Kreukniet: Practiseh Boekhoudeti. Hen handleiding bij het onderwijs. Tweede deel. Zes tiende, verbeterde druk. Dr. W. Kreukniet: Depreciatie en reservefondsen. Een handboek voor directeuren, commissarissen van Naamlooze Vennootschappen, Accountants en boekhouders. Deze hernieuwde uitgave (zevende druk) is bewerkt door Dr. B. H. de Jon.gh. J. Schuil: Beknopte Techniek van het Handelsrekenen. Volledig repetitieboek voor examencandidaten. W. Soetekouw en Mr. H. D. M. Knol: Uiteen zetting van onderscheidende belasting-, handels- en sociale wetten, gevolgd door een verzameling vragen en opgaven betreffende Handels- en Wetskennis op onze examens. Vijfde druk. B. van den Berg: De invulling van de Aani/iflcbUjette», der Rijksinkomsten-, vermogens-, personeele- en dividend- en tantième-belasting. Hand leiding voor examens in Handelswetenschappen en voor belastingplichtigen. GARDE-MEUBLES DEN HAAG BATENBURG & FOLMER HUIJGENSPARK 22, TEL. 11030 Billijke Tarieven-Verzorging Garantie

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl