De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 12 juli pagina 6

12 juli 1930 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 12 JULI 1930 No. 2771 Wetenschappelijke Varia De wereld zet uit; vlucht zij r door Dr. P. van Olst VAN de tallooze hemellichamen, die eerst alleen door ons ongewapend oog, later in steeds toe nemend &5,ntal door de grootere en grootste kijkers aan den hemel worden aangetroffen zijn de zoo genaamde , ,extra-galaktische'' ne velvlakken n iet de minst raadselachtige dus ook niet de minst interes sante. Over den geheelen hemel komen, schijnbaar onregelmatig uitgestrooid, talrijke lichtzwakke hemellichamen voor die, in tegenstelling met de vaste sterren die steeds onmeetbare lichtpunten blijven, een meetbare oppervlakte van den hemel in beslag nemen, soms zoo groot dat zij met het bloote oog reeds te zien zijn, zooals b.v. de Orionnèvel en de Andromeda-nevel. Men noemt ze nevelvlekken en sterrenhoopen. Het verschil hiertusschen is niet scherp want een sterrenhoop maakt in een kleine kijker nog den indruk van een nevel, terwijl een grootere kijker deze nevel oplost" in afzonderlijke sterren. Nu kan men met andere hulpmiddelen (n.l. een spectroscoop) wel uitmaken of een nevelvlak een echte nevel is of uit afzon derlijke sterren bestaat, maar dit is bij een groot aantal niet uitvoerbaar omdat zij te lichtzwak zijn. Naar gelang van de ligging dezer-hemellichamen in of buiten de streek der groote sterrenophooping, die als de Melkweg" aan onzen hemel zichtbaar is, onderscheidt men galaktische en buitengalaktische nevelvlekken. De laatste soort is op 't oogenblik het belang rijkst voor mijn onderwerp. Opmerkelijk is dat bij deze buitengalaktische nevels de spiraalvorm verreweg het meeste voorkomt, dat wil zeggen dat zij uit materie bestaan, die nagenoeg in een plat vlak is uitgebreid, dikwijls met een kern van waar uit/aan tegenover elkaar liggende plaatsen, twee spiraalvormig gewonden materiestroomen zich afwikkelen als bij een draaiend vuurwerk. Hun aantal neemt toe, hoe verder men zich van den Melkweg verwijdert aan den hemel. Terwijl in het midden der negentiende eeuw slechts een dozijn nevels bekend waren als dergelijke spiraalnevels hebben de groote Amerikaansche kijkers dit aantal zoo uitgebreid dat het op honderdduizenden ge schat wordt, zelfs wel op een millioen, al is deze schatting wel misschien wat hoog. Op een hemelstukje zoo groot als een twaalfde deel der volle maan, vond men eens honderd van deze spiraal nevels. Alle pogingen om den afstand van deze nevels tot ons te meten door middel eener parallaxemeting (de schijnbare verschuiving aan den hemel ten gevolge van onze aard-loop om de zon) zijn tot nu toe mislukt, wat reeds doet vermoeden dat zij zeer ver van ons verwijderd zijn. Nu heeft men echter in deze spiraalnevels een bijzonder soort veranderlijke sterren aangetroffen, die het mogelijk maken een slag te slaan naar den waarschijnlijken afstand der spiraalnevels. Men vond b.v. voor de Andromeda-nevel een afstand van n millioen lichtjaren. In verband met de waarschijnlijke afmetingen van het eigenlijke melkweg-stelsel waartoe onze zon, dus ook wij, behooren, liggen deze spiraal nevels dus buiten ons engere melkwegstelsel en de waarschijnlijkheid is erg groot dat deze spiraal nevels afzonderlijke melkwegstelsels zijn, van heel veraf gezien, en dat ons eigen melkwegstelsel van uit de verte bekeken ook het effect zou geven van een spiraalnevel. Wat eigenlijk beter bekend is dan de afstand der spiraalnevels is hun beweging. Ik bedoel hier niet de bewegingen in den spiraal zelf, die ook aangetoond zijn, maar de beweging van den spiraalnevel als geheel, van ons weg of naar ons toe of schuin lang ons heen of iets dergelijks. Men kan namelijk met den kijker zelf de verplaatsing lanys het hemelgewelf meten en met den spectros coop door middel van zoogenaamde ,,lijnverschuiving" (die ik thans hier niet bespreken kan) ook de beweging recht op ons toe of recht van ons af. Merkwaardig genoeg is nu in de laatste jaren gebleken dat deze spiraalnevels niet alle mogelijke bewegingsrichtingen hebben zooals men zou ver wachten als alleen het toeval een rol speelde, maar dat overheerschend deze nevels recht vtin ons weggaan, en wel met snelheden die ongelooflijk groot zijn, vergeleken met die van andere hemel lichamen. Er zijn snelheden gevonden van 7500 kilometer per seconde (onze aarde zelf legt slechts 30 km per sec. af)! Prof. de Sitter heeft onlangs in de Kon. Ac. v. Wetenschappen mededeelingen hierover gedaan en over de verklaring van dit vreemde verschijnsel. Een ongetwijfeld zeer origineele oplossing (alleen wat moeilijk voorstelbaar voor een gewoon mensch) heeft Lemaitre aan de hand gedaan. Hij neemt n.l. aan dat de wereld voortdurend grooter wordt, zich dus uitzet ! De gevolgen dezer uitzetting zien we in de figuur. Als hier Z de zon is en de cirkel l op een gegeven oogenblik (b.v. 1930) de momenteele grens der wereld (d.i. dus het al-om vattende, de wereldruimte met alle hemellichamen er in) voorstelt met een aantal spiraalnevels «, 6, c enz. L e v Vraag toezending van catalogus met beqrooHnq Sea~Horse de allerbeste nouiwyn Jenever M.P.POLLENS-ZOON ROTTERDAM STEUMZOLEM SYST. PROF. HOFFA/ NAAR MAAT FA J.A.MASSING com.vEnn O.Z.VOORBURGWAL 334 Amsterdam Vo HET BINNENGASTHUIS dan is cirkel II op een later oogenblik (b.v. 1931) de uitgezette wereldgrens. De vermelde spiraalnevels zijn dan meegegaan evenals de stofjes op een steeds verder opgepompte gummiballon en liggen dan in a', b', c' enz. Dit zal dan voor ons het effect hebben of deze nevels zicli alle met groote snelheid recht van ons verwijderd hebben, juist wat ons de werkelijkheid leert. Lag een spiraalnevel op de helft van de eerste wereldgrensafstand, dus in k dan ligt /ij nu op de helft van de nieuwe grensafstand dus in /, d.w.z. de snelheid van ons af is kleiner geweest dan van de andere nevels, maar toch steeds van ons weg ! Uitzetten kost arbeid; deze werelduitzetting kost ook arbeid, maar dit is geen bezwaar tegen de theorie, maar eerder een argument er voor want men kan de energie, die de zon en alle sterren (die immers zonnen zijn) voortdurend uitstralen en waarmede men eigenlijk tot nu toe niet goed weg wist, als arbeidsbron beschouwen voor deze werelduitzetting ! Een bezwaar is dat de geheele ontwikkeling van den tegenwoordigen toe stand uit den aanvangstoestand in eenige milliarden jaren moet gebeurd zijn en die tijdsduur is te krap om waarschijnlijk t»; zijn. >[et wordt steeds lastiger voor ons leeken. Eerst hebben we ons moeten wennen aan de ,,gekromde wereldruimte'" van Einstein en thans zet dit kromme ding zich nog voortdurend uit terwijl we ons afvragen: wat zit er dan om de wereldruimte heen, waarin deze luimte zich zoo maar uit kan zetten? Iets wat nog leeger is dan het volmaakte ledig eri waarin dit volmaakte ledig zich uitzet. In ieder geval heb ik zelf de vaste overtuiging dat deze werelduitzetting slechts de vlucht voor stelt der ontzette natuur, zoover mogelijk weg van ons nienscheri en den janboel, die we op aarde van onszelf en de mooie natuur gemaakt hebben. Witte tanden: Chlorodont De heerlyk frisch smakende Pepermunt-Tandpasta Chlorodont maakt de tanden sdiitterend wit en verwydert leelyken tandaanslag het beste door het gelyktydig gebruik van den Chlorodont-Tandenborstel, welke het reinigen en wit poetsen der tanden ook aan de zykanten mogelyk maakt. Overtuigt U eerst door het koopen van een tube van 35 cent, groote tube 60 cent, Chlorodont-Tandenborstels 75 cent, voor kinderen 45 cent. Men verlange alleen de echte Chlorodont-Tandpasta met rood-wit-blauwen garantiestrook en wyze iedere namaak af. Leo-Werke, Dresden, Dykantoor Amsterdam.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl