De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 26 juli pagina 5

26 juli 1930 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 2773 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 26 JULI 1930 Hotel-Pension 'T VELT-HUYS" Tel. 17. HATTEM. Tel. 17. met eigen dennenbosch van 5 H.A. Tennisbaan, Garage, kamers m. str. water, centrale verwarming, enz. Geïll. prosp. opaanvrage. Vóór en naseizoen reductie. SCHILDERKUNST door A. Plasschaert Jan Llnse Ik zag Jan Linse niet veel, maar dan 't meest op feesten bij een paar vrienden, waarvan n zich dan ontdeed (als van een jas) van het ambte lijke, en op welke feesten wij het dionusische meer eerden dan het apollinische, ofschoon de dans ons toch dwong tot een herhaalde maat. Linse kwam gewoonlijk laat; onverwacht, en met een ongewone kleedij voor den dans. Het was of hij wandelschoenen met dikke rubberzolen de voor keur gaf voor die beweging, die, zooals ik u zeide, maat-zeker en vol maat, ons toch een dronken schap verwekte, een ijle maar vurige, die, zooals ik u eveneens zeide, niet was van apollinischen aard. Hij danste daar op zijn afzonderlijken trant: lenig als een matroos en met ietwat vertoon erin van het sterk door hem gevoelde rhythme. En dat hij als een matroos danste, was niet zoo vreemd; hij had toch gevaren, en nog was de Kaag de plaats die hem trok; kort voor zijn dood begon hrj, de zeilzieke, nog den bouw van een boot. Maar op die dansavonden, die de fleur hadden van een intellectualiteit, die weer gevoel werd, danste Liuse niet alleen; hij had andere talenten. Wanneer ge zijn hoofd zag kon dat niet verwonderen; hij had den kop van een tooneelklant; en met zijn grooten mond en met een komischen kop daarvan kon hij zich in den bebloemden stijl van het volkstooneel verklaren" aan een der dames, die op zulken avond hem schoon en deftig leek, of bleek. Want Linse had zulk respect; hij had in zich niets van den bohémien. Soms moest hij als zoo eenen leven, maar dat was versiering van het noodzake lijke; het was geen lust tot het zeer vrije; het was alleen een ontkenning van de moeiten des levens, geen afkeer was het van het geordende; zijn vroolijkheid en uiterlijke opwinding was een red middel, dat niet alleen hij gebruikte om het zware den schijn der luchtheid te geven. Want hij was niet vroolijk. Het leven was hem niet gansch-enal gelukt, en hij had zelf zich wel iets opgelegd, waartegen hij niet gansch op kon. Hij was in de theorieën inderdaad verzeild, en geestelijk was hij niet opgebracht in zoo scherpe tucht, dat hij deze theorieën beheerschte; hun spel werd hem tot te zwaren ernst. Hij zette zich dan tot een taak, die hij niet kon voltooien; de wil was grooter dan het verworven inzicht; hij had geen vroolijkheid meer over. En dat was ook het geval in zijn schilder kunst; ook daar had hij de bevrijding der vroolijk heid niet meer. Hij had eerst toch vele portretten ge schilderd, waarvan n in mijn herinnering is, dat van zijn doode grootmoeder op haar doodsbed. Het was een schilderij van een eenvoudig maar zeker realisme; een portret van een gestorven mensch. Daarna, na dit realisme, had de lust tot den stijl in de schilderkunst hem bevangen en de zucht Ideeën" te vertolken in een vlakgehouden teekening; de architecturale schilder kunst, zwaar van symbolen etc. had een nieuwen Na de ontbinding van den Rijksdag Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. J. Jordaan Michel: Wie zal nu dit varkentje wasschen?' prooi. De schilderkunst van Linse werd door hemzelf een dwang opgelegd, die zij niet weer stond. Het mathematische van den stijl was in haar niet verfijnd genoeg en niet geschakeerd genoeg ? en de koppen, de voornaamste dragers der gedachten in ieder figur&al werk bewezen, dat Linse (zie zijn wandschildering in den Haagschen Schouwburg) eentonig was geworden zonder die gelukkige verschuivingen in de uitdrukking, die zulk soort werk verwant moeten maken met het leven, en het de hoogere natuurlijkheid kunnen geven. Toch was er in die wandschildering n natuurlijkheid; de kleur had een bepaalde fijnheid, en alles in de poging was eerbaar. Er kwam in werk daar-na iets zelfs van de schemer, die des sen jonheid wezentlijke omhulling kan zijn. . . . Maar dat alles is nu afgedaan: het schilderen en het dansen en het gebaar van den verklaarden eerbied jegens een vrouw. Het leven gaat gauw over; zooals een bittere kwaal gaat het soms over en voorbij in den dood. En we weten nooit of de dood geen goede helper soms is; wat na Linse's kwaal voor hem te verwachten was het was allicht geweest een voortdurender Dood. En dat is het schriklijkste: niet meer te kunnen werken; met de leege onwillige handen te moeten zitten voor het witte doek; met een moe lichaam, zonder gedachte, de herinnering te hebben, wat eens kon. Dan is het beter weg te moeten gaan, en te ervaren: die dans is voorbij; dat gebaar dat wij ns deden, is toch, tot ons geluk, niet meer dan wat te herhalen. Op Reis Ter verzachting en genezing van stukgeloopen voeten, zadelpijn, schrijnen en smetten der huid, muggebeten en zonne brand, moet men op reis voorzien zijn van Doos 30, 60, Tube 80 et. PUROL Tentoonstellingen Kunsthandel Buffa en Zoon, Amsterdam. Tentoonstelling Rodin. Tot l Aug. Kunsthandel Aalderink, Singel-Oude Spiegelstraat, Amsterdam. Tentoonstelling van kunst van vreemde volken. Tot l Aug. Kunsthandel J. H. De Bois, Haarlem. Schilde rijen van W. Degouve de Nuncques. Tot_"l5 Aug. Hotel Hamdorf, Laren (N.-H.) Tentoonstelling van schilderijen, aquarellen en teekeningen. Tot l Sept. j-j' WEILIGEWEG 11-17 «AMSTEQDAM Kleermakerij Bij ons verkrijgbaar N.R.V. MONTA SCHOENEN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl