De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 16 augustus pagina 13

16 augustus 1930 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

No. 2776 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 16 AUGUSTUS 1930 t m «at »t a jbare. t* «m pvar ider *?»>. iki ve d. EEN JUWEEL VAN RECLAME-KUNST BOEKBEiPEKING P. Kloppers. Midtrnacht. Detective-roman uit donker AmJerdam. Amsterdam z.j. A. J. G. Strengelt. Vele theorieën zijn er vtkondigd over de manier, waarop men een detectre-roman moet samen stellen. De een zegt: H moet zóó zijn," en de ander zegt: neen, zóó.'Maar allen zijn het er over eens, dat hij boeieil moet zijn. En in dit Opzicht behoort deze ronJi niet tot de slechtste. Tot de beste ook niet; d experts in binnen- en buitenland hebben boekfl geschreven, die dit verhaal ver overtreffen, lied is in dezen roman het stellen van het geval. L verschillende personen, die, allen met evenvee recht, in aanmerking komen om de dader te zij: Dat spant de aandacht, «n wekt verwachting naa den verderen loop. van het verhaal. Maar het vrvolg stelt te leur. De manier, waarop de deteïive Middernacht" er Achter komt, dat er geei sprake is van moord, maar slechts van zelfmooi, mist alle originaliteit «n. wekt den naar-zake&en indruk van een krantenbericht. Zoo iets i belangrij k: de spanning te laten stijgen tot het sh. De schrijver heeft de middelen, die voor de han liggen om die spanning te bewerken, niet gebruik Verder is verkeerd in lt boek: de persoonlijk heid van den detective. SMock Holmes, Ronatabille, Geoffrey Gul, Leo Cjring zijn personen. Zij onderscheiden zich door e;enaardigheden in ver band met hun vak, waar>or zij den lezer inteTesseeren. Deze eigenaaiigheden zijn noodig, "wil de auteur de belangsilling van zijn publiek vasthouden. Het is een amrstie van leven of dood. ?Geen schrijver heeft zoove verplichting aan zijn publiek als de auteur, dii zich waagt aan een ?detective-roman. Piet Klopers heeft daar wel iets van gevoeld, en hij hec ook wel geprobeerd, van zijn detective een typee maken. Maar dit is 3iem zeer slecht gelukt. Wa hij van hem vertelt, is te conventioneel en te aemeen. En vooral te "weinig sensationeel. Deze dective is eigenlijk een «dooie diender, die tamelijl toevallig achter de waarheid komt. Wat mij bij de lezing ookiog hinderde, was de tstijl van het boek. Deze isvoor den eenigszins «onderlegden lezer van belan. Piet Kloppers kan «niet al te best schrijven, en heis een groote dwaling «om te meenen dat men dan tijd nog goed genoeg ?is voor een detective-roman! Ten slotte moet ik hier opierken, dat de onder titel detective-roman uit ónker Amsterdam" dets misleidends heeft. Van Jonker Amsterdam" wordt in dit boek niet meeiverteld, dan wat de ?in een auto-car rondrijdende -zien krijgt. eemdeling er van te HERM NJJMIDDENDORP k. NV.ARNHEMSCHE HVOTHEEKBANK Hyp. KAPITAAL BESCHIKBAAR DIRECTIE M? 5.J.VAnZlJST- j?J.F.VERSTEEVEN Droste-Gedenkboek. Tekst van Jan Feith. Teekeningen van Jo Spier Wanneer er bij den stortvloed van reclame drukwerken, die schier dagelijks over ons wordt uitgegoten, iets is dat meer dan het overige de aandacht trekt, dan komt dit gewoonlijk doordat het ding in quaestie zich opdringt. Niet alzoo het gedenkboek dat Droste's Cacao- en Chocolade fabrieken N.V. uitgaven ter eere van haar 40-jarig bestaan. Integendeel. Niemand zal op 't eerste gezicht in dit pretentielooze boekje van zeer be scheiden omvang een gedenkboek en nog wel een reclame-gedenkboek vermoeden. Het toeval wilde dat ik het ontving tegelijk met eenige prentjes voor kinderen, en mijn eerste gedachte was, dat beide dingen bij elkaar behoorden, nml. dat ik hier een kinder-prentenboekje voor me had. Door z'n smetloos blanke omslag, waarop een kinderlijk naief, frisch gekleurd prentje van bloemen en een stoombootje op zee wekte het terstond dezen indruk. Nadere beschouwing deed haar natuurlijk verdwijnen, maar (en dit is juist 't innemende van dit boekje) die van kinderlijkheid bleef. Dat doen 'm Jo Spier's prentjes; zij bezitten precies datzelfde bekoorlijke, dat onweerstaanbaar aantrekkelijke, waardoor ook een kinder-prentenboek ons, ouderen zoo pakken kan. Jo Spier heeft, als geen ander, de eminente gave om ons met een paar lijntjes, met een fractie van een onderdeel vaak, een geheel compleet beeld van iets voor den geest te roepen. En dat iets" kan zulke afmetingen hebben, dat wij, staan we er voor, het lang niet met n oogopslag kunnen overzien. Spier is als teekenaar naïef in den besten en aantrekkelijksten zin des woords, en daarbij, óók als geen ander, geestig in hooge mate. Zie nu bijv. hoe hij hier met 4 kleine krabbel-prentjes van een paar c.M2. grootte, een scheepje, een vuurtorentje, een compas en 2 poppetjes het verhaal illustreert van den Engelschman, die uit Londen naar Haarlem kwam en hoe door deze 4 luttelheden de gansche koddige geschiedenis zich als een filmbeeld voor ons ontrolt! Wat 'n ontzaglijke wijdte" zit er in dat prentje van den eigen vrijen wallekant." We staan hier werkelijk aan 't Spaarne en toch zien we er feitelijk niets van dan n ducdalf ! Aan oen prozaïsch motief als een stapel balen heeft Spier genoeg om er een aller-smakelijkst prentje uit te puren. Het toppunt van oorspronkelijke geest vind ik echter in het prentje: Er is ook een pensioenfonds." Zoo'n gezellig groen steenen spaarvarkon, staande vóór de hooge roode en blauwe fabrieksgevels, is er mér noodig om onmiddellijk de twee gedachten: werken en sparen" te associëeren? Maar ook: zag iemand ooit een oorspronkelijker vertolking daarvan? fAls laatste prent is er dan: Droste's fluit zal blijven blazen." Dit bijschrift klinkt als een fier devies, en fier rijst ook hoog in de blauwe lucht de fluit diu haar snerpende sirene doet gieren over de stad, waarvan wij slechts de uiterstejdaken-toppeu maar tegelijkertijd het heele panorama zien. ^4 Wat rood, wat blauw, wat groen, dit was voor Spier voldoende voor het bereiken van een effect, dat dit keengezonde boekje stempelt tot een klein meesterwerk, als reclame voor Droste ongetwijfeld van onschatbare waarde. De prettige, vlotte toon, waarop Jan Feith den tekst schreef, behoeft hier geen nader betoog, zij draagt tot de aantrekkelijkheid van dit boekje natuurlijk niet weinig bij. En als we dan voldaan glimlachende de laatste bladzijde omslaan, dan zien we daarop onderaan staan :4Printed and made in Holland; Joh. Enschedéen Zonen, Haarlem. Waarom nu dit vreemde vlaggetje op dit zoo oer-Hollandsche boekje voor een oer-Hollandsch bedrijf? Het is een zachte wanklank in het zoo zuiver gestemde geheel. WYBO MEYER VOETLICHTJES Nader tot U.... (7) Sinds door een zorgvuldig bewaard juste milieu" tusschen acteur en toeschouwer het tooneel den slapcrigsten dood gestorven is, doet voor tooneelhervormers de tweeledige wet van den tooneolkijker opgeld. Of wel men geeft de vertooning als het ware door den omgekeerden lens, plaatst het tooneel in de distantie en. laat het den toeschou wer door het kleinst mogelijke objectief zien (Cocteau, (jeorg Kaiser), óf wel men streeft een dichter bij halen, een actieve, collectieve regie ook van de toeschouwers na (zooals Piscator dat van de Russen leerde.) Om dit laatste te beleven hoeft men geen Duitsche opvoering van ,,§218" te gaan zien. Wie thans op Zaterdag- of Zondagavond in de Plantage Schouwburg komt, kan niet alleen zien doch ook hooren hoe het publiek den marqué" Burgdorffer ontvangt, een bewijs, dat de tijden, toen men ter zelfder plaatse Veltman aan de achterdeur opwacht te om hem een pak rammel te geven voor zijn ploerterig gedrag tegenover het onschuldige doch tertje, wellicht zullen wederkeeren. Ook heeft men hier tijdens een Othello"-opvoering, waar de held immers herhaaldelijk vraagt: Desdemona, waar is LTw zakdoek", wel eens uit het publiek de welgemeende raad gehoord, dat hij nou maar moest opschieten en desnoods z'n neus ook wel aan de mouw van zijn moorenpak kon af vegen. Zoover als bij een opvoering van hetzelfde stuk in Ohicago, een aantal jaren geleden, heeft de Russische regie het echter bij ons nog niet gebracht. Toen daar immers Jago den weifelenden Othello opstookte, maakt een officier van het Amerikaansche leger zich zoo driftig, dat hij den armen Williarn Butts, die Jago speelde, van het parket uit neerschoot. Toen hij merkte wat hij gedaan had, schoot hij zichzelf dood. Chicago begreep echter den diepen zin van deze tooiieelgebeurteriis, be zorgde beiden een grootsche begrafenis op stadskosten en plantte een schoone zuil op hun graf met de opdracht: To the ideal aetor and the idtal spectator". As you like it, schreef Tairoff, dio deze tragi komische geschiedenis weer eens m herinnering brengt.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl