De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 27 september pagina 7

27 september 1930 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

DEGROÉNS AMSTERDAMMER VAN 27 SEPTEMBER 1930 l'JSt ft; /H. t-an Sj. Kuperus voor Uit de Levende Natuur" Natuurlijke historie voor de Schooljeugd door A. B. Wigman paar weken voor de zomervacantie kwam -er een leerling, die voor 't toelatings examen zat, raad vragen over 't voedsel, dat hij aan een uit 't nest genomen jong steenuiltje geven moest en toen raakte ik met hem aan den praat over vogels, padvinderij, nestjeszoeken en alles wat daarbij komt kijken. Ik vond het nogal merkwaardig dat die jongen 't uilenest gevonden had en dat hij tevens het dier bij den goeden naam noemde, want als men bij zulke kna pen wat dieper en nauwkeuriger op de zaak ingaat, blijkt meestal, dat ze in bosch en veld wel heel wat opmerken, doch daaraan zelden naam en beteekenis kunnen geven. Mijn bezoeker had echter nog meer pijlen op zijn boog en vertelde allerlei bijzonderheden over gedane vondsten, die on mogelijk op fantasie berusten konden, zooals van den zeldzamen zwarten specht aan een mij niet onbekende laan, stellig twee uren gaans verwijderd. Ik stond daar nogal van te kijken en beloofde den pienteren spoorzoeker wat lectuur over deze dingen, als 't examen achter den rug was, want het is goed zulke liefhebberijen in de juiste banen te leiden. * * * Hoe levendig kwamen mij bij dit onderhoud de zelf-beleefde avonturen in bosch en veld op dezen leeftijd weer voor den geest en hoe gelukkig waren wij niet, wanneer iemand ons toen met het leenen van een boek of tijdschrift over allerlei moeilijkhe den heen hielp. Aan dergelijke hulp was vijf-entwintig jaar geleden niet zoo makkelijk te komen als tegenwoordig, want aan popularisatie der natuurlijke historie werd nog maar bitter weinig gedaan en aan kamergeleerdheid hadden wij niet veel. Van periodieken kenden we eigenlijk alleen het maandblad De levende Natuur" onder het driemanschap Heimans, Thijsse en Jaspers, docli dat bevatte dan ook zulk een schat van wetens waardigheden, dat we nauwelijks den verschijnings datum afwachten konden, vooral als er misschien een korte mededeeling van onszelf in zou staan. Kunstzaal van Lier Rokin 126 Amsterdam. Oosterscha & Europeescha antiquiteiten Oude an Madame schilderijen en plastieken Negerkunst A Ethnographlca De opwekkende, begrijpelijke artikelen met de nu alweer lang verouderde penteekeningen verslonden we en in stille hoop leefden wij op het zien van 't beroemde Texel, het vogelparadijs, waarover zulke boeiende relazen vele bladzijden vulden of later op allerlei andere rijke gebieden, het geheele land door. Inderdaad was dit uitstekend geredi geerde orgaan een krachtige stimulans tot het voortzetten onzer liefhebberij en tot den huldigen dag ben ik er een trouw abonnéop gebleven. Er zijn menschen, die De levende Natuur" van de laatste jaren te wetenschappelijk en niet zoo aantrekkelijk vinden als eertijds, maar wij moeten niet vergeten, dat de studie van wat er buiten leeft en groeit en bloeit groote vorderingen heeft gemaakt en dat we over den tijd, toen alles nog vrijwel in windselen lag, reeds lang heen zijn. Toch heeft het een groote bekoring de eerste jaargangen nog eens door te bladeren en die frissche, levendige beschrijvingen te herlezen. Ik wilde ze mijn vriend van 't steenuiltje ook leenen, doch dat behoeft nu niet meer, want dezer dagen verschenen een viertal leesboekjes voor de hoogste klasse der lagere school, die in zelfkeur van dr. Jac. P. Thijsse de aardigste en leerzaamste bijdragen er uit brengen *). Ik ben blij, dat deze herdrukken verschenen zijn, want die vroege jaargangen zijn schaarsch geworden en zien er voor onze, aan moderne uitgaven gewende jongelui wat verouderd uit. Nu zijn ze in een fleurig, kleurig kleed gestoken en door Sj. Kuperus opnieuw en overvloedig geïl lustreerd: de belangstelling van onderwijzers en jeugd door tekst en mooie penteekeningen dubbel en dwars waard. Wat zullen de leerlingen genieten van deze ontdekkingsreizen en zwerftochten in hun eigen land, die, al werden ze enkele tientallen jaren geleden geschreven, nog ten volle de attractie en bewondering verdienen van het huidige geslacht en wat kan hun leermeester deze stof boeiend uit bouwen aan de hand van kaarten en demonstratie. Uit alle hoofdstukken spreekt de oprechte vreugde van do kennismaking met onze Nederlandsche landschappen en zijn planten en dierenwereld; hoe kostelijk is niet de schets Winter aan de Zuiderzee" of Een tocht met de Pijlstaart," avontuurlijk en tintelend van het jongensachtig plezier, dat de auteur bij het neerschrijven bezeten moet hebben. De bijen- en wespenverhalen populair, maar vol leerzaam betoog, waarvan dr. Thijsse het geheim zoo volkomen kent, de levendige vogelschetsen, KRONIEK De Bandieten van Chicago EEN medewerker van Le Journal beweert twee rnaanden bij of met de bandieten van Chicago doorgebracht te hebben en publiceert in elk ge val een interview met den beroemden millionair chefbandiet Al Capone, die het gewaagd heeft van zijn buitengoed in Florida naar Chicago terug te keeren, trots den golf va.n orde-en-deugdlievendheid, die daar een oogenblik heerschte. Het interview leverde overigens niet veel anders op dan de ver zekering van den journalist, dat Al Capone, de bedrijver van vijftig halsmisdaden, een perfekt zacht en beschaafd man is, die verlichte denk beelden bleek toegedaan en veel goed doet. Het belangrijke van de zaak is echter dit interview op zich zelf door een reporter, die tegelijk excellente betrekkingen met de politie-autoriteiten onder houdt. Deze volmaakte neutraliteit, deze behan deling beider partijen op denzelfden voet karak teriseert namelijk den ganschen toestand. In Europa, in de beschaafde staten van het westen, heerscht in elk geval de fictie, dat het gouverne ment, de handhaver van recht en orde, boven de individuen en partijen staat. En tot zekere hoogte is dit, gezien wijze van benoeming en onafzetbaar heid der rechters en justitieele overheden, ook wel het geval. Bovendien heerschen er nog vaak zekere tradities en overtuigingen, die beletten, dat een regeering gestadig en enkel de speelbal van de machtigste en meestbiedende cliques wordt. En zoo blijven de gedragingen der burgers beperkt door een zeker wel zeer ruim fatsoen, waaraan door de overheid, meestal zonder baatzucht, de hand wordt gehouden. In Amerika evenwel vindt men niets van dit alles. Een politieman zeide, met bijtende ironie, tot den Journal-reporter, dat het wijdverbreide bandietenwezen in de States eigenlijk alleen ver oorzaakt werd door het deugdzame idealisme der Amerikanen. Zij willen den mensch volmaakt: niet spelend, niet drinkend, zonder vrouwenomgang. Daar dit echter blijkbaar te veel geeischt is en de burgers toch willen spelen, drinken en de rest, heeft men onvermijdelijk behoefte aan leiders, die met gevaar voor vrijheid en leven deze mogelijk heden verschaffen. Maar daartegenover dan ook niet scrupuleus kunnen zijn en recht hebben op behoorlijke winst. Dit is aardig gevonden, maar verklaart den toestand toch maar oppervlakkig. De diepere grond is, dat in Amerika zelfs de dictie van Staatshoogheid niet meer geldt, doch deze louter en alleen een onderneming is van de rijkste en machtigste groepen tot uitbuiting van de ove rigen. Waarbij geen traditie of waarlijk geldend fatsoen" belemmerend, in den zin van idealisee rend, in den weg treedt. Geldverdienen, rijk worden is hier het eerste en het laatste woord, en een gek is hij, die de hem gegeven gelegenheid niet ten volle gebruikt. Waar zou dan een staatsoverheid nog eenig prestige vandaan halen buiten haar feitelijke macht? Zij is de sterkste, dat is al. Maar wie kans ziet haar een deel van den buit te ont rukken, doet handig en evenzeer lovenswaard.... Bende tegen bende, en de moraal ergens in de hoogte, waar men er geen last van heeft. Doch het is dan ook enkel natuurlijk, dat de machtigste benden zekere compromissen treffen en hun terrein van actie afbakenen. Alleen als de andere al te zeer mishandeld worden komt daar heibel van. Als onlangs te Chicago. Maar veel te beteekeneii heeft dat niet. F. C. vooral die van Octoberdagen en -nachten op Terschelling", van Rottum", het gevoelige hoofdstuk Juliavond in 't Naardermeer" of Win tervreugd en zingende Trek," de rechtvaardiging van 't Hermelijn" en dan niet te vergeten Een week in een Vogelparadijs" dat wij als jongens half van buiten kenden en dat ik gisteravond met stil genoegen nogeens van a?z gelezen heb. Nu zit mijn dochtertje er van tijd tot tijd in verdiept. Ik heb haar de Egels van Amstelveen" gewezen, het eenige verhaal in de vier bundels, dat niet van dr. Th., doch van zijn vriend wijlen E. Heimans is. Het mag oen daad van piëteit heeten, dat aan deze onbetaalbare dierenschilderij een plaats is inge ruimd. Het is stellig te hopen, dat aan duze school boekjes met hun uitnemende strekking en sterk beeldend vermogen, de noodige aandacht wordt geschonken. *) Dr. Jac. P. Thijsse: Uit de Levende Natuur, i deeltjes. Uity. D. A. Daamen, 's-Haye.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl