Historisch Archief 1877-1940
8
*
Jupiter
(Paul Huf)
Het fAmsterdamsch Tooneel: Giraudoux'
Amphitryon.". Hollaudsche Schouwburg;
r7EV7ENENDERTIG maal sinds Plautus hebben
*-J de comedie-schrijvers zich veroorloofd om den
draak te steken met den edelen, al te edelen
Amphitryon, die n nacht zijn even schoone
als trouwe Alcmène aan Jupiter moest afstaan,
juist omdat zij zoo schoon en juist omdat zij zoo
ti'ouw wa,s. Jupiter kwam tot de vrouwen zijner
aardsche begeerten zooals zij hem het liefste
zagen: tot Leda f.ls een zwaan, tot Europa als
een stier, tot Alcmène als Amphitryon. Zevenen
dertig maal hebben de comedie-schrijvers Jupiter
gered ten koste van den gehoornden Amphitryon.
De achtendertigste Amphitryon" legde het
zwaartepunt op de vrouw, de schuldelooze, ver
standige, kuische Alcmène en maakte haar mach
tiger dan den machtigen Amphitryon, machtiger dan
den oppermachtigen Jupiter. De Alcmène van
Giraudoux heeft Jupiter niet noodig om de gevol
gen van haar avontuur in het reine te brengen,
dat van den jongen Hercules, die eens als vrucht
van deze nacht geboren zal worden, is voor Girau
doux van latere zorg. (Naar uit de mythologie
bekend, werden het gelukkig tweelingen.) Dit
ideaal aller huisvrouwen en aller huwelijksche
liefde weet van aanpakken en van een han
delen naar bevind van omstandigheden. Men
volgt haar met genoegen in hare perikelen.
Zag zij werkelijk Jupiter als minnaar gaarne,
zij had het voor Amphitryon niet beter
kunnen verbergen. Was zij werkelijk Amphitryon
trouw gebleven, zij had het Jupiter niet beter
kunnen openbaren. Jupiter en Amphitryon
beteekenen beiden niets tegen haar doorzicht en slag
vaardigheid, hun handen staan verkeerd" en
dat zij beiden, Alcmène echter zeker niet, de
nederlaag lijden, is overduidelijk.
Met de wonderlijkste middelen is Giraudoux
dit klassiek geval van force majeure" gelukt. Het
schijnt wel, dat het vak voor Giraudoux, die twee
jaar geleden toch aog wat onwennig tegen het
voetlicht stond te knipperen, geen geheimen
meer heelt. Er is hier weliswaar een woorden vloed,
waaraan de quantiteit en vooral de qualiteit
der daden onevenredig is, een verrukkelijk zorge
loos divageeren in de onderwerpen van den dag
en Giraudiaansche stokpaardjes, er is hier in
dit zwevende stuk ook wel het een en ander, dat
HET AMSÏR
Giraudoux9 Amphitryon" in
Ecclisse
(Anna Sablairolles)
men alleen onder den ban van het geestige
bonmot en de weergaloos handige compositie aanvaardt.
Maar niettemin, al laat dit stuk dan ook meer
aphorismen dan werkelijke indrukken achter, is
hier toch tooneel, comedie, met zoovele trouvailles
en finesses geschreven, dat men zich gewonnen
geven moet. Giraudoux, de novellist, schrijft
tooneel.
Zijn Siegfried" was nog wat stroever,
langdradiger, hoewel boeiender en groot er van ge
durfde conceptie. Zijn Amphitryon" is echter
in zijn kleiner formaat een sierwerk, gecompliceerd
en in zichzelf besloten als een sonnet.
Het kan zijn, dat voor een derde comedie de
gekunstelde perfectie van Giraudoux een gevaar
blijkt. Reeds thans blijft er een onberedeneerbaar
gevoel achter, dat Giraudoux aan het vrouwen
ideaal, dat hij met zooveel speelsche overtuiging
verdedigt, niet werkelijk gelot ft. Wat zij in de
latere jaren van dit bijna belachelijk volmaakte
huwelijk zal doen, Amphitryon, als een komisch
geziene Othello, wordt reeds grijs aan de slapen
en Alcmène heeft zoo haar eigen gedachten over
zijn fraseeren over eer, paarden en oorlog,?dat
ware stof voor een nieuwe comedie, waarbij
Jupiter's kus der vergetelheid, die hij thans aan
het slot niet al te zedig op haar schoone lippen
drukt, wel eens anderen invloed zou kunnen
hebben. Alcméno is vóór alles een vrouw, die
partij weet te trekken van de omstandigheden
en niet voor niets valt in den scherpen dialoog
eenige malen het woord chantage" en die
omstandigheden waren haar gunstig. Als zoodanig,
Dramatische Kroniek
Teekening voor de Groene Amstc
n in opzet n in menig détail, het.ft dit stuk een
opvallend pendant in de eveneens op anticlimax
gebouwde, modern-archaïseerende heldencomedic
van Krskinne The Private Life of Helen of Troje",
dat een moralitélégendaire" in
novellevorm in Amerika een succes de scandale"
had, tegenover het succes de snobisme" van
Giraudoux in Parijs.
Toch geloof ik, dat men Giraudoux onrecht
doet door in het midden te brengen, dat ook de
conjunctuur voor dergelijke comedies gunstig
is. Ongetwijfeld is Giraudoux een kind en kenj
ner van zijn tijd en zal er wie weet hoe
spoedig reeds wel iets van zijn glorie tanen
als de schijnwerpers elders gericht worden en het
decor ontluisterd" is. Maar anderzijds, hoeveel
ware humor ligt er toch in de duizend psychologisch
geraffineerde détails, zoowel in Siegfried" als
in Amphitryon" (om bij de tooneelstukken te
blijven), een soort psychologie, die ver boven
de personages uitgaat en hem die hedendaagsche
allegorieën doet schrijven, welke haar waarde
ontleenen aan den dubbelen zin en de bij
gedachte" bij wat door zooveel anderen
zws,arwichtiger, eindeutiger", maar daarom geenszins
minder belangrijk en scherp gezegd wordt. Hoe
knap is dat balanceeren op de scherpte van
een mes tusschen een klassiek thema, waarbij
alle zinnebeelden tenslotte mythologisch ver
antwoord zijn, en moderne levensbeschouwing,
die venijnig bepaald is door de pointe van zijn
door en door Joodschen humor.
En wel vér zijn wij hier af van het
goedkoope contrast tusschen hedendaagsch en antiek
leven, parodieën in den trant van de Bonne
Helene" van Jules Lemaitre. of zelfs de Belle
Helene" van Meilhac?Halévy! Giraudoux tast
niet het eene ten koste van het andere aan.
Hij sublimeert beiden in
het almenschelijke, tijdeloos
in een synthese van beider
tijdelijke herkomst.
Zelden b.v. is een Am
phitryon, met zijn eigen
argumenten en in zijn eigen
sfeer, belachelijker geschil
derd dan in de mannelijke"
taal, waarmee hier een
krijgsman" ten voeten uit
geheeld wordt, terwijl men
toch tegelijkertijd met hem
afrekent. Molière's Amphi
tryon" die trouwens zijn
hoofdwaarde ontleent aan de
figuur van den bediende
Sosias, die bij Giraudoux
een vrij onbelangrijke
episode wordt doet hier,
met zijn om de drie woor
den uitbrallen van
honneur" en imposteur", bijna
vaal ap.n. Hoe zorgvuldig
is ook die vermenschelijking,
die Jupiter zoo moeilijk valt
en het altijd Olympische,
traanlooze oogen zonder
nuance en een baby-huid,
dat hem blijft aankleven, hoe kostelijk daarnaast
die diviene zwakheden, in het tweede bedrijf,
als Jupiter een weinig verstrooid, ingebeeld en naar
de clou" der manifestatie hunkerend, die ochtend
lijke uren met de reeds weer volijverige en huis
houdelijke Altmère zoek brengt. In het derde
bedrijf, als hij, Jupiter Tonans opnieuw,
Arr:ihiMerc,
(Cruys V