De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 25 oktober pagina 5

25 oktober 1930 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 2786 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 25 OCTOBER 1930 Oude Schilderijen bij R. W. P. déVries De Nederlandsche Wacht am Rhein 3f. l P' ?kl F* .*? MEN kan op het oogenblik bij de firma B. W. P. de Vries enkele, wel zeer bijzondere nieuwe aanwinsten bewonderen, waaronder in de eerste plaats een tot nu toe onbekende Vermeer te vermelden valt. Van Vermeer zijn niet meer daa een 30-tal doeken bekend en iedere gelegenheid, die ons in staat stelt dezen grooten zeventiendeeeuwer, in de laatste jaren door velen zelfs boven Bembrandt gesteld, nader te komen, moet met dankbaarheid worden aangegrepen. Het hier tentoongestelde schilderij, door een expertise van prof. Vogelsang als echt" gewaar merkt is een groot figuur-stuk, waarop het be kende Bijbelsche tafereel van Lot met zijn beide dochters verbeeld wordt. Vermeer zou men kunnen noemen de groot gelukkige, die in zijn interieurs en stadsgezichten de rust van een verklaarde wijsheid wist te leggen; die de hem vertrouwde wereld van het Hollandsch binnenhuis en landschap gaf met een volkomen open realiteits-zin, die geen enkele factor van een romantische of andere vlucht" meer kende en door wiens werken, voornamelijk door middel van den wonderrijke, glaszuiveren toon van zijn kleuraccoorden (saam-gecomponeerd, in de eerste plaats met zijn prachtig citroengeel, zijn rood en Turksch blauw) de adem. gaat van een volledige, vreugdevolle aanvaarding, van een geluk, dat deze wereld tenvolle bejacht". Het is niet zoo, dat hij de dramatiek uit den weg gaat om zich in de intimiteit van het dagelijksche te verschansen; hij is de dramatiek, in waarheid, te boven.... Dit blijkt, voor wie het nog niet besefte, ten duidelijkste uit dit doek. De dramatiek, de bewogenheid der menschelijke handeling: de dronkenschap van den, op den grond liggenden vader het gebaar waarmede de, links op den voorgrond knielende dochter hem den beker nogmaals reikt, het gespannen-afwachtende, waarmede de andere doch ter,' links op den achtergrond, in afschuw bij de wijnkan den voortgang van het beraamde plan gadeslaat, het wordt alles gegeven met meesterlijke expressiviteit, het wordt gecomponeerd tot een levensvolle, suggestieve eenhe id-van-beweging, maar daarboven uit, of liever, daarin, ligt, toch in de kleur (de samenklank van het geel van het costuum der linksche dochter-figuur met het rood der, over Lot's beenen gespreide doek.vóór alles) in de lichtwerking van het geheel, een geluk, dat, waar het alles aanvaardt, ook zelfs waar het onderwerp er wel ver van af schijnt, een vrede beteekent, die getuigt, dat het leven, ook hier ! goed en beminnenswaard is ! Een mansportret (kniestuk) van Titiaan komt hier verder onze aandacht vragen. Men herkent in dit doek voor alles Titiaan's vermogen zijn sujet ten, zonder valsche vleierij, uitsluitend door hou ding en gebaar en een zekere monumentale schil dering, een imposant karakter te verleenen, waarin men dan ook de reden heeft te zoeken van zijn succes als portret-schilder onder de vorsten en edelen van zijn tijd. Vooral ook het diepe rood van het costuum werkt in dit stuk hiertoe mee. Overi gens kan men hier de opmerking van dr. A. Pit in zijn Denken en Beelden" gemaakt, deze nml. dat waar Leonardo da Vinci in zijn koppen, in de oogen de uitdrukking van het denkend leven wist te leggen, de navolgers (zelfs Titiaan in zijn por tretten !) falen dit te bereiken en aan den blik iets starends, iets verontrustends bijna geven," duidelijk gedemonstreerd vinden. Een zeer goede espressieve portret-kop van David toont dit vulkanisch genie", die de groote leermeester werd van de Fransche schilders der 19e eeuw, in zijn volle kracht, waarin een revoluti onair temperament en een klassicistische vormbeheersching tot een eenheid samenkwamen. Een kleine Goya, enkele portretten en een genre-tafereel van Longhi, een Greuze en een fraai stilleven van Jan Jansen v. d. Velde, voltooien deze kleine, maar belangrijke keur-collectie. A. E. VAN DEN TOL. SCHAKEL 1-17'AMSTEODAM naar maat VOOB ZEPPEUrt'5 op Eerst de luchtschepen, wanneer de vogels ?" Schoon Verschiet Bij ons verkrijgbaar [N.R. V. MONTA SCHOENEN Wat weien wij, die onze daagsche droomsn Als vreugde-voorland klaarlijk op zien Jcomsn, Zalig te zingen toch! Treffende zinnen Van het hoog-heerlijke-in-ons te btminnen Bengelt de beiaard in ons binnenst-binnen, Statiglijk stijgend tot de toren-tinnen. En dan weer dalende als roze'-aromsn, Die 't ledig leven zoetelijk omsoomen. Want rhythme rijpt t'd blijds openbaring. In teedre toonen als een' wondre waring. Ruischend als reyemal op bladcrgrond. Als bladgeritsel in den morgenstond. Want rJtythms is de oorsprong van al-ltvcn, Door w'ten w; aan o/izi' l'udi'en l:,v^n ijiven. GOEI N TH U S N IE LS S EN MEUBELFABRIEK PRACHTIG HOUT ZORGVULDIGSTE , AFWERKING VRAAGT ONTWERP EN OPGAVE

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl