De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 22 november pagina 11

22 november 1930 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

T~? "O TT" T T T^T <O HP JliJKJiiUJNS l Russische I k on e n ffenri van de Velde Albert Plasschaert een verbeelding van stad en land. Andere waarden voor dit keer terzijde latend, zij slechts gewezen op de belangrijke factor die ook deze schildering wederom vertegen woordigt in de mo derne herleving van het muurschilderen,'' vooral waar hier de kunstenaar met volle toewijding en, men zou haast zeggen, ouderwetsch - ambachte lijke liefde, de oude fresco-techniek (het direct schilderen in de natte kalk,) in prak tijk bracht. T. I>e bordpapieren paniiekovk Vzn tijd tot tijd be vangt ons voor ons tijdperk, waarop wij om den grooten tragischen gang soms zoo zeer verzot zijn, een niet-aangename angst en een gevoel, dat, naast alle winsten die wij boe ken, er ook verliezen geleden worden, die uit diezelfde boeken, worden gehouden. Wij hebben pen groote waardeering voor wat onze boviwkunst nu en dan inderdaad schiep, maar plotseling kunnen wij een groote eentonigheid ontdekJten in een aantal bouwwerken, die ..vooraan staande" bouwmeesters ontwierpen. En dat is niet de eentonigheid, die op een stijl duidt, en daarvan de onmiskenbare getuige is; het is een eentonigheid, die voortkomt uit gebrek aan phantaisie en verbeeldingsvermogen; het is een eentonigheid van profiteurs" en niet een bedwongenheid van spontane geesten. Kn deze soort geesteloosheid wordt gaarne gestut door de zoogeheeten schoonheidscommissies; deze armoede lijkt deze schoonheidscommissies een rijkdom, die zij door hun keurende zeef moeten gaeren; vandaar dat Wjj, niet alleen in den Haag. een aantal ge bouwen rijker" geworden zijn. die ons in wezentl^jkheid armer maken, en waarin wij het pulseeren missen of den verfijnden smaak van vele der '.vaat Roeblev vroegere bouwsels; waar ge van de nuttigheid de herhaling vindt, en niet van de schoonheid de variaties" noch van het monumentale de groote gebonden vlakken, die van 't innerlijk-groote gebouw het openbare gezicht zijn. Jn onzen hoog moed over onzen tijd worden wij dan plotseling beschroomd, en wij vinden de door de intelligente te verdedigen schoonheidscommissies meer kuddes van allicht goedwillenden, inderdaad eenzijdigen en dikwijls sjofelen naar den geest, die op de werke lijke zeef der kenners zouden blijven liggen als het nuttelooze stuiverige kaf (dat de wind verwaaie !) En naast de trots op onze nieuwe bouw kunst (wij beperken onze bewondering tot weinig gebouwen !) zijn wij trotsch op onze meubels en op de verdere kunsten van het binnenhuis, van onze kamers. Wij weten langzamerhand echter, dat wij ons de meubels, die een deel van de his torie van oris leven kunnen worden, als heden zeld zaam behooren te beschouwen, en dat het steeds historie-looze meubel, de stoel-zonder-geschiedenis en wien geen herinnering ooit dierbaar kan maken, als de ons toekomende hebben te aanvaarden. De bouwmeesters maken en zien ons als emigranten van de eene flat naar de andere, en wat ons lichaam betreft betreuren zij het steeds, dat wij niet uit losschroefbre kubi etc. bestaan, die bij tijd en wijle opgeborgen kunnen worden. Komt hun tijd, dan inderdaad kunnen wij zeggen: wij hebben onze vrouw zoo lang maar opgeborgen (zij ligt in kast No. zes) en wij worden straks opgeborgen in kast 32, in kamer 3. Deze tijd komt ongetwijfeld (Wright is daarvan alleen nog een tegenstander, hij erkent do natuur !) en op onze betonnen pleinen zie ik binnenkort de in beton gemodelleerde draaien tegen de zon in, om de schaduw groot te houden, bewogen door uurwerken, die een agent der schoonheidscommissies regelt van-uit n cen traal punt. De menschen blijken dan do meest onwillige objecten voor de in glazen torens tro nende oppermachtige Bouwmeesters, die uit ijle draden heole plannen voor steden vlechten bij het drinken van een kleurlozeii drank uit vierkante glazen. ITet in de Diaphane periode ! De mensch heeft alleen nog wat over van de dichtheid der domheid; hij biedt nog wat weerstand aan de stormen van gezonde gefiltreerde, gesteriliseerde lucht, die door de open ruimten waaien. Maar juist omdat ik deze tijd van door-en door-gelucht zijn, voorzie, trof mij. dat er toch ook in de kunsten der-versiering nog tegen-uitingen op te merken zijn; en misschien zijn deze fouten een verkeerd gevolg van de allernoodzakelijkste normaliseerin gen en standaardiseeringen. Als zulke fout treft mij tenminste de hartstocht voor de bordpapieren? pannekoek. Ik had, minder gevaarlijk, misschien kunnen zeggen: de panriekoek, maar ook dan, Zacharias en Bileam lezer, lijkt mij voor u eenige uitleg nog noodig ! Ik weet niet, of ge met denzelfden hartstochtelijken ijver als ik de hoofddeksels der beambten en ambtenaren nagaat. Ik ken ambtenaren met wufte hoofddeksels, ijle hoedjes op ijdle hoofden en anderen met zware hoeden op zware koppen. Gij kent ze als ik en waardeert ze, waarschijnlijk» anders dan ik. Maar zij hebben eenige vrijheid in het kiezen der hen behoorlijk makende hoofd deksels, die zij torsen met zwakken romp en slappe knieën of met stuggen tors en beenen als kolom men ! Ik bedoel echter nu naar aanleiding van het opschrift dezer uitweiding, meer de beambten, wien het te dragen hoofddeksel van hoogerhand" wordt voorgeschreven. Bij dit opperst commando der hoofddeksels heerscht de eindelooze eerbied voor de bordpapieren pannekoek. Dat is niet alleen ons duidelijk-geworden door de hoofd deksels onzer meest elegante generaals maar ook door den nieuwen hoofdsier der brievenbestellers. De oude hoofdsier en hoofdbedekking was kepiachtig en luchtig. Het was versierd met don hoorn der posterijen, en het was een aangename gedachte en gevoel, te zien en te weten, dat deze luchtige hoofddeksels fle hoofden der ijvrige beambten niet bezwaarden, en het gezicht voldoende vrij liet om onzen brievenbesteller te erkennen. Maar de hartstochtelijken van de bordpapieren pannekook voelden zich tekort gedaan, en zij schiepen. op duitschen trant, het nieuwe model, waar de bordpapieren pannekoek alle snelheid (en een postbode hoort toch snel te zijn') overwonnen. De nieuwe pet heeft bovenaan ecu groot cirkelvlak bekleed met laken. Dit eirkelviak ontslaat door hot aanbrengen boven aan de pet dus. van een bordpapieren pannekoek, die de noodzakelijke plomphoid van de pot geeft. Het is tot mijn spijt voor mij oen fout want hut is loolijk. Ik geef toe, dat hut vleiend moot zijn voor de postbode, dezelfde pet te dragen als de generaal, on dat dit alles oen bewijs is van normaliseering, misschien wel van standaardiseering, oen continuïteit dus maar een continuïteit is hot in een fout ! Modern was geweest geen pannekoek. maar een pot. lucht en ijl als een vlivs. togen rego/n bestand, togen do zon tot schut, snel van vorm. opvouwbaar als oen buret, dus die weinig plaats innam on in laatje A'o. negen van kast veertien in du flat model Ab. kon geborgen worden door moeder do-vrouw. I'LASSCHAKHT Nieuwe uitgaven ..Ken (>ceiiiinrhnlil mei Ilindcrninnen" door ,/. run tfclialkirijk. f/eïlliatlreerd door l'nl l)<ni\. { itifdi'e (''elir. l\ltülni<tfi - Alk»tti<ii'. Inderdaad, er stak copio in al wat do voort varende 11.15.S.sor. l'iol Lenomans beleefde op deze ooeaanvluoht mot hindernissen. Om der wille van zijn vader, die journalist is. begeeft dit jongmonsch zich in vele govaren. Ach. als allo journalisten zooveel bof in hun leven haddon als deze vader 011 zoon! on allo vlieg tuigen-bouwende ingenieurs zoons haddon als ..de Conis." Het gaat in dit werkelijk spannend geschreven boek wol wat teveel van oen luien dakjo. Maar ondanks de onmogelijkheden die do schrijver ons voorzet, lozen wo hot verhaal van begin tot einde met genoegen on do jongens, wier jeugdig brein geen onmogelijkheden erkent, zullen er in ieder geval van smullen. KMMY B.?B.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl