Historisch Archief 1877-1940
T~? "O TT" T T T^T <O HP
JliJKJiiUJNS l
Russische I k on e n
ffenri van de Velde
Albert Plasschaert
een verbeelding van
stad en land. Andere
waarden voor dit keer
terzijde latend, zij
slechts gewezen op de
belangrijke factor die
ook deze schildering
wederom vertegen
woordigt in de mo
derne herleving van
het muurschilderen,''
vooral waar hier de
kunstenaar met volle
toewijding en, men
zou haast zeggen,
ouderwetsch - ambachte
lijke liefde, de oude
fresco-techniek (het
direct schilderen in de
natte kalk,) in prak
tijk bracht.
T.
I>e bordpapieren
paniiekovk
Vzn tijd tot tijd be
vangt ons voor ons
tijdperk, waarop wij
om den grooten
tragischen gang soms zoo
zeer verzot zijn, een
niet-aangename angst
en een gevoel, dat, naast alle winsten die wij boe
ken, er ook verliezen geleden worden, die uit
diezelfde boeken, worden gehouden. Wij hebben
pen groote waardeering voor wat onze boviwkunst
nu en dan inderdaad schiep, maar plotseling
kunnen wij een groote eentonigheid
ontdekJten in een aantal bouwwerken, die ..vooraan
staande" bouwmeesters ontwierpen. En dat is
niet de eentonigheid, die op een stijl duidt, en
daarvan de onmiskenbare getuige is; het is een
eentonigheid, die voortkomt uit gebrek aan
phantaisie en verbeeldingsvermogen; het is een
eentonigheid van profiteurs" en niet een
bedwongenheid van spontane geesten. Kn deze soort
geesteloosheid wordt gaarne gestut door de
zoogeheeten schoonheidscommissies; deze armoede lijkt
deze schoonheidscommissies een rijkdom, die zij
door hun keurende zeef moeten gaeren; vandaar
dat Wjj, niet alleen in den Haag. een aantal ge
bouwen rijker" geworden zijn. die ons in
wezentl^jkheid armer maken, en waarin wij het pulseeren
missen of den verfijnden smaak van vele der
'.vaat Roeblev
vroegere bouwsels; waar ge van de nuttigheid de
herhaling vindt, en niet van de schoonheid de
variaties" noch van het monumentale de groote
gebonden vlakken, die van 't innerlijk-groote
gebouw het openbare gezicht zijn. Jn onzen hoog
moed over onzen tijd worden wij dan plotseling
beschroomd, en wij vinden de door de intelligente
te verdedigen schoonheidscommissies meer kuddes
van allicht goedwillenden, inderdaad eenzijdigen
en dikwijls sjofelen naar den geest, die op de werke
lijke zeef der kenners zouden blijven liggen als
het nuttelooze stuiverige kaf (dat de wind
verwaaie !) En naast de trots op onze nieuwe bouw
kunst (wij beperken onze bewondering tot weinig
gebouwen !) zijn wij trotsch op onze meubels en
op de verdere kunsten van het binnenhuis, van
onze kamers. Wij weten langzamerhand echter,
dat wij ons de meubels, die een deel van de his
torie van oris leven kunnen worden, als heden zeld
zaam behooren te beschouwen, en dat het steeds
historie-looze meubel, de stoel-zonder-geschiedenis
en wien geen herinnering ooit dierbaar kan maken,
als de ons toekomende hebben te aanvaarden. De
bouwmeesters maken en zien ons als emigranten
van de eene flat naar de andere, en wat ons lichaam
betreft betreuren zij het steeds, dat wij niet uit
losschroefbre kubi etc. bestaan, die bij tijd en wijle
opgeborgen kunnen worden. Komt hun tijd, dan
inderdaad kunnen wij zeggen: wij hebben onze
vrouw zoo lang maar opgeborgen (zij ligt in kast
No. zes) en wij worden straks opgeborgen in kast
32, in kamer 3. Deze tijd komt ongetwijfeld (Wright
is daarvan alleen nog een tegenstander, hij erkent
do natuur !) en op onze betonnen pleinen zie ik
binnenkort de in beton gemodelleerde draaien
tegen de zon in, om de schaduw groot te houden,
bewogen door uurwerken, die een agent der
schoonheidscommissies regelt van-uit n cen
traal punt. De menschen blijken dan do meest
onwillige objecten voor de in glazen torens tro
nende oppermachtige Bouwmeesters, die uit ijle
draden heole plannen voor steden vlechten bij het
drinken van een kleurlozeii drank uit vierkante
glazen. ITet in de Diaphane periode ! De mensch
heeft alleen nog wat over van de dichtheid der
domheid; hij biedt nog wat weerstand aan de
stormen van gezonde gefiltreerde, gesteriliseerde
lucht, die door de open ruimten waaien. Maar juist
omdat ik deze tijd van door-en door-gelucht zijn,
voorzie, trof mij. dat er toch ook in de kunsten
der-versiering nog tegen-uitingen op te merken
zijn; en misschien zijn deze fouten een verkeerd
gevolg van de allernoodzakelijkste normaliseerin
gen en standaardiseeringen. Als zulke fout treft
mij tenminste de hartstocht voor de bordpapieren?
pannekoek. Ik had, minder gevaarlijk, misschien
kunnen zeggen: de panriekoek, maar ook dan,
Zacharias en Bileam
lezer, lijkt mij voor u eenige uitleg nog noodig !
Ik weet niet, of ge met denzelfden hartstochtelijken
ijver als ik de hoofddeksels der beambten en
ambtenaren nagaat. Ik ken ambtenaren met
wufte hoofddeksels, ijle hoedjes op ijdle hoofden
en anderen met zware hoeden op zware koppen.
Gij kent ze als ik en waardeert ze, waarschijnlijk»
anders dan ik. Maar zij hebben eenige vrijheid
in het kiezen der hen behoorlijk makende hoofd
deksels, die zij torsen met zwakken romp en slappe
knieën of met stuggen tors en beenen als kolom
men ! Ik bedoel echter nu naar aanleiding van het
opschrift dezer uitweiding, meer de beambten,
wien het te dragen hoofddeksel van hoogerhand"
wordt voorgeschreven. Bij dit opperst commando
der hoofddeksels heerscht de eindelooze eerbied
voor de bordpapieren pannekoek. Dat is niet
alleen ons duidelijk-geworden door de hoofd
deksels onzer meest elegante generaals maar ook
door den nieuwen hoofdsier der brievenbestellers.
De oude hoofdsier en hoofdbedekking was
kepiachtig en luchtig. Het was versierd met don hoorn
der posterijen, en het was een aangename gedachte
en gevoel, te zien en te weten, dat deze luchtige
hoofddeksels fle hoofden der ijvrige beambten niet
bezwaarden, en het gezicht voldoende vrij liet
om onzen brievenbesteller te erkennen. Maar
de hartstochtelijken van de bordpapieren
pannekook voelden zich tekort gedaan, en zij schiepen.
op duitschen trant, het nieuwe model, waar de
bordpapieren pannekoek alle snelheid (en een
postbode hoort toch snel te zijn') overwonnen.
De nieuwe pet heeft bovenaan ecu groot cirkelvlak
bekleed met laken. Dit eirkelviak ontslaat door
hot aanbrengen boven aan de pet dus. van een
bordpapieren pannekoek, die de noodzakelijke
plomphoid van de pot geeft. Het is tot mijn spijt
voor mij oen fout want hut is loolijk. Ik geef
toe, dat hut vleiend moot zijn voor de postbode,
dezelfde pet te dragen als de generaal, on dat dit
alles oen bewijs is van normaliseering, misschien
wel van standaardiseering, oen continuïteit dus
maar een continuïteit is hot in een fout ! Modern
was geweest geen pannekoek. maar een pot. lucht
en ijl als een vlivs. togen rego/n bestand, togen
do zon tot schut, snel van vorm. opvouwbaar als
oen buret, dus die weinig plaats innam on in laatje
A'o. negen van kast veertien in du flat model Ab.
kon geborgen worden door moeder do-vrouw.
I'LASSCHAKHT
Nieuwe uitgaven
..Ken (>ceiiiinrhnlil mei Ilindcrninnen" door
,/. run tfclialkirijk. f/eïlliatlreerd door l'nl
l)<ni\. { itifdi'e (''elir. l\ltülni<tfi - Alk»tti<ii'.
Inderdaad, er stak copio in al wat do voort
varende 11.15.S.sor. l'iol Lenomans beleefde op
deze ooeaanvluoht mot hindernissen.
Om der wille van zijn vader, die journalist is.
begeeft dit jongmonsch zich in vele govaren.
Ach. als allo journalisten zooveel bof in hun
leven haddon als deze vader 011 zoon! on allo vlieg
tuigen-bouwende ingenieurs zoons haddon als
..de Conis."
Het gaat in dit werkelijk spannend geschreven
boek wol wat teveel van oen luien dakjo. Maar
ondanks de onmogelijkheden die do schrijver ons
voorzet, lozen wo hot verhaal van begin tot einde
met genoegen on do jongens, wier jeugdig brein
geen onmogelijkheden erkent, zullen er in ieder
geval van smullen. KMMY B.?B.