Historisch Archief 1877-1940
No. 2790
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 22 NOVEMBER 1930
OUSTRIC
door C. A. Klaasse
GIDDING
1TUYNENBURG MUYS|
ISCHILDFDSI
DE Oustric-krach .heeft niet alleen in Frank
rijk, maar ook daarbuiten sterk de aandacht
getrokken. De meest onwaarschijnlijke consequen
ties zitten er zelfs aan vast. Immers het klinkt niet
lieel erg plausibel dat de koers van het pond ster
ling, een zoo internationaal georiënteerde valuta,
«en gevoelige daling zou ondergaan tengevolge
van het feit dat de heer Oustric pleite maakt. En
toch is dat zoo. En wel langs dezen omweg : de
Fransche spaarders en deposanten, opgeschrikt
door de debacle bij de Banque Oustric en de met
deze bank gelieerde finincieele instellingen, heb
ben een zeer belangrijk deel van hun depots bij de
groote banken opgevraagd. Deze konden aan die
opvragingen slechts tendeele voldoen door
herdisconto van portefeuille-papier bij de Banque
de France, ondanks het feit, dat deze in verband
met het belang eener vlotte uitbetaling hare anders
vrij strenge eischen tijdelijk verzachtte. De
Fransche discontomarkt is, alle pogingen der laatste
jaren ten spijt, nog vrij slecht georganiseerd, en de
banken zijn, indien zij plotseling alle tegelijk het
hoofd hebben te bieden aan saldiopvragingen, op
andere bronnen aangewezen. Nog steeds hebben
sij omvangrijke sildi in Londen uitstaan al is
daarvan in de laatste jaren een zeer belangrijk
deel teruggetrokken en omgezet in Fransch
bankpapier en daarvan hebben zij nu een deel
afgestooten. Met als gevolg dat het pond sterling ten
aanzien van den franc een flinke duikeling maakte.
Had niet de Banque de France tijdelijk ingegrepen,
dan zou de koersdaling wellicht nog sterker zijn
geweest.
Maar om nu tot het geval-Oustric zelf terug te
keeren: dit is tot op zekere hoogte ongetwijfeld
?een teeken des tijds. Baisse aan de effectenbeurs
en algemeene economische depressie plegen ge
woonlijk gepaard te gaan met groote en kleine
faillissementen. Deze zijn het juist die als de ty
pische crisissymptomen beschouwd kunnen wor
den. Depressie beteekent lage prijzen, dalende
winsten, werkeloosheid enz. Crisis is een begrip
dat men verbindt aan schokkende gebeurtenissen
als financieele krachs, panieka-chtige koersdalingen
aan de beurs enz. Allen die de beruchte crisis van
1907 hebben meegemaakt, herinneren zich onge
twijfeld nog de krach van de Knickerbockertrust,
die na een reeds zeer onrustige periode op de beurs
andermaal de koersen op een ongekend
laagterecord bracht. Die faillissementen zijn soms het
gevolg van een val der goederenprijzen (handels
ondernemingen en handelaars in stapel-artikelen)
soms staan zij in verband met zuiver financieele
transacties, bevroren credieten, daling van beurs
koersen. Van moeilijkheden in verband met den
val der goederenprijzen die toch buitengewoon
sterk is is in deze crisis weinig of geen sprake
geweest. De gewijzigde organisatie van den groot
handel waardoor de voorraad vorming door den
zelfstandigen handel van minder beteekenis is
geworden zal daarop ongetwijfeld van invloed zijn
geweest. Trouwens ook de zuiver financieele crisis
verschijnselen zijn minder veelvuldig, en althans
minder hevig dan in vroegere crises veelal het geval
~was. Weliswaar zijn heel wa,t financieele instituten
van beteekenis over de tong gegaan zelfs groote
onder de groote als bijv. de National City Bank
hebben zich niet geheel aan geruchten kunnen
onttrekken maar tot een krach is het maar in
enkele gevallen gekomen. Favag, Bodenkredit,
Hatry waren gevallen van heel bijzonderen aard
die slechts in min of meer verwijderd verband
tot de depressie stonden, het meest van deze mis
schien nog de Hatry-krach. En in Amerika zijn
ook wel een paar honderd bankjes fout gegaan,
maar dat is voor dat land met zijn duizenden locale
banken weinig bijzonders.
Wat niet wegneemt dat toch de val van Oustric
wel degelijk indirect samenhangt met de algemeene
crisis. En wel in het bijzonder met de daling
van de beurskoersen. Oustric was een financieel
faiseur van vrij groot kaliber schoon met geen al
te beste reputatie. Zijn operaties en het welslagen
daarvan waren gebaseerd op een tweetal omstan
digheden: ten eerste zijn overtuiging dat opdrijven
van den koers van een aandeel een bijna zekere
winstbron was omdat men altijd wel genoeg
gekken vond om de fondsen zelfs na een enorme
stijging te koopen; en in de tweede plaats de men
taliteit van het Fransche publiek. De Franschc
spaarder pleegt zijn kapitaaltje in. tweeën te
vordeelen. Eenerzijds verreweg het grootste deel. dat
hij zoo soliede mogelijk belegt in .,Rentes" en
andere prima papieren. En een klein gedeelte
waarmee hij aan de beurs dobbelt, maar dan ook
absoluut hazard: rouge ou noir. Daarbij komt dan
nog een soort van financiecle heldenvereering,
en een min of meer blind vertrouwen. Wanneer
iemand kans ziet om op behoorlijke schaal een paar
speculaties door te zetten die gelukken, en waarvan
hij het resultaat laat rondbazuinen, dan scharen
zich de kleine spelers achter hem. en alles wat hij
aanraakt wordt plotseling goud door het simpele
feit dat dan ineens alle-kleine luyden datzelfde
fonds koopen. Succes verzekerd ! Juist door die
bijzondere karaktertrek van de Fransche belegger
speculant konden een Kochette, een Madame
Hanau, school maken. Hun speculaties worden
gesteund door een uiterst volgzaam leger van
bewonderaars, die bovendien een deel van hun
geld toevertrouwen a-tn de ondernemingen, dii:
als sneeuwbalsystemen ontstaan rondom de kern.
Zoo heeft bijv. Oustric in den aanvang van zijn
loopbaan kans gezien om een Boliviaansch
zilverpapier waarop nog nimmer dividend was betaald:
Huanchaca op te schroeven, en zich ervoor te doen
betalen alsof het een. bloeiende platinamijn gold
inplaats van een uitgemergelde zilvermijn. Zijn
verdere operaties vallen voor een belangrijk deel
in den Franscheninflatietijd, en het is niet zoo heel
onbegrijpelijk dat in die periode de bovenomschre
ven overtuiging bij hem heeft postgevat: dal lux
een aandeel ook omhoog werd geheven, men. er
altijd nog wel niet winst afkwam. In dien tijd was
dat inderdaad hot geval, en wel om de zeer plau
sibele reden dat de Francskoers voortdurend daalde.
Door de daling van de valuta steeg de
..goudwaardc" van aandeelen uitgedrukt in papierfrancs
met den dag. Kil de dolzinnigste speculatie kwam
dus nog terecht. Totdat Poincaréen Bokanowski
een eind aan dat spelletje maakten. Alleen Oustric
zag niet dat dit het einde was. Tot op zekere hoogte
was zijn opkomst aan de inflatie te danken, evenals
dat bij een Stinnes, een Castiglioni het geval was.
Ook m ander opzicht vertoont zijn methode, of
juister misschien: zijn. gebrek aan methode over
eenstemming met die van deze tijdelijke magnaten.
Zij kochten alles wat los en vast was. zonder sy
steem, zonder lijn. Schoenfabrieken. bioscopen,
textiel, onroerend goed, automobielfabriekeii,
electrotcchnische bedrijven. Alles door elkaar.
Zulks in tegenstelling bijv. met het andere slag
faiseurs dat zich bij enkele bedrijfsgroepen hield.
De Amerikaanscho magnaten behooren meestal
tot die laatste groep: Hockefeller-olie;
Carnogiestaal; Gary-spoorwegen. Zoo ook bijv. I.öwenstein.
die zich beperkte; tot kunst zijde en electriciteit.
Do Oustric-groep daarentegen had belangen in do
meest uiteenloopen.de takken van bedrijf. Zulks
via een paar holding-companies welker aandeden
duchtig gemanipuleerd werden., <>n waarvan de
koersopdrijving als lokaas voor de spaarders dienst
deed. De voornaamste waren de StéExteiision
pour l'Industrie Francais en de Holding Francais
(Holfra). Toen bovendien in 1928 Oustric nog
kans zag de oude Banque Adam, welke door een
groot aantal nederzettingen beschikte over om
vangrijke depositos, in zijn concern op te nemen,
konden do operaties op nog grooter voet worden
voortgezet. Temeer omdat ook van buitenlandsche
,,vrienden" ruimo middelen toevloeiden. Tot de
invloedrijke financiers die Oustric bij zijn operaties
achter zich wist behooren: Michel Sarovitch.
Martinez do lloz, en Hiccardo (ïualino. Deze laatste
was zelfs in Italiëeen tijdlang een bekende figuur
in do financieele wereld. Ook hij heeft eenigen tijd
geleden het. onderspit moeten delven, en zijn val
zal zeker niet vreemd geweest zijn aan het
Oustricdebacle.
Toen eenigeii tijd na de stabilisatie van den franc
bleek dat de koersopdrijverijen niet meer zoo wilden
vlotten, raakte Oustric eenige malen in een moei
lijke positie. Zeer ten gonoege van de groote Fran
sche banken overigens, die al sedert de oprichting
van. d-: Banque. Oust.vie de ontwikkeling met leede
o:>gen hadden gadegeslagen, en die niets liever
zagen dan een krach, vooral sedert Oustric het
oog geslagen had op n harer: het Comptoir
National d'Escompte. een avance die mislukte.
Werd niet ook Löwenstein door de Belgische ban
ken met scheeve oogen aangekeken, sedert hij
getracht had zich in de Banque de Bruxelles te
dringen? Maar toch word tot tweemaal toe steun
verleend van min of meer onverwachte zijde:
do Banque de Franco. Blijkbaar meende men
daar dat een verscherping van do beurscrisis zoo
mogelijk vermeden moest worden (kwade tongen
hebben naar aanleiding van het geval l'óret al
weer he.olo fantasieën ook over deze steun klaar),
maar tenslotte ging het toch niet langer. Do
aandeelen Kxtension. duikelden en het heele
kaartenhuis viel in elkaar.
Rechtstreeks heeft de debacle mot de algemeene
crisis niet zooveel uit te staan: alleen de zwakke
houding van do beurs heeft het ineenstorten ver
haast. .Maar in zijn consequenties bestaat er na
tuurlijk oen moer enge samenhang. .Juist omdat in
dit stadium van depressie en beursbaisse de psy
chologische invloeden van zoo groote beteekenis
zijn. en elke nieuwe schok weer vorkoopon uitlokt,
on de daardoor ontstane koersdaling weer ge
dwongen liquidaties, vormen al deze verschijnselen
tezamen de typische crisissymptomen. Kn als men
daar nog midden in zit heeft een opleving, indien
daarvoor aanleiding is. heel wat weerstanden, te
overwinnen. Heel langzaam, en heel geleidelijk,
telkens met nieuwe tegenslagen zal hot voorwaarts
moeten gaan !
SMAAKVOLLE
GESCHENKEN
MODEQN GLASWERK
AQTISTICKvSADDEWEBK
WIDVEQ5IEQIN6
KLEEDJES-LAMPEN
KLEINE MEUBELEN
.1?
rjABKSTRAAT \(~\
V DEN HAAG \\J
t:
De Groene gratis
tot 31 December a.s. voor hen die zich thans voor 1931 als abonnéopgeven.
Deze week voor het laatst zenden wij nog aan een aantal adressen proef-exemplaren van ons
blad en wij verzoeken de geadresseerden thans tot het nemen van een abonnement over te gaan.
Invulling en verzending van de coupon op pag. 4 van het Groene omslag is daartoe voldoende.