De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 22 november pagina 5

22 november 1930 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 22 NOVEMBER 1930 Landbouw RENTABILITEIT door G. F. Roosenschoon Op zoek naar een nieuwe formule EEN van de eigenaardigheden van het productie proces is, dat de studietot verbetering vanden landbouw geleid heeft tot een toepassing van ver schillende natuurwetenschappen in de praktijk; en wel met een zoodanig succes, dat vrijwel de geheele aandacht van de landbouwwetenschappelijke wereld gericht is in de richting van verhooging der productie. Het zuiver technische gedeelte van het landbouwbedrijf is daardoor min of meer ver waarloosd. Wat men steeds heeft nagestreefd, is zooveel mogelijk, en niet zoo goedkoop mogelijk te produeeeren. Tengevolge daarvan zitten wij nu met een groote, maar dure productie. Nu is dit reeds een groote handicap als er een crisis intreedt, maar daar komt nog bij, dat de landbouw toch al buitengewoon gevoelig is voor crisisverschijnselen als uitvloeisel van de eigenaardige productiewijze, t.w.: ten eerste, de starheid der productie, d.w.z. de moeilijkheid om de productie naar willekeur in te krimpen. Men kan nu eenmaal een boerderij niet op halve kracht laten werken of stilzetten zooals een fabriek; ten tweede de lengte van het productieproces, die immers afhankelijk is van den groeitijd der gewassen en waarbij minstens een jaar lang uit gaven worden gedaan voor men producten kan afleveren. (Tuinbouw en grasland lijden niet zoo sterk aan dit euvel, als de akkerbouw, zoodat men dan ook in crisistijden steeds een vermindering van akkerbouw ten gunste van tuinbouw en vee teelt ziet); ten derde: Het verschil in prijsbeweging van landbouw- en andere producten. Dit verschijnsel beeft teveel oorzaken om hier in details bespro ken te kunnen worden. Officieele publicaties toonen echter aan, dat de indexcijfers voor den landbouw op en neer gaan met het algemeen prijs niveau met dien verstande echter, dat de landbouw producten het eerst dalen en later slechts weer langzaam stijgen. De boer dient dus als stootblok voor de andere klassen der maatschappij, daar deze immers reeds profiteeren van de lage levensmiddelenprijzen eer de crisis hen bereikt. De boer echter is dan nog zwaar belast met de hooge prijzen der industrieele producten. Deze prijsbeweging komt hierop neer, dat de boer de prijsdaling dubbel voelt, daar zijn koopkracht zoowel relatief als absoluut daalt, immers het equivalent industrieele producten met een bepaalde hoeveelheid land bouwproducten wordt steeds kleiner, maar boven dien, daar de onkosten van den boer niet minder worden, slinkt het winstsaldo ook. Een en ander verklaart dat de landbouw de crisis zoo buiten gewoon scherp voelt, maar bij al deze misere is er n troost en dat is, dat de malaise langzamerhand alle andere bedrijven ook aantast. Dit is geen leed vermaak, maar wijst erop, dat er een algemeene prijsdaling zal komen. Of nu deze crisis veroorzaakt wordt door goiWlschaarschte, ofwel door overproductie, het blijft een pijnlijke operatie. Men dient alle krachten in te spannen om den moeilijken overgangstijd van hooge naar lage prijzen zooveel mogelijk te ver zachten. Het urgentie-programma, dat de Neder Spreektijd-beperking in den Gemeenteraad landsche landbouwor ganisaties gezamenlijk aan de regeering heb ben aangeboden, be vat dan ook verschil lende maatregelen to onmiddellijk effect o.a. opheffing van d. grondbelasting, beten verdeeling van de pol derlasten, verlagin; van de spoorwegtarie ven, maal- en menggebod, enz. ook maat regelen op langen ter mijn worden opgenoemd, maar deze ziji even vaag, als di maatregelen op kort* termijn concreet zijn Het is dan ook niet t' miskennen, dat mei geen scherpe ideëel heeft van de toekom stige ontwikkeling vai het boerenbedrijf. Er dat terwijl een crisi, een schitterende aan leiding geeft het bedrij i grondig te herzien. In den landbouw ge beurt nog steeds vee te veel onproductie handwerk. Niet allee; de handgrepen zijn o zichzelf tijdroovend ei omslachtig, maar h geheele systeem vai cultiveeren is te duui Ook de gemoderni seerde landbouwma chines geven niet vol doende goed en goed koop werk. Zoo moe voor ieder gewas eer akker driemaal ge ploegd en minsten: driemaal geëgd wor den, terwijl er nog vaalde landrol en de culti vator aan te pas moe ten komen. De frees machine is een stap in de goede richting. Deze machine verkrui-' melt de laag teelaarde door middel van snel-ronddraaiende haken; de be staande typen zijn echter nog lang niet volmaakt, te duur en niet voldoende bedrij f szeker om algemeen ingang te vinden. M.i. is de freeser echter wel een machine van de toekomst. Met het oogsten is het al net zooalsmetdegrondbewerking. De onvoldoen de outillage van de bedrijven maakt het niet mogelijk den oogst onmiddellijk bij het binnenhalen te dorschen en het gedorschte graan behoorlijk op te slaan. Door betere oogst- en dorschinstallaties en coöperatieve silo's zouden geweldige kosten en verliezen tengevolge van bewaring en muizenschade voorkomen kunnen worden. Ook in de keuze der gewassen zal wel heel wat moeten veranderen. Evenals boekweit en vlas heel wat minder oppervlakte innemen dan vroeger. en evenals meekrap totaal uit de cultuur is ver dwenen, zoo zullen er ook uit de tegenwoordige gewassen wel met den tijd heel wat verdwijnen. Welke gewassen dat zullen zijn, is op het oogenblik niet te zeggen. Het lijkt mij echter, dat het van weinig economisch inzicht getuigt aan de tegenwoordige gewassen coute que coüte vast te houden. In dit opzicht geeft Kdison ons een prachtig voorbeeld van wat er gedaan kan worden. Sinds jaren reeds is deze onvermoeibare bezig met uitgebreide plantenstudies met het doel een boom of plant te vinden, die in het klimaat der A'.S. in staat is rubber te leveren. Men doet dit om te trachten de V.H. onafhankelijk te maken van het buitenland wat de rubbervoorziening aangaat. Wat hierin van belang is. dat is het feit. dat men welbewust en systematisch naar nieuwe gewassen zoekt, waarvoor een bestaande afzet is. Zoo iets zou zeker op het gebied vallen van regeering en landbouworganisaties. 15 ij v. stroocarton van de coöperatieve stroocartonfabrieken is bijkans on verkoopbaar; de fabrieken staan stil. Zou het nu niet mogelijk zijn inplaats van stroocarton kranten papier te vervaardigen of nog beter van de cellu lose een grondstof voor de kunstzijdefabricatie De verstandige Burgemeester Ja, ja, hoor. . . . we weten het wel: lorre is zoet, maar nu moet lorre eens even stil zijn!" te maken? Ik ben niet in staat de mogelijkheid hiervan te beoordeelen. maar er zijn talrijke moge lijkheden tot verbetering van de rentabiliteit der landbouwbedrijven, als men er maar naar zoeken wil, en de regeering de noodige steun, vooral bij wetenschappelijk onderzoek, geeft. * * * Wij kunnen nu langzamerhand de vraag be antwoorden: Wat is er mis in den landbouw? J/('.s i's de opvatting, dat de prijzen der landbouw producten weer tot het peil van voor de crisis moeten worden teruggebracht. Integendeel moeten de andere prijzen naar het peil der landbouw producten worden gebracht. Maar -mis is het ook de boeren de schok van de crisis te laten opvangen, zoodat de boerenstand dient als buffer voor de rest van de samenleving, die immers reeds profi teert van de lange levensmiddelen-prijzen, eer de crisis haar bereikt. Min is verder het streven om zooveel mogelijk te produeeeren. want liet komt er op het oogeriblik meer opaan, dat een product goedkoop is. dan dat we er veel van hebben en in de landbouw gaan nu eenmaal goedkoope en groot e productie niet altijd samen. Min is het ook op de oude wegen door te blijven sjokken, inplaats van naar nieuwe werkwijzen en nieuwe producten te zoeken. -Maar het cnjxt mis r<in tillen, is de regeering, die meent met enkele lapmiddelen te kunnen volstaan als de geheele Nederlandsche landbouw een verjongingsproces moet doormaken; en die zich ver schuilt achter een commissie als er een groote. leider noodig is. D. G. SANTEE LANDWEER KUNSTHANDEL Heerengracht 396, AMSTERDAM C. PERMANENTE TEXTOONKTEI/LIXG VAX SCHILDERIJEN EN PRESTEN Geopend alle werkdagen van 10-12 en l'/s-önur

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl