De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 6 december pagina 11

6 december 1930 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

T NEG \jah bij Tuschinski L. J. JORDAAN werking van blanken in dit werk efthe uitgeschakeld, een factor van gewicht, die wijst op een ernstigen wil om het mili u van onwillekeurige blanke" aberraties vrij te houden. Verder kan ik althans in mijn appre ciatie niet gaan. Het is mogelijk dat deze luidruchtige, kinderlijke, soms wel ontroerende, maar veelszins ver moeiende uitbundigheid alles geeft, wat de negerpsyche te geven heef t. Het ismogelijk,datindeze eeuwig dansende, zuigende enlarmendesamenleving, zich ; ras volkomen uitleeft. Ik kan dan alleen zeggen, b ik denkende aan de zeer fijne en diepe geesten, de negercultuur heeft opgeleverd ? iets anders . verwacht.... iets, dat ook den leek zou doorgen van de hoogere beteekenis der zwarte liteit. En vooral het jammerlijke beeld R? Daniel Haynes den laatsten tijd als klankfilm werd geboden. Ook de bekeeringsmeetirig, de massadoop en de intocht van dea prediker, hebben behalve een suggestieve aanduiding van Waarachtigheid, een buitengewone waarde als vloeiende, filmische beelding en han teering der menigte. Het is evenwel kenmerkend voor de bijzondere en verwarrende complicaties, welke het onderwerp meebrengt, dat mij die scène het diepste getroffen heeft, welke met het negergeval als zoodanig niets te maken heeft: de vlucht en de moord aan het slot. Dit is van een obsedeerende, beklemmende werking iii beeld- en klank die ik vrij en onbekommerd kon ondergaan zonder hinderlijke bijgedachten als: Is dit nu mooi omdat het negersch of is dit negersch omdat het King Vidor, Daniel Haynes en Mina Mae Mc. Kinney mooi is?of is dit mooi en negersch tegelijkertijd of is het geen van beiden? Resumeerende zou ik zeggen, dat Halleluja !" een belangrijke film is, met schoone en meesleepende fragmenten en een brillante, nergens falende tschniek soms zelfs al te fraai en van een lyriek die niet der camera is (flou-opname der huiswaartskeerende katoenwerkers). Wat het neger probleem betreft, dat erin heet aangeraakt, moet ik mij incompetent verklaren en (spoaking for myself) herhalen, dat deze frequente hoogspanning van luidruchtigheid mij dankbaar stemt, niet in een negermaatschappij te leven. Althans, wanneer deze versie, gelijk kenners beweren, de authen tieke is. Men beweert, dat in Amerika alle negerfilms, welke in bewerking waren, opgehouden werder1,. teneinde eerst het succes van ,,Halleluja !" t<> coristateeren. Hiermede kom ik weer op den aanhef van dit artikel terug, welke de eigenaardige en verre van makkelijke positie van den béter-willenden Arnerikaanschon regisseur raakte. King Vidor heeft zich met deze, in ieder geval origineele en gedurfde all-negrofilm, een der pionniers getoond welke do platgetreden paden romdom Hollywood verlieten . . . . de hemel weet, ten koste van hoeveel tegenwerking ! Misschien is dit het vierde standpunt van waaruit men Hallejula !" kan beschouwen een stand punt, waarbij alleen voor een onverdeelde bewon dering plaats is. den cabaret-neger zou hebben uitgewischt ! sociale visie op deze film, is zoo mogelijk nog pliceerder. Is de neger der Vereenigde Staten nog deze wonderlijk gekleede en opgele caricatuur, die hij in Halleluja !" evenzeer in iedere andere zingende, dansende en inde negerfilm? Het is voor mij persoonlijk moeilijk te aanvaarden, wanneer ik deze .en in lompen en groteske confectiepakken vrouwen in hobbezakken en kapothoeden, sbaren en zich gedragen op een wijze, welke ;ht samenvalt met het komische en lichtelijk hattende beeld, dat het uitgaand puzich nu eenmaal gaarne van den neger ?praat. g Blqft tenslotte de artistieke waardebepaling. iaarne erken ik, dat er deelen in voorkomen, die ik C (Onder aarzelen als prachtig en voortreffelijk getaagd aanvaard. De tocht van den jongen Spunk de tingeltangels met de superieure verwerVler klankflarden in de ruischende stilte van nacht, behoort tot het schoonste, wat ons

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl