Historisch Archief 1877-1940
ffo. 2792
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 6 DECEMBER 1930
De Verklaring van Deterding
door C. A. Klaasse
Donderdag, 4 December
DE 'Koninklijke heeft haar aandeelhouders
een allerprettigste Sinterklaas-surprise bereid,
door op de algemeene vergadering van Maandag
j.l. mede te deelen, dat de uitlegging, welke blijkens
het koersverloop der aandeelen in de laatste weken
de beurs had gegeven aan de bestuursverklaring
op de vorige algemeene vergadering van 10
November, ten eenen male ongemotiveerd was.
Naar den uiterlijken vorm werd op deze vergade
ring niets anders gedaan dan nog even aanstippen
?wat toen bedoeld werd"; men zou dus kunnen
spreken van eon, misschien wat duidelijker, her
haling van de destijds verstrekte mededeelingen.
En inderdaad wat de feiten betreft, met name de
te verwachten dividenduitkeering, is men niet
Verder gekomen. Maar de feitelijke berichten zijn
dan ook niet het belangrijkste van deze verklaring.
Van grooter beteekenis schijnt de toon, de geest
van optimisme, die uit de jongste mededeelingen
onmiskenbaar spreekt. En die toon is wel radicaal
verschillend van die der bestuursverklaring van
10 November; indien hier werkelijk niets anders
?wordt gemeend dan nog eens te verduidelijken
?wat destijds werd bedoeld, dan heeft men die bedoe
lingen toenmaals wel heel ongelukkig onder woor
den gebracht. Wij citeeren uit de verklaring van
November: De toestand op de petroleummarkt
is er de laatste maanden zeker niet beter op
geworden. .. . Bij deze prijzen blijft er alleen
een winstmarge voor zulke maatschappijen, welker
productie zeer groot is, die tijdig de bakens met
het getij hebben verzet door op haar uitgaven
drastisch te bezuinigen. . . . Wij zien in dat
bericht een verscherping van den strijd tusschen
den raffinadeur-distribuant eenerzijds en den
producent anderzijds. . . . Wij zijn er ons van
bewust dat de komende maanden voor onze ven
nootschap niet gemakkelijk zullen zijn. ..." Stelt
men daar nu tegenover enkele uitlatingen van den
directeur-generaal op de vergadering van l Decem
ber: de toestand der kapitalisatie en winst voor
uitzichten bij onze maatschappij is schitterend,
vergeleken bij welke andere
petroleum-maatschappij dan ook. . . . En nu de toekomst en de basis
van ons gerechtvaardigd optimisme daarin. . . .
daar past ook in ieder opzicht een goed optimisme."
Nogmaals: de feiten zijn juist zoo weergegeven,
en in zooverre kan men inderdaad spreken van een
herhaling, desnoods van een aanvulling. Immers
< e gegevens over de ruime liquiditeit zijn nieuw;
evenzoo de cijfers van de besparingen" voor dit en
het volgende jaar, niet het feit dat er bespaard
zou worden. Maar het zal toch den meest onbevan
gen lezer opvallen dat beide verklaringen een geheel
andere geest ademen. Dit klemt te meer. wanneer
men bedenkt dat de verklaring van November
moet worden bekeken in verband met de optimis
tische publicatie in het bekende communiquévan
27 Augustus, waarop de
10-November-mededeelingen practisch gesproken als correctie werden aan
gediend.
Vanwaar nu dat verschil in mentaliteit? s er
in die drie weken iets gebeurd? Of is men alleen
maar geschrokken van de zwartgallige uitlegging
welke de beurs aan de mededeelingen op de vorige
vergadering heeft gegeven? Men heeft beweerd
dat ook het onveranderd laten van het interim
dividend reeds bedoeld was als pleister op de wonde,
en als opvroolijking van het publiek dat zich de
10-November-uitlatingen zoo sterk had aangetrok
ken. Of moet rnen inderdaad aannemen dat er in
dien tusschentijd iets gebeurd is waardoor de
stemming in Londen zoo aanmerkelijk verbeterd is ?
De strijd waarvan hierboven sprake is schijnt nog
niet beslecht te zijn, wat natuurlijk niet wegneemt
dat ingewijden wellicht aanwijzingen voor een
betere toekomst hebben. Misschien nog waarschijn
lijker is het echter om in dit verband aan Rusland
te denken. De Russische kwestie is al eenige
jaren lang een struikelblok voor de situatie op de
oliemarkt. En het rommelt ietwat in Rusland;
heeft de heer Deterding misschien informaties, die
hem doen verwachten dat Rusland als gevaarlijke
concurrent binnen afzienbaren tijd van de markt
verdreven zou zijn? De wensch alleen zou al de
vader van zulk een gedachte kunnen zijn; en
wanneer dan nog aanwijzingen zij het
voorloopig nog vage de verwachting hoop geven, zal
men allicht geneigd zijn zijn stemming daardoor
te laten beïnvloeden.
Releveeren wij tot slot nog even de feitelijke
mededeelingen. Veel nieuws brengen deze, zooals
gezegd, niet; en voor zoover zij wel nieuw zijn
zeggen zij niet zoo bijster veel. Met name dan
de kwestie van de besparingen, die in 1930 onge
veer ? 30 millioen zouden beloopen, en in 1931 circa
i 50 millioen. Het gaat hier niet om bezuiniging"
op de exploitatiekosten, waardoor de winst
rekening beter wordt, maar om minder uitgaven
voor uitbreiding. De boorwerkzaamhedon die elk
jaar enorme sommen vorderden worden verlang
zaamd. Wat natuurlijk voor de liquide positie
heel gunstig is, maar omtrent de bedrijfsresultaten
nog niets zegt. Te meer niet omdat niet vermeld
wordt of in vorige jaren die uitbreidingen geheel
uit afschrijvingen en/of ingehouden winsten
(deidochtermaatschappijen) werden bestreden, dan wel
of dit uitbreidingen betreft waarvoor nieuw geld
werd opgenomen.
En indien men aan de/.e cijfers al een consequen
tie kan vastknoopen aan de hand der gedane
mededeelingen dan is die niet overmatig gunstig.
Op de vorige vergadering werd vermeld dat de
KUNSTHANDEL W. J. G. VAN MEURS
Tentoonstelling van
Oud-Russische Iconen
verlengd t/m 13 December
Keizersgracht 578 Amsterdam
achteruitgang der opbrengst grootendeels werd
goedgemaakt" (deze term met evenveel zout te
genieten als die van bezuiniging") door ingrijpende
bezuinigingen. Grootendeels, dus nog niet geheel.
Wanneer men nu de bedoelde bezuinigingen moet
beschouwen als dezelfde welke in de laatste ver
gadering op 30 millioen werden geschat (üpCt op
het kapitaal van de Koninklijke; de 50 millioen
welke voor 1031 werden genoemd vormen 10 pCt.
op het kapitaal) dan beteekent dat een behoorlijke
achteruitgang van de winst. Wat overigens ook.
al weer geen verwondering behoeft te wekken.
Want, wij wezen daarop reeds eenige malen,
waarom zou dit bedrijf een uitzondering vormen
en niet door de depressie haar winsten zien ver
minderen. Maar wanneer men de verklaringen
objectief (op de feiten) beschouwd is het de vraag
wat onlogischer was: de koersreactie na de
10November-verklaring, of de opleving na die van
l December. In elk geval kunnen aandeelhouders,
die zich niet in November hebben laten verleiden
hun stukken al'testooten zich gelukkig prijzen.
Maar ook zonder de nieuwste verklaring hadden
zij met gerustheid op hun pajiieren kunnen blijven
zitten.
de uitki
L
M
T
H
E
A
T
E
R
Dagelijks2.30,7.30,9.3O
FILM EN MODERNE
MUZIEK
prinsengracht bij
de leidschestraat
telefoon 37460
k
VERSCHENEN:
ALGEMEEN ADRESBOEK DER STAD AMSTERDAM
Prijs ?15.?Jaargang 1930?1931 Prijs ?15.
Verkrijgbaar bij iederen Boekhandel of rechtstreeks bij de uitgevers:
N.V. AMSTERDAMSCHE BOEK- EN STEENDRUKKERIJ VH ELLERMAN, HARMS & Co.
WARMOESSTRAAT 147-151
TELEFOON 40396 EN 41701
In dezen jaargang zijn voor het eerst alle nieuwe wijken en straten met de adressen der
bewoners compleet opgenomen en bevat de nieuwe jaargang dan ook buitengewoon talrijke
veranderingen, waardoor alle vorige jaargangen als hoogst onvolledig te beschouwen zijn.
I.