Historisch Archief 1877-1940
26
Kerstnummer
De Amerikaansche
Moord van Raamsdonk
door Henrik Scholte
ALS Gij (bij uitzondering)
tien dronken Amerikaan
sche matrozen ziet, dan zult
Gij gemeenlijk uit hun mon
den een langgerekte,
diep-ernstige hymne kunnen hooren, die
Gij wellicht voor het Ameri
kaansche volkslied houdt. Het
zou kunnen zijn, gezien de op
dit' punt bestaande tekst-ver
warringen. Maar tien tegen een
dat zij de eindelooze ballade
zingen van de blonde Frankie,
die haar lovingest man" ( = ke
rel) doodschoot met een
reuzenpistool, omdat hij in het kamertje
boven het cafézat, loving up
Alice Pry". Als Gij tijd van
leven hebt, hoort Gij ook den
afloop: de roerende plechtigheid
van Johnny's begrafenis door de
complete gang" en de nog roe
render dood-door-den-strop van
Frankie. Dit alles wordt U ge
schilderd met een eenvoud en een
plastisch welbehagen als alleen
ongeschreven volksballaden be
zitten. Een versmaat van mono
tone alexandrijnen, met zonder
linge scansies en uithalen, nog
zonderlinger rijmen, die de mooi
ste regels van onzen Moord van
Raamsdonk" concurreeren.
Oh, bring on your rubber-tired
hearses, bring on your
rubbertired hacks.
They're taking Johnny to the
cemetery and they ain 't
a-bringinghimback.
Frankie walked up to the scaffold,
as calm as a girl can be,
And turning her eyes toward
Heaven she said, Good Lord, I'm
coming to Thee."
Wat de historie omtrent de
dieven en het bloedbad der babies
te Raamsdonk weet mee te deelen
ben ik nooit te weten gekomen.
Van Frankie en Johnny"
heb?ben de Amerikaansche journa
listen dat echter onlangs onder
zocht. Als zoo vaak stelde ook
hier de werkelijkheid te leur, zij
. was vrij wat minder romantisch.
Tegen het eind van de vorige eeuw,
toen er voor het eerst van
ordentelij k-georganiseer de
raqueteers" sprake was, schoot in
Chicago de vrouwelijke kellner
Frankie Baker haar faithless
brownskin lover", Albert Britt,
dood. Door de aanwezigheid van
de halve onderwereld werd het
een monsterproces, waarbij echter
de lieve Frankie, ofschoon zij geen
ander motief opgaf dan wat later
de fameuze woorden van het lied
werden: ,,he was my man, but
hèhas done me wrong", toch werd
vrijgesproken wegens justifiable
homicide".
De volksverbeelding dacht er
echter anders over. Zij wrocht
in de kroegen eerst, in de
cabarets toen een
gruwelballade met de meest verbazing
wekkende détails en
vermakelijkste wendingen. Aiover Amerika
bleef de ballade als een officieus
volkslied bestaan, zelfs de droog
legging, die toch de geboren
vijand van dergelijke liederen is,
kon haar niet doen verdwijnen.
Zij heette aanvankelijk Frankie
en Albert", doch al spoedig Fran
kie and Johnny", staat echter
ook als Alice Bly and Katie
Fly" bekend. Er zijn nette, min
der nette en heel onnette uit
gaven van bekend, zij werd
gejazzt en vooral ook voor teemerig
ukelele bewerkt. Het laatste jaar
werd zij voor het eerst opge
schreven door John Huston in
een zoo juist bij Boni, New York,
verschenen bock, waarvan na
tuurlijk in het bizonder de zeld
zaam geestige en in haar histo
rische" kleur onverbeterlijke illus
traties van Covarrubias een g\ n o t
zijn.
Die sfeer van 1895 bleef trou
wens altijd nauw aan de ballade
verknocht. In de laatste jaren
zijn er wederom vele
tooneelbewerkingen van verschenen.
John Kirkland schreef er zelfs een
dood-serieus drama over, dat
dezen herfst in New York vertoond
werd.
De bekende Joodsche soubrette
Fannie Brice en Hal Skelly als
Frankie en Johnny" droegen
in de knalscène uit de laatste
Broadway-revue, een scène,
die zich, door het tusschen drama
en melodrama zwevend spel
deiacteurs, reeds den bijnaam van
Amerikaansche Drie-stuivers
opera" verworven heeft,
costumes om van te watertanden.
Wanneer zal men voo_ onze
revues, die elk jaar met Nieuwjaar
een slapperen grog van finales en
dansjes brengen, eindelijk eens
naar dien schat van expressieve
volksromancen grijpen? Hebben
wij ooit De Moord van Raams
donk" op het tooneel gezien, met
De jongste en de oudste Koningin van Europa.
(Bij koningin Victoria 1895).
zijn naakte akeligheid en zijn gran
dioos verachten van alle proso
dische wetten ? Herinnert Gij U ?
De dieve kwanie van heel ver,
Zij name mee een breek-ijzer,
Trarara-diedeldiedeldom,
Trarara-diedeldiedeldom,
Trarara-diedeldiedeldom,
Trararara.
Of die andere Halewijn-his
tories van Maria, waarom weent
(jij zoo?" (5 x herhaald) en van
Henderik, den boozen moorde
naar. Wie ensceneert hier eens
dergelijke bloederige histories,
waarin de poëtische verbeeldings
kracht (van het Amsterdamsche
volk in het bizonder) steeds zoo
heeft uitgeblonken?