Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 24 JANUARI
No. 2799
Tikblaadjes
door Dr. R. Feenstra
IK donk niet dat de
specinlitcitenadvortt'iities. die ons dagelijks
toeKc.hrtH-invon: eet kalk; of neemt Vita
mine D-Pohyfral IMiiüps van. Hou
ten er debet aan zijn. Daarvoor
?/ijn wij nog te kort aan het kalk voe
ren. Maar de bevolkingscijters van ons
oude Europa geven te denken.
Wij xijn niet xijn allen bezig onder
te worden. Wij y.ijn met y.ijn allen
niet meer xoo sportief in ons
gey.inslan. Ken heel andere structuur der
bevolkinsispyramide is daar het gevolg
van. D.? veel te. voel scholen komen
langzaam aan straks ledig; de asylen
vol. Xog merkt men den keer in een
gelukkig land als ons vaderland nauwe
lijks. Maar reeds kondigt men daar
buiten aan: de pyramide komt op
xijii kop te staan; en gaat van bouw
anders worden.
* . *
*
Laten wij eerst eens zien wat de
bevolkingspyramide is. niet op /.ij n
kop: muar.op xijn basis. Wij vinden
tlun. »»;i tien bodem de pasgeborenen
vu n lief jaar: de lagen der volgende
jaargangen: talrijk grut. Wij vinde.n
ju den middenbouw de werkende
iniddeljaiirgangen: en nu wordt de vier
kant.» doorsnee van de pyramide
van jaar tol jaur kleiner. De top wordt
gevormd door n enkele 11)2 of H*'i
jarige. Daar x.it een vierkantje onder
van hooge negentigers: dan een
grooter van middelnegentigers. Maar o.
dexe vierkantje.s xijn zoo klein, wan
neer men kijkt naar het
reu/enbodemvlak. dat ?juieht van het beginnen.
Dexe pyramide-bouw der bevol
kingsstatistiek was meer dan een
makkelijke vlotte begripsvoorstelling:
zij was tevens: een symbool. Want een
pyramide is statisch als bouwwerk ten
uiterste soliede. Kn geen bevolkings
statistiek maakt een solicderen indruk
dan een absoluut pyramidule.
Maar nu: de wending in'er. Tegen
1!»75 xal de architectuur onxer
samenloving ganschelijk niet meer xoo stevig
zijn. (Jroote grijaaardsvierkanten: met
kalk in hun opvattingen; niet kalk
iian de baantjes geplakt; -i\ Hen den
groei op het bodemvlak, dat halt
zoo groot ..als het hooge middenvlak.
AAN
INZENDERS
VAN MANUSCRIPTEN
wordt verzocht bij hun
bijdragen een gefran
keerd briefomslag met
adres van den afzender
in te sluiten.
De schrijvers van Avon
tuur van een
barbiersleerling*1 en Lizzy B.1'
gelieven hun haam en
adres op te geven voor
terugzending der copy,
zal /.ij n. onder Jan drukken. De zware
kant van de pyramide komt boven.
Kn al /al de punt nooit beneden
komen, met n geboorte; zooals nu met
n lOtt jarige boven; de heele pyramido
xal er komen uit te xien als een uit
geknepen citroen.
Beeld eener uitgeknepen
mensehheid van dan. Waarin de 55 tot 70
jarigen voor een volle derde part
zullen deelnemen.
Do Duitseher Ernst Kalm heeft in
een boek Der internationale
(ieburtenWreik (Societilts Verlag Frankfurt)
voor xijn land extra op de .gevaren
gexre'/.en. die ..das (Jesetx der Auflösung
des deutschen Volkes in sich tragen."
De bekende Weensche AVethouder
prof. Tandler heeft in eeji Nieuwjaars
rede wat men ginder noemt: den
Teufel an die Wand gemalt; en bij
dalende geboortecijfers, en toeneming
A'an het aantal ouderen, gewonen op
het beroerde lot A'an een generatie.
die A'oortdurend op het perron staat
t<- wachten, zonder dat ooit haar
trein naar baantjesland A'ertrekt.
(Jevolg daarvan, dat het
leven.-tgemiddeUle A-an J l op 57 is uitgerekt, dank
/ij de A'erbeterdo hygiëne. Kn dat de
jongeren opdringen, vóórdiingen:
zoodat degenen die nu tussi'hen dertig
en 15 zijn. die geduld hebben leerert
kweeken in en' na den oorlog, nog
maar steeds op de perrons van rechts
naar links blijven stuAvén. in de hoop
op een eindelijk AVegkomen.
Tandler zei het ergens in xijn
speech xoo aardig: dat hij hoopte, dat
feu tijd zou naderen, waarin «Ie oude
ren zich niet meer zoudon behoeven
te schamen dat xij xoo oud \verdon; en
de jongeren niet moer A*an louter
levensangst ..azijn
zonder ooit ..AVÏJU'
Hoest, hoort' bij
elders. En Avanneer
' 'Zouden AVorden.
geAveost te xijn.
het staal, /ei hij
wij het staal nu
xoo kunnen impregneeren, dat het
pas voel later roest ? en de
menschelijke weerbaarheid aldus kunnen
consorveéren. dan hoeft dit nog niet
te leiden tot een vorderfelijke, de
huieholaehtigheid 'aankweekende,
mimierv tussohen staal en roest.
# *
? *
Inderdaad flirt de roest graag met
het staal; n is er een nalooperij A'an
het geboortebewijs, als nooit te voren
in de maatschappij merkbaar. Tenvijl
tegelijkertijd podraga en shimmy
zich tot de hoogere eenheid lijëeren
A-aii den dwarsvoet, die regeert.
Nooit zat er zooveel kalk in Kuropa's
politiek dan thans. Nog regeeren
dezelfde staatslieden, die vóór en in
den 'oorlog -'regeerden. The Natum
heeft het kortelings voorgerekend.
Zelfs het roode ' jeugdige kabinet
Macdonald is gemiddeld 58.
Vandaar dat de jeugd inplaats naai
de advertenties eet kalk", snakt naar
het hoofdartikel: ontkalkt U !
Maar hoe gebeurt dat in een
bevolkingspyramide, die op een citroen
begint te lijken; niét ingedrocTgde
schiJA'on. die wij in onzen grok niet
zouden lusten; maar die niettemin
het maatschappelijk hét cement r
p.'osenteeren van onze samenleving c-n
onzen tijd. . . ., ,
UOY
STERBEEK
Voor olte doeleinden
cnemKun&tinrlchtinó
A Tfc _ ^f
Dirk
STEUNZOLEN
SYST. PROF. HOfTA/
MAAR MAAT'
FA J.A.MASSING coMti.vmt
O.Z.VOORBURGWAL334 Anstrtan
Vo HET BINNENGASTHUIS
No. 2799
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 24 JANUARI 1931
Sea~ff
orse
n Jenever
M.P.POLLEN fr ZOON ROTTERDAM
KWATTA'S
Manoeuvre
reepen
= MELK EN PUUR=
MET GELDIGE KWATTHOIOAATIES
WAARSCHUWING.
Daar enkele concurrente fabrikanten onze stopflesschen
met Mosterd gevuld in den handel brengen, geeft onze
naam in den bodem der f lesch GEEN voldoende GARANTIE
voor kwaliteit.
ALLEEN nevenstaand Handelsmerk, op het etiket,
waarborgt de bekende
SPOOR'S MOSTERD.
U ZULT VERMAGEREN
op \relk eredeelto van het, lichaam 17 ook weuscht zonder gymnastiek,
zonder dittet. zonder geneesmiddelen tn to nemen, zonder baden. Uit
sluitend uitwendig gebruik. Het resultaat Ia nn den zesden dag zicht
baar. Schrijft aan Mme COLEXJlItAXDEIl, Overtoom 445 D, Amsterdam,
die U gaarne gratis het eenvoudige en doeltreffende recept zal zenden,
dat zij zelf met veel succes heeft toegepast.
SCOTS WHISKY
VERTEGENWOORDIGERS:
N.V. HOOGEWERFF, CHABOT & VISSER's
WIJ N HANDEL
DEN HAAG - ROTTERDAM - ARNHEM
de uitkiik
Dagelijks2.30,7.30,9.3(
FILM EN MODERI
MUZIEK
prinsengracht bij
de lefdschestraaij
telefoon 3746o|
Wetenschappelijke Varia
Homeros als Zoöloog
door Dr. P. van Olst
OM te beginnen moet ik zeggen dat ik geheel
in het midden laat of Homeros een eenheid of
een veelheid is: naar gelang Dr. Mendes da Costa
of Prof. van Leeuwen gelijk heeft, hoewel ik als
oud-leerling van eerstgenoemde mijn bepaalde
neigingen heb.
Grensgebieden van verschillende wetenschappen
zijn steeds bijzonder interessant. Een voorbeeld:
de sterrekunde was afgegraasd. de natuurkunde
was uitgeplozen, maar het grensgebied van beide:
de astrophysica of natuurkundige sterrekunde bleek
een zoo belangrijke ..fundgrube" te zijn dat het
thans een apart gebied van wetenschap is gewor
den. En zoo zijn er met gemak dozijnen voorbeel
den te noemen. Den' onderzoeker, die zich in deze
grensgebieden beweegt en er zich thuis wil weten,
worden echter hooge eischen gesteld, want als
het goed is, moet hij eigenlijk beide wetenschaps
gebieden beheerschen en dat is lang niet gemakke
lijk.
Otto Körner, Professor in Rostock, is oorspron
kelijk medicus, maar blijkbaar (zooals meer met
medici het geval is) aangetrokken door de zoölogie,
die eraan grenst. Bovendien is hij honoris causa
doctor in de philologie, dank zij zijn kennis der
Grieksche taalwetenschap. En bovendien is hij,
blijkens zijn boek, dat ik in handen kreeg, ook een
expert op jachtgebied. Hij is dus op een soort
,,vierlanden-punt" thuis Avaar ,taalstudie, medische
wetenschap, zoölogie en jachtkennis aan elkaar
grenzen. Het resultaat is een uiterst merkwaardige
studie omtrent de homerische dierenwereld en ook
omtrent de homerische medische wetenschap.
Als men nagaat, dat meestal klassici uit den
aard der zaak kamergeleerden zijn. die dus heel
weinig contact met de natuur hebben, afgezien'
ervan dat de moderne tijd dit natuurcontact toch
reeds belangrijk bemoeilijkt door het terugdringen
der natuur, kan men begrijpen dat tot nu toe
weinig aandacht best3ed is aan den schat van
dierkundige gegevens, die in de homerische ge
zangen aanwezig zijn en die meerendeels naar alle
waarschijnlijkheid niet berusten op hooren zeggen"
maar op directe natuurwaarneming zelf daar in
de homerische tijden (bedoeld is de tijd waarin de.
homerische gezangen ontstaan zijn) de mensch
doorloopend contact met de natuur had en woest
hebben om te kunnen blijven bestaan. Als men
?/elf moet jagen om vleesch te krijgen in plaats van
naar den slager of wildhandelaar te gaan. als men
zelf het vee moet beschermen tegen roofdieren
in plaats van deze door anderen in Artis te laten
deponeeren, als men zelf slacht en vischt en vaart
leert men veel wat ons thans ontgaat, ons, die de
duinen zien in een dioranm, de reeën xien in een
net hqk met keurig hek, die visschen zien in een
bak water. ,
De meeste dierschilderingen vindt men in de
homerische gezangen in den vorm van beeldspraak
en gelijkenissen. De heldendaden der homerische
'vorsten, de bewegingen van geheele legers worden
uitgelegd en aanschouwelijk gemaakt door gelijk
soortige gebeurtenissen uit het dierenleven. Nu eens
wordt alleen een kenmerkende eigenschap van het
dier genoemd, dan weer wordt het beeld zoo uit
voerig uitgewerkt dat opmerkelijke biologische en
anatomische eigenschappen vermeld kunnen wor
den. Zoo vinden wij in de Iliaéin de zestiende zang,
Avaar Achilles zijn Myrmidonen te wapen roept,
opgemerkt: ,
...... als bloedig verslindende wolven
Waren zij, welke het harte vervuld van een fulle
1 , verwoedheid
Jagen op buit in de bergen en 't groote gehorende
i boschhert
HOTEL-CAFÉ-RESTAURANT
HETGOUDEM HOOFD
RÊMBRANDTPLEIH 37-39 -TEL 34I5O >
Lunch f 1,75. Diner f 2.50 en f4;.-.
RESTAURANT Ie TAGE.
Gretig verslinden; van bloed zijn purpergeverfd
hunne kaken;
Daarop gaan zij in troepen zich drenken aan 't
donkere bronnat.
Scheren van boven het water, met smalle en spiisiije
tongen
Slurpend.... (Vertaling Vosmaer)
Dit bewijst dat de dichter geobserveerd moet
hebben hoe een wolf op hondenmanier drinkt,
behalve dat men er ook uit lezen kan hoe de
wolven in de bergstreken leefden en vraatzuchtig in
troepen jacht maakten op herten, enz.
Een ander voorbeeld: in de Odyssee (vijfde
zang) waar Odyssus in de branding worstelt, staat:
Zoo, wanneer een man een poliep uit het hol van
zijn leger
Rukt, en een menigte steentjes hem kleeft aan de
zuigende armen',
Dus ook kleefden de stukken van 't vel zijner
klemmende handen
Vast aan de rots. ...
Het gecursiveerd 2 bewijst dat de zanger de levens
gewoonten van inktvisschen en de werking van de
zuignappen uit eigen aanschouwing heeft gekend.
Absolute zekerheid welk dier telkens bedoeld
wordt, is niet steeds te krijgen, want reeds
Avistoteles betitelt verschillende dieren anders dan
Homeros. Men kan eigenlijk alleen voor de deter
minatie gebruik maken van anatomische of biolo
gische bijzonderheden, die vermeld worden, terwijl
gelukkig óók nog wel dieren thans in dezelfde straek
dezelfde namen dragen, die Homeros gebruikt.
Tot de bijzonderheden, die bruikbaar zijn, behoort
vooral ook de kleur. Maar hier moet men oppassen.
Zoo wordt de nachtegaal (..aedoon") uitsluitend
,.chlooreï's" genoemd dat met geel of groenig ver
taald wordt. Dit klopt chter niet met de bruine
kleur der nachtegaal, zoodat men aan andere
vogelsoorten (basterd-nachtegaal) gedacht heeft.
Maar bij vergelijking met veel andere plaatsen blijkt
dat ..chlooi-os" veel beteekenissi n. kan hebben.
Zoo wordt honiny chlooros genoemd en onze heide»
honing is veel meer bruin dan geel te noemen- De
knods van Polyphemos is ..chlooron", en bestaat,
daar zij zoo lang is als een scheepsmast, uit een
volgroeide boomstam. En deze is niet ..groen"
maar bruin. Xaar alle waarschijnlijkheid is de
vogel die als een nachtegaal slaat (Odyssee, zang
19, regel 508?529) en ehloorëis" genoemd AVordt
bruin dus onze gewone nachtegaal.
Zoo zou ik dus door kunnen gaan met voorbeel
den, maar de ruimte-nood dwingt mij op te houden.
Er is anders nog veel merkwaardigs te vermelden.
Zoo o.a. dat de biologie van een leeuw tot het
midden der'negentiende eeuw nei-gens vollediger
en juister beschreven is dan in de Ilias. Zelfs is het
voorgekomen dat vroegere geleerden A'an lui n
schrijftafel af bewezen hebben dat Homeros de
?leeuAven slechts oppervlakkig gekend moet hebben,
terwijl achteraf bijv. door ondei"zoekers en reizigers
in Afrika (zooals de bekende Schillinys) feiten be
schreven zijn, die Homeros gelijk geven.
Da vreemde manier waarop een koe haar achter-.
pooten rondslingert bij het loopen, de wijze' waarop
een paard sterft als een pijl het in de eerste
nekweryels kan treffen bij een bepaalde kophouding,
het eigenaardige zwermen der bijen, enz. enz.
alles kan men bij Homeros vinden. Alleen de kip
ontbreekt! De morgen wordt nooit door
baange, kraai aangekondigd. Hieruit volgt dus ook afdoende
dat llomeroa met Paschen geen eieren at!
Eindelijk nog: in de zeventiende ceuAV ontdekte
Kedi dat vliegenmaden niet uit het bedorven
vleesch zelf ontstaan, zooals men geloofde, maar
uit eieren door vliegen gelegd. Tweeduizend jaar
eerder Avist JlomoiO) dit belangrijke feit reeds,
want Achilles is bang dat vliegen in de wonden
van Patroklos' lijk komen, un maden zullen doen
ontstaan ! Maar de'ze biologische kennis is (na
hem A'ergeten ,en hot feit moest nieuAV ontdekt
AVorden, nadat men eeuwen lang aan de dwaze
generatio"spontanea geloofd, had.
- .«tJ^^S
*&&*&&*?
& \d& u*1*** 9> ^W
KRONIEK
Ironie
ER viel iets te leeren van de bespreking, die
een boos roomsen blad uit het noorden aan
de slechtheid der ,,Groene" -wijdde, naar aanleiding
A-an Greshoffs boutades OA'er de pornograf ie. Daar
komen Ave straks A-an te spreken. Maar eerst dient
A'astgesteld. dat het boA'enbedoeld booze en
roomsche blad zijnerzijds ook iets leeren kan. Xamelijk
Avat eigenlijk ironie is. Op dit punt schijnt het blad
en A*elen zijner soortgenooten en nog meerdere
zijner lezers, lang niet sterk en geenszins zoo hél
ver A'erwijderd A*an de meening der kelnerin bij
Heine, die geloofde, dat ironie een soort bier AA'as.
Allicht gaan die yerontAvaardigde roomsclien zoo-^
A'er niet. maar toch lijkt hun het AVezen deif
Goddelijke Ironie allerminst geopenbaard, anders
hadden zij tegen Greshoff en de Groene zoo'n keel'?
niet opgezet.
Laat mij het hun dan nog eens ik deed het al
A'aak ? verklaren. CK-erigens zonder veel
verAA'achting. dat het nu lukken zal.
Ironisch dan is die meening, .... die men
nietgeheel meent noch niet meent. Of Avel de ernstige
uitspraak oA*er iets of iemand, die men zelf
betAvijfelt, nog eer men uitgesproken heeft.1 Of Avel de
tAvijfel in misleidend positieven vorm'. Of Avel de
opinie, die OA'er derzeh'er stoutheid A*erbaast en
verontrust, maar dan ook niet geheel verantwoord
is. Ofschoon er ook Avel vóór te zeggen Valt en xij
misschien waar zou kunnen zijn. Of niet Avaar. maar
zoo tussehenbeiden. Op dat tusSchenbeiden komt
het aan. Wie nooit A'an iets andere dan A of B
heeft gehoord, zal doof zijn A'oor alle
tusschentonen. en tegelijk nooit iets A"an Avereld en leven
hebben begrepen. A-an hun samenhang en gestadige
ontwikkeling. deAvelke nooit alleen en nooit geheel
iets bepaalds is. Daarom is de ironie, meer dan Avat
ook. de uitdrukking des levens, maar men moet er
een beetje oor voor hebben en het bierstadiüm
te boven zijn. En ook niet dadelijk met sectarische
hatelijkheden komen gooien en het karakter A'an
den tegenstander verdacht maken. En nog minder
met anti-semitisnie.... Dat zulk een boos roomse h
blad daar terstond toe bereid is, maakt dan hot
geval zoo leerzaam voor ons. O, zeggen wij,'hoe
dicht onder de oogenschijnlijk beschaafde en reder
lijke oppervlakte liggen bij zulke mensehen de
primaire, dierlijke rasinstinkten. Prikkel hen niet
een ietwat exhorbitante uitspraak, die hun dorre
ethiek schokt, en zij \vorden razende rood als
kalkoenen, A'erliezen alle zelfbeheersehing en'
barsten los in scheldwoorden en verwenschingen.
Zonder een oogenblik te bedenken, dat men bon
misschien voor den mal houdt., n voor do mallen,
die. zij ook onmiskenbaar zijn.
' ? ' , ':' ?' ,. . ? ' ' ' ' . - F. O.
Sjl
*t
<j.
t 'i