Historisch Archief 1877-1940
X2
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 28 FEBRUARI 1931
No. 2804
No. 2804
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 28 FEBRUARI
..'H
DRAMATISCHE KRONIEK
door Henrik Scholte
Tollens gewroken 1)
EB is weinig voor noodig om de afhankelijkheid
te bewijzen, waarin het geschreven drama tot
het gespeelde staat. Wat de tooneelschrijver doet,
zoo hem niet een puur-litteraire en op dien
grond reeds zeer on-dramatische ambitie voor
oogen zweeft, is in wezen gelegenheidswerk:
een nationaal repertoire wordt bepaald door den
stand van het nationaal tooneel. Men hoeft het
geschreven drama nog niet met het scenario"
van de film te vergelijken om het voor litteraire
overschatting te behoeden. Het is de praktijk van
het tooneel van zijn land en zijn tijd, die den too
neelschrijver den aandrift tot zijn werk geeft. Wat
bij een vers, een novelle juist uit den booze is: de
gedachte aan het gedrukte en uitgegeven product,
dat juist vormt, mutatis mutandis, de voor*
naamste bron van inspiratie voor den
tocmeelschrijver. Hij schrijft zijn werk, wetende dat eerst
het forum der opvoering daaraan leven en inhoud
zal geven. En er zijn gevallen te over, waar zelfs
een zeer nauwe, persoonlijke verhouding van ge
schreven tot gespeeld werk voor den schrijver de
vruchtbaarste resultaten afwierp: werden niet in
de Grieksche tragedie en den Elisabethaanschen
bloeitijd stukken ,,op bestelling" geschreven, op
den dag af geleverd", schreven niét Ibsen en
Strindberg als Heyermans met de /roep, haar
samenstelling en haar capaciteiten, voor oogen?
Door het gemis aan voeling met de praktijk is
menig tooneelstuk in de serre chaude" der
litteratuur om hals gebracht. En hoe zouden wij
in ons land op dit oogenblik een tooneelschrijfkunst
van eenige beteekenis kunnen verwachten, waar
het tooneel-zelf den toeschouwer, waartoe óók
de tooneelschryver behoort, vau teleurstelling tot
teleurstelling sleept?
Er is in ons' land een groepje miskende genieën,
dat onder den naam van Bond van Nederlandsche
Tooneelschrijvers" elkaar op tragi-komische wijze
de pennevruchten pleegt voor te lezen, welke
zonder den bezielenden adem der praktijk, het
tooneelleven, ontstaan zijn in de kraamkamer der
Hope. Er is, omnium consensu, maar n tooneel
schrijver, die in den laatsten tijd ons tooneel met
eenig werk van beteekenis. zij het van kleine (en
uiteraard kleine!) structuur verrijkt heef t: Defresne,
man van de praktijk. En ik geloof niet, dat het te
boud is om te beweren, dat men op grond van de
meerdere praktijk, die deze schrijver de laatste
twee jaren gehad heeft, de verwachtingen over
.zijn eerstvolgend stuk Cagliostro", waarvan
blijkbaar de opvoering niet door crisislasten zal
worden verhinderd dubbel hoog kan spannen.
In de lucht der première en de knepen van het
???vakwerk'' is toch alleen maar dat werk te gronde
gegaan, dat aan werkelijk tooneel te kort schoot
wat het misschien aan litteraire schoonheid teveel
had.
* *
*
Aan de gevaren der litteratuur" is het drama
van den als tooneelschrijver debuteerenden
novellist Albert Heiman, dat mij dezer dagen onder
oogen kwam, dan ook geenszins ontkomen. Dat ik
toch voor dit boek een lans zou willen breken,
juist op grond van het hier voorafgaande. Vindt
zijn reden in de omstandigheid* dat hier m.i. op
zulk een plotselinge en verrassende wijze een
sterk en eerlijk, in wezen dramatisch talent, op
den voorgrond treedt, dat slechts daar op de
litteratuur terug greep, waar op grond van een
.gemis aan routine, op grond ook van een uit de
practijk van ons tooneelleven verklaarbaar gemis
aan vertrouwen in de scenische illusie moeder
litteratuur" voorschotten verleende, welke het
stuk by eventueele opvoering onnoodig duur zal.
hebben te restitueeren. Zoo ongewoon groot is
echter het dramatisch perspectief, dat dit debuut
opent, dat juist een toetsen aan de praktijk, juist
een noodzakelijke desillusie, hier m.i. zuiverend
zou werken. Ik heb bij het vele werk, dat men van
debutanten in handen pleegt te krijgen, nog nimmer
zoo sterk den indruk gehad, dat hier een natuurlijk
talent op den weg naar een zeker succes is en reeds
op het oogenblik vele studeerkamer-producten
van pretentieuzere dramaschrijvers" achter zich
laat.
Wat Albert Heiman in de laatste plaats bedoelde
te schrijven, was een historisch, laat staan een
nationalistisch drama. De overwintering op Nova
Zembla, door vader Tollens op de wijs van het
Wien Neêrlandsch Bloed" uit volle borst be
zongen, was voor hem slechts toevallige aanleiding.
Voor hem zijn de Hollanders, die in het behouden
huys" in den poolnacht bijeen zitten, identiek met
al die menschen, die door het lot in een geforceerde
en verschrikkelijke situatie bijeen gedwongen en
bijeen gedrongen zijn. Hun groepeering is toevallig
en veelzijdig, jong naast oud, held naast lafaard,
puritein naast levensgenieter. Naar lijf en ziel in
de boeien van het ijs", gelijk de rethorische, maar
hier op de keper beschouwde uitdrukking luidt,
zijn zij gedwongen kleur te bekennen. In een ver
hevigden vorm ontwikkelden zich hier om het
onvaste licht van een enkelen vetkaars conflicten
en hartstochten, welke in het dagelij ksche,
nietgeforceerde leven diffuus en onopgelost blijven.
Bekentenissen, die men aan den huiselijken
haard" zou kunnen ontwijken, nederlagen, die in
het ijdele en vrije leven niet beleden zou hoeven
te worden, staan hier onder den dwang, die mensch
tegenover mensch, waarheid tegenover leugen
onthult. En als deze menschen menschen in
den allereigensten zin van het woord later,
door het lot vrijgelaten, door de nieuwsgierig te
hoop geloopen thuisblijvers gefêteerd, aan dien
geenszins tot eerlijkheid dwingenden huiselijken
haard" zijn teruggekeerd, maakt het besef der
werkelijkheid plaats voor de leugen der herinnering.
In de herinnering vermoeit en romantiseert zich
de doorstane ellende. De zwakheid van den
zinnelijken Heemskerk, de zielsnopd en de doodstrijd
van den puriteinschen Barentsz worden bij stil
zwijgende conventie andersom gepraat, Het boek",
dat Gerrit de Veer over de beroemde" tocht uitgaf,
het boek, dat zijn eerste litteraire succes"
beteekent en hem de wegen des maatschappelijken
levens opent, het boek", dat in waarheid de reden
is, waarom het heldenvereerende meisje van. hem,
den man, die er bij was", gaat houden en hem
bij het schrijven hielp", dat boek" is het
ten. slotte wat de noodtoestand des levens heeft opge
leverd! Voor Heemskerk is het.... bevordering
tot schout-bij-nacht", voor dokter Vos, thans
professor" Vos.... de bewuste vlucht in de
hypocrisie, voor Andries* den kok, die later voor de
soiree" in het 'vrije Nederland van te geringen
, .stand " geacht wordt en daarom maar niet gevraagd
is.... de onbewuste, botte leugen en de vlucht in
de platte genietingen van den havenkant. Hij
heeft een vrqolijk zeemanslogement geopend. Hy
had het Nova Zembla" kunnen noemen. Onze
Lethe is een dichtgevroren zee", zegt de professor
litterair. Een stomme hond is de eenige stille
getuige" bij dit in een walm van leugen optrekkend
napraatje".
.?''?. * ': * '?'??:.?
..;... ' * ? ?
Neen, een historisch" drama is dit niet, ook
al heeft Heiman voor de eerste twee bedrijven een
exact gebruik gemaakt van de historische jour
nalen (Tollens' materiaal!), ook al heeft hij zijn
dialoog dien gedragen, maar geenszins archa
seerenden vorm gegeven van het XVlIe eeuwsche
Nederlandsen. Strak en koelom de figuren en hunne
handelingen heen is hier de noodzakelijke dialoog
getrokken. Hij leeft, met de figuren, tot de
geringsten toe. Goede tooneelspelers zouden aan deze
twee eerste bedrijven, in het behouden huys"
en aan de Laplandsche Baai, waar het kleine schip
afvaart, met het lijk van Barentsz en de slechts
geleende" koopmansgoederen,?hun hart kunnen
ophalen. De klare, gevoelige nuancen, waarmee
hier een ontzettende situatie met de eenvoudigste
middelen gecreëerd wordt, zijn honderd procent
tooneel, omdat zij honderd procent leven zijn.
De litteratuur komt echter met de derde acte.
eigenlijk reeds aan het slot van II. Het was zoozeer
de bedoeling van Heiman om gén historisch stuk
te scheppen, maar een drama in het jaartallooze
tijdperk der fantasie", naar de aanwijzing luidt, dat
hij zich liet verleiden tot een vondst", welke het
stuk breekt en juist de tijdelooze" werking
schaadt. Het derde bedrijf speelt namelijk in
onzen tijd,.... omdat het ook in onzen tijd had
kunnen spelen!
Die gewilde draai breekt het drama in tweeën
en schaadt beide helften. Als Hetman een oorlogs
stuk, met eenzelfde, door het noodlot geschapen
situatie" tals Joumey's End" b.v.) had ge
schreven, als hij - om by zijn, onderwerp te
blijven de Nobile-groep genomen had of, als in
Duitschland Rudolf Göhring, de Zuidpool-expeditie
van Kapitein Scott, dan zou zijn stuk in het derde
bedrijf zooveel sterker gestaan hebben. Juist omdat
hij tijdeloos" en algemeen-menschelijk had willen
schilderen, zou niemand bij een van deze laatste
onderwerpen uitsluitend" aan de XXe eeuw ge
dacht hebben, evenmin als thans in de twee eerste
bedrijven, de lezer zich van de historische nauw
keurigheid van het jaar 1504 overtuigt. Maar als
hij thans 1594 stelt tegenover 1931, dan bereikt hij
juist wat wij had willen vermijden: niet de som
van beide perioden, maar het verschil, de afstand.
Niemand denkt bij Hamlet" aan de historische
legende, die meen ik ergens in 500 n. Chr. speelt.
Bij den Hamlet-in-smoking was juist de belache
lijke kleineering gelegen in het feit, dat wij het
ook op onze dagen" moesten betrekken. Een
Hamlet" echter, die voor de eerste helft in een
tamelijk tijdelooze atmosfeer speelt, waarbij de
historische tijdsbepaling niet meer dan toevallige
keuze is, maar b.v. na den dood van Polonius als
fascist optreedt, wordt op z'n best een geparodi
eerde zedepreek. Als die derde acte van Over
wintering", ondanks het feit, dat zij toch reeds
zwakker en ietwat naief-satyrisch geschreven is,
zich' had afgespeeld aan een schouw, waarop
desnoods Delftsch porcelein en Waaronder desnoods
een rek met gouwenaars gestaan had, dan had ik,
mér dan thans, in de tijdeloosheid en de groot
heid van het werk van Heiman geloofd. Thans zou
een opvoering moeten bewijzen of de litteraire
truc" van dezelfde soort, die hij in zijn stuk
wilde veroordeel en! ??toch dramatische over
tuigingskracht genoeg zou kunnen bezitten om
met de sterke en zuivere kwaliteiten van het
z.g. historische gedeelte in tijdelooze harmonie te
zjju. .
.1).Albert Helmin: Overwintering" spel in drie
bedrijven. (Nijgh en v. Ditmar's Uitjivtra-Mij.,
Rotterdam, 1931).
CAPI
Onzi *Btelala afdatling
Amateur-kinematografie
stut onder («Idlng van
J O RIS l V EN S.
Vraagt gratis boakja;
Filmen kan iedereen"
Catalogi am. op aanrraga
I1S Kalverstr. Mam G.
> ?«
BIOSGOPY
door L. J. Jordaan
Kunst im Kafig
E. A. Dupont. Menschen
Rerabrandt-Thcater
verbeelding van den mensch en zijn primitieve
hartstochten in al hun ongebreidelde wreedheid.
De motieven: de stormende mensch en de stor
mende natuur, heeft hij hier herhaald, maar be
langrijk zuiverder en eenvoudiger. Het drama a
grand spectacle van den ondergang eener groote
passagiersstoomer, dat aan Atlantic" zulk een
im
HOEVELEN hebben oogen, zonder nochtens
te zien ooren zonder nochtans te verstaan ?
Hoevelen, die ontroerd en diep getroffen zijn door
het openbloeien van een bloemknop, gaan voorbij
aan het groote wonder, dat zich voltrekt in de
geminachte bioscoop? Of is het geen mysterie
boeiend, onbegrijpelijk, ons diepste innerlijk rakend :
dit worstelen om den eersten levensadem eener
nieuwe kunst? Eener kunst, die zich hijgend,
moeilijk, maar onmiskenbaar levend vry maakt
uit de stalen ingewanden der mechanische techniek ?
Het is de tweede maal, dat wij dit mirakel
aanschouwen: eerst was het de beeldmachine
die onder den Pygmalion-adem van den kunstenaar
tot leven kwam. Nu zien wij in de combinatie
van beeld- en spreekmachine de ijzeren traliën der
techniek, die het jonge leven gekooid houden.
buigen onder een onstuimigen drang wij hooren
de eerste ketenen, die het kluisteren aan het doode
en koude mechaniek, stuk voor stuk afvallen. En
aangrijpender dan de primitieve, onvolkomen
dramatische experimenten, is dit spannende drama
van gevangen le
ven, dat zich baan
breekt naar zon,
lucht en vrijheid
is dit hardnekkig
beuken op traliën
en muren is het
uitbreken dezer
..Kunst im Kafig".
* *
*
..Menschen im
Kafig" ontstelt
door zijn elemen
taire kracht door
zijn wilden, onstui
migen levensdrang
door zijn uitbars
tingen van schier
beangstigende vita
liteit, liet is alles
nog rauw,
onevenw ie h tig,
onbelieerscht.... maar
overrompelend
sterk. Het jammer
lijke tasten naar
mechanische
tooneel-imitatie. dat
de klankfilm in
haar eersten tijd
kenmerkte. , groeit
hier reeds uit tot
een Krar>dioos bor
stelen met de felle,
ongebroken kleuren
van beeld en ge
luid. Welk een ma
teriaal, welk een
contrasten: ... .de
donderende bran
ding, op de rotsen.
de.. weeke glimlach
eener jonge vrouw, de wilde verlatenheid van een
vuurtoren, de kreet van een mensch in
stervensnood als dramatische elementen te behé-erschen !
Ze tegen el-kaar.te: doen opstormen, te doen botsen,
zéte ontwapenen en alles samen te vatten in n
machtige schepping !
Dupont heeft haar de verwerkelijking van dezen
stoitten droom een koenen gooi gedaan in xijn
,.Menschen im Kafig". Van het. sensationeele
gegeven eerier scheepsramp is h ij'gestegen tot de
niets van de beklemming en naar den waanzin
voerende eentonigheid, die de jonge vrouw geeste
lijk dreigen te verstik ken. Noch van de verhouding,.
die zich langzamerhand heeft ontwikkeld tusschen
haar en den weerzinwekkenden bruut C'ass, als.
laatste redding uit beider psychischen nood. In deze
drukkende, van noodlottige spanning reeds ver
zadigde atmoesfeer, verschijnt een nieuw
personnage: de schipbreukeling man van de wereld
en uiterlijke beschaving. Zijn voortvluchtigheid
doet hem het verlaten vuurtoreneiland als een
welkom asyl begroeten en niet de minste haast.
maken, weer naar de bewoonde wereld terug te
keeren.
Maar na eenigen tijd wordt ook. hij door de ver
giftigde atmosfeer aangetast en zijn blikken ?
moe en walgend van den eeuwigen, cirkelenden
horizont, van den ouden, verdroogden ambtenaar
en den beestmensch Cass haken hongerig en
steeds weer opnieuw aan de gestalte der jonge
vrouw, die ook voor hem de eenige redding uit een
onvermijdelijke geestelijke vernietiging beteekent.
Een nieuwe liefdesverhouding tusschen deze beide
ontstaat, die een zwijgende worsteling op leven en
dood meebrengt tusschen de twee illegitieme min
naars, waardoor de spanning binnen den
benauwenden cylinder der torenmuren tot in het ondragelijke
stijgt. De gewelddadige ontknooping volgt in een
gevecht van man tegen man, waarbij de jo.ige
vrouw den bruut Cass, haar voormaligen minnaar,
doodschiet. In het verhoor, dat de oude
vuurtorenwachter ter oriën
tatie van de ge
waarschuwde poli
tie de beide gelie
ven afneemt, wordt
hem door hun on
derlinge
tegenspraak de waarheid
duidelijk. Hij levert
den
voortvluchtigen bankdirecteur
aan de justitie over
en stuurt zijn.
ont r u u w e echtge
noot e de wijde we
reld in.
Ziehier het
t'egevon. dat Dupont
zich heeft gesteld
en het is voor ons
in de eerste plaats
van belang, na te
^aan. hoe hij de
middelen. welke
hem ter beschik
king stonden: beelil
en ijeluid heeft aan
gewend, om dit
drama te
materialiseeren. Want
j>.vwichtiger dan de
vraag: Wat hij van
deze tragedie heeft
£«':tuiakt. is de
vraajr: Wnt hij vi >or
de klankfilm heeft
gedaan.
D
Van l. n.
GENERAAL A«EXTEX VOOR
AMATEUR-KIXO- UITRUSTIXG
FOTO-SCHAAP & Co.
SPUI 8 AMSTERDAM
vier hoofdpersonen: Boven: Fritz'Kortner.
r.: Heinrich George, T.ala Birell en Conrad Veidt.
verdachten Hollywoodschen bijsmaak gaf. werd
ditmaal gereduceerd tot de schipbreuk van een
motorboot./ En als de opvarende niet toevallig
de voortvluchtige ?directeur' eener verzekerings
maatschappij moest we/,en. wiens signalement
e.n verzoek om aanhouding toevallig door zijn
medeminnaar per radio werd opgevangen, zou de
tragedie der vier menschenkinderén. door het
noodlot tezamen geworpen op een klip in den
Oceaan, van een Strindb^rgsche'grootheid liebLeii
' kunnen zijn. Xu betalen'wij de/en cijns aan den
heer en mevrouw Norico met blijnioedigheid,
omdat (deze praemisse uit het ..(Scnumgd Nieuws"
eenmaal aanvaard) de conflicten zich in sobere
natuurlijkheid' en ijzeren noodwendigheid ont
wikkelen.
Deze directeur dan wordt door.den storm op het
vuurt:>reneiland , geworpen, waar de niet meer
jonge wachter met zijn jeugdige vrouw en
zijnruwen helper C'ass samenleven.-De
vuurtorenwachter. brave, maar kortzichtige en in
beambtennauwgezetheid verschrompelende echtgenoot, merkt
?? ..* *
Evenals in ..At
lantic" beteekende
de keuze der
scenerie op/ieh/el f
reeds een groote voorsprong. Belangrijker is
echter de vraag, hoe hij deze uiterlijke factoren
heeft aangewend tot de aanduiding van innerlijke
waarden. En in de sterke, zij het ook nog rudimen
taire, resultaten, welke? Dupont in dit opzicht
bereikte,, ligt de groote beteekenis van dit werk.
Om te beginnen is daar het scheppen, het ..op
bouwen" der atmosfeer.- de eigenlijke ..Deus ex
Machina" dt-xei- tragedie. De i.uiver visueele
impressie van de verstikkende- beklemming binnen
deze nauwe wanden kon tot nogtoe door de con
trasten der bcckicn (tegenstelling van het enge trap
penhuis en de wijde kokende zee bijv.) op sugges
tieve wij/e door de stomme film gegeven worden.
Moor Dupont pa&t hier zeer kennelijk het geluid
toe als versterkende factor. Hij omringt deze
eenzame rottigevangénis1 niet alleen door wanden
van hemelhooge golven, doch hij bouwt er tevens,
muren run yehnil omheen ! De monotone donder
der branding, die steeds en overal verneembaar is,
wordt als de obsessie eener hoorbare
gevangenismuur. (Siot op Pag. I5)
l
.?4
f
'f