Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 14 MAART 1931
No. 2806
Tikblaadjes
door Dr. R. Feenstra
High llfe
H KT is altijd mooier boven te
zijn dan benoden. Beneden is
daar het gedrang, de stiklucht, de
benauwenis. Boven is er ademruimte,
en zijn er de uitzichten.
Maar,,hier" geldt dat alles nog extra.
In het hoogstgelegen hotel van de
hoogste prijsklasse, op mijn bad
kamer van de derde verdieping!
Eerst was ik twee dagen No. 55,
toen was ik n dag no. 2, en kon
n nacht niet slapen van de
jazzmuziek uit de bar. En .nu zeg ik la
chend: ,,Bad drei" tegen den Ober,
wanneer ik des morgens mijn
lunchprovision bestel. En ik kon dit ,,Bad
drei" er niet trotscher uitgooien, dan
wanneer ik zou zeggen: ,,das F
rstenAppartemetit." Ik, laatst-toegelatene;
hekkensluiter in een overvol Grand
Hotel.
Ik leef in mijn betegelde cel als een
koning, als een monnik en als een
zwaan. En in deze drioëriheid ben
ik volmaakt gelukkig.
Ik leef allereerst als een zwaan, die
van den oever zachtekens schomme
lend in het water neergujdt en meteen
onderdompelt. Mijn bed staat gelijk
mo.t het bad. "Oe rand van mijn
ledikant en de rand van het bad
schelen geen centimeter. Uit mijn
bed kan ik de mengkraan open
draaien. In mindur dan n minuut
heb ik mijn vijver vol.
Anderen moeten vijf franken neer
tellen voor een bad; wachten, tot
het'kamer-meisje komt vertellen: das
Bad ist para t. Ik leef als een zwaan,
des morgens als het witte
sneeuwlicht mij de witte tegels der
kamerwanden hoöger polijst, des middags
als het'moegewevkte, dooi gloeide ski
lichaam over het bed, als over een
bok, in den vijver plonst wanneer
ik maar wil.... Ik ben de man met
het vrijbad. De nagels van mijn
groote teerton glimmen als
zakspiegeltjes. liet zou mij niet verwonderen
als ik morgen wakker werd. en veeren
op mijn rug voelde groeien. lieeds
nu is het of de ski-was, inplaats op
mijn glijplanken. in mijn schouder
bladen zit; en de straaltjes en drup
pels er als kwikzilver overheen schie
ten; zooals over een goed onder
houden zwanenrug.
* *
#
Ik leef ook: als een monnik.
Want het is een betrekkelijk kleine
cel, waarin ik voor 27 franken daags
mag wonen; en in deze cel, is de
Volstrekte eenzaamheid. Geen geluid
van het drukke hotel dringt er in
door. Het licht is er aldoor mat en
indirect, als in een refectorium. Tot
nadenken wordt men hier gestemd,
op eenzaamheid, op retraite en
woreldvlucbt.
Ook heb ik een altaar, en geen mon
nik heeft een schooner. Om bij dat
altaar te komen moet ik eerst fels
een inbreker-uitbreker over een ven
sterbank klimmen, waarvan de
matglasruit dag en nacht openstaat. Ik
kom dan in een smalle gangkast,
die naar parketblokken en boenwas
ruikt, en waar de pekakas van den
huisknecht staan; en dan kom ik aan
een smal tryptichon. Na den
inbrekersglip over het kozijn, de zes,
zeven voorzichtige struikelpassen, sta
ik dan. in den nacht voor een hoog
altaar, zooals geen priester dat in zijn
vermetelste inspiratie kan voorstellen.
Het open gangraam.
De grijze winterbosschen, met hun
lichte muisklcur .overdag, half van
sneeuw, half van dood coniferongroon
en tak en schors ? die aan dit stukje
wereld den naam hebben gegeven:
(Jraubünden-les Grisons
phosforesceeren nu, als een zee, die licht in een
zomernacht. Het lijkt, of de groene
vonken er in bewegen en knetteren.
De bergen zyn nu niet meer het werk
van een domme schepping; hun plas
tiek is van een meesterhand, een
doordacht kunstenaarschap; iedere
beitelsteek erin is raak; iedere lijn
wil wat; al is het maar alleen gran
deur uitdrukken, vermetelheid.
Over de kamlijnen is
sterrenlichtschijn en wat maan. Dood licht over
doodsche pracht; en toch zoo gloed
vol diep-zilver. De sterren drijven.
Zij zijn niet meer slechts
zilverpailletten op de vlag van den nacht.
Zij zijn werelden, die drijven. ? Men
herkent er de sferische gestalten aan.
Als dobbers over vele stille diepe
wateren, drijven de sterren door den
tweeduizend meternacht.
En wanneer men dan weer terug
krabbelt, door de boenwasblikken, m
in de mand kruipt naast hot bad,
en men voelt de longen deze lucht
aanzuigen, zooals een nieuwe
achtcylinder nog niet y.ijn gas uit den
carburator aanzuigt, zwijgt de,.monnik";
en.... het ,,dier" geniet. Van deze
blaasbalgki-acht van deze forsche lon
gen, die nog eeuwen en eeuwen mee-*
kunnen mot deze bergen en bosschen
en stalen vriesnachten, .en diétoch
naar alle waarschijnlijkheid binnen
de kwart eeuw geleverd zullen zijn.
i *
*
Ik leef óók: als een koning. Wanneer
ik 's avonds uit mijn, badoel treed,
ben ik weliswaar incognito in smoking
maar alle hofglans is onmiddellijk
om mij heen. Wij zitten met zijn
drieën eenlingen, ieder aan een klein
tafeltje, naast elkaar; eo.n Xwitsem-h
ingenieur ? uit Abessynië, een
Dresdonet- fabrikant en ik. Wij zijn al
eenige dagen toer- en tocht-gcnooten.
Zij zijn mijn trouwe vleugeladju
danten. Alle hofglans is voor ons
gedrieën. ledere van deze meer dan
honderd vrouwen. d,ie hier binnen
komen, is voor ons: n mannequin".
ledere vrouw, die in dit hotel logeert,
heeft iederen' avond een ander toilet
aan; en die stomme mannen betalen,
' en wij zien het. Hier is geen krimp,
tot hier dringt geen crisis; hier is
cercle, hier is hof. lx? roi «'amuse.
En de vleugeladjudanten zeggen
zulke boshafte" spitse dingen, dat
de .koning, wiens ski-maag toch al in
elk gerecht hpt koningseten proeft,
voortdurend gezapig glimlacht. Dan
houdt hij cercle met een paar hut- of
bridge-vriendinnen; of hij praat wat
na over deze bergen, de tochten daar
in; en.... kent zijn Rjjk.
Ook dit Rijk van drie duizend
meter hoogte, te overschouwen. al is
het dan nog vroeg in den middag, en
al is het koningsjasje maar Van zeil
doek, geeft hyper-majesteitclijke ge
voelens. Daar zijn geen Kurorte
meer, geen skihutten meer; alles is
onder u en achter u gebleven. Daar
is alleen nog maar hoogte. Het pa
norama is onbegrensd verwïjd; rug
achter rug zijn de decors opgeschoven.
Men ziet van Tirol tot in Valais;
kartellijn achter karteling; on het oog
raakt schier sneeuwblind van deze
millioenen tonnen sneeuw\ racht. waar
in 'een witte magnesiumzón excedeert.
Meer sneeuw dan ooit een winter
vroeger!. . ?
WINTER IN ZWITSERLAND
Van onderstaande plaatsen is het prospectus verkrijgbaar bij de
voornaamste Reisbureaux in Nederland
RIGI-SCHEIDEGG
ZWITSERLAND.
1630 Meter boven den zeespiegel.
HOTEL en KURHAUS.
150 bedden. Zeer sneauwrijk In Rigl-Scheldegg schijnt de zon
ged. den Winter het langst (9 uur in Januari). Prachtig vergezicht
op wereldberoemd Alpenpanorama.
Pension van frs. 15.?tot frs. 18.?.
Vraagt prospectus.
RIG1-KALTBAD Grand Hotel en Kurhaus
1450 M. b. d. Z.
Pensionpr. van frs. 16?24.
PONTRESINA
1830 M. b. d. Z.
PARK HOTEL
130 bedden. Pens.pr. vanaf frs. 19.?.
MüRREN
1650 M. b. d. Z.
HOTEL EIGER
80 bedden. Pens.pr. vanaf frs. 15.?.
ENGELBERG BRAND HOTEl XURHAOS l REGIHA IÏII5
1020?1800 M. b. d. Z. 500 bedden. Pensionpr. van frs. 15?17.
FLiMS GIAND HOTEL J SOU
1150 M. b. d. Z. 120 bedden. Pens. vanaf frs. 17.-.
GRAUBUNDEN
1150 M. b. d. Z.
360 Bedden PARK-HOTEL WALDHAUS 360 Bedden
Het groote Hotel in villatrant gebouwd. Domineerende ligging. Groot
eigen park. Garage (50 auto's). Pension vanaf frs. 17.?. (Hoog-selzoen
vanaf frs. 19.?).
1?T IHTC W A T T^lïA TIG Kurhaus Adula. Zeer aanbev.w.
J JUliJrlO-W AJUUXlALJÖFam. hotel. Gen. hernieuwd.
(Graubünden) 1150 M. b. d. Z.
ST.MORITZHOTEJLWALDHAUS
Stroomend water, rustig gelegen aan het tmer. Orchest. Garage.
Middelmatige prijzen. Eigenaar G; ROCCO, (Zwitser).
R R A TT N W A L D (KANTON GLARÜS)
J> Ct A U 11 ? T T ±\. LJ U (1300-tSOO M. b. d. Z.)
GRAND HOTEL BRAUNWALD HOTEL ALPENBLICK
HOTEL NIEDERSCHLACHT HOTEL ALPINA
.11% I
Be«« Rivage, Grand Hotel, in alle opz. Ie kl.
parn. Hotel, m:est mod. comf. Gr. tuin, gar.
Uitst. keuken. Alb. Doepfner, eig. en leider;
nwrri?"DT A Tri?\r
l il l JDÜJu/Vlvrjlil
HOTEL INTERLAKENER HOF, aan de
Hauptpromenade. Familie- en toeristen
hotel. Eigenaar E. Hl RSCH.
ifXrnpl?"PT A !TT?TVr HOTEL KREBS. Goed familiehoteJ. Vrij
lil l XL<IiljAJVJL<il gelegen, heerlijk uitzicht, warm en koud
stroomend water In alle kamers: ? Eigenaar FAMILIE KREBS.
INTERLAKEN HOTEL METROPOLE
' MODERN. MATIGE PRIJZEN.
T VrTT?t>T A TTTPIVT HOTEL SCHWEIZERHOF. Ie Rang,
lil l jHJUAJAJDjil prachtig gelegen aan den Höhenweg, geheel
modern. ' Eigenaar TH. WIRTH.
'fATTT?!?! A T^TTM WALDHOTEL NSPUNNEN. 15 min. van
JLIl l rjIiljAJVJliil Sp0or en booten. Auto aan het station. Lid
van den Toeristenbond v. Nederland.
LAUSANNE HOTEL VICTORIA
Voornaam FamiHehotel. Ie Rang. Uitzicht op het meer.
LES AVANTS: s.Montreux 1000 Meter b. 0. zee
Heilzaam luchtkuuroord. 4 Hotels, garages, pensions.
No. 2806
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 14 MAART 1931
Schilderkunst
Sint JLucan, Amsterdam
Het volgende is niets dan een reeks
notities. Het is niet altijd mogelijk
' een vast-gebonden artikel te schreven
over een tentoonstelling van 't werk
der leden eener vereeniging. Te licht
zoudt ge in een herhaling vervallen,
die het leven uit de beschouwing
nam, want n door zulke herhaling
n doordat niet alle werken van alle
leden steeds levend of zelfs levendig
maar zijn, is zulk gevaar niet ver af
wezig, maar dichtbij en haast aanwe
zig. We zullen dus noch alphabetisch,
noch naar de belangrijkheid precies
gemeten onze meening foimuleereu,
maar in een ietwat' speelschen
ommetocht nu den eene om 't eene. dan
den anderen om het andere behande
len
Het portret dan, van den heer
Tutein Nolthenius door H. H.
Kamerlingh Onnes is voor mij zeker'niet een
der beste portretten van Onnes. Het
lijkt, als steeds bij dezen schilder,
goed, maar het heeft de straffe be
koring niet, die sommige zijner andere
portretten hebben.Het is psychologisch'
niet zóó aangenaam voltooid, behalve,
maar dat is het moeilijke hier aan te
nemen, wanneer het eenigszins ironisch
Else Berg
Drie naakten
was bedoeld, of wanneer de voorge
stelde den schilder bewust of onbewust
als eenigszins komisch had aangedaan.
Ik ken in het werk van dezen Onnes
(dat nooit eens door een bestuur van
een vereeniging in zijn ontwikkeling
te zien is gegeven, hoewel dat toch
de moeiten waard zou zijn !) ik ken
bij Onnes in ander werk geen uiting
van den komischen of ironischen zin
en toch lijkt mij hier zulke zin bij
nader overdenken aanwezig! Een
goed stilleven van Onnes, is, uit 1930,
No. 95, het stilleven van het bruine
pootje n den blikken taart- of
puddingvorm. Het is vast gemodelleerd,
nauwkeurig, maar niet peuterig, en
het draagt in de ruimte.
De nauwkeurigheid van Salomon
M ener is een nauwkeurigheid van het
geduld en meestal van zeer burgerlijken
HOTEL N A E FF"
. VEL1' <«.)
B E K K X l» K K 8 T A U II A N T
Appartementen met privébadkamer
Tclcph. in te re. 2152 en 38153
II. B EI JE K
aard. Zij schijnt voor de nieuwe
zakelijkheidslieden een soort bekoring te
hebben, die mij zelden bevreemdde!
Een enkele keer raakt de heer Meyer
echter iets boven zulk hem gewoon
niveau uit; wij allen herinneren ons
daardoor dan o6k zijn kat uit den
hoededoos", eens op Arti. In die
voorstelling hinderde zijn kleur niet
meer, die bijna altijd weinig van de
ontvankelijkheid van een wezentlijke
kleur bezit, maar daar was de
nauwkeurigheid en 't geduld genoeg
verlevendigd om het schilderij tot in
een beter gebied te brengen. Iets van
dat betere is hier in zijn Brugge
(No. 122); ook daar nadert het geduld
toch tot het atmospherische", in den
geestelijken zin, iedere schoonheid
steeds eigen.... Op deze rustige
tentoonstelling is Jan Sluyters rustig
vertegenwoordigd met een
vrouweportret en met het stilleven van een
perzische pot voor een perzisch tapijt;
Mevr.Westendorp?Osieck daarentegen
is zeer goed vertegenwoordigd met een
portret, dat een vrouw voorstelt, met
lange oorbellen. Mevrouw Osieck, om
haar haarschildersnaam te ge ven, is
tusschen de andere Joffers altijd iemand
geweest, toen zij ook nog een Jof f er was
en later, die een andere allure had of
onverwacht kon hebben dan de
meesten der Joffers. Zij kon mondain
zijn, in den goeden zin is daar bij mij
niets tegen; zij kon zelfs coquet zijn
als schilderes, maar hier in deze
vrouwekop is zij dat zeker niet; er is
genoeg geestelijke waarneming, ge
mengd met het
visueel-waargenomene, om het werk tot een
wezentlijkelegant werk te maken. Ook van de
andere Joffers, van A. van den Berg
met haar Amaryllis en van Mej. Surie
kan hier goeds worden neergeschre
ven. Van deze laatste heeft het stilleven
(109), flesschen vruchten etc. een
sonoriteit in de kleur (eer donker)
die ge wat ijler terugvindt in haar
figuur: Schoenmakersleerling (170).
Er is in wat H. F. Boot inzond
steeds een bepaalde nuchtere bekoring
van de kleur, in het grijze dikwijls,
die al is de vorm soms snel geschetst.
altijd een afzonderlijkheid hem geeft,
en die mij hem altijd doet zien, en
hem mij regelmatig, natuurlijk niet uit
bundig, doet waardeeren. Hij is toch
een persoonlijkheid, en dat zijn wezens.
die ge zelfs onder de schilders van
Lucas kunt waardeeren; niet alle
leden toch zijn dat. Zóó is er ook iets
in het werk van W. J. van Dam,
dat u hem tusschen de anderen doet
opmerken en zeker is dat te er
kennen in zijn stadstuintje (No. 30),
evenals een andere persoonlijke stem
ming weer bij Dittlinger ge vindt,
hoewel hij ook beter werk heeft ge
maakt dan zijn Bloemen (Nö. 34). tiet
huiselijke van den stillevenschilder
(stillevenschilders zijn dikwijls de
huisdieren der schilderkunst) is in van
Driesten'a kapellenkastje. In Mej.
llontys Voor den maaltijd", een
uitgebreid stilleven, is n te kort;
de rustigheid en het elegische moet
meer accent krijgen; het werk be
hoeft daarom niet scherp of schril te
worden, maar ge moet toch vanjneer
spanning bij het bezien
'.: " de overtuiging krijgen,
1 '' dan hier u overkomt.
Kort's naaktstudie heeft
die spanning in een
teekening van-een Naakt
(een zijner latere ,,onder
werpen", dat, hoop ik,
ook nog gevolgd zal
worden door teckening.
en schildering van het
Clara Klinghoffer
Baby
portret). Goed voor zijn doen is de
kop van de Moeder door II. Polder
man; goed voor haar doen is de
Ontbijttafel, het stilleven door Mej.
van Regteren Altena; iets goeds van
kleur heeft Ritsema's Bretonsche
Kust, terwijl Th. ter Weeme met
zijn steeds geteekend werk, al is 't
schilderij of aquarel, zijn eigenaar
digheden, niet groot, maar die ik
toch waardeer, hier ons weer doet
zien. Van het beeldhouwwerk troffen
mij twee dingen: de plastisch-bewogen
groep Troost van J. Maris, en het
levendige portret van Maja Weiss (No.
215).
PLASSCHAERT
Peter van der Brake in de
Kunstzaal Willem Brok.
Hilversum
Peter van der Brake, de
Brabantsche jongen, die er zwervend en
vagebondeerend op uittrok, toont zich ook
in zijn werk voor alles een uiterst
vitaal vagebond, die, zonder zich voel
om ons menschen en het kunstwereld
je te bekommeren, in de natuur naar
het groote en vrije avontuur zoekt.....
Bleef hij al hier en daar aan het intieme
der vaderlandsche natuur, van het
Hollandsche landschap gebonden, zijn ver
langen drong hem tot het opdoen
van heviger indrukken, die hij dan
vindt in c'e tafereelen van het Zwit»
sersch hooggebergte en het
Italiaansche land.... Hier, in de bergen,
waar dénatuur zich niet, als in Hol
land, allereerst voor den droomenden
schouwer, maar voor den vitalen
veroveraarsgeest' open
geelt, vindt de/e schilder :..
eigenlijk voor het eerst '
een hem passend tehuis.
En hier ook krijgt zijn
techniek waarbij de
verf niet krachtige
tubeknepen in dikke massa's
als driftig wotdt opge
bracht, voldoende hou
vast. Waar hij die
techniek in zijn Hollandsche werk
toepast, zooals dan bijv. in een dorp
straat*, een onder boomen en planten
schuilgaand poeltje of een knotwilg
aan een slootkant, voelt men steeds
iets van een forceering, iets van een
wil en een kracht die, als 't ware,
door het onderwerp heen, naar verder
verten uitschiet en niet zich eerst
heeft overgegeven, om dan vanuit
het hart van het gegeven weer uit te
gaan. Maar in het hooggebergte wer
den dan die verten, waarheen hij
vroeger met een zekere kramp
schier te streven scheen, bereikt en
kan hij zich naar hartelust uitleven..
Hier toont hij zich tenvolle de harts
tochtelijke impressionist die hij in
wezen is en niet ? de expressionist
waarvoor men hem, in zijn Hollandsen
werk, soms verkeerdelijk houden zou.
Zoo bereikt van der Brake met het
Landschap op de Monte Gridone"
op deze tentoonstelling in zijn werk
zeer zeker het hoogtepunt.
Men zou uit het bovenstaande
kunnen lezen, dat ik van der Brake's
buitenlandsch werk ,,alles", zijn
Hollandschoeuvre daarentegen niets"
vind. Zoo is het echter niet. Maar
tegenover dit f orsche, zonder omzien
of bedenken, geschilderde impressio
nistische werk, mag dan tenslotte
wel een min of meer impressionistische
karakteristiek gesteld worden, ook al
loopt men daarmede de kans te weinig
onderscheidend in zijn oordeel .te
schijnen.
A. E. VAX DEN TOL
VAM . HELLES
? TABAK ?
IS