De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1931 2 mei pagina 2

2 mei 1931 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

? ?'?.????'-*'.~T,f *"-' **~";i.-.<--'';^i;i ?^??^^ '^-*'^-*'?-i&^'^ :?*?*»* GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 MEI No. SPREEKZAAL Over Communisme, Radio, en nog wat Geachte redactie, Bij een aardig prentje geeft M. K. die zich onbevooroordeeld toeschouwer" noemt in uw blad van 25 April, een korte beschouwing over den uitslag der verkiezingen voor de Staten. Een beschouwing, in hoofdzaak ^.ich bezighoudend met n verschijnsel van die verkiezingen. Den geringen invloed namelijk ondanks schijnbaar gunstige'' economische factoren, uitgeoefend, door het communisme of, zooals déschrüver ze ook wel qualificeerd, de radicale" richting in de soci alistische beweging. Het is jammer dat M. K.'s opmerkingen zoo weinig blijk geven van kennis van zaken op een gebied, de arbeidersbeweging, dat hier in een half kolommetje weer ns wordt aangeraakt. Wanneer in het begin van het stukje na de ,,conclusie" die geen conclusie, doch veeleer een onbewezen stelling is dat de 8.D.A.P. de communistische invloeden de wind uit de zeilen neemt, gezegd wordt: Het is niet goed mogelijk daarvan op dit oogenblik met juistheid déoorzaken aan te wijzen", overschrijdt de schrij ver echter m.i. de grenzen van ondeskundigheid. Die oorzaken" immers kunnen gekend worden door wie onbevooroordeeld" doch wie is dit waarlijk in een kwestie, waarbij het waarschijnlijk om de toekomst van Europa gaat? de geschie denis van de revolutionnaire" arbeidersbeweging in ons land, sinds 1923?25, de in dit opzicht beslissende jaren, heeft gevolgd. Kent men de geschiedenis, dan is er, voor den onbevooroordeelden" toeschouwer laat ons dan maar zeggen voor wie noch lid is van bijv. de C.P.H., noch van de R.S.P., noch van de S.D.A.P.een reden zich te verwonderen over de relatieve belangrijkheid dan over de geringheid van den invloed, dien het communisme, blijkens deze verkiezingen, hier nog blijkt te bezitten. Vindt M. K. een aantal van bijna 100.000 stemmen (bijna 77.000 op de Stalin-aanhangers en ruim 21.000 op de Trotzkisten) op radicale" candidaten uitgebracht inderdaad zoo weinig, wanneer hij bedenkt, dat, in 1913, er precies 1314 waren? Toen de communistische beweging hier te lande, die reeds dateert van 1907, een beslissende crisis doormaakte, waardoor zy radicaal van karakter veranderde, in het jaar 1925, stond de geheele liberale" - wil men liever linksche" pers vol met ellenlange kolommen over den strijd tusschen eenige Slangaanbidders onderling de toenmaals actueele" Geelkerken-affaire. Over de oneindig belangrijker worsteling in de communis tische gelederen bewaarde zij een diep stilzwijgen. Dat was niet actueel." En de Groene schijnt heel de zaak, sinds jaar en dag, ook niet actueel" te achten. Althans men~foeoJ&t in haar kolommen wel veel van Radio en dergelijke gewichtige zaken, maar over de arbeidersbeweging nooit meer iets. De liberale" in den zin linksche" burger weet dan ook sinds jaar en dag niets meer van deze zaken. Maar ware het dan maar niet beter er over te zwijgen? Hoogachtend Dr. W. VAN RAVESTIJN Zeer geachte doctor van Raveatijn, Als journalist zult ge zelf den arbeid apprecieeren, die soms niet meer is dan een transmissie tusschen telefoon en zetmachine en die niet ineer pretendesrt dan juist dat te zijn. Uw verwet dat ons kroniekje over den uitslag der Statenverkiezingen Kleermakeri de vorige week, gebrek aan kennis van zaken en oorzaken beicijst gaat dus in het geheel niet op. Bij de uitdrukkelijke vermelding dat op de oorzaken der bestaande partijgroepeering niet werd ingegaan, werden de feiten juist vermeld. Uw eigen hierboven afgedrukt (en met enkele woorden verkort) ingezonden schrijven bewijst dit. Sinds het communisme hier is, wat het is dus sinds de vorige verkiezingen is er geen noemens waardige verandering ingetreden. En nog wol ondanks conjunotuur-omstandigheden, die b.v. in Duitschland, een welige kunstmest bleken voor welk radicalisme ook. Dat het Communisme sinds het jaar van af scheiding" van De Tribune aan invloed geweldig is toegenomen och, wat is daarvan het belang, gezien de toename van de communistische in vloeden sinds 1025? Het is alleen maar opmerkelijk dat die invloed wél tot uiting komt in de literatuur, in de kunst, de film, de radio, in wetenschappelijke, economische en legislatieve opvattingen, maainiet in de stemmencijfers l De insinuatie, dat de Groene zijn belangstelling beperkt tot oppervlakkige actualiteiten, raakt verder kant noch wal. De Groene heeft het aller eerst artikelen gegeven over het vijfjaarsplan, en wel van de hand van een uwer trouwste leerlingen en medewerkers, den door abonné's en redactie zeer op prijs gestelden Dr. Romein, die ook daarna geregeld onze lezers van belangrijke zaken be treffende het Sovjet-communisme op de hoogte houdt. De redactie van De Groene is inderdaad van meening dat dit een van de gewichtigste factoren is voor ,,de toekomst van Europa". Dr. Romein is dan ook niet de eenige die voor ons aan deze zaken de noodige studie besteedt en aandachtige lezing van de Groene zal u dit bevestigen. Maar tot deze erkenning zult ge nooit komen, wanneer ge met leerstellige beperktheid het Europeesche heil alleen wilt puren uit de historie van het communisme. Neen, juist het door u gewraakte feit, dat wij de noodige aandacht besteden aan Radio (en Film), evengoed als aan het commu-. nisme, bewijst dat wij scherpe oogen hebben, geschikt om de kustlijn van een naderend Europa te bespeuren. Ten slotte zijn wij journalisten, u zoowel als wij, medewerkers aan De Groene, soldaten van een wijkend leger. Want welk een machtig wapen is de omroep. Zoo hebben verleden Zondag met eenige overdrijving zeven millioen Nederlanders naar den heer Hollander geluisterd,1 die de voetbal match omriep op een wijze zooals geen duizend kranten ooit zullen kunnen benaderen. Een paar duizend toeschouwers waren'er in het Stadion. Maar hun getal verdwijnt in hét niet bij al die anderen, die op dat zelfde oogenblik met de ge beurtenis meeleefden. Hier bleek met talent ge hanteerd te zijn een instrument tot informatie van de massa, machtiger dan de drukpers. De uitvinding van de boekdrukkunst.. .. maar mij past het niet u een lesje in geschiedenis te geven. Alleen wanneer u nu nog volhoudt, dat u dit niets aangaat en dat u niet wenscht te behooren tot de duizenden die naar het Stadion gaat, niet tot de millioenen die naar den Omroep luisteren en dat niét inziet waartoe het dient om op deze zaken zooveel aandacht te vestigen wanneer dat werkelijk zoo is, dan vrees ik dat u behoort tot diegenen van wie de toekomst niets meer te verwachten heeft. . . . .???'? M.' KANN ? -. Aan .?.Charivariua'" Zeer geachte ft eer, Bij ons verkrijgbaar N.R.V. MONTA SCHOENEN Gaarne maak ik U opmerkzaam op tiet Woor denboek der Nederlandsche Taal, 14de deel, kolom 1878, waarin voorkomt het woord sloop", HOTEL NAEFF" VEI,P (O.) BEKEND RESTAURANT Appartementen met privébadkamer Telepb. In tere. 3*15* en 3*158 D. BEIJBR zelfstandig naamwoord, beteekenend de hande ling van sloopen". Voorbeeld: Dat voortaan de verongelukte, afgevaarene en onbruikbaare, mits gaders ter sloop verkogte vaartuigen ieder op eene afzonderlijke rekening.... moeten worden inge nomen, N.l. Plakaatb. 11,69 (A°. 1788)." Met de meeste hoogachting: O. G. VAN DER HOEVEN (Charivarius, Charivarius! Dit is nu al de tweede keer l Als 't nog eens gebeurt, dan.... enzRed.) Met alle waardeering voor de teekening in Uw blad van 18 dezer geplaatst met als titel: ontsie rende verkiezingsreclame, door Joh. Braakensïekr meen ik U erop te moeten wyzen, dat ik noch op straat gekalkt heb, noch de stad ontsierd heb door middel van aanplakbiljetten, of zulks heb laten doen «n toch komt mijn naam op bovengenoemde teekening voor. Hoogachtend G. LAMPETJE Bz. Nieuwe Uitgaven Macht en Kracht in de Natuur, door JB. HFrancè, Uitg. Blitz, Amsterdam. Dit populair geschreven boek boeit vooral door de objectiviteit, waarmee alles neergeschreven is. Geen apodictische verhaaltrant, integendeel l De schrijver vergenoegt zich ermee uitsluitend een sobere uitzetting te geven van de momenteele stand van zaken: hij vertelt ons onomwonden hoever het wetenschappelijk-onderzoek en inzicht gekomen is. De korte hoofdstukken met hun soms verras sende mededeelingen roeren vele verschillende on derwerpen aan, doch te samen werken ze deze grondgedachte uit n.l. de aarde heeft n lange ontwikkelingsgang, waarvan het begin en het einde in de millioenen van jaren verdwijnen. De aardkern is voor ons vrijwel een gesloten boek, alleen de aardkorst kennen we, waarbij de geologie de hoofdwetenschap is. Deze aardkorst, welke in, aanhoudende beweging en voortdurende ont wikkeling is, beïnvloedt het leven wel, maar heeft dit niet noodig. De mogelijkheid is dus niet uit gesloten, dat het leven slechts een tijdelijke ver schijning is op deze aarde, waarna deze zijn ont wikkeling weer voortzet. De tientallen millioenen jaren die hier voor noodig zijn» maken ons timide en worden soms tot een obcessie. Daarom begrijpen we zoo goed de vergelijking, die ik ergens in het boek las: Een wezen waarvan het leven een duizendste seconde duurt, neemt gedurende dat leven de golven van de zee als een bergmassief waar, onveranderlijk en eeuwig". Zoo vergaat het ons. bij het zien van de Alpen. J. B. Kon. Menbeltransport'Maatschappij DE GRUYTER & Co. css «va «o DEN HAAG «^ ««?"»* AMSTERDAM ~ ARNHEM Internationale Transporten l .. No. 2813 DB GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 MEI Kantteekeningen bij de Litteratuurgeschiedenis door J. Greshoff Humanitair en menecholljb E ENIGE maanden geleden is er veel gesproken en geschreven over en in verband met een artikel door Mr. J. C. Bloem in De Gids" ge* publiceert! (D.G. 1929 deel II bldz. 405/426). Dit artikel De Oude Mensen" handelde over de geschriften, meer nog over de houding in het leven, van Just Havelaar, een sinds dien overleden essayist; men moet het, naar mijn meening, verzamelen bij de essentialia, die de bouwstoffen vormen voor de litteraire historie der komende jaren. Het is een der eerste, en zeker een der directste en hartstochtelij kste, aanvallen op een richting in onze letterkunde, welke gedurende eenigen tijd veel aanhangers en bewonderaars vond. De voor mannen waren genoemde Just Havelaar en D. Coster, die te samen het maandschrift De Stem" redigeerden. De krachtige kritiek op Havelaar's geestelijke verschijning, ontleende zijn belang even zeer aan de persoonlijkheid van den criticus, een dichter die zich vrijwel geheel buiten het litteraire krakeelen houdt, als aan het prestige van het tijd schrift waarin de aanval verscheen. Sindsdien is er veel veranderd. Van alle kanten is het verzet tegen Coster losgebroken. De jongeren, door Coster systematisch verkeerd begrepen en soms onder schat, hebben hem eenigc krachtige tegenovertuigingen voor de voeten geworpen. Een oordeel over het talent en de schrijfwijze van den heer Coster en een karakteristiek van zijn persoonlijkheid kunnen op dit oogenblik achterwege blijven. Het heeft hier alleen maar belang om te doen uitko men hoe sedert eenigen tijd een scherpe reactie is ingetreden tegen de geestesgesteldheid door hem vertegenwoordigd. Men schrijft veel over het humanitarisme" van Coster-Havelaar. Ik meen te hebben opgemerkt dat die term den heer Coster prikkelt. Waarom ? Het is een woord dat misschien in zijn striktste beteekenis niet in het bijzonder op hem van toepassing is, maar gebruikt zou kun nen worden voor ieder die zijn geloofsvertrouwen niet buiten en boven, maar in deze wereld, niet in een verre toekomst maar in het heden gesteld heeft. In het dagelijksch gebruik echter heeft humanitair" een anderen zin gekregen. En men bedoelt er mede een ethisch, religieuzerig en sociaalderig soort van menschenmin. Barchem en Boubep. Bomain Rolland, Istrati, zulke namen bepalen de atmosfeer, waarin de humanitairen ademen. Wanneer Coster overigens bezwaar heeft tegen een woord, laten wij het dan niet meer gebruiken. Wat is het dan wat Coster van vele van. zijn jongere tijdgenooten verwijderd heeft, behalve natuurlijk zijn persoonlijkheid, zijn optreden, zijn manier van schreven, die vrijwel algemeen anti pathie wekken, maar die hier buiten discussie blijven? Coster (genomen als vertegenwoordiger van een soort) is een man, die de onderscheiding tusschen goed en kwaad erkent en op het gebied der litte ratuur doorvoert. Hij is en dat kan niet ont kend worden een moralist. Maar zelfs zij die a priori geen bezwaar tegen een moraal hebben, vragen zich met verbazing af, waar steunt Coster's moraal op ? Een moraal kan men zich denken in een nauw verband met een godsdienstig stelsel. Een moraal zóó maar in de lucht is een fenomeen dat tegenwoordig niet meer zoo grif geaccepteerd wordt. Coster is iemand voor wie het begrip goed" schijnt te bestaan. Maar wie onzer kan, ook maar in de verte, vermoeden wat hij daarmee bedoelt, wanneer het niet goed" in den geaccepteerd christelijken zin is?.Is het goed" in een socialen zin? Of goed" zóó maar.... Wij tasten in het duister. En juist die onbepaaldheid, dat vage ge prevel hinderde zoo velen in Coster: Men zei: Het is geen visch en geen vleesch, en je weet nooit precies wat je (als schrijver) aan hem hebt." EXQUISE * SIGAREN! * Ook een Paleis-Raadhuiskwestie Benevelde Holland-Duitschlandganger: ,JHup dan, v. d. Meulen /" Voor de meeste jongeren bestaat die antithese goed en kwaad niet. De katholieken en protestanten onder hen hebben natuurlijk de 'op dat stuk be staande dogmata aanvaard en daarmede het probleem opgelost." De heidenen ontkennen het conflict eenvoudig. Voor hen zijn goed en kwaad twee waarden, die in beteekenis ongeveer evenveel verschillen als Waal water en Rijnwater. Zij zoeken de onderschei dingen uitsluitend in de qualiteit van ziel en geest. Om het populair uit te drukken kan men zeggen dat voor hen een prima moordenaar de in rang schikking der valuta verre boven een middelmatig weldoener-der-menscheid staat; dat aan een eerste klasse flesschentrekker en ladelichter in de hiër archie der menschheid een rang verre boven een verheven" predikant toekomt'. De waarde van overwegingen en sentimenten wordt voor hen nooit bepaald door den aard, maar altijd door de intensiteit daarvan. Het komt er niet op aan wat men doet, uitsluitend hoe men. het doet. Voor hen zijn er dus goede goede menschen (tres rare) goede slechte menschen (iets meer vóórkomend); en slechte goede menschen (zeer algemeen) en slechte slechte menschen (lang niet zeldzaam). Om dus het verschil tusschen Coster en zijn tegenstanders zeer in het algemeen, maar duidelijk aan te geven, zegt men: zijn appreciaties van do menschen (altijd in litterairen zin), zijn liefde en zijn haat, zijn gebaseerd op een aantal, moeilijk te omschrijven, vooroordeolen, welke te satnen. een dierbare leekenmoraal zonder god en gebod vormen; de appreciatie -der anticosters -berust op een direct contact met de menschen, volkomen zonder eenig intermediair van een zedcleer of Verstopping of moeilijke en on regelmatige stoel gang regelt men vlug zonder kramp of pijn met Mijnhardt's Laxeert a bietten Prijs per doos 60 et. Bij ApOth. en Drogisten sociaal systeem. Voor Coster bestaat uit ieder opstel van zijn hand is het te bewijzen in welke vorm dan ook: een moraal. En voor zijn tegenvoeters' is iedere gedachte daaraan al een verschrikking, omdat zij de mensch liefhebben en aanvaarden om zyn zelfs wil en zooals hij reilt en zeilt. Zij beoordeelen het schilderij om de gloed en de zwier der schildering, om zijn poëtische substantie en niet om wat het voorstelt l HOMERUS' ILIAS in de vertaling van Dr AEG. W. TIMMERMAN Juist verschenen Vraagt Prospectus bij Uw Boekhandelaar Ing. f 6.50 - Prachtband f 7.50 UITGAVE H. J. PAfelS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl