De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1931 2 mei pagina 5

2 mei 1931 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

8 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 MEI 1931 No. 2813 J. D. STRUIJS & Zn. Prinsengracht 837 Telefoon 37906 BEGRAFENISSEN (naar VERKIEZING met RI1TDIGEK of AUTO'S) CREMATIE. - TRANSPORTEN. N*V* JMeubelmagazijiïEden" MOLSTEEG - AMSTERDAM BOEKENKASTEN AUG. KAUPMANN P. C. Hooftstraat 113, Amsterdam Z?Telefoon 23308 NIEUWE COLLECTIE D. NACHTHEMDEN EN PYAMA'S BADDOEKEN BADLAKENS ENZ. ONTBIJTSTELLEN 130 x 160 cM. -f 6 VINGERDOEKJES Speciale prijs f 4.50 per stel ZAKDOEKJES KLEEDJES SPECIALE AANBIEDING BEDLAKENS EN SLOOPEN ZlchtsentUng franco. BEGRAFENISVEREENIGING N. SAX ]r. P.C. Hooftstraat 38 AMSTERDAM?Telef.: 20341, 34250 REGELING VAN BEGRAFENISSEN EN CREMATIES VAN UIT ALLE PLAATSEN EIGEN LIJKKOETSAUTOMOBIELEN Voor alle doeleinden OientKiingdnrkhting DiritSclUKtitel U Ui J\ V/ l V/y die U verlangt, moet zorgvuldig zijn opgebouwd niet maar in elkaar gegooid. Dertig verschillende modellen, waaronder Conduites Intérieures: 4 zitpl. 514 4 cyl. 2 port ? 2350. ,4 4 , ..:..: 2400. 522C 6 4 3600. 521C 6 4 ....: 4150 522L 6 521 6 6 H n 6 zitpl. zonder separatie ... ? 3950. ».???,. ? 4700. met seperatie ....... 4950. J HU moet stammen uit een fabriek met jarenlange er-, varing en 'n uitstekende reputatie niet zijn een nieuweling, waarvan men weinig of niets weet. C} Hy moet zijn van prima materiaal, uitvoering en af werking niet goedkoop van cons'ructie en kwaliteit. C]J Hij moet zijn van 'n fabri kaat, dat bewezen heef t jaren lang te kunnen d enen zon der gebreken en kosten van beteekenis. J In n woord, hu moet zijn 'n COUPON Gelieve my aanbieding te doen In type: 514, 522 C, 522 L, 521 C, 521 (doorhalen wat niet verlangd wordt) en my, zondei eënige verplichting mijnerzijds inrullwaarde op te geven van myn gebruikte v Naam: ., Adrec: . FIRT IMPORTEUR J. LEONARD LANG Stadhouderskade 114, Tel. 27100 AMSTERDAM-Z. Agenten in alle belangrijke plaateen in Nederland. ALTIJD WELKOM ^ r Ongeëvenaard in kwal i t e i t en smaak. Verpakt in kokertjes van 40 cc. en in de be kende ronde doozen. Vier smaken. Overal verkrijgbaar. DROSTE PASTILLES ^ -^ l Voornaamste Kleedinqinrichtinn op elk gebied No. 2813 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 MEI 1931 NEDERLANDSCHE SCHILDERKUNST Kunst van dezen tijd door A. PLASgCHAERT Harrie Kuyten I>e kunst van dezen tijd, l1 Art Vlvant, te Brussel. I. De Hollanilsche ufdeellng Kvenmin als do tentoonstelling bij Van Wissclingh iemand, onbekend niet de voortbrengselen, der Pransche Kunst na de Barbizonschool, op de hoogte brengt van wat er sindsdien in Parijs gebeurde (daarom is de tentoonstelling nog niet onbelangrijk). evenmin brengt de tentoonstelling van l'Art Vivant te Brussel ons op de hoogte van wat we de kunst der Lateren en der Laatsten kunnen noemen en van wat we ook, en dan meer sk'eptisch. de pogingen van veel der Laatren en der Laatsten juisterwijze zouden kunnen betitelen. Want er zij n in den'laat sten tijd vele rariteiten haast schreef ik begaan, die door hun ongewoonheid misschien even de aandacht trekken of een lichte ver storing bij sommigen van het wezentlijk inzicht veroorzaakt hebben, maar die snel vergeten Kullen zijn; zij zijn toch niet uit schoone noodzaak ont staan, maar om het bizarre geicilfl. Daarover later. We zullen eerst de uiterlijke hoofdtrekken van deze tentoonstelling'trach ten te karakteriseeren. Eén dezer tivkken is onmiddellijk duidelijk; ge voelt, dat deze tentoonstelling georganisserd is door belanghebbende kunsthandels; dat deze tentoonstel ling oen nieuwe poging is, verlorengaand terrein opnieuw in bezit te nemen. Tk vrees, dat deze poging grootendeels vergeefsch zal zijn de tijd der' excessen (moet ik hét nogmaals herhalen?) is voorbij, de proefnemingen zijn grootendeels ge nomen, de Wezentlijken, die alles déd<*n uit een grootenatuurlijke ?drift.' de innerlijk-gedwongenen, zijn erkend, en triumpheefen of hun triomph is verwacht. De anderen, die nadeden wat hun niet natuurlijk was, zullen verdwijnen, en er zijn «r dezen Kunst zaal Rokin 126 van Lier Amsterdam Werken van den schilder l VAN ECK TOT 8 MEI 1931 tijd meer dan in andere perioden; het aantal pijnlijke nabootsingen, leeg als een leeg ei, is hier inderdaad legio. Ook dat is aan te toonen. Een tweede karakter trek van deze tentoon stelling is, dat ge on willekeurig gevoelt, dat zij een Duitsche aanval is om de suprematie der kunst, om den eeretitel en wat daar-niee samen hangt; om den naam het land der schilders en der beeldhouwers te zijn. Tegen Frankrijk, dus tegen Parijs, tegen dat Vat ge zoudt kun nen noemen: de materie op de tweede plaats, de geest ten eerste (dus niet zwaarte ter over rompeling, maar klaar te ter sch(«onheld). Deze aanval gaat om den naam en om de baet. Waarom zou hij veroordeeld moeten worden? ledere natie is egoïstisch; zij ver dedigt en valt aan uit zelfbehoud. De vraag is alleen: zal de aanval de winst brengen? Wij weten niet, welke stad of welk land of liever welk ras eens den naam en de daad zal hebben; oen zoodanig centrum kan verschui ven. Maar ? in plastische kunsten zie ik dit op het oogenblik nog niet. De aanval is als steeds goed georga niseerd ? maar een goede organisatie kan reclame maken en bekendheid geven, maar zij maakt geen schilders, geen beeldhouwers; zij maakt geen kunstwerk en misschien zijn er lieden die dit te licht vergeten; ten slotte gaat het daarom. Koe is de organisatie van de Hollandsche Inzending? Mij is gezegd, dat zij georganiseerd is door den kunsthandelaar van Hecke, en nage gaan door Krop en door Gestel. Indien dit juist is, dan kan ik den heeron daarmee geen geluk wenschen; wij makon inderdaad als geheel een bedroefd en droevig figuur. We zijn do schralen van de tentoonstelling en zonder wat er hangt in de ..eerozaal'' on wat de beeldhouwers zonden, was het vrijwel ellendig. Er is geen ander woord voor! Er zijn merk waardige leemtes in de ..levende kunst" van ons land. De twee Wiegmans zijn er niet; Kelder is er niet; iemand als Jessurun de Mesquita is er niét met zijn ironische teekeningen noch' Teixeira; Bendien 'is er met een omgekeerd-vallende-waterdruppel (compositie), ' Else Berg is er wel, maar bijv. Schwartz niet (hij heeft toch minstens evenveel recht), de twee Leydens zijn er opnieuw als in Antwerpen (wie promoveert ze plot seling), do nieuwe zakelyken zijn er (waarom te veel van deze?) Voskuyl doemt or op, (waarom hij wel en bijv. ? ?' Thorn Prikker niet?) :?Chabot is vergeten en de subtiele Bergenaar, die Bresdin niet vergeet wordt gemist. En anderen, en anderen.... Er is daarvoor geen veront schuldiging. Deze verza meling is even onvol doende als de eerste de beste ,,officieel" geko zene en zij doet ons land kwaad, en nog eens kwaad. De mooglijkheid bestaat, dat som mige schilders hebben geweigerd zelf te zen den maar er zijn toch verzamelingen om ze daaruit te halen ? De heeren van deze keuze zijn niet verontschul digd, als zij zulks zouden tegenwerpen... Maar wat is er dan? Breitner is er. en edel. vertegenwoordigd door zijn Amsterdamsche dames (twee vrouwen in het zwart tegen een aan geduid stadsgezicht;) Toorop gedeeltelijk door werken, die eigendom van zijn dochter zijn ; Jan Shtytcrs door een goed vrouwenportret (op het taschje na) en door een stilleven: Wifi/ersnta door zijn zeer goed zelf portret (met de blauwe pet?) Dat alles vormt de ..eerezaal" die ik u prees. Alma is er voorts met zijn bekende decoratieve vullingen. Ben dien met werk. dat hem niet in zijn geheel doet zien; Else Berg is toch niet iemand, zonder wie een Hollandsche tentoonstelling geen ten toonstelling meer is maar zij is er. Gastel is sswak vertegenwoordigd; Chris de Moor is er met zijn armoefiguren (hoe zeilde hij naar deze streek?) P. Kuch is voor zijn doen het best in het schilderij van de Antwerpsche Bertha. Jvruyder handhaaft zich: Scluihmachor. verfijnd. hij handhaaft zich evenals ('harley Toor op; van Ilerwijnen kon veel beter zijn vertegenwoordigd; het portret van rytvanck's Vader verkies ik boven dat door hem geschilderd naar Jan Sluyters. De beeldhouwers J. Kaedecker. Hildo Krop en Polet zijn in hun type goed vertegenwoordigd.1.'. . Maar welke leemten overal!, Deze verzameling brengt ons. ik zag het, geen baet, maar schae ! Van Fytvanek'B portrotten In «ï« Galerij Mantouu te llrusscl Van ytvanck was langzamerhand in Holland zóó gekend geworden, dat hij als n der landgenooten gold. Hij was dat niet alleen door zijn schil derkunst, maar'ook door een sobere kritische intelligentie, die hem met een, waaksch oog alles, wat hij rond zich zag, deed beschouwen en hem zelden tot een dupe maakte van iets. dat alleen ongewoon was. Ge zoudt kunnen zeggen, dat, hij door nog iets de aandacht trok en dat was door een ongewone lengte, die hem lijfelijk zeer rank maakte. Dit alles te saam dus. schilderkunst, intelligentie en lengte des lijfs, deed, hem opmerken, maakte hem bekend. Terwijl hij vroeger bij ons wat de ? schilderkunst aangaat, ~~" als colorist ten eerste gold (portret van Frans Coenen, etc.) was hij in de laatste jaren bekend als een ieékenaar van portreffen. I lij had zich daar een afzonderlijkheid ge schapen: op de tentoonKees van Urk stellingen te Amsterdam, in de meer moderne vereenigingen was hij meestal vertegenwoordigd. In 1030 is hij, als ik mij niet vergis, weer naar Belgiëteruggegaan, en deze Vlaming trok niet naar Ant werpen en niet naar Gent; hij trok naar Brussel. Zoo iets vereischt o.m. een zekere stoutmoedigheid, een be paald zelfvertrouwen. Het is altijd een herbeginnen en er is geen zeker heid vooraf, dat het nieuwe land het oude zal vervangen. Ik geloof dat van ytvanck. naar wat ik hoorde, ook in Brussel een kans zal krijgen. Hij houdt er in allen gevalle reeds een tentoonstelling, en wij vinden daar. naast de bekende portretten, uit 1030 en 1931 een aantal nieuwe, die ik in allen ge valle nog niet kende. De meeste dezer portretten zijn op een groot vel wit papier zóó geteekend. dat er een groote ruimte rond hen wit blijft, en ze zijn hoewel niet absoluut zonder schaduw, toch zoo danig, dat de lijn (die een golvende is) hen als ten eerste afhankelijk van die lijn doet erkennen. Dat is, technisch de eerste opmerking, die hier te maken was. De tweede opmerking, die hier voegt, is dat de portretten beschaafd zijn; kiesch, sober. Dat is een aange name eigenschap, die zelden gewaar deerd, zelden genoeg gewaardeerd tegenwoordig, de eens gewekte be langstelling niet verflauwen doet. De derde opmerking is dat ge langzamerhand bij -Van ytvanck een bepaalde uitbreiding erkent van de gegevens. Eerst toekende hij koppen alleen, maar langzamerhand is het geheele lichaam, psychologisch ver tolkt, doel van zijn werken gewor den. Toch ' hoe ik deze teekeningcn ook waardeer, hoop ik steeds, dat hij zich ook weer regelmatig zal zetten tot het schilderen van portretten. V.KOSSEM OtBUTtVARinAS i f

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl