De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1931 15 augustus pagina 3

15 augustus 1931 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

l' v. vf DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 AUGUSTUS 1931 No. 2828 Salome en Figuranten PASSIE-SPELEN door Henrik Scholte Een XtMlfrliimlscli Ober-Ammergau? EN kort bericht in de dagbladen, dat^het - openluchttheater te Tegelen maar liefst met 2000 zitplaatsen uitgebreid was, dreef mij naar deze voor een Hollan der eenigszins uuvind bare plaats ,,ach ter Venlo'', waar ver leden Zondag het leven en lijden Onzes Heeren voor de zesde maal zou worden op gevoerd. Beneden den Moer dijk is het openluchtspel niet een gran dioze minachting voor ons klimaat nog steeds in hoogen eere en uit den Bijbel heeft men daar al vele onderwerpen ge put, tot de zoutpilaren van Loth en Susannaim-Bade toe. Maar een diepernstige po ging om den Bijbel zelf, en dan wel het Nieuwe Testament, in dezelfde bewoor dingen; die inülióeneii hebben leeren heilig schatten, ten tooneclo" te biengen, daartoe be hoort een geestelijk idealisme en een vrijheid van alle vooroordeel, waartoe zeker menigeen het Holland van de Radio-contróle-coinmissie niet in staat geacht zou hebben. Toch heeft heel Tegelen zich, als een tweede Ober-Ammergau, met collectief enthousiasme op deze taak geworpen, waaraan het voortaan elke vijf jaar, op de basis van het strikste amateurisme, uitvoering denkt te geven. Het plan schijnt langzamerhand bij een kunst schilder te zijn gerijpt, Tegelen scheen locale beroemdheden te hebben, amateur-spelers, zangers en musici, die op de gebruikelijke concoursen en liedertafels de blinkende prijzen wegdroegen. Onder den indruk van de boerenspelen in Tirol en Ober-Ammergau schreef nu deze Piet Peters opstel na opstel in de plaatselijke bladen, totdat inderdaad de bevolking van dit oer-Limburgsche Teejele", Duitsch-georiënteerd, maar voor alles bon-katho liek (men bezoeke eens die grootsche, letterlijk onder den rook van Tegelen gelegen missie-stad" Steyl, die, langs de kaden van de Maas gebouwd, op zijn manier een centrum der wereld is) de handen ineen sloeg en vyf jaar geleden, in het jubeljaar \an Sint Franciscus, het eerste collectieve openluchtspel van dien naam gaf. Elk jaar volgde er toen een. De namen getuigen van de hooge eischen, die dit dorp zichzelf stelde: Calderon's Groot Schouwtooneel der Wereld" prijkt onder de reeks. Tot men tenslotte verleden jaar het doel zoozeer nabij zag komen, dat de heeren van Tegelen en bloc naar Ober-Ammergau togen om hun tot dusverre platonische liefde voor het eigenlijke pasHie-spel aan de werkelijkheid te toetsen. Het pleit zeker niet tegen hun idealisme, dat zij er min of meer teleurgesteld vandaan kwamen: grootsch, zeer zeker, maar uiterst langdradig en typisch argument der rederijkers, die zij au fond toch gebleven zijn niet allemaal eersterangs krachten". Om deze redenen dacht men er niet alleen geen oogenblik over om Ober-Aramergau, zij het op bescheidener plan, te imiteeren. Maar evenmin wilde men de daar gangbare bijbeltekst klakkeloos doen vertalen. Men gaf den Brabantschen iitterator, pastoor A. van Delft, die eenige Dante-vertalingen op zijn naam had staan, den opdracht" het Katholieke Evangelie in den eenvoudigsten en waarachtigsten vorm te bewerken. Daarbij moet terstond gezegd worden, dat pastoor van Delft, wiens Passiespel" in zijn zeer goeden, oprechten en voor alles volkscheri vorm thans ook is uitgegeven, de eenige kracht ia, die de Tegelaars van buitenaf requireerden. £ Voor de rest werd heel Tegelen gemobiliseerd, 250 a 300 plaatsgenooten nemen de plaats in van allen die, groot of klein, hun rol speelden in dat, wat behalve het credo der Christenen, toch mis schien ook het grootste drama aller tijden is geweest. Zonder eenigen enghartigen schroom waagde men het die rollen te vertolken, maar men week (tot dusverre gelukkig) geen duimbreed van idealistische en collectie\e beginselen af. Rijke fabrikanten en fabrikantszonen uit dit welvarende dorp der steenbakkerijen en ijzergieterijen, der Teeuwens en Thijssens, vervulden rollen naast eenvoudige arbeiders en boerendochters. Vergoe ding werd in geen enkelen vorm uitgekeerd; bij de repetities moest men zelfs zijn eigen verteringen betalen. En het eenige, waarmee deze ijverige gemeensehapsgroep zich beloond acht, is.. .. een Jezus Judas Het Sanhedrin feestavond in de komende herfst, wanneer dit zware werk van Zondag op Zondag vervuld is \ Eiken Zondag komen duizenden en duizenden hier naar luisteren, den heelen middag en den halven a\ ond door, met tweemaal tien minuten pauze, waarin haastiglijk onnoemelijke hoeveel heden bier verzwolgen worden en men aan kleine kramen lekkere Limburgsche koeken en vlaatjes kan verorberen. Er komt vreemd volk" in lange rijen autobussen, waarop de namen prijken van negorijen, die nauwelijks op een fiets-atlas staan, er komen groepen Duitsche paters zoowel als Vlaamsche studenten. Met de uitbreiding van 2000 zitplaatsen op zichzelf al meer dan eenig Maria en de Jaden Amsterdamsch theater! zal men moeilijk kunnen volstaan. Zelfs op dien herfstigen Zondag, waarop ik erheen toog, kon men nauwelijks uit dit gortvolle amphitheater wegkomen. Ziekenwagentjes stonden tusschen de doorgangen, kinderen lagen op de grond of hurkten tusschen de rijen in. Achterin zaten de chauffeurs van de autobussen, de veldwachters en de marechaussee's, die voor niets anders oog hadden dan voor dit spel, waarvan elk woord hun bekend was, elke handeling duidelijk en heilig, Gemeenschapskunst" moge een dubieuze .term zijn, maar deze collectieve spanning, op het breccle tooneel zoowel als op de rijen der meelevende toe schouwers, gebaseerd op een collectieven gevoels-inhoud, schonk een emotie van levend en diep-geaard too neel, eenzijdig mis schien, maar juist in deze eenzijdigheid dan toch opwegend tegen vele teleurstellingen van halfleege zalen, problematische expe rimenten of ronduitfalend klein-gedoe. Er was trouwens meer, dat een collec tieve uitvoering als deze niet alleen als religieuze manifesta tie belangwekkend maakte. Het.tooneel is een klampje bosch, achter e«<u oude kloosterboorderij, den St. Anna's of Dcol-hof. Wanneer men de poort met het vrome beeld erboven binnengaat, is men geneigd om terstond de nuchtere sfeer van Tegolcn als nijverheidscentrum te vergeten. Een kleine weg, met een uitzicht op de Tegel sche steengroeven en de bosschen aan de Duitsche grens, slingert naar den eigenlijken Doolhof" toe, die grooter is dan men op een afstand schat. Het is een bosch van hooge, oude eiken, een soort oud-Germaansche Ham", zooiets als de Balloër Ivoel in Drenthe, met een vleugje volksromantiek eromheen. Tn het midden ligt een rond en klaar meertje, dat juist voldoende distantie schept tusschen tooneel en toeschouwers. Aan den overkant is «p de fundamenten .van d<; oude kloosterkapel het gansche Jeruzalem opge trokken. In het midden het Sanhedrin der gesticuïerende Joden: een breed fries, dikke pilaren en een hecht dak van tegels, waaraan het dorp nu eenmaal zijn Romeinschen naam ontleent. Links, op een verhoog, het paleis Van Pontius Pilatus; rechts, dito, dat van den tetrarch Herodes. Eenige poorten en straten, waardoor Christus, op zijn ezeltje gezeten en omstuwd door het volk, op Palmzondag zijn intocht in Jeruzalem zal houden. Herodes No. 2828 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 AUGUSTUS 1931 Onder de gewelven van de ruïne is plaats voor het Laatste Avondmaal, dat straks gespeeld zal worden in dezelfde klassiek-decoratieve stijl, die sinds da Vinci gebruikelijk is. Paden links en rechts loopen naar het meer (dat van Galilea) toe en bieden kleine, natuurlijke platforms voor Gethsemane en den Calvarïe-berg. Het spel heeft een continu verloop. De eenvoud van dit voortdurend bewegen deigroepen over de verschillende platforms schenkt een emotie voor ruimte en natuurlijkheid, waarnaar onze overdekte Bühnen maar al te vaak vergeefs hebben gezocht. Het spel, in volksch proza geschreven, al vindt men er natuurlijk elk woord van den Bijbel in terug, dat aanstonds in het zachte en onvervalschte Limburgsch zal worden nagesproken, heeft de groote verdienste, dat het met het passie-verhaal naai- het einde toe stijgt, al heb ik door den zeer langen duur (4 k 5 uur) de eigenlijke kruisiging, die tegen het vallen van den avond voltrokken wordt, moeten missen. Het boeit onophoudelijk en er is menig punt, waar uit deze veraanschou welijking van heilige en eenvoudige dingen een groote en reine emotie geboren wordt. Het verloop is conform de Katholieke leer. Den Joden een groot aandeel in de tragische en volop levend gehouden ontwikkeling gevend, is het niettemin sterk anti- Joodsch, waarbij de karakters, die uit do massa naar voren komen, vanzelf een klassiek-t ooneelmatige verdeeling krijgen, tot de kleinste rollen" toe, als die van Barrabas, van Malchus, wien een oor werd afgeslagen (en de goede, maar driftige Petrus had dat hier kunnen doen !), van Salome, van Veronica en van de vrouw, tegen wie Petrus den Heer driemaal verloochende (en driemaal kraaide, naief maar ontroerend in den simpelen en concreten gang van het spel, de haan). Judas werd aldus vanzelf de marquéen als zoo danig niet zonder talent gespeeld; Herodes een nar. Pilatus (dien ik te voren in een der pauzes ontmoet had, toen hij nog in zijn bretels en met der allerlandelijksten eenvoud bij een weitje agrarische problemen stond op te lossen), Pilatus dan werd een Romeinsche raisonneur, tot men hem, even naief en even kinderlijk-concreet, de waskom en den handdoek reikte om zijn handen in onschuld te wasschen. Den Christus sloeg en maltraiteerde men, maar ook de jonge man, die deze zware en moeilijke rol te spelen had hij was een beschei den spoorweg-employé, dien ik had leeren kennen, toen hij door den regen aan kwam fietsen, een pet op en in zijn Zondagsche pak, met een kartonnen doos achterop, waarin zijn costuum ! scheen uit het juiste hout gesneden: een tengere en ernstige figuur, die ook in het traditioneele gebaar de vereenzelviging met het heilige bezat. Het is natuurlijk waar, dat men hier en daar bij het requireeren van zoovele krachten uit n dorp noodzakelijkerwijze in de gebreken der rederijkers verviel en dat ook de aesthetika van dracht en kleur bepaald werd door de traditie der bidprentjes (maar was er n onder die duizenden toeschouwers, die iets anders zou wenschen dan het levend en waarachtig maken van wat hy in zijn dorpsche huiskamer aldus gezien en aldus gedacht had?). Ik hoop alleen vurig, dat men zich straks?als de voorstellingen zoo'n succes zullen blijken, dat men zich in den loop van de volgende vy'f jaar op een grootschere herhaling gaat voorbereiden, het dagclijksche loven eromheen concentreert en misschien de thans nog aangeplakte baarden en geschminkte gezichten door het naturalisme van Ober-Ammergaügaat vervangen, dat men dit dan zal doen volgens de waarachtige en in het volk wortelende begrippen omtrent het collectieve dorpsspel, en niet \olgens hachelijke experimenten van een principieelen tooneelleider, nog minder volgens de reclamezucbt van toeristen en nieuws gierigen, die dit Nederlandsche Ober-Ammergau tegen dien tijd wel ontdekt zullen hebben en dan een eenvoudige, religieuze behoefte zullen bederven voor hun eigen interesse aan wat dan noodeloos zal worden een tot dusverre in Nederland nog onbekende sensatie' «m kermis-attractic! UYNENBURG MUYS Shaw's tocht naar Rusland Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. J. Jordaan De groote satyrist: Ziedaar mijn beste satyre....!" VEILIG VERKEER IN het Nummer van l Augustus geeft de heer Ploris Vos een beschouwing over het Verkeer, waarmede elke weggebruiker het wel eens zal zijn. De middelen, die schrijver aan de hand doet, om de gevolgen van roekeloosheid voor de bestuurders van auto's zwaarder te doen zijn, zijn zeer zeker aan te bevelen, en hoe meer die onder de oogen van de betreffende autoriteiten gebracht worden des te beter. Het gaat hier in Holland nog maar met een erg slap handje. Een voornaam punt vergeet de heer Vos echter, n.l. dat in zeer vele gevallen de automobilist en de motorrijder in vele gevallen zelf het slachtoffer van hun woest rijden worden en er het leven mee, verliezen. Ook is de heer Vos in zijn beschouwing eenzijdig, daar hij alleen den automobilist tot zijn onderwerp kiest, en niet den motorrijder, fietser, handkarbestuurder, voetganger, enz. Daarom werd de schrijver waarschijnlijk ver leid om de Vereeniging Veilig Verkeer" in het geding te halen en komt hij met het m.i. zeer oppervlakkige oordeel: In deze helpt waarschu wen als thans door Veilig Verkeer"1 geschiedt niets." De vereeniging Veilig^ Verkeer", waarbij zich in de eerste 4 Weken van haar bestaan, reeds dadelijk 1000 personen als lid lieten inschrijven (hetgeen beteekent evenzooveel personen, en ge zinshoofden, diéhet begrip Veilig verkeer" willen propageeren,) deze vereeniging Waarschuwt niet alleen. De waarschuwing vormt slechts een deel van haar werk. De voornaamste factoren zijn: Ie. bevordering van de verkeers-opvoeding en propaganda in d'e scholen, 2e. het bevorderen van het begrip saamhoorigbeid op den weg, ? 3e. het bestrijden van het egoïsme, dat zich bij het verkeer openbaart, 4e. en alles wat verder ter bevordering van een goed verkeer gedaan kan worden. Wanneer do heer Vos bedenkt, dat het nog geen 20 jaar geleden is. sinds de verordening voor schrijft ? dat op het Damrak te Amsterdam de rechterzijde van den weg bereden moet worden, nadat een voorstel vóór deze bepaling in 1908 nog, heftig , bestreden werd door de commissie voor de .politieverordeningen. Is sinds dien het verkeer niet in andere banen geleid? en is de mentaliteit van den weggebruiker niet reeds veel verbeterd. De goede VerkeersmentalitehV bij het groote publiek verder te doen post vatten, het begrip van saamhoorigheid verder téontwikkelen is het doel van Veilig Verkeer". Wij gelooven niet dadelijk alles, maar toch zeker in enkele jaren heel veel te bereiken met de hulp van den heer Vos en duizenden andere weggebruikers. ' J. H. SCHELTEMA Voorzitter van Veüig Verkeer" | _»i_

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl