Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 AUGUSTUS 1931
No. 2828
No, 2828
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 AUGUSTUS 1931
'3
s*
\.
i
' 7. ,
13.
de
r
HET NIEUWE RAADHUIS TE HILVERSUM
Enkele opmerkingen
door B. Merkelbach
r
^fe;-:-|p|^f^fc'f
i
i,
INDIEN we het onze taak achtten alleen by wijze
van signaleering van tyd tot tijd over de nieuwe
bouwwerken in ons land téschrijven, dan zouden
we over het nieuwe raadhuis te Hilversum zwijgen.
We kunnen toch aannemen dat het vrijwel eiken
lezer van de Groene" bekend is, dat Hilversum
een nieuw raadhuis heeft gekregen, dat de architect
van dit raadhuis de heer W. M. Dudok is, (deze
laatste wetenschap is wel iets bijzonders, want
meestal is de architect bij het groote publiek
onbekend) en dat in tegenwoordigheid van vele
autoriteiten het raadhuis door den commissaris
van de Koningin geopend werd. Als we dan ten
slotte nog releveeren, dat de heer Dudok benoemd
werd tot officier in de orde van Oranje Nassau,
dan houden we ons overtuigd niets nieuws verteld
te hebben.
Er is een juichkreet door de Nederlandsche pers
gegaan van de Standaard tot Het Volk, ieder was
vol bewondering, zoodat het U, lezer, van welke
politieke of godsdienstige overtuiging ge ook moogt
zijn, bekend is, bekend moei zijn.
Het is dan ook overbodig u een beschrijving t*
geven van het gebouw, of een uitvoerig relaas van
de gebruikte materialen. Uit de verslagen in de
dagbladen is een en ander over bekend.
We achten het slechts onze taak te schrijven
over de waarde welke de nieuwe gebouwen in
Nederland ons inziens hebben van algemeen
menschelijk standpunt gezien en welke plaats zij in
nemen in de ontwikkeling van de hedendaagsche
architectuur. '
Dat u hierbij geen objectief oordeel krijgt ligt
voor de hand en dat dit oordeel niet alleen zalig
makend is zal eveneens duidelijk zijn.
Déze inleidende opmerkingen dienen alleen om
misverstand te voorkomen en om eventueele
brievenschrijvers reeds bij voorbaat te zeggen:
ge kunt heel goed gelijk hebben van uw standpunt
gezien, hetgeen niet wegneemt dat ik het van het
mijne ook kan hebben. ? ?
Wanneer we dan iets meer van onze houding
ten opzichte van de taak van den architect
modedeelen, is dit alleen om onze zienswijze te ver
duidelijken.
De architect dan, als schepper" van een kunst
werk zonder meer, heeft ons inziens .afgedaan.
De architect die terwiüe van de architectuur bouwt
heeft zichzelf overleeft. De tyd van: L'art pour l'art,
ligt in het grijze verleden, niet alleen op het gebied
der bouwkunst.
Een architect zonder, wat ik zou willen noemen,
een maatschappelijk geweten" is niet van dezen
tijd. En hier gaapt een diepe klove tusschen den
architect van gisteren en van vandaag.
Wanneer de architecten in de vakpers eenparig
juichen over Dudok's meesterwerk, dan juichen
ze over de schoonheid" en over den meester die
deze schoonheid wrochtte. Wanneer we ons echter
afvragen van welke betcekeiiis is dit bouwwerk
voor de ontwikkeling der architectuur, dan is het
<le groote vraag of er wol zoo'ii reden tot juichen is.
Toen een Vorige generatie Bei-lage zijn beurs
zag bouwen, was er zeker geen onverdeelde
instemming en ik herinner me hoe mijn onderwijzer
op délagere school mij leerde, dat dit liet leelijkste
bouwwerk uit heel Nederland was.
Echter zal thans niemand meer twijfelen aan
de waarde van de beurs voor de ontwikkeling der
architectuur.
VveSAUTIER
ET FILS
PERNAY
Dry Imperial
Un Champagne
dellcieux
G ebt:
BOER
Seuls
entsi
VLAARDINGEN
Het was werk van iemand, die iets nieuw» te
zeggen had en waarvoor de waardeuring in den tijd
dat het gebouw staat, slechts gegroeid is.
Zal de waardeering voor Hilversum'» raadhuis
over 25 of :'Öjaar nog dezelfde zijn? We meenen
dit ernstig te moeten betwijfelen.
Wanneer we dan de zaak zoo eenvoudig mogelijk
stellen, dan is deze zoo: een landelijke gemeente
van middelbare grootte behoeft huisvesting voor
hare openbare diensten, ruimten voor vergadering
van den Raad en Burgemeester en Wethouders,
trouwzalen, bevolkingsregister en dergelijke.
Zie hier, zeer primitief gesteld, de opdracht
welke de architect te vervullen had en zie dan
hetgeen de architect gemeend heeft hiervan te
moeten maken.
Wanneer we bijvoorbeeld lezen hoe de architect
ten opzichte van de trouwzalen zijn taak opvatte:
de ligging der zalen is zoo, dat men langs een in
tiemere gang, dan waar langs men gekomen is,
het gebouw verlaat, een symbolische opvatting,
die op gevoelige naturen een Weldadige werking
kan uitoefenen" dan begrijpen we dat het verband
tusschen de realiteit en de architectuur ver
loren is, afgezien van de oventueelo praktische
voordeden', die een dergelijke' situoering kan
hebben.
Voor wie onzer, mcngcheri van dezen tijd, is
het trouwen op het stadhuis nog zoo belangrijk,
dat wc door een gang van een andere stemming
wenschen te gaan dan te komen? Men behoeft geen
psychiater te zijn om te weten dat ons tegenwoordig
geslacht overal elders dan op het raadhuis zijn
huwelijk sluit.
Gaarne zien we ons besluit om een huwelijk
aan te gaan op een zoo neutrale en zakelijk mogelijke
wijze geregistreerd zonder te worden lastig gevallen
met het sprookje hetwelk de architect er zich'
omheen fantaseerde.
' Dit alleen tenopzichte van do trouwzalen, maar
het geheele bouwwerk is van een dergelijken geest
doortrokken.
Een typisch voorbeeld hiervan is het volgende
tafreeltje: op een excursie met vakgenooten naar
het raadhuis, ontmoetten we een' eenvoudig werk
man met boezeroen en pilobroek. De architecten
voelden zich wonderwel thuis in Dudok's schepping,
menigeen had zich wel eens iets dergelijks voor
gesteld in zijn. stoutste droqmen, doch .nimmer
gerealiseerd. Aan de andere zijdödeze sobere
Hilversumsche burger, die waarschijnlijk een
kind kwam aangeven, of ecm dergelijke burger
plicht kwam vervullen, de yebruiker van het
gebouw dus voor het heden en de toekomst.
Nimmer heb ik echter iemand liulploozer zien
rond kijken dan deze burger in zijn raadhuis. Alles
was hem vreemd en van een andere wereld dan
de zijne. ,
Wat we met dit alles willen zeggfen? Slechts dit:
noem Dudok's raadhuis zooals ge wilt mooi of
leely'k (het laatste moogt ge, als ge voor vol aange
zien wilt worden, echter nimmer zeggen) maar
noem het niet modern.'
Ondanks stalen meubelen, ondanks de met
autolak gespoten deuren, ondanks alle z.g.
moderne materialen, bezit Hilversum een raadhuis
naar kostbaarheid aan materialen en gaafheid van
afwerking, volledig in overeenstemming met de
wenschen van de heeren, die het lieten bouwen,
maar niet modern naar den geest.
Voor de toekomst helpt deze monumentaliteit
ons al bitter weinig l