De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1931 22 augustus pagina 9

22 augustus 1931 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

No. 2829 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 22 AUGUSTUS y l 7. 13 l de f l i ten wonderlijk mooi, nieuw Ford model Een ruime 5-persoons Sedan, welke in een oogwenk is te veranderen in een vlotten open wagen. flT De speciale constructie de zijwanden van de carros serie zijn nl. opgetrokken waarborgt een oerstevig geheel. De kap valt geheel vlak en wordt opge borgen in een hoes. fl Geheel lederen bekleeding, mooi en practisch. De vloer voor de achterzitting is verzonken, waardoor groote beenruimte. De ideale combinatie van een open en gesloten wagen: DE FORD SEDAN TRANSFORMABLE Fl. 2575.-af Rotterdam. Vraagt inlichtingen en proef rit aan den dichtstbijzijnden Official Ford Dealer L l MCOLM Fordsorv AJRCRAFT N.V. NEDERLANDSCHE FO R D A U T O M O B l E L FABRIEK, ROTTERDAM RUST IN VREDE, FIDEL! door Herman Wachter IK weet niet welk atavisme mij be/.ielde, oui gedurende zeker tijdstip van mijn leven, wreed heid tegenover dieren aan den dag te leggen, of althans te simuleeren.Welk een onmenschelijkheid, welk een perversiteit, deze wreedheid om het onschuldige, redelooze dier te kwellen dat ons niet antwoorden kan, dat niet het vermogen heeft, zich te beklagen en dat zich zelf in de meeste gevallen niet weet te wreken! De wreedheden welke menschen tegenover elkander begaan, zinken in het niet, vergeleken bij die tegenover het arme diei1, «lat niet eens weet waarxoor het hier op aarde is. De wreedheid een mensch aangedaan, gelijkt een kinderspel vergeleken bij do martelingen van een trekpaard, de kwelling welke een hond in'een ver laten huis doorstaat, of het leed van een ondervoede poes. Om nog 'te zwijgen van de abattoirs. Gelukkig groeit het aantal menschen dat beseft hoeveel tegehioetkomendheid en eerbied wij het dier verschuldigd zijn. gestadig aan. Erx de heer Dirk Coster, ofschoon vaak ten onrechte een hu manist genoemd, mag er trotsch op gaan, mij door zijn zedekundige geschriften genezen te hebben van dit even schandelijk als onnatuurlijk gebrek aan dierenmui, om mij opgevoed te hebben tot iemand, die zich niet schaamt in het openbaar deernis te toonen met het onderdrukte en miskende dier. »»O verdreven menschenliefde is een. vorm van dierenhaat", schreef hij terecht. 1) Hoe dikwijls spaarde ik mij in een restaurant het derde klontje suiker voor mijn koffie uit den mond, teneinde bij het naar huis gaan in staat t« zijn een der vele trekpaarden van onze stad een vriendelijkheid te betoonen. Tehuis gekomen treed ik dan mijn weenend kroost altijd tegemoet met deze woorden: Lieve kinderen, wat gij den arme geeft, is Gode geleend, maar wat gij het arme dier schenkt is duizendvoudig welgevalliger voor het oog des heeren Oosters." Aldus leer ik mijne welpen de dierenliefde tegelijkertijd met de soberheid beoefenen, doel treffender nog dan de vader die des Zondagsmor gens altijd zei: Wanneer de kinderen zoet zijn, neemt papa er nog eentje!" Nu het toch op dit chapiter komt, moge nog bemerkt worden, dat een der grootste verdiensten van het dier is, dat het nooit alcoholica drinkt. Het dient ons dus waarlijk niet alleen in l dzaamheid ten voorbeeld. Velen beseffen de diepzinnige beteekenis van het dier, en voelen zich eraan verbonden door hechte banden van vriendschap, welke vaak nauwer gesloten zijn dan de conventioneele banden' des bloeds. Niet de toevalligheid eener verwante geboorte, maar de gelijkgestemd heid en de adeldom van karakter alleen gelden. En de hond is bij uitstek het dier met zulke goede eigenschappen behept. Het geeft ons dan ook een warm gevoel, en hoop op de toekomst der menschheid, te weten, dat iedere stad van beteekenis vandaag niet alleen haar dierenasylen heeft, maar ook bijna alt^d een dierenkerkhof bezit, waar men zijn lieve dooden met de noodige pracht en praal kan doen bijzetten, en een waardig monument vindt op de plaats waar men komt om te weenen. Men vindt er niet alleen honden, maar ook katten en vogels bijgezet; niet gebalsemd op de wijze 'der Egyptenaren, maar vaak geconterfeit in graniet en marmer, of bezongen in roerende kwa trijnen en van gevoeligheid trillende opschriften. Daarheen richten zich de schreden van den ver eenzaamden mensch, die zich wondt aan de samenleving en zich in smart de gelijke weet van het miskende dier. Miskend Was het niet op het Parijsche dierenkerkhof, dat ik het opschrift van een zerk las: ..Hier rust een hond, die elf menschen redde. Door den twaalfde werd hij gedood." O mensch, zal ooit uw oog bij het graf van Dorus Bijkers, bij het graf van Van Schaffelaar, bij dat 'van Koutjepoff (indien het ooit gevonden wordt) zich zoo om floersen? tensch en kennen voor elkaar de dank baarheid, het dier is altijd dupe. Niet het Pantheon, niet Père Lachaise zyn de plaatsen welke ons de rijkste stof tot mediteeren over dood en leven bieden. Neen, het is.de begraaf plaats van Garo, wiens stamboom twintig groote namen telt, en van' Zou-zou, wiens stoffelijk over schot gedekt wordt door 't sonnet dat weenende gedicht werd door Madamfe E. C., sa mère inconsolable." Hoe moet het Dirk Coster niet te moe de zijn, wanneer zijn schreden zich ooit derwaarts richten. De lieve vogel, die zijn heele leven zong en prooi werd van een kat; de poes die sierlijk muizen kon en stikte in een kippenrib; de kip die niet de dagclijkschc kindermoord geschroomd heeft om een arm gezin haar eieren af Ie staan.... De papegaai die, schoon met bloedend hart, beest achtig vloeken kon om gasten te doen lachen, en de ezel.... en het paard.... De koe die geen begraafplaats kent, maar met wier vel en been wij ons opsieren, dragers van haar reliquieën. Welk een schat van overdenkingen geeft ons het dierenkerkhof. ' En komt u ook al in den zin wat Multatuli zei: de vogel die een wonnpje vangt, zingt om den Heer te danken, maar zingt het wonnpje ook?.... dit is de aberratie van een man, die zich teveel om de Javanen heeft bekommerd. En wij van onzen kant, die weten dat er werkloosheid, woning nood en honger is, wij kunnen ons niet genoeg verheugen op het bestaan van menschen die toch nog aandrang hebben aan het dier de volle maat van liefde en piëteit te schenken. Daardoor wordt er werk verschaft aan eenige werkeloo?en. Met het geld dat zij verdienen huren zy zich woningen. Zij krijgen te eten. ,,Wat gij aan het dier bewijst, doet gij aan mij," zoo spreekt de goede mensch. En wandelend langs de treurwilg, die de laatste rustplaats van Fidel en Mops, van Minou, Toutou en Pinny, dekt, roept hij in vreedzame verrukking uit: Gelukkig deze eeuw, die keerde tot de langverloren zeden van Egypte. Het dier herkrijgt zijn recht, de mensch bezint zich op zijn minderwaar digheid, en demonstreert haar ook !" En gaat gij er niet mede act-oord, bedenk dan. dat voorloopig iedereen nog baas is over zijn eigen gold. Helaas. l) Uit het hno/<l rileeri'ti is r/enttirlijk. 31'i'ielijk xchreef de heef Coster: ..Ocrrtlrci'rn ilierenhnat is Cfn vorm ca n menschenliefde". Dat is ooA1 <joc<\. Nieuwe Uitgaven L. Fles tracht in een brochure Water en vuur, een kritiek op de houding van de S.D.A.P* ten opzichte van den godsdienst, aan te toonen dat de Sociaal democratische arbeiderspartij, die de stroomingen Socialisme en Godsdienst met elkander wenscht te verbinden, in dit streven niet is geslaagd. De heer Fles hoopt dat, mede door zijn waarschuwende stem, de S.D.A.P. er ook nimmer in slagen zal deze tegenstrijdige stroomingen met elkaar in overeenstemming te brengen. Naar zijne meening zal het bestendigen van de houding der Partij noodzakelijk tot versnippering en ten slotte tot ondergang moeten leiden. De broehm-e werd uit gegeven door E. Querido's itgnvers Maat schappij te Amsterdam. -- ? ''

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl