De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1931 19 september pagina 3

19 september 1931 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 19 SEPTEMBER 1931 No. 2833 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 19 SEPTEMBER 1931 EEN GOUDEN JUBILEUM IX dezen malaisetijd oordeelden directie en bestuur der Amsterdumsche Hijtiiigmaatschappij hot niet juist, hot 50-jarig bestaander vennoot s 'hap luisterrijk te vieren. Maar de directeur, de h?er H. Heybroek. voelde toch behoefte op den da£ van hot goudon jubileum samen te zijn met al dogenon, die hunne werkkracht in dienst stellen van do Maatschappij, waaraan hij zelf reeds bijna 30 jaar zijn hart hooft verpand en van wie velen. zooals hij gevoelvol zoide. zijn vrienden zijn geworden. Het personeel wilde oon blijk geven van belangstelling on erkentelijkheid on van do 750 iroëmployoordon hier on in Indiëhad zoo goed als iedereen zijn petminkske geofferd voor oon tegeltableau met beelden uit de geschiedenis dor Maatschappij om dit op don hordonkin^sdag dor directie aan te bieden. Bijna duizend' inensch'-n vulden op «Ion avond van den 14den September de gmote zaal van Artis. door liet bestuur uitgonoodigd tot oen herden kingsbijeenkomst en do chauffeurs dor atiixen waren in do gelegenheid, gestold hun eigen ?gezins leden er in hun wagens heen te brengen 'en na afloop 'weer naar huis te vervoeren. Kon praatje met don bijna HO-jarigen hoor Stijgor. die hot t'egeltableau had aangeboden, braclit ons op hot ontstaan «lor Maatschappij. ..Jan Polderman, die oen stalhouderij had op het-Singel 470". zoo vertelde hij. ..kreeg dikwijls het zoontje van don rector van hot gymnasium aan den .overkant, dat dol was op. paarden, op DE A. R. M. bezoek on als hoogste genoegen mocht do jongen af en toe met hem mot den panier uit on loerde h ij hom van don bok rijden. Toon doze jongen ad vocaat was en Polderman'» zaken minder goed gingen, zei Mr. Kappeyne: Ik zal je helpen, wij Het omnibusje van de A.R.M, aan het Centraal Station ?maken er een .vennootschap van. Kn zoo ontstond in 1SS1 de HijtuigniaatscJmppij met Polderman als directeur en als leden van den Haad van Beheer de hoeren Weeningh. een assuradeur op de Turfmarkt. II. M, van Keghen. (J. l,, van Lennep en Mr. Kappeyne als President. Polderman had ook nog een stal op het Damrak en hij vroeg mij of jk. die oon eigen stalhouderijtje had gehad, maar door omstandigheden weer had gesloten, stalbaas wilde worden op het Singel en zoo ben ik van do oprichting nf bij do Maatschappij. Kr was toen ook de AmsterdHinsche Hijtuigvereéniginir. waar do kootsioi-s oon ro«»d vest droegen in een 'grijze'ge tailleerde jas'met hoogon'witten hoed on die het publk'k aap j es" noemde.Onze koetsiers hadden oon keurig donkerblauw livroi mot zwarten hoed. eii zwarte cocarde." Behalve enkele bekende stalhouders uit die dagen, do hooivn Draayer, R vinders on Heutor, vindon we in do acte van oprichting van don no taris Mr. Froderik Wertheim de beide bekendeAmsterdammers, do hoeren H. J. do Maroz Oyon*-on E. S. Laboiichère. In \\1(M is do hoor Heybroek directeur geworden. Was bij de stalhouderij nu ook goederenvervoer gekomen, deze jonge, energieke paardenkenner on paardonliofhobber wist al spooc'ig o«»k luxepaarden in hot bedrijf te brengen on zolfs volgde hot verhuren van equipages met koetsier on palfrenier. En toon do auto moer on;meer in gebruik kwam.. vatte do hoor Heybroek hot plan op naast h< t paardenbedrijf ook oon voor autovorkoor op terichten. Maar 'de President-commissaris. Mr.. Kappeyne. had hierin oon zwaar hoof d., meenend.. dat dit niets zou zijn voor het Amsterdanisohopubliek.. Hij had'geen moed.'er voel gold aan te wagon. Er'werd nu nan*t <lo A.U.M. 2K December 190S opgericht do Amsterdamsche Taxanioter automo biel maatschappij At.ax. waarvan Mr. Kajipoyno ook Woor President ('ommissaris word. Spoedig bleek, dat do ataxen in een behoefte 'voorzagen.. on «Ie jeugdige energie het pleit tegenover den. bodaehtzamefi ouderdom gewonnen' had. L. K. v. d. ('.?Wi LI Onze Koopvaardijvloot Do 4-x-mnriin' oppermachtig I\K Nodorliuulsehc groot e Rtoouivaart word* * door de crisis 2,waar getroffen. In (K- havens komen moer on moor schepen werkeloos te liggen on lichamen, waarbij duizenden hun brut ui verel ionen, <1 re i ge n ten .onder te gaan. lliorvan is do oude Holhuul-Aincrika Lijn 0011 dor meest tra gische voorbeelden. Andere lijnon, als de Kon. IIoll. Lloyd, staan reeds onder leiding van Duitschor», die vanouds onze voornaamste concurrenten ter zee waren. Do vraag dringt zich op. of do leiders onzer Stoomvaartlijnen wol voldoende op hun concurrenten hebbon gelet, toen deze na don oorlog hun vloot moderniseerden en ons gaarne hun oude schepen gunden. De Statondam" liet men jaren lang roosten in de haven van Bolfast; doch toen het schip, hoewel reeds van een verouderd type, eindelijk in de vaart kwam. bleek hot tenslotte oen financieel succes on getuigde hot van hot verkeerde inzicht der directie van de HollandAmerika lijn. De beide Indische lijnon hebben ter elfder uro getracht don achterstand van hun drijvend materi aal te verbeteren. Door hun talmen daarmede, moeten ze thans de verouderde, vervangen schepen in een zeer ongunstigen tijd tegen uiterst lagen prijs verkoopen. Onlangs publiceerden de dagbladen foto's van het laden van een zwaren lichter voor EngelschIndiëdoor een Noorsch schip te Kotterdam. Daarbij bleef helaas onvemteld. dat de Hollandsche lijn, die derwaarts vaart, geen schip heeft, dat dit transport zou kunnen volbrengen; hoewel Noorwegen, Engeland en Duitschland reeds jaren lang schepen hebben, die tot het overbrengen van zware colli, als moderne locomotieven, zijn ingericht. De Hollandsche lijn bracht, zoolang zij op Britst hIndic vaart, geen enkel nieuw schip on word commercieel zoodanig beheerd, dat zo zich onder Duitsche heerschappij heeft moeten stellen. Deze bij de koopvaardij algemeen bekend»*. bijzonderheden loost men zelden, omdat do meeste periodieken op zeevaartgobiod onder lei ding staan van ex-marineofficieren, die in ons land oon sterke organisatie moeten hebben. Hun methode «?m de aandacht van het tegenwoordige af te leiden, is de niet onschuldige sport van vercerihg van oude zeehelden, en het schermen met klanken als: ..Do glorie van onze zeevaart". ^ Koopvaardijofficieron uiten zich sporadisch. omdat ze zich onder d nik dor ex-marine Wet oh on iedere actie togen doze macht oen koopvaardijman noodlottig zou worden. De ox-marine hooft namelijk do leidende p«»sities in handen; daarbij in de Uitoefening veelal steunende op de onder hen geplaatste koopvaardijmonschon. In directies en inspecties van stoomvaartlijnen. in de examen commissies voor koopvaardijoffieieren en in den raad voor de scheep van rt pareoren vele ex-marine officieren. In'laatstgenoemd colloge, dat koopvaardijmannen. zonder hooger beroep, veroordeelt ei» zolfs bestraft, hebben ze een groot e macht, doordat de koopvaardijledon door don Hitag loost ex marine worden benoemd on zorgvuldig gekozen.. Het zocvaartonderwijs en hot Nederlandsche ? 1«todswezen, waarvan hot laatste tientallen'jaren bij andere> landen toii achter is. staan eveneens onder leiding \an ex-marineofficieren, die hot bedrijf slechts oppervlakkig kennen. In Engeland en Duitschland wordt terecht verlangd, dat men, om oen gezagvoerder te kunnen advïseeron, minstens de bevoegdheid tot dit beroep bezit. Bij ons loodswo/.en worden geen gediplomeerde' stuurliedon, laat staan gezagvoerders, tot loods aangesteld. Onze loodsen moeten bownnl nederig blijven. Andere dignitarissen, als do Hoofdinspecteur voor de Scheepvaart en de Watorschout van Amsterdam zijn ex-vico-admiraals, voor .wie.' blijkbaar als aanvulling op hun pensioen, deze betrekkingen zijn weggelegd, mot voorbijgang van alleszins capabele koopvaardijmannen. De heer Quant werd onlangs voor laatstgenoemd ambt benoemd. 'Weliswaar is het waterschout sambt tegenwoordig een betrekking van ondergeschikt belang, daar de voornaamste bezigheid bestaat uit het met zijn tegenwoordigheid opluisteren van de aanrnonstering der bcmannirigen, doch de vraag is of een man-van-hct-vek er niet meer van zou weten te maken, teneinde don geest aan boord van onze schepen te verbeteren. Van een niet deskundig ex-marineofficier kan GANDHI TE LONDEN Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. Jordaau Wat ter (ronde) taf el werd gebracht geen voldoende initiatief ot' leiding uitgaan in hot belang van de Koopvaardij on do vele Nederlan ders, die daarvan moeten loven. Opzettelijk spreek ik v.in ex-marine en niet' van marine-officieren zooals veelal gebeurt. Dit onderscheid dient men voor oogon to houden. daar onze Zeemacht aan 'de 'bestaande wantoe standen geen directe schuld hooft. Toch acht ik het zich dringen, van velo afvallige leden in be roepen, waar ze ongewenscht zijn. een.dor oorzaken.. van de mindere populariteit, waarover onze marine wol klaagt. Jn het tijdvak der zeehelden", waarheen veler aandacht nog zoo gaarne uitgaat, waren do OostIndië-vaarders bewapend en.vielen beide beroepen samen. In den loop der eeuwen is dat anders geworden. I f et koopvaardijschip verkreeg zijn lading op commeruieele vvijge, in plaats van met de wapenen. Het oorlogsschip kwam uitsluitend in actie in tijd van oorlog of opstand, zoodot ook beide bemanningen totaal verschillend werden. Door hun ontwikkeling hebben koopvaardij en marine zich gespecialiseerd en zijn ver uit elkaar gekomen, waardoor wedorkeerige overplaatsing, zonder vooropleiding, absoluut onmogelijk is geworden. J. Tl L KORT cjr.-koopvaanlij officier, 'LI. ter zee der Kon. Mar, lies. Oegstgeest, Sopt, 1031. TENTOONSTELLING WAGENSTRAAT DEN HAAG 17 SEPTEMBER 3OCTOBER HET METALEN M E U XKDER ZONEN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl