De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1931 10 oktober pagina 10

10 oktober 1931 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

18 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 10 OCTOBER 1931 No. 2816 No. 2836 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 10 OCTOBER 1931 i Met de Tram door Herman Wachter W IK als niot-Ainstordammor hot voorrecht heeft deze illustre stad voor een paar jaar te mogen bewonen, komt na verloop van tij<l tot de wonderlijke ontdekking, dat Amsterdam enkele dingen rijk is. die nergens elders worden aangetrof fen. Amsterdam heeft de Nachtwacht,. het Kokin. Mengelberg en Wijnkoop, de belangrijkste Beurs van Europa en de kleinste beurs voor letteren en kunst. Maar mag ik mij als buitenmunvan-af komst over geen van deze municipale schatten een oordeel aan matigen, om dezelfde reden gaat mij het verkeer in en om Amsterdam te zeer ter harte, dan dat ik er op het ?«?ogenblik op onverschillige wijze over «ou kunnen spreken. Dat doet de Amsterdamsche raad van vroedmannen en vroed vrouwen,''maar niet het plubliek. * * Wij hebben de tram. . . . en terwijl ik dit woord neerschrijf, voel ik de blos der schaamte mijn kaken be dekken. Helaas gebruik ik somstijds de tram. hoewel wij sedert oenigen tijd de gele band-taxi's bezitten, die minstens even goedkoop in het gebruik zijn. Dat leert ons een eenvoudig rekensommetje, waarin op moderne wijze de tijds-dimonsie verwerkt is. Immers een kilometer trammen koj-t ons elf cent en duurt gemiddeld een uur: 'een kilometer gele band kost gemiddeld 44 cent en duurt een kwar tier. De verhouding is dus als n -staat tot n. Wanneer de taxi's gemeente-onderneming, waren, zou den zij natuurlijk een kilometer per uur doen. en zoude tram daarbij vergeleken spotgóedkoop zijn. Maai de gemeente kan jammer genoeg niet «'illes hebben. Zij heeft de tram. waarvan men mij verteld heeft, dat ze onder'algemeene leiding van een buitengewoon .scherpzinnig man staat, die door de winsten van de/e onderneming in r<taat gesteld wordt zich zelf in een automobiel, dat is: oen viorpersoonsbus voort te bewegen. Kr valt inder daad veel te zeggen voor vierpersoonsbussen. Want wel hebben wij de meergemelde taxi's, doch deze be hoeven niet met gepast geld betaald te worden, hetgeen een .aanmerkelijk nadeel is. Want gepast geld geven lo«rt. do mensehen nauwkeurigheid. voorzienigheid./ blinde gehoorzaam heid aan het gestelde gezag. Wie' zich des ochtends, ternauwer nood ontwaakt, naar zijn arbeid begeeft, en daartoe .transport per bus of eenmansvvagen behoeft, beleeft tel kenmale ' de schrik van . te denken:' heb ik wel een dubbeltje plus een «-ent ? ..gepast" bij mij? Zelfs het fooien helpt hier niet. want voor liet over tollige dat in 's wagensbestuurdors busje verdwijnt, bedankt hij niet., noch toont zijn minzaamheid '(die schaarsch is bij deze knippende. stempelende, potloodendo. remmende. sturende, claxontiende en stoppende men.schon) een merkbare aanwas. Van de autobusbestuurdors. die door-gaans even norsch en onbehouwen zijn als de gewone conducteurs vriendelijk on behulpzaam, kunt gij zelfs oon snauw verwachten, omdat gij in uw rade loosheid met een rijksdaalder inplaats van elf centen, zijn busje eenvoudig weg moert". Wilt gij u met vrouw en kind doen vervoeren, dan dient gij minstens vijf geldstukken ..gepast" af te dragon. want wel kunt gij het. sterk in het oplossen van puz/les, met een kwartje, twee-en-een-halvo-cent en een half je doen, maar de halfjes behoeven niet, geaccepteerd te worden. Verbeeld u wet er gebeuren zou, wenneer gij (l helf jes efdroogt ? Over de wisselvp,ardigheid ven som mige ..gewone" conducteurs valt niet te kingen. Ik houd van de meesten va,n hen. het zijn peripetetici en filosofi scher dan welke conducteurs van Europa ook. Maar betaal ze niet met een dubbeltje en een plak om terug betaling in gepast geld te eischen. Zijn lankmoedigheid zei een schielijk einde toonen. en zijn vocabularium zei blijken det van Luciemis te over treffen. * » * De slechtheid ven het trempersoneel groeit eigenlijk aen neer hoogerop. Over de bedienaren ven tweemanswagens buiten de spitsuren, niets den lot'. Zij weten dat zij die gelooven. niet en beesten, en dat ..beidt uw tijd" een gulden Amster damsche spreuk is. Iets nijdigs komt sltchts over hen. als de trams voller dan met zes man worden. Maar dat is vergefelijk: zij zijn bezorgd voor ons lijfsbehoud, en wie wordt niet, door dreigende gevaren geïrriteerd 'f De eenmanners zijn natuurlijk altijd op van de zenuwen. Zij weten zich door (iod-on-elle-mensch'en beschouwd els Manusjes van alles, die hun wegens hebben te besturen tusschen de Scylla der verkeerspolit ie en het verdronken kalf van meneer van Putten, of hoe die trampaus ook heet. Laten wij het gedrag van deze ondergeschikten met den mantel der liefde en de pet van het geduld bedekken. Erger zijn de zwarte controleurs. die tienduizenden guldens kosten om een tiental fraudes vc.ii een dubbeltje tegen te geen. Zij zijn de kwado geniën- ven het mindere personeel. Hoorde ik niet op den ochtend van den eersten etïectendag zulk een heer zijn conducteur nieesmuilend .toevoegen.: ...Kn hou je aan het gepaste geld hoor!" Een dubbelzinnigheid, die evenzeer tot liet. pro voceeren van fooien els tot het hinderen van het publiek aanspoort. Kn hoe erg zal het dan niet zijn met de bonzen ven nog hooger. On/e tnvgi» trems en bussen hebben een»zware concurrentie te voeren met de .endere verkeersmiddelen. Maar er wordt van el les op gevonden. Bijna dagelijks ziet men zijn weg versperd door bussen die weigeren verder te geen. nadet zij de arme buspatiënten op de onmogelijkste wijze door ei kender rammelden. Naar gemeenten buiten Amsterdam: loopen voortref felijke bussen, toebehoorend aan par ticulieren. Maer een echte Amster dammer dient rui eenmaal wat over te hebhen voor zijn gemeente. Do trams schijnen zich steeds in zijwaartsche richting te bewegen, en gelijken overigens ook in andere opzichten op krebben. Kr zijn dok nog meer dieren waar mede de trams gelijkenis vertoonen: ook de bok komt slechts niet horten en stooten verder, ook de tijger dient slechts tot lest ven de inenschen. ook de brontoseurus is een voorwe reldlijk dier. ook de bloedzuiger.... Kn wat moeten wij doen wanneer het de bonzen op zekeren dag invalt olf-en-oon-hulvo cent te heffen:" l Tot i;» te hopen tiet 's Kijks Munt ertoe zal komen elf-cent stukken temaken. dubbeltjes met een uitsteeksel of zooicts. * * Maar neen.... Inwoners van Am sterdam, organiseert u. (.iaat loopen, het is gezond, en met dezelfde organi satie-energie die gij aanwendt om altijd te zorgen gepast geld bij u te hebben, kunt gij uw werk zoo inrichten, dat loopen efficiency bet eekent. En hebt gij haast, welnu de texis zijn immers even duur.... en.... als wij eens met z'n allen gingen praten met de bazen van de gele-bandjes. wie weet of wij niet konden komen tot vierpersoonsbussen, zonder gepast geld, en met restitutie van klein geld, tot op een halfjc. Want wie de kleintjes niet eert.... in een tijd die ..crisis" genoemd wordt nog wel, is het rijden in zoo'n groote tram of hobbelbus ook nog niet woerd. Tentoonstellingen Kunstzaal W. Wagenaar, Utrecht. Werken van J. Bendien on P. Citroen. Tot 15 October. Stedelijk Museum, Amsterdam. Bel gische Beeldende Kunst van de laatste honderd jaar. Tot 15 October. Kunstzaal van Lier, Amsterdam. Teekeningen door C. F. Roelofsz. Tot 18 October. Boekhandel l'. A. Hemerijck. Am sterdam. Werk door L Lichtenstein. Tot 10 October. Kunstzaal Vecht, Amsterdam. Schil derijen en teekeningen door Ernst Leydón. Tot 22 October. Kunsthandel Btiffa en Zoon, Am sterdam. Werk van W. IL Singer .Ir. Tot 21 October. Kunstzaal van Lier, Amsterdam. Schilderijen en Gouaches door den glazenier Joep Nicolas. lot 25 Cctober. ? ? i . Kunstzalen d'Audrotsch, Den Haag. Werk van Alrozewski. Tot 31 October. Huize van Hasselt. Schilderijen door C1. Timmer (tot III October) en schilderijen van t'harley Toorop. Tot SI October Kunsthandel Aalderink, Amster dam. Schilderijen door K. Ueitsnifli Tot'«l October. Kunsthandel Koczoi, Amsterdam. Beeldhouwwerk T.V-w.Tot :HOctober. Kunsthandel van Wisselingh. Am sterdam. Belgische schilderijen- en Beeldhouwwerk (ier 1.9e en 20e eeuw. Stedelijk 'Museum; Amsterdam. Werk van Herman Heyeiibrock. Tot l November. Pictura, Dordrecht. Schilderijen \ an Toon Kelder. Tot l November. Boekbespreking De boodschap run Zoruthoeatra, de profeet ran het oude J ra n, bewerkt en m n een htleidimj voorzint door Cnrohta Verhuist. N.V. Servire. Den HIKKJ. Met de belangstelling van den ge nteresseerden lezer doch tevens van den Volslagen leek, heb ik dit boekje gelezen en ik moet bekennen, dat ik aan de hend van Carolus Verhuist'» aanteekemnfc'on en verklaringen eenige avonden van een intens en zuiver geestelijk genot aan dit innerlijk fijne en evenwichtige boekje heb beleefd. De schrij\er zegt ergens dat.Zarathoestre's leven waardevol en schoon was en dat het door zijn waardig heid eerbied en vereering afdwingt en de verbeelding treft met die bij zondere vreugde, die edele dichtkunst schenken kan. Mij dunkt, dat de heer Verhulst er in is geslaagd ons die bijzondere vreugde te verschaffen, die, opbloei end onder den adem van een groot en wijs mensch, in de stilte van een twintigste-eeuwsche avoi dkamer iets van de sfeer der hoogere levenskunst weet te brengen. Dit deeltje is er een van de serie ..Onsterfelijken". die gewijd is aan de geestelijke leiders der menschheid. die op de ontwikkeling dier mensch heid grooten en blij venden invloed hebben uitgeoefend en die zich ten doel stelt, op zoo onpartijdig mogelijke en voor ieder verstaanbare, maar daarom geenszins oppervlakkige wijze een inzicht geven in het leven ven deze groot o tiguren en in de boodschap die zij dor menschheid hebben gebracht. Of indordeed een boekje als dit voor iedereen vorstetïnbear is. valt te betwijfelen. Het ligt er nmer een Wilt men onder ..iedereen" wil ver staan en of het al of niet oppervlak kig is. kan slechts degene beoordeelen, die waarlijk doordrongen is ven Zarathoestra's inzichten en hun Ver tolkingen. Mij dunkt, het kan wel haast niet mogelijk zijn, in een klein boekje als dit ons anders dan oppervlekkig met een der grootste den kers der menschheid in aanraking te brengen. Maar in ieder geval: die aanreking is er toch. Er omhuift ons iets van die groote en menschelijke wereld gedachten, die ons een oogcnblik' heffen uit de burgerlijke, huiselijke en matorieele sfeer, waarin wij ons dagelijksch leven \an den morgen tot het slapen gaan door brengen. Dat het den schrijver gt-lukt is deze ste.er in zijn boekje te leggen. is een zeker niet gering téschatten vérdienste. E. ELTAS ADVERTEERT IN DE GROENE" Dat U een zin dien ge dikwijls leest. WAAROM? Omdat DE GROENE in het grheele land gelezen wordt door het beste publiek door het publiek dat iets te besteden heel't D,e adverteerder behoeft niet te betalen voor een ver spreiding, waarmee hij honderd duizenden bereikt, die juist niet tot het koopkrachtige publiek behooren, maar het betaalt , hem om in dit blad t adverteeren, dat hem direct in contact brengt met het publiek ' dat hij zoekt. l i UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE / ^tfA-^tx J- 0t^a0tMfer^ ^i^/ ^y<^^%^4< L/£ <2^« ff ?<r -«f -» * c3 O l /z-e-e. ^ fl££s<-> x X x^ee. ;^ Croquante Croquetjes door Alida Zevenboom I T'l DE L is weg. Ik kan ir zogge n dat hot huilen me nader dan het lachen staat. Zoo'n trouw boost, boter dan menig nicnsch on nu in eens is hij weg. Van de Week op een avond liet ik hem als gewoonlijk uit on toon kwam «a1 oon van de honderd drie on tachtig mormels van do ..dame" hier schuin tegenover me de por tiek uit on voor ik wist wat er. gebeurde. w*as Fidel hot mormel achterna en ik heb hot stomme dier niet moor terug gezien. En dat door zoo'n ongedierte dat moer op zijn mevrouw lijkt dan op oen fatsoenlijken hond ! '.Het aetcurtjo had mij den raad gegeven den w-tlioudor voor do stadsroiniging op téschellen, om dat hij mij troostte dat alle losloopende honden naar de aschbelt gaan. waar zij veertien dagen be waard worden vóór zij do vuilnisovon ingaan en er slakken van gemaakt worden en hij liet 'me. gemoedereei'd meneer ? Boekman opschellen, omdat die over de vuilnisbelt ging. zei hij mij. Ik kan n iet anders zeggen dan dat de jonge wethouder erg hupsch door do telefoon was, maar ik was bij hem niet aan het rechte kantoor, zei hij. ,,Ik ga wel over een vuil nisbelt, maar die heet ,,Tooneel" %ei hij, tenminste ik meen dat hij zoo iets zei, want ik ben (looi de telefoon altijd wat doovig onverst» de stemmen nouit heel goed, vooral als hot zuidwesten wind is. Ik moest maar eens zijn collega voor de begraaf plaatsen opschellen, gaf hij mij den raad en ik moet u zeggen dat ik het te kwaad kreeg want als Fidel eens ter aarde besteld was.... ik kreeg nu meneer Kropman aan het toestel, ook al zoo'n aardige jonge man, te oordeelen naar zijn 3tem, maar hij logde mij uit, dat de gemeente nog altijd de honden geen christelijke t" J* rff ^ -te* //, begrafenis geeft, wet in deze tijden, nu er meer vrouwen niet lum<lrn in hun arnion rond loopon dan niet kinderen er in. eigenlijk wol een tikje achter don tijd is on ik was 'zoo astrant om hom dat onder het' oog te breiigoti. Misschien dat hot geholpen heeft en hij bij ? do begroot ing mot ?oon voorstol komt voor hot .aanleggon v.in oon 'hondenkorkhof. Maar niet dat al had' ik' Fidel niet terug' on hij verwees mij naar zijn collega ihoiioor Douwvs. die over do armenzorg gaat on xich dus do zworvers on hun lot hooft aan te trekken, maar ook daar ving ik bot. "* Ach. wet is do stola van meneer Douwes toch altijd roerend on hij had werkelijk meel ij niet me. Ik geloof dat hij in stilte een traan wegpinkto. zoo deelnemend sprak hij met me, maar hij kon tot zijn spijt ook al niets voor me doen en verwes me naar ' meneer ?'Polak, de Wethouder voor de '.hondenbelasting, want die beheert eigenlijk de homion, zei me neer Douwes. on hij wonschto .mij zoo hartelijk liet beste dat ik drie dagen lang nog zijn stom in mijn oor had. En meneer' Eduard was ook al de minzaamheid in persoon, maar net toen ik hem zou gaan uitleggen. waar het eigenlijk om ging. herinnerde ik mij dat ik dit jaar geen honden belasting betaald had. maar hij was toch ook erg aardig en toen hij hoorde .wat er aan de hand was. zei hij tegen mij, dat ik niet beter doen kon dan mij tot de politie te wenden, want dat de hondenkar -?ik dacht dat ik door den grond zonk . onder ,.politie" hoorde. En toen heb ik maar boudweg den Burgemeester opgescheld die dan toch maar het hoofd van de politie is en ik moet zeggen, dat ook die mij heel geduldig aan hoorde en toen met alle geweld, zoo ?Verstond ik het, mijn signalement Wou hebben en eerst later begreep ik dat hij het signalement van Fidel v£?2i ?',/ 'X Vry \K£ *' 'X * --aCt' f^ rf < JM k »W Afc/r ' ^ ii? L, £% '&V1&J&.. "g ^ bedoelde on dat' was nog al goinakkolijk oen door don hondenscheerder uit d»v Spuistraat geschoren .wit leetir wonhondjo. dat niets uit de linker hand aanneemt en driemaal blaft voor oen koekje, do schat. Kn nu zit hij misschien in do hondonknr of ligt. al in de verbrandingsoven I Ik mag er niet aan donken. En dan was hij .ook nog blind aan zijn linkeroog on hoe zoo'n beest zich nog hoeft kunnen laten verleiden door dat mormel ven schuin-hier-pver. maar zoo zijn de mannen, of zij mannen zijn. of-honden. En dat is nu 'wel weer aardig van meneer Stanislafski dat hij gist oren met een jong leenwonhondje onder zijn arm thuis kwam on. zonder iets te zeggen, het hoven :in mijn kamer neerzette Zoodat ik er bijna over viel toen ik binnen kwam. Van den weeromstuit heb ik zijn l ie vel in gskostje gekookt roodo biet niet aardappelen en uien 7?en van zijn weeromstuit heeft hij mij 's avonds een klein cognacje ingeschonken, want met dat onnatuurlijke warme weer. had ik last van oen droge koel on daar is niets zoo goei l voor als een cognac-puur. Van wie ik dut weet, begrijpt u zeker wol. En zoo pratende met meneer Sta nislafski, die wol begreep dat oen vrouw die' nioodorziol alleon op do' Wt-reld staal on haai- hondje kwijt is. bohoofto hooft aan oon troostwoord. hoorde ik dat Excellentie Dockers er oon eigen vlag op nahoudt, wat ik oen heel mooie instelling vond. went hoc kan je in deze rare tijdon, nu oon oplichter zich net zoo netjes voor doet als een ministor, aan iemands nous zien dat hij oen Excellentie isr Toen meneer Kan nog minister was. heb ik mij er genoeg aan geërgerd nis .er in do krant oen plaatje van hem stond in zijn zwembroek, want waar waren do uiterlijke teekenen van zijn waardigheid? Hij zag er uit als Jan, Piot of Klaas en is'dat nu Wel erg Excellentio-achtig? Ik heb eens oen ;blauwen. Maandag bij een gene raal gediend?''het was er slecht van eten on ik bon na oen week weggegaan -p- ma.ir die ging nooit naar bed zonder oc;n nachthemd -mot sterren er op. ,.Hoe. kunnen ze als er 's nachts wat gebeurt anders weten'dat ik generaal bon," heb ik hom hooron zeggen, en had hij geen gelijk? En daarom hoop ik maar dat het voorbeeld van Excellentie Dockers navolging vindt en al de ministors straks met een vlag loopen. Maar had ik mijn Fidel intusschen maar terug, dat vind ik wel zoo belangrijk..

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl