De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1931 19 december pagina 19

19 december 1931 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

Almanak 1932 34 19 December 1931 LOV OO S TE R BEEK DESKUNDIG LMODIRNi DOOF? Hiervoor is slechts Eén afdoende hulp: DE ACOUSTICON Vraagt ons gratie *M> blx- boek! Goed nieuws voor hen d!e doof zUn." ACOUSTICON MIJ. NIEUWE PLEIN 34 A K N H E 51. F" F. SINEMUS Leidschèstraat 20-22 AM STERDAM C. Overhemden naar maat vanaf f 8.5O PRIMA COUPE Eigen Atelier Sea~Horse de allerbeste Mouiwijn Jenever MP.POLLEHfrZOON ROTTERDAM amiiiijiiiiiiiiiiiiiiiNiiiiitiiiiiiüiiimiiiiiiiitiitiiiiiiiiiiiiiiililiiliii DOUW VOO» HEM EEN TOEKOMST N l LLM IJ LEVENSVEPZ.MIJ 'S GRAVEN H AGE AMSTERDAM UTRECHT ROTTERDAM mimiiimiiiiiiiiuumiumwJi wie geen7pak*heeft"[om zich te vertoon e n wie geen werk heeft, dus niets weet van loonen wie geen^vrouwjheeft.'noch kind noch eenïvrlnd-heeft, die vindt ..... z'fn de M uitkijk", waar die zwervers" wonen. RESTAURANT CAFÉBORDELAISE LEIDSCHÈSTRAAT 67-71 - AMSTERDAM Prima keuken - Exquise Wijnen Diner - Souper - Dansant Lunch^f 2.?, ;Diners_vanaf f2.50 Prachtzalen voor Partijen Eigenaars VAN GOETHEM-NEUTEBOOM VICTORIA-WATER In Literschroef.flesschen OBCRIANMSTCIM yoor huishoudedelijk gebruik Allen op F,ijn tijd. BOL ELKKK !>.%« £ÉW «il.AAMJK Een mannenstem ;nU\voorclclc, eerst norsch, toen vriendelijk. Wij kwamen binnen en wisselden de gebruikelijke begroetingsceremonieën, waarbij eenoude, kleine man meteen nog z waren baard en een Assyrisch profiel ,,labès" zei en nogeens labès" en vele malen van /.ijn voorhoofd over /ijn mond naar /ijn hart wees. Deze Hamid was een ouderwetsch en een formalistisch man. Hij sprak dan ook niet veel menschen, want h.ij was de nachtwaker van de tuinen. Waarin dat nachtwaken bestond, begreep niemand, want hij vertelde zelf, dat hij nimmer dr ronde deed en dat er in geen kilometers in den omtrek iets te stelen viel. Hij droeg echter den vaalblanwen mantel der moegha/ni, die hij met beverige oudemannenhanden voor de borst clirht hield. Den eenigen tijd dat hij misschien nog van nut had kunnen zijn, in den tijd van de dadelpluk, was hij geen nachtwaker, maar dagbaas over een ploeg Berbers en dan werd er 's .nachts heelemaal n iet gewaakt, want dan was het te gevaarlijk. Xu bestond /ijn eenige bezigheid in het 's nachts .stilletji-s op blijven, terwijl twintigduizend Arabieren in de dorpen sliepen en hij vertegenwoordigde op zijn manier het incidenteel? nachtleven van de oase. Hij deed dat door te eten. Deze man at. Hij at! ,,Oh, je mangge beaucoup.. .. beauconp". lachte hij schuddebollend in zijn execrabel i'*ransch. Aparicio en Mnguele komen hier eiken avond, eiken avond. Hamid herhaalde elk woord, alsof hij blij was dat het woord tot hem kwam. Op den leemen grond in een hoek van de woning lagen de lakens uitgespreid, waarop de gele ballen van dv" kousj-kousj werden gedroogd. Arabieren drogen dat deeg soms maanden en maanden, tot het /oo hard wordt als boonen en jaren bewaard kan blijven. Hou Alem proefde; het was de echte kousj-kousj.'Glimlachend van trots verdween Hamid in de khaima en kwam terug met twee blikken borden. In het midden lag een dampend stuk vleesch en daarom heen. hoogopgestapeld, de kousj-kousj, alles naar de regelen der kunst in den grond in de asch klaar gesmoord, ]en met een lauwe saus van geitenmelk en rozijnen overgoten. Er lag, onvergelijkelijke luxe hier, een schijf tomaat bovenop en uit den schotel steeg een fijne, zure geur van yleesch en de scherpe reuk van roode peper op. Wij aten, aten, aten. Wij scheurden het vleesch met onze tanden doormidden en kauwden twee schotels kousj-kousj, tot de vurige peper ons door het uitgehongerde lijf heen brandde. Hamid intusschen was druk in de weer voor een uitgehold gat in den gepletsterdcn muur van zij n woning. Het was zwart-geblakerd en er stond een kadttuk benzineblik in. Hamid brouwde hier thee en reikte ons twee groezelige glaasjes met een lange sliert muntblad erin. Toen wij onzen eersten bastos weer in vrede en voldoening konden rooken. kwam hij voor ons staan en zeide, weer zeer hevig schuddebollend en minzaam glimlachend in zijn ebbenhouten baard: ,,Het mooiste van Figuig is toch de schapen markt.... Vleesch voor twee weken.... En zoö'n stuk schouder, voor vingt-sous. Oh Sidhi, l'oassis, oui.... Mais Ie marché" After-dinnerinspiratie Teekening door Harmsen van Beek De Muze en de rekening

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl