Historisch Archief 1877-1940
i f
t ,
j!
18
De Groene Amsterdammer van 26 December 1931
No. 2847
No. 2847
De Groene Amsterdammer van 28 December 1931
19
l!
j' »
il
1 l
De Generaal
door Anth. Thiry
Teekenlntcen door Is. van Mms
I.
danig spijtig zelf was het,
dat ze hem thuis in hun bekrompen
heid zoo'nen stommen, onnooxelen
stiel hadden kunnen opdringen als
dien van sigarenmaker.
Een vont zoo struisch en zoo pront
van postuur, met een klassiek, regel
matig gezicht, schoon. 7wart haar.
rustige maar zelf-biwastofivoor-oogen,
oen martiale. zwarte snor en daarbij
eon goei portie hersenen, niet te veel
en niet te -weinig, precies zooveel als
een mensch rioodig heeft om ei /.onder
wringen of stooten in 't leven boven
op te geraken, en dan sigarenmaker
zijn. neen niet-waar. dat ging toch
niet !
En om het heel goed te begrijpen
hoe spijtig het was. moest non er
Jokske Di>vries. dat antiek, brillend
schoenmakorke van nevens hot
SintPieterskapelleko. kunnen over bozig
hooren. Bezondêr als hij ,'t dan had
over de sehooiie tot-komst dio er voor
zoo'nen mensch was weggologd. b:v.
bij don troep en dat. door dien stom
men anteklauw van zijn vader naar de
vaantjes was geholpen. Generaal ware
hij geworden, verzekerde Joksko. ja.
generaal, zoo vast en zeker als twee
en twee vier is ! En K*' weet, voegde
hij er dan mystorieus-gowichtig aan
toe, oenen kot-r generaal stond do rost
ouk open. Koning, keizer ! Wie zou
durven zeggen van 110011? Voorbeel
den waren i-r genoeg van humor*, !
Peinst maar een generaal Uoulenger !
Als ge maar irnp.onoereti kunt alsdan
en op den juiston moment weet aan
to pakken !
Dat van don. generaal geloofden do
.monschen geerne. Van 't zooveel
koeren door Jokske hooren uiteen te doon
waron ze don sigarenmaker zelfs 700
gaan heoton. Eerst: Genoraal IMuym,
mot zijnen naam er bij alzoo, en later
kortweg: do Generaal.
Maar voor 't verloren koning- of
keizerschap glimlachten ze eens mede
lijdend. Al bezat hot voiitjo nog
zoovoel copio, noen, dat namon ze niet
aan. Alloman wist hot. Joksko had oon
'/wak voor don Generaal en daardoor
overdreef hij.
Ge moot weten, in zijn jonge jaron.
had hot schocnmakerke kennis gehad
mot do moeder van den Gonoraal.Doch
oon antloro had heur op 't laatste
oogenblik weggekaapt, was er moo getrouwd
on van verdriet was hij toon mot oon
Daitschen schoonmakersgozel do we
reld ingetrokken. Overal luid Joksko
gezworven, tot in Spanje on HalK'toe.
Maar zijn liefde had hij niet kunnen
vergeten. En nu nog, veertig jaron
later, was ze niet weg on pat' hot lot
van don Generaal hem telkens oon
dankbare gelegenheid om op y.iju
medo-vrijer van toon fatsoenlijk to
kunnen schimpen en schampen. Och.
'als hij do vader orvuu geweest was !
En nochtans, alles goed en wol be
schouwd, on Joksko zijn mogelijkhe
den <»p/.ij geschoven, 't was in don be
ginne mot den Generaal tamelijk goed
moogoloopen.
't Sprak van /-elf dat hij. eens' do
nattigheid van achter y.ijn ooron on
't eerste duveldons onder don nous,
/Joh nogal gauw btw.ist was van zijn
prontighoid. De meiskes uit do ge
buurte yorgden daar wel'voor. En eens
dat in zijn b »1. rees algauw 't verlan
gen naar oon schoon kostuum. c<in
hoodjo im oon stok om ton minst o
's Zondags, op. f eest- of hoiligdagun te
« ' +>
L_* Generaal9 zoo vast en zeker als twee n twee vier is".
Vertelde het nieuws de heele stad door
kunnen paradoeren mot tot slot
oon niet to stillen heimwee om allo
dagen den fijnen meneer to kunnen
spelen. !
't Eorsto was nogal gauw gerealiseerd.
Maar hoe hot twoodo godaan als go
maar oon simpel sigaivn-inakorko z'ijt.
mot?'t was lang vóór don oorlog
oon proo van twaalf frankskos in de
week on 7.0 't thuis allos behalve vot
hcbbon?
"t Hield hom woldra x.óó bo/.ig. dat
y.ijn go/.icht or 7,00 sorious van begon to
staan als van oon filosoof on J jij or.
bijkans 't sproken bij '\vrleerdo.
Al duurde hot dan wat lang. hij
dood hot echter niot voor .niet.
Want xio. op oon schoonen
Xator(lag hij kon toon zoo iets van zes,
zovon on twintig jaar gowoosfc y.ijii
zei hij zijn. werk op in ..D'Kksto.r",
dankte zijn blauw sigaronmakorkioltje
af en zijn klak on werd
voorgoed-mijnhoor. Hij huurde,.op do Grooto Markt
nrgal, oen huis, opende er een
tabaksen sigarenwinkel on in 't achterhuis
ervan richtte hij oon klein
sigaronfabrioksko op waar hij drie knechten
aan 't werk .zotte.
Heel de stad stond geen klein beetje
te kijken! Ken arme.jongen en die
begon ineens zoo'n zaak? 3Iet geloond
geld dus?
Doch wat 70 ook zochten en'snolden
om te weten hoe on waar hij dat had
weten los te krijgen, goenen oenen
kwam or achter ! Do een ?egden dat
't van de paters uit de Kluis was,
d'ander dat die oude zottin van eon
Madam Verbist het hem gegeven had,
een dorde beweerde dit on eon vierde
nog Wat anders, maar 't juiste ervan
wist niemand.
' /' II '?' .
Een schoono winkel was het, wel
de schoonste van do st,a<l! 't Heette
er. in 't Fransoh nogal: A la Samari
taine". En dat blonk, met eronder:
,.Tabacs et cigaros. En gros et en
détail. .Tos. Pluym", in gouden letters
op het bfcedo spiegelraam waarachter
een weelde van pijpen, en torens,
pyramieden en bogen van
sigarenkistjes en sigarettendoozen de men
schen nader lokten om toch te komen
zien. En binnen, waar do Generaal
in een grijs, pi k f ij n kostuum, met
goud op den buik en goud aan zijn
voorzichtige vingeren, statig troonde,
was het al navenant met al die
koperen gaslampen en de
oud-Delftsche tabakspotten .op toog en schap.
Nergens was or oon kous van sigaren
als daar on in allo soorten tabak was
hij voor/ion van don lichtston. zootsten
Engolschc tot don 7waarston
inlundsolioii pooi'tlentoebak toe.
Als or nu zoovool volk komt als
't or schoon is. dein woidt hot goed
voor don Generaal!" zogdon do
mons>-hon on allemaal waron /.e
iiiouwsgiorig gespitst om to zien wat het
worden /.on.
Doch. ondanks dio schoonighoid
oh die kous. ondanks (lat do Generaal
7.00 zijn bost dood mot iedoron avond
al do rijko ca f o's to bezoeken, on 7.00
klanten t o lokken, men kon zo .op
y.ijn t ion vingeren tollen. 7.ij die or over
don , dorpel kwamen om or iets to,
'koopon. Kn wat er met de sigaren
gebeurde «lie zijn gaston almaardoor
bloven rollen, dat'inocht God weten!
Buiten jrodrngon worden ze in alle
geval niet!
Zoo was het niot alleen in den
beginne, maar na vijf, 7,es maanden
was 't er nog preeios netzclfue.
Eerstens.trouwde hij. Met een heel
arm meisje was 't, een schoolmeesters
dochter vut oon dorp' in de buurt en
'fc huwelijk gebeurde heel stil en heel
simpel. Maar eens het vrouwke thuis
bij hem, stak hij haar in den satijn
on in den zij, kocht goud voor heur
borst en heur handen en. maakte
van haar oon weordig tegenstuk van
hemzelf.
En tweedons begon hij direct met
kinderen koopen.
't Eorste jaar een, liet tweede jaar
oen, 't dorde'jaar weer ecu. en. niets
anders dan meiskos! Voila, zeg nu
nog wat! ,
Dien heeft zeker het potteke van
Fortunatus!" lachten de menschen.
't Kan bijkans niet anders!"
Doch zoo dachten ze niet meer
toon de Generaal, na de geboorte
van het derde kindeke, een punt
achter zijn rentenieren zette en
almeteens begon te werken.
Ja. hij werkte. Hij kocht een paardje
en een sjecs, laadde er van den
vijfjarigen sigaren-overvloed uit zijn
achterhuis in en reed ermee den buiten
op naar pastoors, notarissen, brouwers
en andere dorpsnotabelen om er op
dia manier toch wat van te verkoopen
en zaad in 't baksko te krijgen,
't Was tijd, hoog' tijd dat hij uit
zijn kot kwam, want 't bleef niet
bij die eerste drie. De schipper
kwam er nog, jaar op jaar bijkans,
en dat nog zes keeren achter
malkander, en 't was wel betooverd maar
lederen keer met een meiske
als-'tublieft!
In den beginne was 't een raadsel
geweest hoe hy 't bolwerkte, doch
nu werd het een mysterie!
't Kon niet anders, of hij had
schulden en hij maakte er nog bij
ook nog.
Maar bij wie? En hoeveel?
Och, hoe doodgeerne hadden ze er
toch iets van geweten ! Maar zoo niets
dat er van uitlekte ! 't Was om
koleirig te worden ! Hadden ze nu nog iets
kunnen miszien aan den Generaal, dat
er groeven kwamen in zijn gezicht,
dat hij grijs werd of 't met hun kleed
sel of hunnen aankoop bij bakker of
beenhouwer dat niet meer was van
vroeger, 't ware toch ne voldoening
geweest.
Doch ook daarvan was geen spreke.
't Leek zelf wel of hij wist waarop
ze zaten te loeren en er dus dubbel op
lette dat er geen kreukje te bespeuren
viel, nog met geen vergrootglas.
III.
En nochtans, wat er binnen in den
Generaal omging, wie mensch kon het
/eggen?
Een beest was hij immers niet.
Eerst was daar zijn eigen boeltje. En
dan bovenal die meisjes, waarvan do
oudsten stilaan juffrouwen aan 't wor
den waren. Wat moest er gebeuren
als er jong volk zou beginnen op af
komen ?
't Moet een straffen toer geweest
zijn, ondanks al die zorgen, het hoofd
recht te houden en de menschen recht
in de oogen te durven zien. bezonders
als hij in café's, van sommige judassen,
steken onder water kreeg of als hij
. Zondags, lijk een koning, met zijn
hoogen hoed op, met zijn vrouw aan
den arm en zijn negen dochters als een
klein pensionaat vóór hem uit, naar
de hoogmis trok of er 's achternoens
een wandeling mee deed den tuiten
op. En peinzen daarbij dat hij zelfs
niet eens thuis, waar ze natuurlijk
niets wisten hoe 't met zijn boeken
gesteld was, de oogen kou laten zakken
en er aldoor den domineerenden Ge
neraal moest blijven !
Ja, wie mensch kon dat zeggen !
i Maar ja, toen kwam de oorlog over
het land on zie, lijk voor alle krabbers
was dat het geluk van den Generaal.
J 't Soldatenvolk waai mee de kleine
stad werd volgepropt kocht gauw zij
den winkel en zijn achterhuis leeg en
ioen alles goed en wel op was, begon
't bombardement, dat alleman en
iedereen hals over kop op de vlucht
deed slaan.
Precies lijk iedereen nam hij ook
de beenen. Eerst naar Engeland en
van daar naar Frankrijk. Waar hij
eigenlijk gezeten had, werd nooit ach- .
terhaald en nog minder wat hij er ver
richtte.
Eerst een volle jaar na den wapen
stilstand keerde hij terug in een auto
mobiel lijk er nog nooit een gezien was
en dat met zijn zakken vol geld.
Heel de stad viel bijkans omver van
't verschieten.
Hg was nog Veel generaalder dan ,
vroeger en spijtig was 't dat Jokske
Devries dood was, want wat, zou hij
nu niet verteld hebben l
Op de plaats van La Samaritaine""
liet hij zich een huis bouwen lijk een
paleis, alles van zworen arduinsteen
vol beeldhouwwerk en posturen, met
Toote, breede ramen van zwaar
spiegelglas en met boven de lage,
ronde deur, in een lijst van verguld
loof werk, als ware 't het middenpunt
van heel den gevel een groote,
ver-uitspingende logia lijk een kamerke van
glas van waaruit men de heele Groote
Harkt domineerde.
Nog was de rest van het huis niet
heelemaal in orde of daarin troonde
nu, dag in dag uit en zichtbaar voor
iedereen, in een gemakkelijken
clubfauteuil en met een tafelke vóór zich,
Menheer de Generaal, 's Morgens
even na den negen kon uien er hem
met een plechtstatigheid als was een
eeredienst zijn ontbijt zien nemen,
opgediend door een in 't zwart-en-wit
geuniformd kamermeisje, daarna ver
schenen er flesschen, sigarenkistjcs
en kranten ten behoeve van Mijnheer,
na den noen deed hij er zijn dutje
en kreeg er daarop 't gezelschap van
zijn vrouw of een dochter om wat te
spreken, en 's avonds gloeide er
gedempt een schemerlamp die noch
tans zijn figuur goed en duidelijk liet
zien van op de vier hoeken der Groote
Markt.
Slechts twee keeren per dagen
was 't glazen huiseken leeg: 's noens
als hij dineerde en tegen den avonds
als zijn automobiel vóórkwam en
hij zich naar zijn café's liet rijden.
Men voelde het, de Generaal nam
zijn wraak! En niet alleen zoo, maar
ook met zijn dochters alle negen.
't Sprak van zelf dat er nu jonkheid
genoeg op af kwam en dat in de eerste
plaats uit de stad zelf. Ze waren niet
mis de meisjes en daarbij dat geldeken!
Voor hoeveel miljoenen had hij hier
op de bank staan?
Doch allemaal kregen ze den bons
en al hadden de meisjes dan al
halvelings hun hart verpand, de Generaal
was onwrikbaar op dat punt.
't Waren vreemden: jonge
notarissen, doctors, rechters en brouwers uit
'fc omliggende die er een voor een mee
wegtrokken. En bruiloften dat het
telkens waren! Lijk voor prinsessen!
Op vijf jaar tijd waren ze alle negen
den huize uit.
God, dat waren triomfantelijke
jaren! Zijn dochters opgenomen in
de beste burgerij, en hij zelf, uur aan
uur, kunnen zitten uitpakken in
dat goudomlijst, glazen gevelhuizeken
en neer mogen zien op die krabbers
daar beneden hem! 't Maakte hem
zoo glorieus dat hij er dik en blinkend
van werd l
IV.
Maar ja, 't wordt gezegd, en 't staat
geschreven ook al, schoon'liekes duren
nooit lang.
Op een schoonen keer werd de
Generaal ziek. Do suikerziekte met
nog van,alles bij, zei men. Dokter
Peeters kwam er en ook zijn twee
schoonzoon-doktoors kwamen en ze
geboden hem het bed te houden. Hij
weigerde echter.
,,Of 'k nu in mijn bed lig, of'k zit in
niijnlogia,datistochprecieshetzelfde,"
zei hij'. En 'fc was slechts heel op 't
laatste en dan voor hun dreigementen
dat hij al zuchtend en kop-schuddend
toegaf.
Daarmee stond dièt glazen huizekes
leeg.
De menschen lachten verwonderd.
,,Zie eens!" zegden ze tegen elkaar.
Hij zit er ni-meer. Hoe is 't
Godsmogelijk, dat hij 't verdraagt! Let
eens op, als 't wat lang duurt laat hij
er zijn bed nog brengen! Zijn eigen
ni kunnen laten zien, hoe houdt hij
het uit!"
Vier, vyf dagen gingen voorbij
en 't nieuws over den Generaal was
aldoor slechter en slechter. Zelfs op
een morgen droeg Pastoor Cosijns
hem de laatste H. Sacramenten en 't
gerucht ging dat hij den avond niet
meer halen zou.
Doch zie, dienzelfden achternoen,
zonder dat iemand hem had zien ver
schijnen, zat hij toch weer in zijn
glazen huiseken, bleek weliswaar maar
toch heelemaal proper in fasjet, en
las er zijn kranten. En na die lectuur
lei hij zijn hoofd achterover en precies
\
Door donkere dagen
We dolen weer rond in de donkere dagen,
doch niemand herinnert zich duisterder tijd.
Depressie, malaise, ontslag en inflatie,
corruptie, restrictie, baisse-, hausse-speculatie,
failliet, surséance, bankroet, depreciatie,
steun, beurs-agitatie en loon-demonstratie,
conflict, moratorium, schuld, reparatie,
tarief, staking, bankschandaal, annuïteit,
ice krijgen advies en we geren adviezen.
tce pleiten voor eenheid en blijven verdeeld.
we hopen en icenschen en zuchten en klagen,
verbreken en ratificeeren verdragen, ' %
verwerpen en willen en icikken en wagen,
tce wankelen, leringen en schikken en schragen
en praten en plagen en vragen en dragen....
. .maar het. ia of een duivelacJie macht met ons speelt.
Ballonnen gaan op en ballonnen verdwijnen.
Een straaltje van hoop breekt eens door.... en verbleekt..
Een plan icordt be-juichd en be-raamd en be-floten.
Een redder staat op, wordt bekransd en verstooten.
Een zaak wordt beklonken, gesticht en gesloten.
Wc roepen om vrede en bloed wordt vergoten.
Vandaag blijkt een droom u-at ictj gisteren begrootten....
De ticijfel ontstaat vóór de tekst is gepreekt.
De tcaarheid van heden is leugen van morgen.
Wat nu positief lijkt.... blijkt morgen em gat.
We vechten om vrede en militarisme,
u-e loven en honen het nationalisme,
verwijten elkander geweld, defaitisme,
cg&is'-, fiscalis'', socialis'- idealisme..
en conservatisme.... en protectionisme. .
Een ieder weet alles en niemand weet u-at..
We hebben geen lijn en u-e hebben geen leidraad.
De richting, het stuur en de rem zijn v:e kwijt.
We racen en razen en botsen en slippen
en stoppen en icippen en hotsen en glippen.
met een vonk in het oog en het schuim op de lippen, .. .
De compasnaald draait rond op een schnnl vit n begrippen.
in woeste, krankzinnige artiviteit.
Wie is onze vriend, en uiie is onze vijand!
En waar is de norm voor moraal en beleid.'.
Waar moeten u-c heen en op u-at ons te richten!
?Waar veilige havens! Waar leidende, lichten?
Wie levert ons het vademaCum der plichten}
Hoe, regelmaat in de vencarring Ie stichten!
Hoe lekken te stoppen en galen te dichten!
..in dezen verlichten., onhcrichtendcn tijd..!
Halt., wc hebben houniftt. . Wat al moge re rkeeren :. .
de Tijd gaat sijn vaste, gestadige loop.
De uren, de dagen, de tceken. de jaren,
seizoenen en feesten.. se zijn als het icare
de zekere bakens op woedende baren....
We hooren den storm en uw zien de. gevaren..
En tee iceten slechts dat het toch ns moet bedaren..
Ontbreekt nog het uitzicht.... we hebben de Hoop.
Dus. dolende rond in de, donkere dagen.
waar vandaag nog gc-baisse'd wordt en morgen ge-hausse'd,
sijn de blikken gericht op wie wijzer dan wij zijn:
de wijzers der klok die geen oogenblik vrij zijn,
die nimmer iets willen en overal bij zijn,
die angstig noch droef, hoopvol, vreugdig noch blij z!jnt
die in geen conflict op de wereld partij zijn
maar stille genooten dit leven door.... Zij sijn
geen tickers ter beurze... . maar tikkers tot Troost.....
CHRONOS
lijk anders op dat uur nam hij er
zijn dutje.
Lijk een vuurke liep het door do
stad en velen die 't hoorden haastten
zich naar de Groote Markt om te zien.
Da's sterkt" zegden ze. Da's
dezen morgen bediend en nu zit hij
daar weer. Zelfs de dood houdt hij
voor den aap. Daar moet ge echtig
Generaal voor zijn!"
En geprikkeld, vergaten ze hun
werk en 'bleven, terwijl ze nog eens
zijn heel leven ophaalden,
bijeengetroepeld staan kijken, om hem zien
te ontwaken.
Maar neen, dat kregen ze, nu eens
niet te zien.
In de plaats daarvan verscheen er
almeteens zijn vrouw die zich over
hem boog, hem aandachtig bekeek
en .daarop, met een schok, naar
achter vluchtte. Seffens kwam zo
terug, omringd van heur drie meidon,
die even keken en sito ook weg liepen,
naar beneden, naar boven en met voel
geraas de rolluiken neerlieten van
het heele huis. ' '
Hij 's dood!"zuchtten de menschen
die het zagen en ze rilden van 't ver
schieten.