De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 16 januari pagina 2

16 januari 1932 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer van 16 Januari 1932 No. 285O f De lijdensweg der Herstelconferenties door Dr. M. van Blankenstein Lausanne in zicht In. deze maand nog moet te lausanne weder om een conferentie over de schadeloosstelling, die Duitschland volgens het verdrag van Versailles schuldig is aan de geallieerden, gehouden worden. Dit vraagstuk der herstelbetalingen doet ons eenigszins denken aan een stroom, die hoog in de bergen ontsprongen, zich naar de vlakte beweegt om daar in het zand te verloopen. Tijden lang stroomt hij door vlak terrein; dan komt er geaccidenteerd gebied en tenslotte een waterval die de massa op eens op veel lager peil brengt, een aanzienlijk stuk dichter bij het lage land waar de stroom zijn einde zal vinden. Zoo gaat het, met tusschenpoozen, sprongsgewijze naar omlaag, van cascade tot cascade. Die watervallen zijn in dit geval conferenties. De hoogte waarop de stroom ontsprong vormen de fantasiën van onmiddellijk na den oorlog, toen men van honderden milliarden schadeloosstelling sprak alsof die ooit mobiel te maken waren om van volk tot volk te worden uitbetaald. Politici, die hun volken moesten troosten en tevreden stellen spra ken beloften en eischen uit waarover bezonnen deskundigen slechts het hoofd konden schudden. Te Versailles hadden de geallieerden nog geen cijfers genoemd. Van Duitschen kant had men, zonder veel begrip voor de realiteit van dit getal, van honderd milliard goudmark gesproken. Even lichtvaardig als de Duitschers dit bedrag hadden geopperd hadden de anderen het verworpen. Voor l Mei 1921 echter moest, volgens het verdrag van Versailles, het totale bedrag van de schadeloos stelling zijn bepaald. Eerst moesten alle gegevens betreffende de schade verzameld worden. Bij het vaststellen daarvan ging men ongedwongen te werk; alle vermiste of vernielde dingen kregen een fantastische waarde, en zeer zeker was er in menig betrokken gebied voor veel meer waarde vermist en vernield dan er ooit had bestaan. Zoo kwam men tot de astronomische cijfers, die de wereld zoo lang in onrust hebben gehouden. Voorloopig echter ging men de realiteit uit den ?weg. Terwijl men van milliarden droomde perste men de eerste jaren slechts leveranties in natura uit de Duitschers. Dat ging moeilijk genoeg zoolang grondstoffen schaarsch en duur waren in de wereld. De eerste conferentie die bijeen kwam, was de conferentie van Spa in Juli 1920. Daar sprak men vooral over kolenleveranties. De Duitschers die nu hun. kolen niet kwijt kunnen, zullen zich thans nog moeilijk kunnen voorstellen dat hun vertegen woordigers te Spa zich zoo desperaat tegen de opgelegde hoeveelheden waaraan waarlijk nog voordeelen verbonden waren hebben verzet. Een bezetting door de geallieerden van het Roer gebied moest eerst heel dreigend worden voor de Duitsche delegatie toegaf. Voor het vraagstuk van de schadeloosstelling is de conferentie van Spa van blijvend belang ge bleken omdat daar de verdeeling van de betalingen door Duitschland is vastgesteld. ^ Na Spa begon de reeks van herstelconferenties die de watervallen vormden, waarlangs de ver plichtingen van Duitschland bij sprongen op steeds lager peil zijn gebracht. Het is belangwekkend die reeks te volgen. Men ziet dan de worsteling met een probleem, waarvan wij op dit oogenblik nog n!f* ..zi''n verlost> Ja« waarover de strijd des te pijnlijker en spannender schijnt te moeten worden GIDDING5 ITUYNENBURG MUYS 1CHILDEPS naarmate wij verder in de realiteit der dingen vooruit zijn gekomen. De deskundigen van alle groepen zagen zeer goed in hoe onmogelijk de voorstellingen waren waarmede de politici zich bezig hielden. Zij poogden dus tijd te winnen, voorloopige regelingen te treffen en een definitieve vaststelling van de schuld uit te stellen tot na een aantal jaren de wereld tot een nuchterder beschouwing dezer aan gelegenheid zou zijn gekomen en de staatslieden, die hun volken fantastische beloften hadden ge daan, misschien verdwenen zouden zijn. Door de grove schering der groote conferenties en bijeen komsten van staatslieden loopt dan ook voort durend een fijneren inslag van besprekingen van deskundigen, die steeds naar een voorloopige regeling door uit leeningen verkregen, stortingen zochten, en probeerden de staatslieden van overijlde beslissingen af te houden. Een dergelijke bijeenkomst, die er veelbelo vend uitzag, vond in December 1920 te Brussel plaats. Vol moed gingen de deelnemers, Franschen, Duitschers, Engelschen, Italianen voor de kerst dagen naar huis. Maar een ministercrisis in Frank rijk, onhandigheden van Berlijn, misverstanden enz. kwamen tusschen beide. Het einde was een conferentie der geallieerde staatslieden te Boulogue vroeg in 1921, waar Frankrijk zijn verlang lijstje openbaarde: 269 milliard goudmark, te voldoen in 42 annuïteiten. . In Maart 1921 zou dan te Londen de conferentie plaatsvinden met de Duitschers, waarin het bedrag van de schadeloosstelling definitief zou worden vastgesteld. De Engelsche financiers had den intusschen Lloyd George toch wel iets dui delijker gemaakt dan hem te voren was, dat men over volkomen denkbeeldige getallen aan het praten was. Lloyd George wilde dus het cijfer van Boulogne niet aanvaarden. Te Parijs vond nog een nieuwe bijeenkomst plaats, waar men het volgende plan opstelde voor Duitsche betalingen: De eerste twee jaar telkens 2 milliard, dan 3 jaar lang 3 milliard, 3 jaar lang 4 milliard, 3 jaar lang 5 mil liard en 31 jaar lang 6 milliard. Die betalingen van O milliard zouden dus in 1932 moeten beginnen. Het denkbeeld lijkt in het licht van de huidige omstandigheden werkelijk niet onvermakelijk. Men kwam op die manier tot een totaal van 226 milliard. Daar dit toch wel wat weinig was zou men bovendien 12 pCt. heffen van de waarde van den Duitschen uitvoer. Wilde Duitschland echter de eerste jaren meer betalen dan het verplicht was, dan kon het daarvoor een hoog redisconto krijgen. Er waren Fransche berekeningen, die de onmid dellijke waarde van het bedrag van 226 milliard op 53 milliard berekenden, waarbij met een rente voet van acht pOt. rekening gehouden was. De Duitschers antwoorden op dezen eisch met een aanbod van 30 milliard contant. Zij gingen daarbij van die 53 milliard uit, afgerond tot 50 milliard, en zij trokken dan 20 milliard af die zij beweerden reeds te hebben betaald. (De geallieer den schatten toen de waarde van het reeds ge leverde op 8 milliard). De Duitschers waren van plan die dertig milliard met behulp van een aantal leeningen in een reeks van jaren bijeen te brengen. Men moet zich haast afvragen welke van de beide partijen zich de wildste hersenschimmen maakte. Maar hoe hetzij, men werd het niet eens. Het gevolg was een ultimatum aan Duitschland, Zou Duitschland voor 7 Maart niet aannemen dan dreigde: Een bezetting van de steden Dusseldorp, Duisburg en Buhrort; inhouding van een gedeelte van de opbrengst van Duitsche waren in de ge allieerde landen ; in beslagneming van de Duitsche douaneinkomsten op de grens van het bezette gebied en inrichting van een douariegrens tusschen bezet en onbezet Duitschland. Duitschland nam niet aan en de dreigementen werden uitgevoerd. Intusschen is zoo van zelf een voorloopige toestand ontstaan. Duitschland doet in dien tijd vooral leveranties in natura, en heeft aan zijn eigen industrie de 50 pCt. van de waarde van haar uitvoer te vergoeden die b.v. Engeland van het door Engelsche kcoper verschuldigde afhoudt. De leveranties vinden een vreedzame regeling bij een ontmoeting te Wiesbaden in het najaar van 1921 tusschen Kathenau en Loucheur. Maar het kan daarbij niet blijven. In Januari 1922 komen de voornaamste staatslieden te Cannes bijeen. Lloyd George is er, Biïand, Kathenau. De stemming is uiterst vreedzaam, er is een algemeen streven om elkaar zooveel mogelijk tegemoet te komen. Briand begint hier /ijn carrière als vredestichter. Maar dit begin is in ieder geval voor hem zelf ongelukkig. Want Poincarébrengt hem in zijn afwezigheid ten val, roept hem terug. Van alle goede voornemens en vooruitzichten van Cannes komt niets terecht. In het voorjaar vindt de algemeene Europecsche conferentie van Genua plaats. De kwestie der schadeloosstelling staat daarbij niet op den voor grond. Maar door de financieele deskundigen, die de delegaties vergezellen, wordt zij ijverig be sproken, op grondslag van een plan dat het eerst opgedoken is in een ontmoeting tusschen den Duitscher Dr. Bergmann en Fransche deskundigen te New York in December 192!, toen deze des kundigen met Briand van de conferentie van Washington op weg naar huis waren. Weer staat een voorloopige regeling, die gefinancieerd zou worden uit een moratoriumleening", op den voor grond. De verrassing van het verdrag der Duit schers, met de Kussen te Kapallo gesloten, maakt echter aan al deze vooruitzichten een plotseling einde. De volgende conferentie vindt in Augustus 1922 te Londen plaats, tusschen geallieerde staatslieden. Poincaréis ervoor overgekomen. Frankrijk eischt nu Duitsche dominiale kolenmijnen en bosschen tot onderpand. Engeland weigert dit goed te keuren. De toon ter conferentie is wrang. Men wordt het niet eens. Engeland en Frankrijk zijn tot openlijk geschil gekomen over de schadeloos stelling. In December 1922 is er weer een geallieerde conferentie te Londen, waaraan zelfs Mussolini deelneemt. Men komt niet gereed, en in Januari 1923 zullen de besprekingen te Parijs worden hervat. Mussolini verschijnt daar niet meer; hij heeft zich merkbaar onbehagelijk gevoeld in de noordelijke atmosfeer. Bonar Law is dan Britsch minister-president. Met zijn onverzettelijke natuur verdedigt hij het Engelsche standpunt. Dit loopt op een conflict uit. Feitelijk gebrouilleerd gaan Franschen en Engelschen uit elkaar. Weinige dagen later weet Poincaréin de Commissions des réparations een meerderheid te ver krijgen die verklaart dat de Duitschers te kort geschoten zijn in hun leveranties. Engeland ont kent dat, maar staat alleen; Belgiëen Italiëstaan aan den kant der Franschen. Het is een geforceerd verschil. Want de gecon stateerde tekortschietingen zijn slechts zeer gering,. en ten deele zelfs van toevalligen aard. lïet kan nooit meer dan over een paar millioen mark hebben geloopen. Poincarédie geen andere bedoeling had dan den loop van zaken tegen Engeland te forceeren, begint nu zijn bezetting van het Roergebied. De Duitscheis bieden lijdelijk verzet, en het geheel loopt voor alle partijen uit in een financieele catastrofe en politieke verwikkelingen waarop niemand ge rekend had. Duitschland, volslagen uitgeput en oeconomisch uitgehold, moet capituleeren. Deze omstandigheid brengt Stresemann in Duitschland in de regeering. Dit loopt alles uit in besprekingen tusschen financieele deskundigen in het begin van 1924. van de z.g. Dawescommissie. Deze is samengesteld uit de naastbetrokken geallieerden benevens de Amerikanen Dawes en Owen Young. De com missie houdt besprekingen te Parijs en te Berlijn. Te Berlijn komt zij met de Duitschers tot overeen stemming. (Vervolg pag. 5) GARDE-MEUBLES DEN HAAG BATENBURG & FOLMER HUIJGENSPARK 22, TEL. 11030 BI III] ka Tariavvn-Varzorg ing Garantie

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl