Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 16 Januari 1932
No. 285O
Schilderijen: een veilige belegging
Herhaalde opwekking
Jf Ik heb niét langgeleden in het artikel, getiteld
Veilige Schoonheid", gewezen, naast het billijke
de schilderkunst en beeldhouwkunst te steunen
in dezen lastigen tijd, op het nut van dergelijk
steunen. Ik meen te kunnen vermoeden, dat dit
artikel reeds eenig gevolg heeft gehad en dat er
reeds n of meer menschen waren, die op te
loven wijze het schoone met het nut ver
bonden. Ik behoef hier niet te bevestigen.
dat ik zulk gevolg tot de aangenaamste dingen
?reken, die ik kan bereiken; altijd is het toch
zeldzaam, maar ook altijd is het verheugend,
te ervaren, dat wanneer de makers van
schoone voorwerpen (schilderijen en beeld
houwwerken) in de benauwenis zitten, dat
er Hollanders zijn van geestelijk fatsoen, die
ze gaarne uit die benauwenis halen en daar
door den blijvenden, geestelijken rijkdom
deinatie vergrooten; die, dubbel werk doende,
zich zelven niet verarmen, maar integen
deel dingen koopen, die veiliger zijn op den.
duur dan vele problematisch geworden
aandeelen en dergelijke papieren, die op de beurs
verschenen en verdwijnen voor goed. Het
kunstwerk is, wanneer het een kunstwerk!
is, blijvend; het is geen voorbijgaand of ver
dwijnend vermogens-bestanddeel om het zóó
eens finantieel-technisch uit te drukken. Er
was n voorbehoud in het vroeger artikel
en dit herhaal ik hier: zij, die anderen en
zich zelven op zoodanige manier tegelijk
willen helpen, moeten een kunshcerk koopen.
Dat is n der noodzakelijkheden, want anders
benadeelen zij de wezentlijke schilders, de
werkelijke beeldhouwers, en benadeelen zij
tegelijk zichzelven. Daarvan, van deze twee
voudige benadeeling, ben ik een onverbid
delijk tegenstander. Ik heb te grooten zin voor
het werkelijke (in geestelijken zin) om een
verkeerde handelwijze in deze te kunnen
waardeeren. Wij naderen dan tot en begeven
ons in een philanthropie, die voor een ander
genus is aangewezen, en door corporaties
moet worden uitgeoefend, bij wien de
nietkunstenaar evenveel geldt of meer dan de
kunstenaar. Dat laatste is een noodzakelijke
sociale zorg, maar hier in deze kunstrubriek
worden van zelve zij verdedigd, wien de
schoonheid tot een noodzakelijke,
onomgaanbare uiting is. Ik weet, dat er velen zijn, die
van brood" alleen leven en wien de uitingen
van den geest gemakkelijk onverschillig laten.
Dat is misschien zelfs de meerderheid, maar
duidelijk wordt dan ook opeens, dat bij den geest
deze meerderheid-van-stemmen niet geldt en
nooit gold noch zal gel
den. De geestelijke rijk
dom van een land is steeds
de daad en de voortbreng
selen van betrekkelijk
weinigen. Daar ontstaat
zij, daar gebeurt zij ; van
daaruit zijn wij rijk of
arm tusschen de naties.
En zij zijn het, die voort
brengers, wier werken
eeuwige rente dragen.
Het is immer onjuist, dat
alleen het technische een
land verrijkt of verarmt.
De schoonheid verrijkt
onophoudelijk,
voortdurend. Wie kent de landen
niet, waarheen duizenden sinds eeuwen trekken
om te zien wat de kunstenaar na-liet? Het ver
blijf in zulk land beteekent een voortdurend
vernieuwd inkomen voor dat land. Wie dit, wat
onweerspreekbaar is, tot bewustzijn kwam, moet
in den nood den kunstenaar steunen. Wie dat
doet, vermeerdert voor goed het inkomen van zijn
land zonder zichzelf te kort te doen. Laten wij
dus ook nu dit niet vergeten, en daarom is het
plicht ook thans te koopen. P] ASSC11AERT
Do Kunstmarkt In 1931
Eat more fruit ! is een Amerikaansche slogan.
Koopt meer schilderijen" een even gerechtvaar
digde Hollandsche, thans door De Groene" op
sympathieke wijze naar voren gebracht!
De volgende korte notitie over de Kunstmarkt
en de koers-beweging op de groote Internationale
Kunstveilingen van 1931, moge de Veilige Schoon
heid "-campagne van dit blad even komen onder
steunen. . . .
In het algemeen dan valt, dit voorop, van die
kunstmarkt in het afgeloopen jaar te zeggen, dat
het aanbod van grootere collectieve", zoowel als
Henri v. d. Velde Stilleven
Aangekocht door bemiddeling van de Groene Amsterdammer
aparte" waarden in de eerste helft van het jaar
reeds aanzienlijk terug liep; in liet najaar, toen de
crisis zich had toegespitst, hield het in zulk een
mate op, dat het in vele gevallen zelfs kleiner werd
Het is erg prettig om bewijzen van instemming en welwillende 1oetje.ne.yen hoofdknikken in ontvangst
te nemen, maar daar moet het nu toeh, oprecht gezegd, niet bij blijven. Wat noodig is en het is in uw
eigen belang en het is uw eigen voordeel ----- is een daad ! Nu is ile tijd daar om uw theoretische instemming
praetischen vorm te geven. Koopen, koopen, koopen ! En de beste stukken. Verkoop desnoods bedrukte
stukken ivaarran ge op het oogenblik kunt zeggen: zooveel is het vod nog waard, hoeveel hel over drie
maanden zijn zal is niet met zekerheid te beweren; en koop daarvoor kunstwerken van jonge lerende scli ilders
en beeldhouwers, die een reëel bezit vertegenwoordigen en irt/arvan de waarde alleen maar kan stijgen.
Er zullen verschillende lezers zijn die vrat/en: maar wat moet ik koopen en tegen welken prijs! Hun
verleenenwijgaarne onzebemiddciing. De Groene Amsterdammer, geadviseerd door de beste en onverdachtste
deskundigen, is bereid om moderne kunstwerken voor derden aan te koopen en zij stelt zie/i voor van die
aankoopen verslag Ie doen in tekst of reproductie en zoodoende anderen op te wekken te loven voorbeelden
te volgen. Het is ons een bijzonder genoegen hierbij een reproductie van den eersten aankoop te geven en
wij hopen, dat wij wekelijks een of meer van dergelijke aankoopen kannen si gnalce ren.
RKDACTIK
dan de, ook toen nog hier en daar bestaande vraag.
Dit verschijnsel wijst er op, dat het ..schilderij "
nog steeds beschouwd wordt als een beleggings
object van den eersten rang, dat men vertrouwt
en dat men niet, in paniek-stemming, aanstonds
tegen eiken prijs" tracht te spuien !. . . .
Maar het merkwaardigste en belangrijkste feit
van het geheele afgeloopen veiling-jaav was wel
dit: dat niet alleen het werkelijk onbeslrcden eerste
klas Meesterwerk zijn prijsniveau handhaafde,
maar dat ook het in tijden van hoog-conjunctuur
dikwijls zeer veronachtzaamde middelsoort werk",
zoow'el op veilingen als in den vrijen kunsthandel,
een ruim afzetgebied behield, ruimer dan men kon
vencachtcn!
Vooral in dit laatste feit ligt m.i. een stimulans
voor thans al te angstig geworden aspirant-koo
pers ! Zij toch kunnen, met dit feit voor oogen,
niet een gerust geweten tot het verwerven van ook
eerste klas modernen overgaan, omdat, ook al zou
het betrokken werk later, in de waardeering van
een'' volgend geslacht, naar een wat lagere I. lasse
verhuizen, de waarde toch tot op behoorlijke
hoogte, gesecureerd blijft!
Ten overvloede zij medegedeeld, dat ik der
in bovenstaande notitie opgestelde conclusie
uit het koersverloop op do Kuristmarkt-1931.
niet zóó maar, pour besoin do la cause" uit
mijn mouw heb geschud, maar dat zij steunt
op de feitelijke gegevens onlangs over die
markt, door dr. J. I. von Saxo, in het,
ondelzijn redactie staande blad Die Weltkuiist",
gepubliceerd. (-N'r. I, Vle jaargang).
A. E. VAN DKX TOL
Sint Lm-tis: in liet Stedelijk Museum,
te Amsterdam (Xotities)
Eigentlijk moest een schrijver over kunst
werken zijn besprekingen met een bepaald
merk merken, waardoor onmiddellijk aan d en
lezer der besprekingen bleek welken indruk
in het algemeen de tentoonstelling op den
kritikus b.v. maakte en mot welk inzicht dus
de opmerkingen etc. van dien kritikus moesten
worden aanvaard. Daardoor zou velerlei ver
warring worden voorkomen en veel helderheid
zou zijn gewonnen. Maar er is, onder meer,
n groot bezwaar: een tentoonstelling van
verschillende schilders etc. kan zeer ongelijk
zijn, en gaaft go ha,ar dan toch een bepaald,
tevoren afgesproken merk, dan zouden daar
door do goeden kunnen lijdon of de slechten.
onverdiende baat vindon. Toch kan ik wel
zeggen, dat in het algemeen deze tentoon
stelling van Sint Lucas niet met het merk
der boste tentoonstellingen ooit zou worden
gesierd on dat er zelfs een aantal werken
hier te vinden zijn, die ons doen verbazen
over oen ongestoorde, onverstoorb're rust.
waarmoe de makers zich in dezen tijd durven
vertoonon, en waarmee zij iets maken, dat
vermeden had hooren te worden. Ik zal daar
om met enkele, snelle, notities over enkeion.
volstaan. Kr is ongetwijfeld een hoeveelheid
psychologie in de kleine teekeningotjes naar
menschen dooi' Lizzy Ansingh. Ik heb haar
zicht op menschen meer dan eens getypeerd
en zelden overwint daar do teederheid het
ironische of hot sarkastisohe. maar toch: beide
vindt ge op levendige wijze in het werk. Een
stilleven als Xo. 13 van 3tej. A. C. van dor Berg
geeft minder dan zij meestentijds is; hot portret van
K. Bonnet kan
gemakke" lijk worden gemist in zijn
werk. 11. F. Boot is een
nimmer groot maar toch
steeds persoonlijk werker
(zie zijn naakt 27). Twee
otseii (39, 10) va.n Van.
Duffelen merkt ge hier
op. In (!ordes teokeningeii
naar kerk interieurs her
innert go u Haverkamp'»
nauwkeurigheid, die geen.
bloesem droeg; Iliilshoff'
Pol is beter in het ge
schilderd werk. .Jurres'
paarden in de boerderij
_.. - ] hebben oonigo
wozeiitlijkheid; de teekenhig van
's vissohovs is oen toekoning, waar
gemacht in erkent. Kort's An
der kleuren een der
Holaud Koning
geen psychologische
turiuni is in den hartstocht
bijblijvende werken, op St. Lucas (III);
Mackeiizie's l Ui wordt hier toch vermeld, evenals Sint
(Uoud van Bart Poizol (134) een levendig notitie-tje.
Schulrnan's zwart-en-wit landschappen zijn vrij
lenige impressionistische weergaven (UiO Etc.)
een stilleven van Mej. Surie heeft klank in do
kleur. Een portret van Mevr. Westendorp -Osieck
is niet zóó volstrekt als een dergelijk portret van
Teixeira steeds is, maar haar etsen naar
gevelsteenon (191) zijn afzonderlijk te vermelden,
zij is daar thuis, en is daar, eigenaardig, te waar
deeren. Westerman, I lamstra en J. Maris moet;>ri
nog genoemd. PLASSCIIAERT