Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 13 Februari 1932
No. 2854
De Ontwapeningsconferentie
door Dr. M. van Blankenstein
Het Fransclic plan.
De diplomaten zitten in groote verlegenheid
met de ontwapeningsconferentie, waarmede zij
niet weten wat precies te beginnen. Maar vandaag
verschenen in de zaal van de algemeene vergade
ring in lange rijen geloovigen, hopenden en eisenen
den als overbrengers en overbrengsters van
petitionnementen. In den stoet, dien men terwille van
het decorum bescheiden van afmetingen had
^gehouden, vormden de vrouwen de meerderheid;
daarin waren echter ook mannen die in den
politieken strijd vergrijsd zijn, oude practici als de
Belg Vandervelde, die als vertegenwoordiger
der tweede internationale sprak, en als Lord
Róbert Cecil of Chelwood, wiens stem ter confe
rentie moest worden gehoord al had hij zich niet
beschikbaar gesteld voor het lidmaatschap der
Britsche delegatie, geleerd als hij heeft uit zijn
ervaringen als lid der Engelsche vertegenwoordi
ging op de Vlootconferentie van Genève in 1927.
toen zijn naam moest dienen om een politiek te
dekken die allerminst een ontwapeningspolitiek
kon worden genoemd. Het is niet onbegrijpelijk
?wanneer hij, die de voorgeschiedenis en de omstan
digheden van deze conferentie zoo intiem kent.
van meening is dat een voorvechter der vredes
beweging als hij, op deze conferentie allerminst
?eer kan behalen.
De vrouwen brachten de klank van het idealisme
in de zaal, dat geen politiek streven kan ontberen.
maar dat in die zaal al te vaak of vergeten wordt,
of in onsmakelijk gcconfijten vorm wordt opge
diend. De mannen spraken ten deele anders.
Vandervelde liet een krachtig, soms dreigend
geluid hooren, voor het geval de conferentie
baar taak niet naar behooren zou volbrengen
en het gevaar zou opdoemen van nieuwe oorlogen.
Bewust trad hij meer als vermaner op dan als
indiener van een smeekschrift. Op het secretariaat
was men eenigermate geschrokken van zijn woor
den, toen men daar te voren inzage van gekregen
had. Hij had een ongezouten oordeel in zijn rede
ingevlochten over het optreden der Japanners
in China; dat had hij er op verzoek van het
secretariaat Weer uitgelaten. Hij is tenslotte ook
minister geweest, zelfs minister van buitenlandsche
zaken, en dient dus te weten wat men zeggen
kan en wat niet. Maar geweigerd had hij gehoor
.te geven aan het verlangen om ook niet over
Duitschland te spreken en over het recht van
Duitschland, dat de anderen hun
bewapeningzouden aanpassen aan het peil waarop Duitschland
door het vredesverdrag gebracht is.
. \ Bijzonder krachtig klonken ook de woorden
y.an een Am.erikaaiit?ch student die namens vele
tienduizenden Axjaerikaansche en Engelsche stu
denten sprak. Hij vertelde van den geest die er
eerschte onder."deze studenten, hoe hun
gemoedel<enr tegen he^/ denkbeeld, dat een nieuwe oorlog
ap^; kunnen-uitbreken', in opstand kwamen. Het
jtsi d^; moeite waaid eeltige van zijn uitlatingen
aan te halen:
'. >, Wij vechten in de letterlijke beteekenis van
het woord voer, phze.levens. Het is mijn generatie
die geroepen zal zijn alles wat wij in het leven de
flioeifëwaard vinden op te geven om
schietchjjven te wprden voor machinegeweren en slacht
offers van d« nieuwste soorten van giftig gas.
Het is mijn generatie waarvan verlangd zal
worden dat zij het beste van de menschelijke
cultuur, misschien de beschaving zelf vernietigt,
om-redenen, waarvan toekomstige historici zullen
ontdekken dat zij op dwalingen berustten, als
zy niet .uitermate dom of zelfs boosaardig waren.
,; In. ziekeren zin bied ik meer een ultimatum aan
dan een verzoekschrift. De studenten, die ik
yejtegeawoordig, zullen critisch de handelingen
der conferentie volgen. Want achter uw bespre
kingen, staat, op ons neerstarend, het spooksel
van den .dood. Wij verlangen te leven en in vrede
te Ie ven."
Dat waren duidelijke woorden, en woorden die
niet nalieten indruk te maken.
Deze optocht en deze redevoeringen van buiten
staanders behandel ik met opzet het eerst, omdat
zij het eerste waren dat ons in een vergadering
eraan herinnerde, dat een hoogst belangrijke
conferentie gaande was. Verder is de eerste week
vrijwel verloren gegaan met stroef verloopende
formaliteiten tot het vormen van een bureau
en van een reglement. Eerst Vrijdagavond is er
beweging in de conferentie zelf gekomen door
een schriftelijk ingediend Fransch voorstel, dat
het groote voordeel heeft de ongeveer
zestigdelegaties, die zich zullen laten hooren. een houvast
te geven voor hun beschouwingen.
Het denkbeeld dat aan het Fransche plan ten
grondslag ligt is niet nieuw: Het bepleit een inter
nationalisatie van de burgerlijke luchtvaart.
Verder is het plan een omschrijving van het
bekende standpunt der Franschen, dat
ontwapeningeerst zal kunnen plaats vinden als de mogendheden
elkaar voldoende waarborgen zullen hebben ver
schaft van hulp ingeval zij worden aangevallen.
Sedert het einde van'den oorlog heeft dit vraag
stuk voor Frankrijk op den voorgrond gestaan
onder al zijn desiderata. Bij de vredesonderhande
lingen heeft het beloften van die strekking van
President Wilson en Lloyd George gekregen: zou
Frankrijk ooit door Duitschland worden aange
vallen dan kon het rekenen op den bijstand van
de twee .Angelsaksische rijken. Weldra bleek
echter dat Wilson zijn belofte niet zou kunnen
houden, omdat het Amerikaansche Congres er fel
tegen gekant was. Toen moest ook Lloyd George
zich terugtrekken. Van dat oogenblik af werd
de Fransche politiek heheerscht door een gevoel
van onzekerheid tegenover de Duitschers. De
Volkenbond, die' eerst te Parijs met de grootste
scepsis was begroet, - werd voor de Franschen
weldra hoop en betrouwen: door den Volkenbond
zou Frankrijk nieuwe gewaarborgde bescherming
verkrijgen. Deze politiek scheen te hebben gezege
vierd toen in 1924 het protocol van Genève tot
stand kwam dat den oorlog buiten de wet stelde
en den aanvaller in een gewapend conflict tot een
misdadiger verklaarde, die met hulp van alle
anderen tot reden moest worden gebracht.
Dit protocol echte» is door de voornaamste
mogendheden nooit geratificeerd. Vooral de Engel
sche regeering, die het Labour kabinet van 192-1
had opgevolgd, bleek-niet bereid dergelijke ver
plichtingen te aanvaarden. Trouwens, het verzet
van de dominions zou zelfs het eerste ministerie
van MacDonald gedwongen hebben, zijn
toezeggingniet gestand te doen. ;
Daarop heeft Frarïkrijk, ten deele wel als
vergoeding van den .iant van Engeland, het
merkwaardige verdrag;van Locarno gekregen. De
ongerustheid der Fraiïschen tegenover Duitsch
land heeft echter dit verdrag niet kunnen opheffen.
Frankrijk is wantrouwig gebleven. Steeds door
is het een overeenkomst L in den trant van het
protocol van 1921 blijven eischen.
Dit verlangen van Frankrijk heeft door de jaren
heen grooten invloed ^uitgeoefend op de voorbe
reiding van de ontwapeningsconferentie, die vol
gens artikel 8 van het? hand vest van den Volken
bond zoo spoedig mogelijk zou moeten worden
gehouden. Frankrijk had als leuze gekozen:
Arbitrage, Veiligheid, Ontwapening. Deze leuze
gaf de volgorde aan waarin de ontwapening naar
Fransche opvatting tot stand zou moeten komen.
Lijnrecht daartegenover stond de Engelsche
these. Engeland kon de veiligheid van Frankrijk
niet waarborgen, en toch wilde het geen afstand
doen van de ontwapening. Daarom pleitte het
tegenover de Franschen in dezen trant: Als gij
begint te ontwapenen neemt het vertrouwen in
de wereld toe. Door dit begin zal de veiligheid
u van zelf ten deel vallen."
Nog staan deze opvattingen tegenover elkaar,
en die tegenstelling heeft zijn stempel gedrukt
op het voorstel dat Tardieu bij de conferentie
heeft ingediend. Het eischt van de groote mogend
heden, dat zij hun militaire middelen ter beschik
king van den Volkenbond stellen om den aange
vallene daarmede te hulp te komen. Frankrijk
bepleit het. scheppen van een Volkenbondsleger,
waartoe het zelf middelen, zij het slechts bescheiden
middelen, aanbiedt. Dit leger zal als politieleger
de orde moeten handhaven in de wereld, en alle
onrustige elementen zoo noodig tot rede moeten
brengen.
Frankrijk gaat van een zeer juiste gedachte
uit. Het zegt: Wij moeten eindelijk een keus
doen tusschen een Volkenbond, die machteloos
is omdat ieder op zijn eigen souvereiniteit staat
en in zijn beslissingen niet van anderen afhankelijk
wil zijn; of een Volkenbond die over krachtige
autoriteit bescl'ikt en orde kan brengen in de
wereld.
Het zwakke punt in de positie der Franscheu
is, dat hun wensch naar internationale waarborgen
voor hun veiligheid op het oogenblik geen kans
heeft op vervulling. De Engelschen b.v. worden
reeds schuw bij het denkbeeld alleen. Zou daarop
iedere maatregel van ontwapening-moeten wachten.
dan is van deze conferentie niets te hopen. Toch
is wel degelijk een belangrijke mate van ontwape
ning mogelijk, zonder dat een onderlinge afspraak
in den trant van het protocol van 1921 wordt
verkregen. Dat weten wij uit hetgeen de
vlootconferenties van Washington en van Londen
in 1922 en in 1930 tot stand hebben gebracht.
Frankrijk echter schijnt niets te willen loslaten,
schijnt zelfs zijn onverzettelijkheid als pressie
middel te willen gebruiken om van den Volken
bond waarborgen los te krijgen een pogen dat
tot mislukking gedoemd is.
De Fransche politiek ter conferentie heeft nog
een ander zwak punt: Dat bestaat daarin dat het
memoi andum van Tardieu al te eenzijdig berekend
is op de Fransche belangen. Het lijkt bij uitstek
geschikt om de Duitschers weerbarstig te maken,
beperkt niet alleen de vrije beschikking over
verkeersvliegtuigen maar zelfs de vrije fabri
cage daarvan. De Duitschers zullen natuurlijk
zeggen dat zij niet een maatregel tot
ontwapeningkunnen goedkeuren, die hun de laatste vrijheid
ontneemt tot aanmaak van dingen die voor
oorlogsdoeleinden kunnen dienen, terwijl al het
andere, waarover ieder volk kan beschikken hun
verboden of slechts in klein rantsoen toegekend is.
Dit plan is waarlijk te eenzijdig en te doorzichtig
opgesteld. Het is te meer te betreuren, omdat het
goede bepalingen bevat tot bestrijding van hel
gebruik van het luchtwapen tegen de burgerlijke
bevolking. Deze bepalingen moeten voor Engeland
bijzonder aantrekkelijk zijn daar het er
beschermingin kan vinden juist tegenover Frankrijk. Werden
deze bepalingen van kracht dan lag Engeland
weder veel veiliger achter het kanaal. Maar.
zooals gezegd, het geheel heeft zoo in de aller
eerste plaats en zoo in het oogloopend ten doel de
positie van Frankrijk tegenover Duitschland te
beveiligen, dat daardoor alleen de kans op ver
wezenlijking zeer is verminderd.
De malaise, die het begin van de ontwapenings
conferentie kenmerkt, is voor een niet gering
gedeelte toe te schrijven aan de gebeurtenissen
in Oost Azië. Deze konden inderdaad niet onge
legener komen dan op dit oogenblik. Zij bewijzen
welk een beteekenis het recht van de sterkste
nog heeft in de wereld, en hoezeer de zwakke
gevaar loopt aan zijn lot te worden overgelaten.
Het moge waar zijn dat de omstandigheden in
Oost Aziëbuitengewoon ongunstig zijn voor liet
verleenen van hulp. Desniettemin brengen deze
gebeurtenissen velen aan het denken op een wijze.
die voor het slagen van- de ontwapeningsconfe
rentie niet anders dan schadelijk kan zijn. De
verdere loop van deze aangelegenheid kan grooten
invloed uitoefenen op de gebeurtenissen van
Genève. Maar juist omdat men beseft hoe ongunstig
de omstandigheden zijn, en dat er altijd nog een
kans is op verbetering, gaat men met bijzondere
langzaamheid te werk.
Zelden is een conferentie onder ongunstiger
omstandigheden geboren, en zelden ook heeft
een pasgeboren conferentie zoo weinig levens
kracht vertoond. Mogen wij later beters daarvan
kunnen vertellen.
Genève, Februari.
GARDE-MEUBLES DEN HAAG
BATENBURG & FOLMER
HUIJGENSPARK 22, T E t. 1 1 O 3 O
Bllllika Tarlavan- Varzorg Ing Garantie