De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 13 februari pagina 6

13 februari 1932 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer van 13 Februari 1932 No. 2854 Engelsche li A * door Evert Straat Edgar Wallace Na een honderd vijf tig romans, een serie tooneelstukken en een ongeli miteerd aantal verhalen te hebben gedicteerd, is Edgar Wallace gestorven op het oogenblik dat hij door Holly wood te hulp was geroepen orn het nijpende tekort aan film-scenario's met zijn vindingrijkheid en fameuze werkkracht te dekken. In een der laatste Graphics zagen wij hem nog afgebeeld in zijn nieuwe omgeving: een ?athleten-figuur in een kamerjas, voor hem een dictafoon, achter zijn rug een bibliotheek, tusschen zijn vingers de bekende, alle lengterecords slaande cigarettenpijp: de fabel-fabriek gereed voor gestadige productie. Thans zullen zijn millioenen lezers moeten uitzien naar een anderen bevrediger van hun leeshonger. Wallace was een wonder. Hij kon een roman maken in drie dagen. Hij dicteerde vlotte, geestige dialogen met het gemak waarmee een zaken man zijn post behandelt. Intriges van elke gewenschte ingewikkeldheid dacht hij uit a la minute. En hij wist tot op het procent af, welk mengsel van sensatie, erotiek en nuchtere zakelijkheid het grillige, vermoeide publiek noodig had. Zoo werd elke nieuwe Wallace een reclame voor de volgende. Een enkele maal week hij af van zijn, overigens zorgvuldig naar den wisselenden smaak gevarieerd recept. Dan schreef hij een goed boek, dat verwoede litteratoren, die hem haatten als hun erfvijand, be droefd maakten over de verkwisting van zooveel talenten aan de bediening van een meer dan mediocre publiek. Ik noem als voorbeelden Chick", een allerdwaaste geschiedenis, The Mind of Mr. Reeder", een voortreffe lijke detective-roman en de Sandersserie met den onbetaalbaren Bones en den onmogelijken Bosambo. Maar na zoo'a uitstapje in het grensgebied der echte, schoone letteren leverdo hijjweer haastig!ijk zijn standaard product af, dingen als The Golden Book of Power", Four Just Men" en andere brouwsels. , t Laat ons echter bedenken, dat hij volkomen het recht had, een roem, die hem rijk met aardsche goederen zegende, te prefereeren boven de dubieuze kans, als ernstig romancier zijn dood nog een tijdje te overleven. Millioenen heeft hij uren van ontspan ning geschonken; voor talloozen was hij de gids naar een droomenland, waar ze hun schoonste wenschen ver vuld zagen. Zeker, daartegenover staat, dat hij een niet to schaftten massa voor altijd afkeerig heeft gemaakt van alle lectuur die inspan ning eischt. Maar er zou over te twisten zijn, of dat een schade voor de menschheid is.... ' Lnuis Gold ing, Magnolia Street. ]/<>ndfii. Victor Gallancz. De uitgevers van dezen uitgebreiden roman hebben een goudader aange boord. Op de keerzijde der titel pagina staat met lapidaire soberheid een wereldrecord geregistreerd, dat ontzag inboezemt: ..First published Jamtary 8th 1932. Second impression January \\th 1932. Third impressian January }2th 1932. Fourth impressicn January Hth 1932 ". Blijkbaar kan Engeland gerust zijn. Wat er ook met pond en Empire gebeurt, Louis Golding met de leessport is het in arde, er zijn nog duizenden Britten, die een pil van zeshonderd bladzijden binnen vierentwintig uur kunnen verwerken, ,.Brittania rules the waves. ... of print" en de Amerikanen, de Duitschers en onze eigen Klop op de Deur hebben het nakijken. : Een record is ook het aantal menschen, wier lotgevallen in dit boek worden verteld. Het zijn er over de honderd. De meer en meer gebruikelijke familieroman is met stukken geslagen; Golding had ruimer armslag noodig en nam een heele straat. Een straat in een achterbuurt van een der groote industriesteden: Magno lia Street, Doomington, North Coun try. Propvol met menschen en huizen en winkels en een kroeg. Hij begint met de nauwkeurige inventarisatie van Magnolia Street-in-1910, be schrijft vervolgens de situatie zoo als zij geworden is in het jaar 1916 en maakt in -1930 balans op. Als achtergrond dient een Europa dat in 1910 hard werkt en niets vermoedt, in 1910 vecht en in 1930 een kater heeft. In het verschiet Amerika, dat den arme lokt als het beloofde land. En om de zaak een beetje te compli ceeren, brengt Golding spanning in zijn straatje door de evenzijde met Joden, den overkant met (Christenen te bevolken. 'Ken zoo breede opzet maakt ..MagDOOF? Hiervoor bestaat een prima hulpmiddel, DE ACOUSTICON Vraagt ons gratis boekje Goed nieuws voor hen die doof zijn." ACOUSTICON MIJ. NIEUWE PLEIN 34 A H N H E M. Kent gij Montenegro? Kent gij Athene? Kent gij Constantinopel? Van 1 Juni a.s. tot 20 Juni maken wij een schitterende rondreis met het 17000 ton groote s.s. Kraljica-Marya der Kon. Jougoslavische Lloyd naar DALMATIËMONTENEGRO?CORFU?ATHENE en CONSTANTINOPEL. Treinreis heen en terug van Amsterdam naar VENETIË. Reissom alles inbegrepen, trein He klas, boot Ie klas, excursies, fooien, etc. etc. gld. 7OO. Vraagt programma aan de vert. der Jougoslavische Lloyd. GEOGRAFICAL CONDUCTED TOURS. Zandv.laan 6, Heemstede. VICTORIA-WATER Uiistekt nd te te vermengen OBCRLANMSTCIM met whisky of cognac nolia Street" tot een wel zeer ambi tieus werk er word kennelijk een klein epos bedoeld. De uitgevers gewagen van ,,a saga of the working class in the 20th century" en het is alleszins waarschijnlijk, dat Golding zoo iets heeft willen bereiken. Hij beschikte voor zijn taak over een in een half dozijn romans getraind e schrijf techniek, een benijdenswaardig talent voor het creëeren van scherp gety peerde sujetten in allerlei variaties, een frissche humor en een warme. gevoelige menschelijkheid, welke zoo vele kleine zielen uit zijn straatje ook voor den lezer boeiend en belang rijk maakt. Tenminste aan den Joodschen kant; de goyim komen er over het algemeen niet goed af. Maar hij miste het wezenlijke vermogen van den epicus: de gave, alle onderdeelen tot een eenheid te smeden, welke meer is dan de bloote som van een groot aantal op zich zelf voortreffe lijk uitgebeelde episodes. Het duide lijkst blijkt dit gebrek in het derde boek, waarin zooals gezegd, de balans van al het voorafgaande wordt opge maakt en Golding zijn uiterste best doet, nog n maal de levens van dozijnen menschen samen te smelten tot het Abele Spel van de Straat genaamd Magnolia. Het lukt hem niet, hij is te ingenomen met den ouden Itabbi en de roodharige uit de groentenwinkel en de vrouw van den politieagent en den Joodschen bokskampioen om ze met de tallooze anderen als eenheid te zien; de Straat, die de eigenlijke held van zijn boek moest zijn en boven de indivi duen uit een tastbaar, vleeschelijk wezen moest worden, valt bij her haling uiteen tot een heterogene ver zameling van toevallig bij elkaar wonende menschen. Kort gezegd. wat Ina Boudier-Bakker om in eigen land te blijven binnen de enge grenzen van een straatje' in Vianen heeft gekund, is Golding tv machtig gebleken. Veel hechter is het tweede boek. Dank zij liet sterke bindmiddel van den oorlog, niet aan het front, maai1 zooals Magnolia Street hem beleeft, worden vreugde en leed der achter geblevenen, hun angsten en onmacht en uiteindelijke berusting de emoties van een gesloten groep, een gemeen schap waai in bij alle verscheidenheid van lot de leden organisch opgaan. Het is mijns insziens het best ge schreven en boeiendste deel; wat er met de waschvrouw. den schoenmaker. het mooie jodenkind met haar goy gebeurt, wiadt plotseling symbool van een grooter leed, dan hun indivi dueel beschoren is; de brieven van het front gaan de heele straat aan en de soldaat met verlof wordt inge haald als de verloren zoon van Magno lia Street. Intusschen. zullen velen liet eerste boek hooger stellen. Het is een brillante wapenschouw van alles wat in Golding's straat leefde en streed in die onbegrijpelijk verre jaren van voor den oorlog. In een bonte rij passeeren heele gezinnen met hun vele zorgen en kleine verwachtingen. met hun grootvaders, kinderen en huisdieren de revue. Golding schept een aanstekelijk behagen in kleurige details en schudt de markante types en boeiende situaties bij bosjes uit zijn pen. Doch hij maakt voor mijn gevoel een kardinale fout: hij is niet onpartijdig. Links wonen de Joden, rechts de Christenen. De spanning welke tus schen hen bestaat is vooral in het eerste boek het hoofdthema, dat zich in Golding's handen oneindig laat varieeren. Maar onmiskenbaar voelt de schrijver zich slechts thuis op de linkerzijde. De Joden hebben zijn volle liefde; hij kent ze, koestert ze, wordt sentimenteel over hun Sabbath en Grooten Ver/.oendag en bedeelt ze bijna zonder uitzondering met een prijzenswaardige edelaardigheid. De Christenen worden stiefmoederlijk be handeld en maken een slecht figuur. Is het toeval, dat de gemengde huwelijken, die hij ons toont, mis lukken door de snoodheid van liet Christelijke element en een succes blijken dank zij de groote kwaliteiten van het .lodiische? Ik heb er vrede mee, maar vraag mij opnieuw al'. waarom .loodsche schrijvers nimmer kunnen nalaten, steeds weer do uit verkorenheid v;m hun volk te propageeren.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl