Historisch Archief 1877-1940
Een scène uit Zwei Krawatten", opgevoerd door de Haarlemsche Tooneeklub
Dramatische Kroniek
door Henrik Scholte
Haarlemsche Tooneelclub: Zwei
Krawatten" van Georg Kuiser
Er schijnen menschen te zijn, die hun kerstfeest
in Juli vieren, omdat de kerstboomen dan
goedkooper zijn. Het tooneel, dat het heele jaar dooi
de lichtjes aan moet hebben, doet ongeveer het
zelfde, wanneer het in de hondsdagen deugdelijke
stukken wil spelen, en onze voorvaderen zouden
er dunkt me geen been in gezien hebben om de
,,Gijsbrecht"-traditie desnoods naar l Augustus te
verplaatsen. Nu heeft men wel sinds jaar en dag
allerlei min of meer geslaagde zomerkluchten, maar
een geheel eigen repertoire, door
eersteklas-schrijvers geschapen voor de ,,a-tooneele" maanden,
krijgt pas in de laatste jaren burgerrecht. Men moet
daarvoor wel leentjebuur spelen bij de kunsten.
die in het volle seizoen de felste concurrenten
zijn: bij film, revue en operette en niet bij
alle gezelschappen zijn de spelers zoo alzijdig, dat
zij ook een liedje weten te brengen" of een dansje
te wagen zonder dat men er den maatslag vaneden
balletmeester al te duidelijk in
herkent. Zoo ontstonden b.v. de
schoone filmklucht van
HoellahBoellah, koning van Afghanis
tan en zijn bezoek aan
Hindenburg, een fraai stuk nonsens,
waar ik, eerlijk gezegd, een paar
jaar geleden in Duitschland eens
van genoten heb; zoo ontstond
ook de tegenhanger: Bernard
Zimmer's ietwat degelijker,
maar toch licht en brillant ge
houden filmepisode van Bela
Kun in Budapest, getiteld Le
Beau Danube Rouge", waar
men hier nog wel eens eer mee
zou kunnen inleggen. Molnar
en Guitry schreven hun gepe
perde zomerrevue's, de
Wunderbar" was voor vele Duitsche
gezelschappen redding in den
nood, omdat men in een tot ca
baret verbouwden schouwburg
den zomer met avond aan avond
volle zalen doorkwam en er telkens maar weer
naar hartelust nummers" doorheen lardeerde.
Zoo ontstond ook het Revue-Stück" van George
Kaiser, waar ik, twee zomers geleden, op een
snikheeten avond in Hamburg eens een uitverkocht
huis" kinderlijk gelukkig mee heb gezien.
George Kaiser heeft eigenlijk niets anders gedaan
dan de draad leveren voor een revue, die elke regis
seur kon aankleeden zooals hij wou. Hij leverde,
wat voor een revue goud waard is: een idee. Die
idee bestond in de vrij dwaze gewoonte om de
waardigheid van een heerenrok te voltooien door
een wit dasje, waar men een half uur voor den
spiegel op kan staan te vloeken, en de nog dwazere
gewoonte om denheer van den knecht, i.c. deri gast
van den kellner te onderscheiden door laatstge
noemde het ravenzwarte embleem van de smoking
boven een rokjas uit te laten dragen. Wordt dit
symbolische kleedingstuk nu verwisseld door een
heer-in-nood, die door den dienstuitgarig moet
vluchten, dan maakt de kellner een mooie kans om
den hoofdprijs uit de tombola te trekken, gratis een
dame te chaperonneeren naar Amerika, en daar op
een dergelijke wijze fortuin te maken, dat alleen de
ongehoordste revue-colportage, waarvan Kaiser
de consequentie meende te moeten trekken: name
lijk een erfenis met nog een tien millioen erbovenop,
die aan het arme vriendinnetje van den ex-kellner
ten deel valt, den geluksvogel weet te overtroeven
en, na veel omzwervingen, tot rede te brengen. In
die omzwervingen heeft Kaiser de gelegenheid
aangegrepen om met de gebruikelijke argumenten
van een Europeescheii intellectueel" de
vleeschpotten en de domheidsmacht van Amerika te
hekelen, niet oorspronkelijk, ongetwijfeld, maar
niettemin geestig, dwaas en dankbaar voor een
zomersch publiek. Mischa Spoliansky maakte er de
noodige muziek bij, op de bekende wijze, waarop
men in Duitschland aan liet woord song" het
nationale burgerrecht gegeven heeft, en er zijn
erbij zoo'n Song vom Chance" b.v., zooals dat bij
den huldigen Berlijner met een afschuwelijke
elrietaligheid heet die voor Kurt Weill niet onder
doen.
Jn de verzamelde werken van Georg Kaiser zal
dit buitenbeentje wel niet compareeren. maar als
stramien voor een groote revue-enseeneering zou
het in warmere maanden ook voor onze gezel
schappen een uitkomst kunnen zijn. Welk
kwaad steekt erin, dat onze spelers zich
eens met iets minder zwaarlijvigheid en
De Bar-scène in Zwei Krawatten"
gewichtige verwikkelingen bekwamen in het veel
zijdige vak van Maurice Chevalier en Fritzi M assary 'i
De Haarlemsche Tooneelclub, een
dilettantenvereen iging, heeft ter eere van een feestelijke
gebeurtenis de kat de bel aangebonden en het
eenige en voornaamste element was alleminst dilet
tantisch : de voortreffelijke ensceneering van Lucas
Wensing, die. blijkbaar uit ruime beurs werkend.
het vakwerk van de revue naar den kroon stak en
er nog een goede dosis artistieke; smaak bovenop
zette, en de leiding en de regie van Kommer Kleyn.
die werkelijk in elk opzicht de pittige en joyeuze
toon van deze onderhoudende parodie te pakken
had. Gespeeld en gezongen werd er met de beschik
bare krachten en ook dat is. door dilettanten, wel
eens slechter en pretentieuzer vertoond.
Men klaagt, nu de dilettanten meer dan eon.s
in de keuze van hun stukken het beroepstooneel
voorgaan, wel eens over topzwaarheid en wanver
houding tussclien intentie en resultaat. Juist
rechter als tegenwicht tegen de problematiek
van al te idealistische amateurs moge deze
wintorsche vertooning van een zomerstuk vermeld
worden als een feestje van iijeer da.ii lokaal belang.
In de IMaiitas e
Het heet (natuurlijk) ,,'n Kind van de Straat"
en het zit er stampvol. Het is oorspronkelijk een
doodgewoon Engelsen conversatiestukje, niet vau
het allerbeste allooi (een inbrekend meisje, bij
arrestatie in jongenskleereii geadopteerd als een
mademoiselle sans gêne, recidive wordt gevreesd
als er paarlen zoek zijn, maar die waren, door de
diep-gezonkeii zuster van een hoog-aristocratischen
lord voor een minaar naar Oome Jan gebracht,
een oude meid, tevens toevallig ook de moeder,
vecht als een leeuwin voor het weer op straat ge
jaagde kind, roerende scène voor de pauze, echteli?k
geluk en een meid-schoonmoeder aan het slot).
.Mans Xesna heeft er echter een fraai volksstuk
uit weten te puren en zal ook wel wat met de be
drijven gesmokkeld hebben, want alles was maar
losvast aan elkaar geregen als een ongekeurde film.
Er was op het tooneel een min of meer onge
regeld ensemble aan het werk, waarover Hylvain
Poons de scepter voerde. Maar uit hoeveel ver
scheidene ingrediënten het resultaat dan ook
bestond, er was volkstooneel, zij het miuder a la.
Bouber dan a la wijlen Spree.
Men moet Annie Verhulst zien
ir) haar opkomst, als zij terstond
het schreeuwende lied van de
kouwe beerien" inzet en een
nog wat onwennige zaal een
voudig van de stoelen af zingt.
Het is een levende incarnatie
van Alida Zevenboom en een
der beste daghitten" op het
tooneel, sinds Charlotto Kohier
dit emplooi verliet. Een met
zulke sterke kleuren werkend
talent als Annie Verhuist moet
wel aan een dergelijk stuk van
contrasten haai' hart verpand
hebben, waar het publiek haar
al even enthousiast toejubelt.
wanneer zij door de telefoon
tegen onbekende haatobjecteii
fulmineert, als wanneer zij een
oogenblik later, met alle sluizen
naar het tranendal open, af
scheid neemt van het kind, dat
door Berry Kie\its gespeeld
werd, een actrice, die tussehen
tooneel en operette in zwerft en
toch dikwijls, gelijk hieraan het
begin,door oen raak en levendig accent te treffen
weet.
Sylvain Poons deed heldhaftige» pogingen om
alle recente successen van ..gele bandjes" in e>en
oen-reet ge-speelel Engelsfh lordschap te vergeten.
maar het mooiste was toch zijn allerzotst verhaal
togen Annie Bakker, hoe hij aan zijn bescherme
linge gekomen was. Zexj'n verhaal alleen maakt al
e-en avond gen-el. He-t stuk zem natuurlijk nie-t
de'Ugon als e'l- neig lie-t ouelerwetsehe' en
eh'UgelolijkeempleHii van de-n ele>e>rge-iourneordoii niarque- in
voorkwam, waarvoor ('arl Tobi zich e-e-n eleit van
e-e-n hoofd gemaakt hael en eloeir do Ktiijele-nelo wijze.
\vaare>p hij zijn ejrigolukkige- premi met e-e-n laatste
..keietbaai" in ele' ollonele- trapte, e-e-n zaal tut woe-ele
bracht, elie- elan eieik op ele- daarop veilge-ndo ivplieken
ove-r het seiciale einreeht on hot oprechte- hart van
ele- daghit me-t e>e-n stampe-nele-n bijval re-age-e-relo.
He-t is misse'hie-n gve-n volksti/onoe-l uit ele dage-H
van B,»ubor. maar he-t is we) tooneeJ voor he-t
publiek, hot exiele- publiek van Spive-. Kn el' is
te-nsle>tte'. e>p welk plan ook. te>ch toom','l
ge-proste-e-rel als men e-en zaal op ee-n de-rge-lijke- wijze /.iet.
hoort en voelt reaye-e-re-n.