De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 20 februari pagina 15

20 februari 1932 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

F s' t No. 2856 De Groene Amsterdammer van 20 Februari 1932 15 R der naj ve, ve: va: kui ni; gez de In -co 13ech. de alle sti pen catf niet WO' Cm; een Wil Rei me De Tharpok in de Diergaarde De nieuwe Tharbok, die ruim ander half jaar geleden als krachtig jongeling aankomend, moeite had om de ver gelijking te doorstaan met zijn voor ganger, ??maar dat was dan ook een prachtdier geweest dat ons een twaalf tal jaren eerlijk en productief had ge diend deze nieuwe Hemitragus jemlahicus heeft ons heel wat te doen gegeven. Hij mocht dan niet zoo imposant groot zijn en niet zulk een geweldig uitgegroeide manenkrans van lange zilverachtig bruine haren rond om zijn hals bezitten, springen en klauteren kon hij als de beste en hij heeft ons volop gelegenheid gegeven nederigheid te leeren in diverse spel letjes zooals haasje over" en overloopertje", die we met hem hebben moeten spelen, of we wilden of niet. Zooals ge begrijpt, houden de thars, berggeiten als ze zijn, in onze Diergaarde verblijf in een deiperken aan de Bots". De lezer, die in onze Maasstad en derzelver trots op natuurhistorisch gebied niet goed bekend is, gelieve bij dit woord geen al te grootsche visioenen te krijgen. Eilieve ,,de Bots" bestaat al zoo lang dat zelfs de oudste leden zich nog maar nauwelijks herinneren dat ze er kwam, en dat wil heel wat zeggen, want de stad aan Maas en Botte heeft de roep haar inwoners, althans een deel ervan, zeer oud te laten worden. Deze Rots dateert dus uit het praebetoniaansche tijdperk en werd ge formeerd uit heusche lava, die daar voor apart uit Andernach is aange voerd. Om de illusie nog grooter te maken, heeft men bovenop een burchtruïne, tevens uitzichtstoren ge bouwd en zoo is een geheel ontstaan, waarin het oudere geslacht onder ons zich nog knusjes verheugt, maar waarover de jongeren fijntjes lachen. De Bots is, zooals men bemerkt, een bouwwerk a doubléusage; het centrale deel behoort den mensen en is door hooge afrastering van de sectorsgewijs rondom liggende perken gescheiden. Ik moet u dit wel wat uitvoerig ver tellen, want de tharbok begon zijn carrière bij ons juist door blijk te geven van een volkomen foutieve opvatting aangaande zijn positie. Hekken schenen voor hem niet te bestaan, hij negeerde ze tenminste sereen, klauterde vlug van rotspunt op rotspunt, gaf zich zelf een onnoozel zetje en wipte daarmee over een twee-meter hooge separatie heen. Een volgend oogenblik stond hij boven op den rondgang bij de uit zichtstoren en toen daar menschen kwamen, klauterde hij met een aan loopje over weer zoo'n zelfde hek om zich vervolgens ijskoud in het diep daaronder liggend perk op zijn hoeven te laten neerkomen. Ten gerieve van de omwonende dieren, die ten deele zeer rust- en vredelievend, maar voor een ander deel ook even knoklustig waren als onze nieuweling, hebben we hem, toen hij zich eindelijk de inspraak zijns maags volgend, had laten verleiden de stal binnen te gaan, verhuisd naar een mooier en ruimer perk met nog meer spring- en klautergelegenheid op diezelfde rots, maar dat we vooraf onontspringbaar had den gemaakt, zelfs voor hem. Inmid dels heeft hij zich, zooals des Thars is, in deze vrijheidsbeperking, die wat verder ging dan wat hij bij Hagenbeck gewoon was geweest, spoedig en vol ledig geschikt en is zóó gauw in een gelukkigen echt vereenigd met de we duwe Thar, die haar vorigen man al heel wat jaren geregeld tusschen half Mei en half Juni met een welgeschapen door Dr. K. Kuiper Directeur van «Ie Rotterdamsche Diergaarde Thar BTeekening door H.\Verstijiien lam had verblijd, dat zij, mot klaar blijkelijke minachting van de natuur die haar voorschreef in de voorjaars maanden te werpen, nog dat najaar omstreeks half October haar zevende het leven schonk om reeds voor het einde van Juni in het volgend jaar haar achtste ter wereld te brengen. De Thar is een geit, zooals de scherp ziende lezer aan de wondermooie teekening van Verstijnen reeds zal hebben opgemerkt en geen schaap. Het verschil tusschen de eene en de andere kategorie is overigens niet zoo in het oogloopend dat men het u kwa lijk zal nemen als ge hier en daar de beesten eens door elkaarhaalt.Gemoogt als ge wilt den Thar ook een halfgeit noemen, zooals zijn Grieksch-latijnsche naam al aanduidt, als daarmede maar niet begrepen wordt dat hij ook half schaap is, want in zijn geestelijke; eigenschappen is hij heelgeit en geensikkepit-schaap. Om te beginnen streelt de bok in bepaalde jaargetijden op de maar al te bekende wijze uw reukorganen, en verder is hij, ook in zijn temperament en nieuwsgierig heid, lang geen schaap. Juist deze beide laatste eigenschap pen zijn het die ons met de Thars een en ander te doen geven en gaven. Manenschapen en Mouflons, twee wil de schapensoorten, respectievelijk van de Noordkust van Afrika en van de groote Middellandsche Zeeëilanden Corsica en Sardiniëafkomstig, hebben er als regel geen bezwaar tegen met meerdere bokken samen in een kudde; te loopen, maar toen we eenmaal een schuchtere en voorzichtige pogingdeden om onzen tharbok een tweetal makkers van zijn eigen sexe als perkgenooten te geven, heaft ons dat tallooze druppelen zweets gekost. We moesten namelijk heel gauw besluiten aan die samenleving een bondig einde te maken en. ... toen zijn we pas recht te weten gekomen, hoe vlug een thar is en voor wat al onmogelijk ge achte sprongen en klimpartijtjes hij geen poot omdraait. Enfin de thars zijn zonder ongelukken opgevangen, omdat ze nu eenmaal ook eens moe worden en omdat ze niet in de eerste plaats listig zijn. Liever nog dan de volwassen dieren, met hun dichte; langharige pels, die hen in de felle koude van hun bergvaderland, de Himalaya, goed be schermt, zijn me de fijne vlugge sikjes, die al net zulke capriolen vertoonen als de jongen van onze huisgeit. Ze sluiten vriendschap met alle; omwo nende herkauwers, laten zich voor geen hek vangen, kruipen overal over e>n onder door en halen hun kostje op waar ze het 't best bevalt. En een heel eigenaardige gewoonte hebben we van elie jonge tharretjes waargenomen, el ie ik voorloopig niet anders dan zuiver als spel kan opvatten: ze springen vlot op den rug van een Lama en laten zich door dat verschrikte dier net zoolang in volle galop het perk ronddragen tot ze hun evenwicht verliezen en weer op elen grond terecht komen. Denk nu niet elat we elat bij n zoo'n lam gezien hebben, neen bij drie ver schillende dieren in opeenvolgende jaren. En die jonge beesten hebben het nooit van elkaar kunnen afkijken. want telkens als er weer een volgenel jong was, hael het voorafgaande al zijn weg gevonden, de wijde wereld in I Verklaar nu ook meteen maai' waarom de twee laatste lammeren dat spelletje nooit speelden, en daar had de jejngste het nu juist ze)o mooi van haar ruim acht maanden e>udere zuster kunnen afkijken ! Waarom zien we juist den Thar zoo geregeld in dierentuinen, en die andere interessante wilde geiten, schapen en aanverwante herkauwers uit Centraal Aziëslechts in Londen, Berlijn en zulke groote verzamelingen? Waarom ziet men ele Engelsch-Inelische Thar, elie 'n geliefd jachtwild is niet, en evenmin de Markhoor en de Coral ? Van ele Tur, de wilde Ooit uit de Kaukasus, bezit de Diergaarde wel een jong paar. Wie zal het met zekerheid zeggen? Vermoedelijk is de geschiktheiel tot aanpassing aan ongewone omstandig heden de oorzaak. Een normale levens duur en onverminderde geschiktheid tot het regelmatig geven van krachtige lammeren in gevangen staat, dat zijn ele eigenschappen die de Thars sedert hun eerste invoer omstreeks 1850, tot ideale diergaardebewoners hebben gemaakt. Nieuwe Uitgaven A. De/rcsne. Moord l Een on derzoek door inspecteur De loor van de Centrale Recherche. Leiier?N i j-pels N.V. Maas tricht. ? Kdgar Wallace is dood, neen. niet Leve Defresne !" Heelemaal goed kunnen wij elat toch maar niet leeren in Nederland. De bigthriller bij ons is niet big en hij thrillt niet en mij dunkt elat we maar moesten afspreken het niet meer te proheeren, want na zijn eerste drie of vier goede, zij hot niet ..ge weldige'" detectiveverhalen, is I vans tragisch en. regelmatig aan het producoei'on gebleven, Herman Midden dorp heeft na zijn. roode e>f groene cirkel er het zwijgen toe gedaan en ele eenige en goede in het Nederlandsch geschreven detectiveroman, elie in de laatste jaren verschenen is was Gerrie Uickersberg van Dr. I'anstingl, die geen Nederlander is. Mot elit alles wil ik geenszins zeggen, dat ik Defresnes roman niet bijzonder aardig vind. Integendeel, ik heb hem met pleizier en voldoening ten einde; gelezen en het is zeker een amusant boek. Maar juist die niet te definiceren stemming, die om ee;n Wallace1, een Keihmer, e'en Earl Biggers is, elie trillende, onheilspellende, gloeiende spanning elie e>e'n Charley Chan, en een Fu Manchu in hun avonturen hebbon, ontbreekt bier. Jk kan liet niet dofiniot-ron on vorstandelijk-critisch is hot oe>k niet te bo-argumenteeren, het is alleen een feit elat ge die Engelscho boeke-n in n vaart ton einde leest on elat go om elej verwikkelingen van dézen moord te eintrafele'n rustig zoo nu en elan oen uurtje' van uw avonden kunt afnemen zonde'i' u zelf geweld aan te eloeti. Dit is wel een aanlig, vle>t boek maar daar is waarlijk alles moe gezegd. E. El.IA S D E GROEN E AMSTERDAMMER Weekblad vaor Nederland kost slechts ? 2.70 per kwartaal (f 0.20 voor incassokosten) of f 10.?per jaar bij vooruitbetaling

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl