De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 27 februari pagina 7

27 februari 1932 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 2856 De Groene Amsterdammer van 27 Februari 1932 Uit de Natuur Engelsche plannen door Dr. Jac. P. Thijsse Wiens taak volbracht <liciis Kolsje wacht. ELKEN I»\«. Stationair- parken Een paar jaar geleden heeft de Engelsche Eerste Minister een staatscommissie ingesteld met de opdracht om na te gaan of het wenscheli.jk en uitvoerbaar is om in Britain" (dat is dus Engeland, Schotland en Wales) n of meer nationale parken te stichten om de karakteris tieke landschappen met hun flora en fauna te behouden en de gelegenheid tot ontspanning in de natuur te bevorderen en in het algemeen en in het bijzonder de landstreken aan te wijzen, die daarvoor het meest geschikt zijn." It Een mooie opdracht en wij hopen, dat juist in dezen tijd de commissie haar werk met lust en vlijt verricht, want juist nu gevoelen we duidelijk de onvergankelijke waarde van het natuurschoon en de heerlijke opwekking, die uitgaat van het verkeer met de levende natuur. Vroeger heb ik al eens verhaald, wat er tot nu toe op het gebied van natuurbescherming in Engeland is verricht en dat valt werkelijk nog al mee al staat het naar ver houding verre achter bij wat wij in Nederland mochten bereiken. Het centrale lichaam voor natuurbescherming is The National Trust, maar de meeste natuurmonumenten hebben een af zonderlijk beheer en eigen kas. De meeste zijn nog al klein, sommige zooals de reservaten op Exmoor en in Lakeland hebben grooter uitgestrektheid, doch benaderen nog niet den omvang van het Zwitsersche Nationaal Park. Wat de Engelsche regeering thans wil, komt neer op de stichting van eenige dergelijke zeer groote reservaten met een oppervlakte van hon derd, twee honderd vierkante kilometer of zelfs meer, dus zoo iets als het heele eiland Texel of de heele Hooge Veluwe. De commissie is met haar rapport nog niet gereed, maar een bekend Engelsch geograaf, Vaughan Oornish, heeft al vast een voorloopig plan gepubliceerd, dat wel zeer aantrekkelijk lijkt. Wanneer het plan kan worden uitgevoerd en de National Trust tegelijk voortging met te zorgen voor kleinere speciale reservaten, terwijl ook de groote steden de ver zorging van hun omgeving niet zouden vervaarloozen, dan behoefden de Engelschen zich niet bezorgd te maken voor de mogelijkheid van echt ruim natuurgenot voor zich zelf, en voor hun nako melingschap. Uit den aard der zaak zijn de meeste van de door Oornish voorgestelde nationale parken berg landschappen. No. 12, de bekende Norfolk Broads, is een landschap van plassen en venen van iets minder allooi dan onze Friesche meren, No. S en No. 11 zijn laag heuvelland. Het gebied van de Cairngorms (No. 2) bevat de hoogste bergen van Groot Brittannië, alleen uitgezonderd Ben Nevis. Cornish stelt voor, dat reservaat twaalf Engelsche mijlen in het vierkant te maken en dan wordt het meer dan tweemaal zoo groot als het Nationaal Park in het Engadin. Het heeft het voordeel van bijna onbewoond te zijn en zoo goed als ongebaand, dus zuiver en alleen een wandeloord. Wij weten, dat er een groot deel van de Schotsche Hooglanden onbewoond ligt ter wille van de jacht en dat geeft nu een goede gelegenheid om daar nationale parken te stichten. Cornish neemt aan, dat de belangen der jagers daaronder niet be hoeven te lijden, alweer een zaak van overleg. De bergen lijken er tamelijk mak, daarom wi l Oornish voor de bergsportenaren het meel- halsbrekeiig eiland Skye (No. 3) reserveeren. Op de grens van Engeland en Schotland, de beroemde Border" met den ouden Komeinschen muur komt het Park Tynedale en daarop volgt dan Lakeiand, ons zoo goed bekend uit de Kngelsche litteratuurgeschiedenis. Kn heel merkwaardig is het, dat meer dan honderd jaar geleden VVilliam Wordsworth schreef: lieden van gooden smaak uit heel ons eiland getuigen door hun herhaalde bezoeken aan de meren in het Noorden van Engeland, dat naar hun meening deze strook een soort van nationaal eigendom is, waar ieder mensch recht op heeft, die oogen heeft om te zien en een hart om te genieten." Hij ging nog verder Plannen voor Nationale Parken in Engeland en Schotland l Gleii Affric 2 De Cairngorms 3 Skye 4 Tynedale 5 Lakeland 6 Snowdonia 7 Dartmoor 8 New Forest 9 Forest of Dean 10 Dovedale 11 South Downs 12 Broadland 13 Pembroke 14 Landsend en schreef een reisgids voor het gebied, een boekje dat in de jaren 1810?1835 herhaaldelijk is her drukt en dat ik zeker eens te pakken moet zien te krijgen. Hoogst waarschijnlijk is het prettiger om te lezen dan zijn Excursion. Een groot deel van het .Lake District is reeds gereserveerd onder de National Trust. Maar het gebied is tegelijk hier en daar ook nog al dicht bewoond en bebouwd en er zal dus heel wat planologie mee gemoeid zijn, om het te organiseeren als nationaal park. Doch daar ziet ('ornish niet tegen op; hij acht stabiliseering mogelijk. Zoo zouden wij er ook over kunnen denken om het heele (Jeulgebied met al de zijbeken te stabiliseeren, d.w.z. geen ingrijpende wijziging aan te brengen in het gebruik van den grond en eenige speciale voorzieningen te treffen voor het behoud van de groote merkwaardigheden. In het natio naal park van de Xorfolk Broads doet zich dezelfde moeilijkheid voor, maar ook daar durft (.'ornish het wel aan. Gemakki li..ker uitvoerbaar zijn de parken van Snowdonia (No. (i), de wilde kust van Pembroke (Xo. 10) en. Larulsend, de staart van Engeland, dan Dartmoor, de granietbobbel met zijn mantel van veen. een waardig tegenhanger van Exmoor. Het beroemde New Forest (No. 8) is reeds staats eigendom. I Iet park South Downs zal wel moei lijkheden opleveren maar is van groot belang, omdat daar gaandeweg alles wordt vol gebouwd. De westkust van Engeland van .Liverpool af en de heele zuidkust hebben volgens Cornish ont zettend te lijden van lintbebouwing lang de zee. Op de grens van Kngeland en Wales komt het park Dean Forest en heel in het hartje nog Dove dale. De namen alleen vervullen je reeds met stille verrukking. Wij willen hopen, dat het rapport van de Staats commissie overeenkomt met de wenschen van Cornish. Het lijkt veel, maar te veel is het stellig niet en als Engeland die plannen kan uitvoeren, dan neemt het op het gebied van natuurbescher ming op eens de eerste plaats in onder alle landen ter wereld. Nieuwe Uitgaven Pijn en (rijn. hft Zevende in Brabant door Fr. van de V r (inde, met illustraties van l'. II. A'iers. Andries Ulitg, Amsterdam. Misschien moet ge zelf gemeen soldaat geweest zijn om een boek als dat van van de Vrande, dat een banaler naam draagt dan het verdient, te waardeeren. Maar wie als ik de ellenden, maar toch óók (ie elementaire vreugden van het kazerne leven heeft meegemaakt zit zich te verkneuteren van pleixH'i' als hij door dit bock met een alweer vervaagde episode uit zijn leven geconfronteerd wordt. Kijk. het is zóó gesteld met dit soldaat-zijn: van het oogenblik af dat de sergeant uw geest en wil gaat murw kneeden telt ge de vele en lange xtven, die u nog van den burgerpet" scheiden en als dan na tallooze vloeken en zuchten eindelijk het oogenblik is gekomen, dat de fourier zegt ..geef je rommeltje maar hier" en de kapitein ..geef je rotzooi maar aan mijn" en ge voor het laatst do wacht aan het hatelijke, ijzeren hek salueert, dan ?/.egt ge: ..gek, het was toch een aardige tijd". Kn als zoo iemand als deze van de Vrande, die heelemaal geen kunstenaar, maar wel een gezellig»; praatvaer is, u zijn avonturen vertelt, dan zegt ge telkens, chut ja. dat was ook zoo. dat heb ik óók zoo gehad en die luitenant is precies de mijn»;" . Dat moge dan ook al niet voor mijn luitenant pleiten wat een vervelend, waanwijs prolletje was dat ! het is toch wel een bewijs ervoor, dat van de Vvande's boek waar is on dat is voor zulke mémoires een vleiend judicium. Eenigen tijd geleden mocht ik hier Piet van Veen's boek Soldaat" aankondigen. Dat was een bijzonder merkwaardig, hél knap eii bij tijden y.elfs geniaal boek. Dat is Pijn en (iijn" zeker niet. Het mist iedere litteraire en groote allure, maar dat is zeker ook niet van de Vrande's be doeling geweest, l fij heeft een prettige anecdotischo kroniek van het soldatenleven willen schrijven. Kil hij is daar waarlijk uitstekend in geslaagd. K. K MAS Nederlandsche Munt Holland's beste 1O cents sigaar

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl