Historisch Archief 1877-1940
No. 2858
De Groene Amsterdammer van 12 Maart 1932
15
l +
l = £ I
door C. A. Klaasse
CHAMPAGNE KRUG&CO
REIMS
IN KWALITEIT AAN DE SPITs!
AGENTEN FONNES & ZOON GRONINGEN
en £ 2 = £ 2V>
Deze ietwat getroubleerd aandoende formules
xijn geen algebraïsche trucjes, maar harde waar
heden waaraan al een half jaar lang heel Engeland
zich stierlijk ergert. ,,It's only this d. .d Hertzog,
but it won 't be long before we '11 get a tight hand
over him" hoorde ik nu bijna drie maanden geleden
in een particulier gesprek met een Londenschen
stockbroker, een Engelsch hooggeplaatst politicus,
die gecenseerd kon worden in deze materie heel wat
fingers in the pie te hebben, verklaren.
Er is nu een kwart jaar over heen gegaan, en zijn
voorspelling is nog niet uitgekomen. Maar stilge
zeten heeft hij niet, en de actie in de Unie,
gerug, steund- door de Engelsche pers en de Engelsche
regeering, gevoerd voor het opschorten van den
gouden standaard heeft zienderoogen veld gewon
nen. Toen in September van het vorige jaar het
Engelsche pond van zijn gouden troon werd
gestooten was de algemeene stemming in Zuid -Afrika
vóór onafhankelijke handhaving van de eigen
valuta. Alleen de Anglofielen lieten zich door hun
,,imperial sentiment" verleiden een politiek van
monetaire solidariteit te verdedigen. Het spreekt
wel vanzelf, dat ook bij de regeeringspartij politieke
overwegingen een rol van beteekenis speelden bij
.het bepalen van haar standpunt in deze. Hier bood
zich nu een onverwachte gelegenheid om wederom
de onafhankelijke gestie van Zuid-Afrika's regee
ring te onderstreepen : het Engelsche pond
gedeprecieerd, het Zuid-Afrikaansche op vol gewicht"
gehandhaafd ! Een grooter moreel succes kon men
zich nauwelijks denken. Maar de Engelsche agita
toren voor een imperiale politiek, ook en zelfs in
de eerste plaats op het stuk van het geldwezen,
lieten niet na in de boezem van de Nasionale Party
tweedracht te zaaien door den aanhangers hun
vermeend eigenbelang voor te houden als strij
dig met het partij-ideaal. Gij boeren kunt, wanneer
Zuid-Afrikaansch en Engelsch pond weer op n
peil worden gebracht, de helft meer voor uw pro
ducten ontvangen ! De goudproducenten behoef
den niet eens door actieve propaganda te worden
gewonnen, die hadden al heel spoedig ontdekt dat
de regeeringspolitiek niet in hun voordeel was.
Meer en meer won in handelskringen, behalve na
tuurlijk in die der importeurs, de gedachte aan
muntdepreciatie veld. Op een onlangs gehouden
congres van de Kamers van Koophandel kon men
niet tot een definitief besluit komen doch uit de
besprekingen bleek, dat de gevoelens van de meer
derheid gericht waren op opheffing van den gouden
standaard. Maar de regeering stelt zich manhaftig
te weer; een speciale studiecommissie werd
intusschen ingesteld, en bevreesd als men waarschijnlijk
is voor partijdigheid en vermenging van politieke
en zuiver economische overwegingen schijnt het in
liet voornemen te liggen om enkele onafhankelijke
deskundigen advies te laten uitbrengen ; men noemt
daarvoor Kemmerer en Vissering, die ook in 1925
advies uitbrachten over de organisatie van het
bankwezen.
Wat zijn nu eigenlijk de argumenten, die de voor
standers van de opschorting van den gouden
stanflaard kunnen aanvoeren? Op den voorgrond zij
*?^ste\d, dat bij de meest hardnekkige voorvechters
politieke overwegingen op de eerste plaats staan,
en dat bij hen de economische argumenten veeleer
pour besoin de la cause : het prestige van Engeland
of de band van het imperium, zijn opgediept. Maar
bij de voor export werkende producenten : de goud
mijnen en de boeren zijn het wel degelijk geldelijke
belangen die voor depreciatie van het
Zuid-Afrikaangche pond pleiten. Al deze takken van bedrijf
werken voor een wereldmarkt, zoodat men mag
aannemen, dat waardedaling van de eigen munt
een precies evenredige stijging van de opbrengst
der producten in die munt uitgedrukt tengevolge
zal hebben. En de productiekosten zullen allicht
niet onmiddellijk evenredig stijgen. Die aanpassing
kan voor zoover de kosten-factoren inheemsch
zijn loonen vooral, en diensten van beschutte
bedrijven zeer geruimen tijd duren. Dat heeft
in de afgeloopen jaren het Belgische voorbeeld
duidelijk aangetoond, en nu maakt men in Enge
land hetzelfde mee. Op den duur zal inderdaad dat
voordeel gedoemd zijn te verdwijnen, maar het is
alleszins begrijpelijk, dat men met een tijdelijke
verbetering al tevreden is. Maar toch zal men zich
dienen te realiseeren dat dergelijke overwegingen
geen motief voor muntverzwakking mogen zijn.
Waarom liet Engeland den gouden standaard los 'i
Omdat er geen goud meer was, en er nog voortdu
rend aanbod van ponden bestond. Man kan er over
van meening verschillen of door bijzondere dwang
maatregelen het debacle had kunnen worden uit
gesteld, er was in elk geval gereede aanleiding om
deri stap te rechtvaardigen. Wanneer men de ga
rantie voor de £ 130 millioen Anierikaansch en
Fransch crediet in aanmerking neemt, had de Bank
of Englanfl destijds geen penny vrij goud meer.
Afdoender motief voor de stopzetting van de
goudafgifte kan men zich al niet denken. Nu is het onge
twijfeld waar, dat verschillende partijen en perso
nen die op dit besluit hun invloed deden gelden de
daling van de pondenkoers niet ongaarne zagen,
en dat zij haar zelfs beschouwden als een welkom
middel voor de Engelsche industrie om zijn positie
te verbeteren. Maar er was in elk geval een nood
toestand, die bijna geen anderen uitweg toeliet:
zeer omvangrijke verplichtingen, in ponden luidend,
op korten termijn, en een situatie van de betalings
balans die voor 1931 een tekort van rond £ 10(1
millioen beteekende, geheel 'afgezien van de ver
schuivingen tusschen schuldenbalans en betalings
balans. Zoowel de ,,short-run"-als de
,.long-run"positie van de Engelsche valuta was derhalve
deplobarel.
En nu daartegenover de positie van Zuid- Afrika 'f
Het behoort tot de debiteurlanden, en bijna al die
landen zijn in ernstige moeilijkheden geraakt dooi
de ontzaglijke waardedaling van hun bijna steeds
zeer eenzijdige productie. Zoo is het in nagenoeg
alle Zuid-Amerikaansche Staten, in Australië, in
Canada. Maar Zuid-Afrika vormt nu juist een guns
tige uitzondering. De betalingsbalans is daar eerder
verbeterd dan achteruitgegaan. Ook de
exportproductie van dit land is vrij eenzijdig, maar die
eenzijdigheid is dit keer juist een enorme voor
sprong instede van een nadeel. Het voornaamste
uitv oerartikel is. ... goud, en dat is nu net het
eenige product ter wereld dat niet door de crisis in
prijs is gedaald, omdat er een ongelimiteerde vraag
naar is: alle centrale banken koopen het tegen
vasten prijs. De overige export is natuurlijk wel sterk
in waarde gedaald, maar daartegenover staat ook
een nog sterkere vermindering van den import, zoo
wel van zichtbare als onzichtbare. Wat deze laatste
betreft dient ook vermeld te worden de rentelast
op de buitenlandsche schulden, die vrijwel alle in
Engelsche ponden luiden, zoodat de reëele waarde
van deze last met een kwart omlaag gegaan is.
Alleen al bezien uit den gezichtshoek dier bui
tenlandsche schuld zou de handhaving van het
waardeverschil tusschen de beide ponden
ZuidAfrika aangenaam moeten zijn. De loopende posten
van de betalingsbalans leveren dus in het geheel
geen reden tot het verlaten van den gouden
standaa,rd, zooals dat in Engeland wel het geval was.
En verplichtingen op korten termijn zijn er ook
niet. Beide factoren die in Engeland de stap moti
veerden zijn dus hier afwezig. Maar dan is er dus
geen redelijk motief ! Onder zulke omstandighe
den is muntverzwakking voor 100% oplichterij.
Om nog te zwijgen van de kromme situatie di«
geschapen zou worden wanneer het land, dat via
zijn goudmijnen het grootste belang heeft bij hand
having van het goud als basis voor het geldwezen,
zelf die basis zou loslaten. Geheel afgescheiden
daarvan vraagt men zich bovendien af, hoe men
zich dat loslaten van het goud wel denkt. Toen
Engeland den gouden standaard liet varen was er
een zeer groot aanbod van ponden en weinig vraag,
zoodat koersdaling niet kon uitblijven. Maar met
het Zuid-Afrikaansche pond is dat niet zoo; de
betalingsbalans sluit, en opeischbare schulden zijn
er niet. Waarom zou dan het Z.A.-pond dalen; de
uitvoer zoo allicht nog stijgen, de import dalen.
Toch lijkt het alleszins waarschijnlijk dat
kapitaalvlucht onmiddellijk een vrij sterke koersdaling zou
teweeg brengen. De lotgevallen der Scandinaafsche
valutas hebben aangetoond hoe psychologi
sche momenten in zulk een geval van meer belang
zijn dan de statistische positie van vraag en aanbod
der muntsoort. Vlak na den pondenval deden deze
factoren zich trouwens al gelden, en ware het niet
dat de Reservebank ruim in haar deviezen en goud
had gezeten, dan zou nu de muntverzwakking al
een feit geworden zijn, alleen omdat men ze ver
wachtte. De exporteurs hielden hun pondensaldi
in Londen aan, velen zetten Zuid-Afrikaansche
ponden om in Engelsche. waardoor de Reservebank
binnen enkele weken ruim O millioen pond aan
deviezen verloor, terwijl tot afgifte van goud uit
het Londensche depot moest worden overgegaan.
Sedert dien is echter de kapitaalvlucht geluwd, en
de gouddekking der Reservebank, die in November
was teruggeloopen tot 48.7%, is alweer tot 05%
opgeloopen.
Op het oogenblik Zou men dus geen enkel reëel
motief voor het loslaten van den gouden standaard
hebben; daartoe heeft men verleden jaar October
en November, toen do reserves snel daalden, de
gelegenheid laten voorbijgaan. Dat de
goud-nijverheid ervan zou profiteeren is toch geen argument:
met evenveel recht zou men dan een accijns op
brood kunnen instellen, met het doel de opbrengst
aan de goudmijnexploitanten uit te keeren, de
motiveering daarvan zou niet minder zwak zijn !
Voor zoover de maatregel als steun voor de boeren
zou worden aangekondigd, zou er tenminste nog
die verdediging zijn, dat het boerenbedrijf bij de
huidige verhouding tusschen kosten en opbrengst
niet rendeert. Maar voor die gevallen kan men toch
beter directe steunmaatregelen invoeren, zooals bv.
bij ons is gebeurd met betrekking tot den suiker
bietenbouw, dan een sprong in het duister te wagen
waarvan men de consequenties niet kan overzien.
Want het blijft toch altijd een open vraag wat de
koers van het Z.A.-pond zou worden na losmaking
van het goud; alleen bij definitieve devaluatie en
vaststelling van een nieuwe goudpariteit zou men
die moeilijkheid misschien kunnen vermijden.Maar
dan nog blijft het een weinig bewonderenswaardig
middel om bepaalde takken van nijverheid: de
export industrie, te bevoordeelen, en een schrome
lijke willekeur. Maar de regeering zal nog heel wat
moeite hebben dit standpunt te doen overwinnen.
Zou ,,this damned Hertzog" het volhouden?
Een polis der
LEVENSVERZEKERING
Mg. ARNHEM"
Is de beste geldbelegging.
NI DE HMEMSCNE
HYPOTHEEKBANK
Leden der directie: ^tSiJS^ Mr. A. S. MIEDEMA,
P. H. CRAANDIJK en A. E. THIERRY DE BYE DOLLEMAN
Hypotheken f 41.152.862.- Pandbrieven f
40.583.700.3V * 3 Reserves . . f 979.170.