De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 12 maart pagina 7

12 maart 1932 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 2858 De Groene Amsterdammer van 12 Maart 1932 Klare" ia zilver liols is goud ! BOL ELKEN DAG N til.AAH.IK Uit de Natuur Bergheide in den rotstuin door Dr/Jac." P. Thijsse Bergheide in bloei Alweer een veel te droge winter. Het water in onze duinputten staat nog weer een decimeter lager dan den laagsten zomerstand. Gelukkig is de Noordooster, hoe gestadig ook, toch nooit heel sterk geweest en daardoor was de verstuiving slechts matig. Maar de bovenlaag van den grond. waar het leven huist, bleef kil en droog, ondanks den zonneschijn en de sneeuwklokjes, die in het begin van Februari uit de bloei-scheeden buitelden, hebben zich maar zelden geopend en staan nu nog gereed om hun eigenlijken bloei te volbrengen. Ook de crocussen vorderen maar heel langzaam. hebben nu voor het meerendeel al wel de bloemen uit de scheeden, maar openen zich toch ook maar telkens voor een korte poos. Ook de kleine witte wilde lentebloempjes, voorjaarsvroegelirig en kleine . veldkers, vertoornen w;-l hun kroonblaadjes. maai' spreiden ze nog niet uit. Het wachten is op een paar graden temperatuurstijging en wat vochtig heid. Licht hadden we in overvloed en dat is de winteraconietjes te pas gekomen, die meel i>m licht geven, dan om warmte. De vlinders bleven slapen, maar de honigbijen konden het niet al te best houden en zijn op ren paar stille zonnige dagen uitgevlogen. Het was nog al naar om te zien hoe ze tobden aan de nau welijks geopende sneeuwklokjes en crocussen.Maar ze profiteerden van het villadom, dat in /.ijri tuin tjes veel meer en meer do zoo fraaie en geriefolijk. rotspartijen laat aanleggen en daar staat al sinds Nieuwejaar de Bergheide in vollen bloei, een plante die staat voor niets, en die dan ook dikwijls ge noeg zijn medebewoners van den rotstuin in een hoekje weet te dringen. Bij ons iu de duinstreek probeeren sommige liefhebbers wel eens om onze gewone struikhei en dophei in hun tuinen te kwee ken, maar dat lukt nooit, want die planten zijn naast al hun genoegzaamheid waar het de voeding betreft toch nog heel lastig en kiesehkeurig. De Bergheide echter is om zoo te zeggen met alles tevreden, maar bijzonder dankbaar voor licht, vochtigheid en een beetje kalk, en bloeit in zijn vaderland van. December tot Juli. En wanneer men nu nog weet, dat de gewone struikhei bloeien kan van Juli tot December, dan lijkt het mogelijk om er voor te zorgen, dat de bijen jaar in jaar uit het heele jaar door de een of andere heidebloem tot hun beschik king krijgen, 't Is echter meer een aardigheidje, dan een ding van practisch nut. Toch wel onder houdend voor botanische tuinen en stadsparken. De Bergheide zien we het mooist in Zwitserland en ook daar vertoont ze haar veelzijdigheid, want ze bloeit er van de oevers der meren tot boven de sneeuwgrens en er zijn niet zoo heel veel planton, die daartoe in staat zijn. In het kalkgebergte komt ze meer voor dan op gneiss en graniet en daarin verschilt ze van onze struikhei, die van kalk niet gediend is en dan ook een goede aanwijzer is van al of niet kalk in den bodem. Soms lijkt de Berg heide dicht opeen groeiend alle ruimte voor zich alleen in beslag te nemen, maar in den regel gunt zij ook toch anderen een plaatsje en dan is zoo'n Bergheide-helling 'n onvergelijkelijk mooie bloementuin. Wij hebben in de buurt van de Dïablerets eens op zoo'n helling gelegen en vonden er de heide vergezeld van de prachtige vleugeltjesbloem van de Alpen (Polygala chamaebuxus), het Mannertreue orchideetje (Nigritella nigra). Beerendruif (Arctostaphylos Uva TJrsi), Zonneroosje (Helianthemum alpestre), Melige Sleutelbloem (l'rimula farinosa) en Arnica. Wie nu in zijn rotstuintje aan de werkelijkheid herinnerd wil worden, moet liefst eenige van deze planten tusschen zijn Bergheide zien te krijgen. Met de Vleugeltjesbloem en de Berendruif wil dat wel gelukken, en dat zijn allebei prachtige aan winsten, vooral voor die Vleugeltjesbloem heb ik een groote vereering. Toen wij daar in Juli naar de Bergheide keken werden de bloemen niet bezocht aoor bijen, maar voornamelijk door vlinders, 'onze gewone vosjes, maar ook vreemde zandoogjes en damborden. In het Engadin zagen wij er de beroemde Apollovlinder op. De meeste natuuronderzoekers zijn schoolmenschen-op-vacaritie, daardoor kennen we het zomerleven beter dan het lenteleven. Zoo heeft men aanvankelijk dan ook de Bergheide beschouwd als een bijzondere vriend van de vlinders, daarin voorgegaan door niemand minder dan Ilermann Muller. Maar al spoedig bleek het, dat de Bergheidebloem voor vlinders niet eens 'zoo heel gemakkelijk te bewerken is, en juist bijzonder goed is ingericht . op bezoek van bijen, zooals men nu ied,jreA dag kan zien. De helmknoppen steken als een donker kegeltje buiten de rood a bloemen uit eri hebben in hurt open spleten het stuifmeel al gereed om dat uit te storten op den kop van de bij, zoodra die zijn slurf in de bloem steekt. Met die kop bepoederd de bij dan de stempels, die alweer buiten die meeldraden uitsteken. Wanneer de insecten niet komen dan is de Bergheide ook alweer niet verlegen, want het stuifmeel is nog al droog en fijn en kan ook door den wind worden verspreid, juist als bij onze struikhei. Maai' de bijen komen wel, want er is zoo veel honing te halen, dat /.e er juist in de voorjaa.rsmaanden groote voorraden kunnen inslaan. De bloemen van de Bergheide vert.ionen allerlei tinten v?n rood. rose, vleeschkleurig, lila. bloed rood, steen rood. Witte Bergheide is zeerz.-ldzfiam; houd die iu eere. Toegepaste Kunst Tentoonstelling H. Pander & Het is voorzeker een goede gedachte om in dezen tijd van versobering ook meubelen verkrijgbaar te '. stellen welke uitmunten door soliditeit en toch i billijk in prijs blijven. De firma Pander heeft ongetwijfeld in dit opzicht een naam te verliezen ; en zij geeft aldus blijk van de tijds-invloeden te verstaan door thans serie-meubels verkoopbaar te stellen onder den veelzeggenden naam Multi-pro"; want daar is immers, indien althans deze meubels' goed zijn, dus fraai en duurzaam veel-voor en1' niets-tegen" !. . . . tMij bepalende tot hetgeen de bekende binnenhuis kunstenaar H. Wouda voor dit productie-systeem heeft ontwoi'pen (er is ook een eetkamer, een zitkamer en een slaapkamer van niet genoemden tentoongesteld welke voorzeker heel wat minder zijn, ook door dat zij weinig eigens vertoonen) is dit er van te zeggen: Wie Wouda's werk kent zal de meening kunnen onderschrijven dat zijn een voudige, strakke meubel-vormtypen eigenlijk voor , machinale aanmaak als het ware voorbestemd zijn! En zoo kon hij in een slaapkamer ameublement in de Multi-pro-fabricage, zich instellend op den alles beheerschenden eisch van bezuiniging toch heel en al zichzelf blijven, d.w.z. den Dudok van de vaderlandsche meubelkunst, zooals wijlen Just Havelaar hem eenmaal zoo aardig kenschetste. Versobering, vereenvoudiging dat ligt sterk in zijn aard, wars als hij is van allerhande noodelooze versieringen welke de functie van het meubel als zoodanig slechts schaden. '\ hans hervindt men in hetgeen is tentoongesteld eenzelfde neiging tot strenge en rustige, hoekige vlakken in twee laaggehouden bedden met bijbehoorende nacht kastjes, een toilet-tafel met opslaand spiegelblad (zeer practisch gevonden !), een twee deurs-kast (of drie-deurskast met spiegel) en twee stoelen. Hiervan is de rugleuning van zwart eboniet ver vaardigd. Alle meubels, in licht satijnhout (fineer) hebben zwarte banken of dekbladen, zooals men dat bij Wonda's licht-eiken meubilair gewend is. Hoewel ik de uitvoering dezer slaapkamer inrichting liever in laatstgenoemd materiaal gezien had omdat ik mij principieel kant tegen het gebruik van fineer anders dan daar waar dit door groote afmeting gerechtvaardigd kan heeten, dient gezegd dat hier voor lagen prijs iets bereikt is dat, door het binnen veler budget beschikbaar komen, propagan distische waarde heeft voor de nieuwere inzichten inzake woning-inrichting, waarmede dus alreeds veel gewonnen is !.... Kunst-Glas van A. 1>. C'opier. Kunst' zaal van L,ier, Amsterdam Mijn eerste liefde voor het glas (d.w.z. glaswerk!...) dateert van heel lang geleden toen ik een prachtigen i knikker bezat waarin een wonderlijke, veelkleurige spiraal, op voor mij zeer geheimzinnige wijze, kronkelend lag besloten. Onwillekeurig moest ik aan dat kostelijk bezit terugdenken toen ik weder om voor allerlei door Copier verzorgde glazen sier en gebruiksvoorwerpen kwam te staan. Daar zijn , ware meesterwerken en museumstukken bij als . uitkomst van een voortreffelijke samenwerking van den vorm- en kleur-inspirator Copier met zijn, willigen glasblazer en schoonheids-verwerktlijk'er i Vroeg. Ook laatstgenoemde doet zich kennen als een beheerscher van velerlei mogelijkheden en dit dient gezegd :. wat daarbij eenvoudig blijft en rustig wint het van dat waarin men zich tot experimenten liet verleiden en de grenzen der virtuositeit over schreed. Ik houd van den echten Oopier waar hij Hollander blijft, met iets stugs enkoels misschien, maar hij valt van mij weg als hij zich tot een salonkunst keert.. Kn daarom is hij naar mijn smaak het best op dreef tusschen het te zware en al te brooy.e !n ! Houdt Ctiftier zich aan dien gulden middenweg dau zal hetgeen hij in zoo rijke mate weet te scheppen hem zelf qp den duur ongetwijfeld het meest vol doening schenken. Kn wij, die dit alles dankbaar aanvaarden, zullen er zeker gelukkig om zijn. . . . ?O. v. T.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl