Historisch Archief 1877-1940
12
De Groene Amsterdammer van 23 April 1932
No. 2864
Dramatische kroniek
door Henrik Scholte
Mondjesmaat
Shaw, Mevr. Warren's bedrijf.
Gezelschap Verkade
Op een onverwacht oogenblik, terwijl niet
iedereen meer aan Shaw denkt, die dan ook al
auto-ongelukken, Russische reisjes en zulk soort
filmtrucjes noodig heeft om de aandacht op zich
te blijven vestigen, en terwijl toch maar heel
weinig menschen nu juist dagelijks uit dat strenge,
boeiende maar toch lichtelijk schoolmeesterende
stuk van zijn ethische jeugd zullen zitten bijbel
lezen, is Verkade, grasduinend in zijn eigen ver
leden, met deze reprise op de proppen gekomen.
En ziedaar de verrassing: roos geschoten !
,,Mrs Warren's Profession" heeft den schijn
tegen zich, dat men het stuk eerst maar eens moet
weerzien om er door geboeid te worden. In de
herinnering verbleekt zoo'n ,,pièce a these" tot
het extract van zijn gegeven: Mrs Warren, o ja,
dat is die madam van het bordeel met haar zout
pilaar van een dochter, die natuurlijk groot gelijk
had. Wat wilde Shaw in dit ernstige stuk betoogen?
Het heeft geen twee kanten, het is zoo helder als
glas, dat de moeder ongelijk en de dochter gelijk
had, maar waarom heeft Shaw juist zulke
colportage-achtige uitersten genomen? Waarom het
stuk schijnbaar versterkt, in wezen verzwakt,
door een gegeven te kiezen, dat zoovele speciale
praemissen veronderstelt: het ergste van het ergste
met de moeder, met den schoft Crofts, en het
zuiverste zieltje van een blauwkous met de
meisjesstudente Vivian, die er door een zonderlinge reeks
toevallen geen idee" van had en plotseling alles
in een vloek en een zucht van drie of vier kanten
tegelijk te hooren kreeg?
Maar de schijn, die het stuk tegen zich had.
verandert dan ook juist door deze reprise in het
tegendeel: men moet werkelijk het stuk zien, om
er opnieuw-door overtuigd en drie uur lang, zonder
«en oogenblik van verveling, door geboeid te
worden. Sommige bezwaren tegen den inhoud
blijven misschien wel bestaan: het is allemaal
zoo heel erg voorgesteld wat er verteld wordt,
Shaw is hier the quintessence of Ibsenism" waar
hij elders nog al eens den spot mee dreef, hij is het
zelfs tot in de structuur van het stuk: het achteraf
vertellen van gore verledens, als in ,.Spoken", toe.
Van het heele zwaarwichtige voorbericht tegen
den censor, die het stuk verbood omdat er nmaal
dingen bij hun naam genoemd werden, van de
lange tirades tegen hypocrisie en voor het vrije
woord, met het aanroepen van Fielding's geest etc.,
herinner ik mij alleen nog maar die boutade, die
eigenlijk het stuk afbreuk doet: ..Wat is. eerlijk
gezegd, het zich-vergooien van een vrouw aan
haar wettige of onwettige broodheeren, vergeleken
bij de enorme groepen der manlijke prostitutie:
niet alleen tooneelschrijvers en journalisten (die
natuurlijk in de eerste plaats !). maar ook al die
advokaten, doktoren, dominees en politieke
tinnegieters, die hun capaciteiten ter beschikking
stellen om de publieke opinie omtrent hun ware
gevoelens voor te liegen? Daarbij vergeleken is
de zonde Van een vrouw, die voor een paar uur
haar lichaam verkoopt, niet eens de moeite van
het vermelden waard, want een rijk man zonder
overtuiging is duizendmaal gevaarlijker dan een
arme vrouw zonder schaamtegevoel."
Zoo ongeveer staat het bij Shaw. Niet in het
stuk zelf, dat met het Brusselsche huis van plezier
tegen den vlanamenden achtergrond geschreven is.
Maar dat is feitelijk het merkwaardigste als men
zoo'n stuk van dertig jaar geleden terug ziet: het
heeft niet meer die onderdrukte .,sex appeal"
van het verbodene, het zoo bij uitstek gewaagde
en zwart-gemaakte, dat toen voor een ..groot
schandaal" kon zorgen. Het is thans meer een
aanleiding: iets van zelf sprekend verdoemelijks.
dat voor een geschikt conflict tusschen moeder en
dochter zorgen kon. Het had echter evengoed.
zoo niet beter, met het oog op de beursaffaires
van Madame Hanau als de roode lampjes van
Mrs Warren geschreven kunnen zijn. de dochter
zou dan misschien niet zoo e.r// in het ijzige licht
der contrasteerende rechtschapenheid gedreven
zijn, en toch ,,gelijk gehad hebben".
Want deze heldenrol van de dochter is
ongewijfeld m?t de jaren de hach'>lijkste opgave van
het stuk geworden. Vroeger zal zij Wel eens open
doekjes gekregen hebben en vooral sympathiek
gespeeld zijn. Thans.... bij alle gelijk, dat ze
heeft, blijft ze toch een soort vrouwelijke Shylock.
Hot is slechts aan Nel Stants te danken, van wie
dit altijd een der allerbeste rollen is geweest, dat
zoo'n Vivian oy het tooneel nog leeft; in een zedig
jurkje en met sportschoenen aan. maar overigens,
door het gespannen spsl van deze actrice, vooral
wanneer zij luistert (en zij krijgt veel te hooren !).
door de smartelijke intensiteit, waarmee dit
meisje verlangt en huivert tegelijk om de geheimen
rondom haar bestaan te weten, waarvan zij de
bedompte aanwezigheid in haar simpel en licht
buitenhuisje voelt zoodra haar moeder en Crofts
daar zijn aangekomen, voorafgegaan door den
zachten Praed als een soort Johannes de Dooper.
gevolgd door den grotesken clown van een domin
Oardner, die voor de schelle zijlichtjes op dit
ethische drama zorgt, door heel dit rijke
karakter, waarin men de Xel Stants van zoovele
andere rollen nauwelijks herkent, is haar Vivian
een groote, gave rol geworden: een persoonlijk
succes bij een tooneelafscheid, dat men betreurt,
nu juist de laatste jaren haar talent, zelf in som
mige mislukkingen, zich in zulk een sterk opgaanden
lijn ontwikkelde.
Voor de een een afscheid, voor de ander een
hernieuwd begin. Want de Mrs. Warren van Rika
Hopper, thans werkelijk eens de actrice, die de
naam van haar theater motiveerde, is een ont
dekking in deze rol geworden. Ik kende haar tot
dusverre slechts van (-rusta Chrispijn. die er een
zware, bijna trieste volksvrouw van maakte, een
drama van wilszwakte en ..omstandigheden", dat
tenslotte het laatste en beste in dit karakter niet
naar voren bracht: haar ordinaire luchthartigheid.
het gulzige leven en de misschien nimmer uitge
sproken, maar in haar hart gevoelde rechtvaardi
ging van haar beroep als een noodzakelijk
levensinstituut, dat geen sopMstisehe uitvluchten be
hoefde. Kika Hopper spaelde Mrs Warren
ruwgoedhartig, een kanjer van een wijf, dat het
allemaal zoo graag goed voor mekaar wou hebben
en daar haar heele leven voor bezig was geweest.
niet nadenkend over het geld, dat niet stinkt.
Door haar spel werd de rol vooral aan het begin.
dat magere soupertje bij Vivian. dat grapjassen
met den jongen (Jardner (die toch eigenlijk alleen
maar door Shaw gebruikt is om zijn eigen
vermetelheden te kunnen plaatsen, maar die door Krits
van Dijk alleszins behoorlijk op het slappe koord
van jong-oud levenscynisme gespeeld werd) een
zoo gul en bontgekleurd brok leven, dat men. . . .
zelf ook bijna de professie van Mrs Warren zou
vergeten, als niet de prachtige overgangen van
Kika Hopper naar de hulpelooze verontwaardiging
en het gekwetste gevoel van zwak te staan,
terrein te verliezen en ..verkeerd gewed" te hebben.
voor een voortreffelijke afronding van dit karakter
zorgde. Inderdaad, betere Mrs Warren kan men
zich niet denken, deze rol was nieuw, van intentie
en van plastiek, Shaw zelf zou er plezier in gehad
hebben, gesteld dan, dat hij nog met plezier aan
Mrs Warren terugdenkt.
Waarom niet? Wat in den opzet van het stuk
thans wellicht een beetje te duidelijk het ..pièee
a these" mag verraden, wordt ruimschoots vergoed
door den dialoog, die hier zoo meesterlijk gedoseerd
is. dat men zelfs om den vorm alleen al naar dit
openbaar debat blijft luisteren. Welk een meester
schap in het verdeelen van de stof, welk een
menschelijke motiveering in dat half-en-half ver
tellen, door Mrs Warren, door Crofts. door Praed.
door dardner. gecommentarieerd en geëxpliceerd
door Gardner J r. ! Welk een karakters worden al
deze, tegen Vivian in betoogende menschen ! Wat
zij betoogen. doet daarbij minder ter zake dan de
wijze, waarop zij het doen en daarbij zichzelf
binnenste-buiten keereii, tot elk van deze menschen
leeft, in dezelfde groepeering, waarin de wereld
reilt en zeilt: de egoïst, de half-zaehte. de femelaar
en de nietsnut.
Verkade heeft zich bovendien bij deze verzorgde
reprise nogceiis als de Hhaw-ivgisseur van vroeger
kunnen toonen. Zijn eigen Crofls. zeer gemarkeerd
EXKEN DAG N GLAASJE
Muziek
door Constant van Wessem
Wind i 111 i r Horowitz
Drie jonge Ukraïnische Joden trokken uit om de
muzikale wereld te veroveren: de violist Milstein,
de cellist Piatigorsky en de pianist Wladimir
Horowitz. Zij hebben de muzikale wereld ver
overd : hun namen hebben thans een wereld
reputatie, hun concerten zijn niet langer slagvelden,
de zege is bij voorbaat hun.
Wladimir Horowitz kwam hier Maandagavond
dan ook spelen voor een stampvolle zaal, iets
wat te meer opviel, daar het langzamerhand uit
zondering is geworden in de tegenwoordige tijden.
Hij kwam, correct, zakelijk, zelfbewust en speelde.
Bach's Toccata was het eerste stuk en het dwong
een stilte van ademloos luisteren af: hier
vereenigde. naar uit het verloop van den avond bleek.
Horowitz zijn beste en edelste kunnen, een prachtig
pianistisch detailspel in den grooten machtigen
stroom van het geheel, muziek, glashelder en toch
vast van lijn, weergegeven als een meesterlijk
handwerk, met diep inzicht in wezen en structuur
gedaan. Horowitz' pianistisehe arbeid is zoo ver
bluffend, dat onbeduidende muziek onder zijn
handen groot en boeiend wordt. Hij speelde een
lief Hondo van Hummel met een persoonlijke
charme, die aan de charme van Kreisler's kleine
stukken op de viool herinnerde. Meesters als
J-Jrahms liggen hem echter minder: de Walsen
werden van een sentimenteele weekheid, die tegen
de natuur van Brahm's muziek ging, de
Paganinivariaties lieten zich beter verwerken in de groote
pianistisehe virtuositeit van zijn spel. De avond
bracht ten slotte meer pianistisehe dan
psyehischgroote indrukken, het programma, leek ook te veel
ter wille van dit eerste uitgekozen. Xa Chopin. na
Liszt stortte Horowitz zich in de moderne geluids
virtuositeit van Strawinsky's
.,1'etrouchka"stukken. doch hier ook bleef een zeldzame
beheersehing in de veelheid. Ken reeks toegiften van
Chopin beëindigde dezen alleszins merkwaardiger!
avond, waarvan men hoogstens kon wenschen. dat
bij de samenstelling iets minder aan het brillante
was geofferd. . . .
gespeeld en een beetje paljassend op de wijze van
alle salonduivels van Verkade, is niettemin een
tot in het detail berekende en uitgewogen rol, die
ook in den weinigen tekst, dien hij te zeggen heeft
(én groote scène aan het slot van III) van top
tot teen de souteneur ..en gros" is, waarvoor Shaw
blijkbaar met welbehagen dien naam als zijn eigen
scheldwoord: ..Crofts" bedacht.
Tot de reeds van vroeger bekende figuren
behoort tenslotte ook de Praed van Hans van
.Meerten, wel zijn beste rol tot dusver, een lieve
a-'stheet. die grijs aan de slapen geworden is door
zijn verlangen naai' schoonheid. Italië, sentimen
teele liefde en de wereld des goeden en naïever).
een zwakke broeder niet blauwe oogen en een
praatgraag kind op oude h ee re n-sloffe n, die men
bij tientallen in het ..kunstleven" van elke grooto
stad zou weten aan te wijzen.