De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 30 april pagina 15

30 april 1932 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

No. 2865 De Groene Amsterdammer van 30 April 1932 15 Dollarpirine door C. A. Klaasse Spoken? Sedert de Old Lady of Threadneedlestreet de knip van haar gouden beurs gesloten heeft, heeft men meer dan eenmaal in het openbaar hooren betwijfelen of Amerika wel kans zou zien zijn munt op pariteit te handhaven. Het land moge dan met Frankrijk de eer genieten de grootste goudbezitter ter wereld te zijn, er zijn desniettemin factoren welke dat bezit in gevaar brengen, aldus de twijfelaars. Inderdaad is er tusschen Amerika's en Frankrijk's financieele positie dit groote ver schil, dat terwijl de V.S. omvangrijke opeischbare verplichtingen aan het buitenland hebben, Frankrij k integendeel belangrijke bedragen op korten ter mijn in den vreemde, en niet in de laatste plaats juist in Amerika, heeft uitstaan. Amerika met zijn groote goudvoorraad pronkt dus bij wijze van spreken met een andermans veeren. Kn die gulden veeren zouden hem wel eens uitgetrokken kunnen worden. Juist zoo is het in Engeland gegaan, waar in een minimum van tijd al het geleende" goud uitverkocht was. Dit gevaar is waarschijnlijk schromelijk overdreven, mede een gevolg overigens van de Amerikaansche bankwetgeving. een situatie waarin de nieuwe Glass-Steagall-bill tijdelijk wijzi ging wil brengen. Men mag aannemen dat de V. S. zelfs zonder de gouddekkingsbepalingen belangrijk te wijzigen vrijwel de geheele opeischbare schuld aan het buitenland zou kunnen terugbetalen. En bovendien kunnen zij nog de dekkingsverplichting wijzigen ! In Engeland was de krach onvermijde lijk omdat immers potentieel alle goud van de Bank of England op was (rekening houdend met het Fransche en Amerikaansche steuncrediet), zoodat daar geen dekkingsverandering meer hielp. Niet alleen d e, ,short-run"-positie van de Amerikaan sche betalingsbalans, ook de long-run-situatie is niet in het minst te vergelijken met die van Engeland; de handelsbalans, is inderdaad minder gunstig dan voorheen, maar met inbegrip van de overige posten, voornamelijk rente-inkomen uit in den vreemde belegd kapitaal, sluiten debet en credit nog. De meeste dollartwijfëlaars baseeren echter hun sombere visie dan ook niet op de oogenblikkelijke situatie, maar veeleer op de toekomst. Wat ziet men dan in die toekomst voor spoken:1 Ik behoef het nauwelijks te zeggen, iedereen weet het: sedert den oorlog kan geen enkele regeering op het gebied der overheidsfinanciën een maat regel nemen, zonder in negen van de tien gevallen van alle kanten de angstkreet: inflatie toegebruld te krijgen. Zelden bestond er een begrip dat meer verkracht en minder begrepen werd dan juist de inflatie. Welnu, al minstens een dozijn maatregelen op financieel terrein in de V. S. genomen zijn voor inflationistisch uitgekreten. Dort wo Begriffe fehlen.. . galmen in dit Goethe-jaar vele Mephistofelen. . . . welnu zulk een woord is inflatie ! Het begrootingstekort was natuurlijk een kiem voor inflatie, in Duitschland en Frankrijk was een deficit op het staatsbudget immers ook het begin van de ellende. De National Credit Corporation? Niets dan een staatsgevaarlijk instituut, veil om spandiensten te verleenen aan den inflatieduivel. De Keconstruction Finance Corporation, die haar middelen grootendeels van den Staat moest krijgen welke ze op zijn beurt weer verkreeg door uit gifte van schatkistpapier, verbeeld u schatkist papier ! was niets dan de belichaming van de meest infame onteigening der houders van dollarvorderingen. Het summum is wel de aanhangige <Hass-Steagall-wet, die de veilige en solide grond slagen van het Federal Keserve System wil onder mijnen, en de biljettenpers rücksichtlos aan de gang wil zetten. Nu moet hierbij niet vergeten worden dat het voornaamste doel en tot nu toe ook de voornaamste practische consequentie van al deze financieele steunmaatregelen is: de illiquiditeit der banken te overbruggen, en te zorgen dat bankdeposito's, die toch sowieso ais geld kunnen funrjeeren, in bankpapier, een andere vorm van geld, kunnen worden omgezet. De be strijding van bankfaillissementen is de voor naamste drijfveer geweest voor al deze steunacties, en al steeg de biljettenomloop er ook nog zoo hard door, nieuw geld werd niet gecreëerd, want het was er toch al. in den vorm van deposito's, van giraal geld dus. Natuurlijk zijn dooi1 de bedoelde lichamen ook andere credieten verleend, b.v. aan de spoorwegen. Amerika kan tchter onder de huidige omstandigheden heel wat crediet ver dragen, alvorens er sprake is van inflatie die met prijsstijging of beïnvloeding van irn- en export op andere wijze, gepaard gaat; en zitten laatst genoemde consequenties niet aan de crediet expansie vast dan kunnen de Yankees zich ge lukkig prijzen met zulk een inflatie ! Als zij met het nieuwe geld hun productieapparaat wat meer kunnen gebruiken dan zal hun dat zeker testade komen. Voorloopig geloof ik dan ook dat uit die hoek geenszins gevaar te duchten is. Maar er zijn meer wegen die naar Home leiden, en zoo zijn er ook meer wegen die naar daling van de wisselkoers voeren ! De inflatie-psychopaten hebben angst voor het langzaamwerkend vergif: geldschepping, prijs stijging, stijgende import, dalende export, gouduitvoer, opvraging van saldi en verkoop van effecten door het buitenland, opschorting gouden standaard.... depreciatie. Maar er is een veel grooter gevaar, dat veel sneller, dat van vandaag op morgen kan opkomen. Heeft men angst voor inflatie dan vreest men dat Amerika op een goeden dag de dollar niet meer in de hand zal hebben, dat de omstandigheden zij het dan ook mede door eigen schuld verwekt zullen dwingen tot los laten van de gouden standaard. Maar als Amerika nu eens het goud wil loslaten, al moet het ook niet noodgedwongen? Daar schuilt een veel grooter gevaar. De Yankees kunnen wel eens genoeg krij gen van een dollarkoers van ? 2,50 en een koers van ? 2.?of ? 1,75 prefereeren. Kn dan hoeven zij niet eens het goud lostelateii", zij kunnen het rustig vasthouden, alleen in een wat andere verhouding. Een gouden eagle bevatte tot nu toe 15,05 gram fijn goud; met intrede van heden niet meer dan driekwart daarvan, aldus zou de oekase kunnen luiden, die met n slag zonder fluctuatie en onrust de dollar kan onthoofden. In Engeland is een niet onbelangrijke groep, die de val van het pond niet ongaarne heeft gezien, die reeds, vóór in September 1930 de barre noodzaak" zich aandiende, hun stern hadden doen hooren vóór devalvatie". In Amerika had men tot voor kort van zulk een strooming maar heel weinig bemerkt. Er was daarvoor ook veel minder reden, immers in Engeland gingen de voornaamste vertegenwoordi gers uit deze groep ervan uit, dat sedert de wederinvoering van den gouden standaard in 1925 het pond te hoog te paard zat en dat die fout hersteld moest worden; in Amerika was daarvan geen sprake. Onder den druk van het crisisverloop schijnt inmiddels de devalvatiegroep aanhangers te hebben gekregen. Een paar dagen geleden maakte een heel nietig berichtje in de kranten melding van de gunstige stemming welke in liet Huis van Afgevaardigden een wetsontwerp had ontmoet, welk ontwerp strekte tot stabilisatie van de dollar op het peil van 1920". Men kan hieruit van alles lezen, maar het wekt gedachteiiassociaties aan Irving Fisher's plan voor een stabilized dollar, waarvan de goudinhoud zou varieeren met het prijsniveau. Terug' naar de dollarwaarde van 1926 beteekent: terug naar de prijzen van 192(i, dus 40 of 50 0 minder goud in de dollar. Nu kan men over de merites van zulk een plan wanneer het internationaal wordt toegepast van opinie verschillen, maar wanneer morgen Amerika de goudwaarde van zijn dollar zou halveeren, dan beteekende dat in elk geval daling van de wisselkoers op de helft ! Kn dat zouden de voorstanders van dit plan best kunnen beschouwen als een uitkomst voor de Amerikaansche industrie, en zelfs de landbouw. Zooals ook in Engeland men zich veel voorstelde PUROL in huis! Bij Brand- en Snijwonden, Pijnlijke Kloven, Ruwe handen en Schiale huid. van de muntdepreciatie-injectie. Via de wisselkoersdaling de prijzen der stapelartikelen terug naar het peil van 192(i, gelijke loonen, geringe stijging der kleinhandelsprijzen, meer export. minder import, voila liet luilekkerland dat de wetsontwerper zich allicht voorstelt. Tegen zulk een plan vallen al die bezwaren, welke geuit kunnen worden tegen het loslaten van de goudbasis zonder meer, weg. omdat immers de consequentie: on controleerbare fluctuaties, afglijden van een hellend vlak enz. hier niet intreedt; onmiddellijk wordt een nieuwe goudbasis gefixeerd. Wat niet weg neemt dat er vele redenen zijn om aan te nemen dat de heilzame werking erg zal tegenvallen: juist in een land van de economische beteekenis van Amerika bestaat een groote kans dat een. muntverval geen, althans lang geen evenredige, prijs stijging zal uitlokken. Immers voor een groot aantal artikelen wordt de maiktpositie in zulk een mate door Amerika beheerscht, hetzij als vrager hetzij als aanbieder, dat veeleer de wereldprijs bij daling van den dollar zou woi den gedrukt dan de dollarprijs omhoog geschroefd. Een typisch voorbeeld daarvoor was b.v. de ontwikkeling van de ijzerprijs tentijde van de val van het pond sterling. Na even met de wisselkoers te zijn meegestegeri herstelde zich toen al spoedig de oude ijzernoteering in shillingeri en de wereldmarktprijs daalde met de pondenkoers ! Kn wanneer de prijsstijging wel komt. . . . dan is er in wezen toch niets anders gebeurd dan dat de reeële inkomens beknot zijn ten behoeve der producenten, wat overigens juist de crisis kan overwinnen, omdat crisis juist irrendabiliteit der ondernemingen beteekent. Maar hetzelfde doel kan dus worden bereikt door rechtstreeksche verlaging van loon, rente, pacht, hoofdsom van schulden etc. bij noodverordening, of door belastingheffing ten bate van een industriesubsidiefonds. Dat heeft tenminste het voordeel dat men zeker kan zijn het doel te bereiken ! liet grootste bezwaar van de heele noodsprong is echter wel dat het geen internationale verlichting van de crisis brengt, hoogstens een nationaal panacee is. Nu kan dat het betrokken land Wurst zijn wanneer het er zelf maar bij gebaat is, maar het gevaar is groot dat de andere landen het niet op zich zullen laten zitten. Wanneer Amerika het voorbeeld voor verlaging van de goudwaarde van de munt zou geven dan zouden er allicht spoedig heel wat volgen. Kn dan is het met de heele voor sprong alweer gedaan. Wanneer men hier al een geneesmiddel heeft, dan geldt de conditio sine qua tioti. dat een ander het niet inneemt, en dat is moei lijk te voorkomen. Wanneer we allemaal het trucje van de muntaderlating zouden toepassen dan geeft het al niets meer, want de prijzen zullen zich daarvan bitter weinig aantrekken; de inflatie die op de devalvatie moet volgen om haar effectief te maken zou dan uitblijven bij gebrek aan stimu lans van de wisselkoersen ! Daarbij komt tenslotte dat persaldo Amerika heel wat meer dollarvorde ringen op het buitenland heeft dan schulden, zoodat het bij devalvatie de waarde van zijn vorderingen zelf zou drukken; daartegenover kan men natuurlijk stellen dat dan de debiteuren misschien betalen, wat ze nu ten deele niet doen. Wat intusscheri niet wegneemt dat men toch wellicht in Amerika naar dit middel zal grijpen. Men heeft nu al zoolang met de crisis gedokterd. Waarom zou lloover het niet eens wagen met het nieuwe gepatenteerde geneesmiddel: dollarpirine? De toestand is rijp om de zotste dingen te doen. en zoo krankzinnig is dit nog niet eens. liet valt op het oogeiiblik nog moeilijk te zeggen in hoeverre de regeeririg in Amerika rijp is voor ventures" als deze, maar de ervaring van de laatste jaren heeft ons geleerd voorzichtig te zijn, en niets voor onmogelijk te houden. Onder de huidige omstandigheden mogen de houders van dollarobligatiën zich dat risico niet ontveinzen. LE CHAMPAGNE ENVOGUE JAGER GERLINGS HAARLEM

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl