Historisch Archief 1877-1940
No. 2885
De Groene Amsterdammer van 30 April 1932
19
Uit het kladschrift van Jantje
Croquante croquetjes
Het is niet om het een of ander en
de vriendinnen zullen zeggen dat het
de kif" is, maar ik moet er toch tegen
protesteeren dat van de negen en der
tig eere-doctoren die, net als Ford zijn
wagentjes in serie maakt en meneer
Robijns zijn caramboles, door de Am
sterdamsche Hoogeschool bij drie en
een half dozijn tegelijk zijn afgeleverd,
geen enkele vrouw is. Daar moet ik,
namens alle Amsterdamsche, wat zeg
ik, alle Nederlandsche vrouwen, tegen
protesteeren. Ik zal niets afdingen op
de bekwaamheden van de nieuwe
doctoren en het zou een eenvoudige
vrouw als ik ben ook niet passen, maar
was er nu onder de vier en een half
millioen Nederlandsche vrouwen geen
enkele die voor den doctorshoed, zoo
als meneer Stanislafski het noemt, in
aanmerking kwam ?
Ik weet niet hoe zoo'n doctorshoed
er uit ziet, maar zou hij een vrouw zoo
veel gekker staan dan een man en zoo
veel gekker dan de tegenwoordige
hoedjes die tegen je slaap gekleefd
zitten?
Hebben wij tegenwoordig niet op
elk gebied vrouwen die uitblinken?
Ik zeg nog eens: het is niet om het een
of ander of omdat ik er erg gebrand op
zou zijn, maar als ik mezelf nu eens
neem. Ik ben maar een eenvoudige ziel,
maar is er in heel Nederland en onder
al de nieuwe eere-doctoren er een die
zoo lekker niertjes weet te stoven als
Aal? Met een champignon-sausje er
oser?
'Er is een eere-doetor ^benoemd
omdat hij zooveel van bloemen en
planten afweet, maar wat weet deze
meneer af van pieterselie, van
knolselderie en van dragondertjes en hoe je
die in de sla mengt? Er zijn er niet
veel meer over die bij mevrouw zaliger
kwamen eten en waarom kwamen zij
er altijd met zoo'n gezonde etenstrek?
Om dat zij wisten dat er voor het for
nuis een eere-doctor in de kookkunst
stond die wel geen doctorshoed op
haar knoedeltje droeg, doch een mooi
geplooid tulle-mutske dat haar heel
goed stond, al zeg ik het zelf, en vraagt
u maar eens aan den eere-doctor, me
neer Rikus Colijn, die wel eens in de
Bocht is wezen eten, heel op het laatst,
of ik overdrijf? En zooals ik er een
ben, .zoo zijn er duizenden van die
eere-doctoren in het land, die meer
doen om den heer des huizes in zijn
humeur te houden en daardoor zijn
frisschen kijk op de duigen des staats
bevorderen door hun kookkunst dan
veertig eere-doctoren bij elkaar!
Ik heb het nu alleen nog maar over
de kookkunst, omdat die me nauw aan
het harte ligt, maar hebben wij geen
schrijfsters van talent die graag een
Dr."voorhaar naam zouden hebben
al ware het alleen maar om haar man
er de oogen mee uit te steken. Zou een
schrijfster als de dame die De Klop
op de Deur" heeft geschreven, niet
den hoed mogen hebben? En dan de
dame die tot ver over de grenzen be
roemd is door haar boeken over het
voor-vorige, het vorige en het tegen
woordige geslacht? Er zijn onder die
negen en dertig eere-doctoren vermoe
delijk wel eenige die kale hoofden
hebben en zonder hoed op kou zouden
vatten en ik gun ze graag hun hoofd
deksel, maar is er onder onze schilde
ressen geen een die, och maar voor
zoo heel klein doctorshoedje, in aan
merking kon komen? Had bijvoor
beeld mejuffrouw Lizzy Ansingh, die
de heele wereld als een poppenspel
ziet, niet onder de veertig mogen zijn?
Ik heb tegenwoordig een vrouwelijke
dokter, want ik vind mannen aan je
lijf vies ja, vies en zij heeft
in haar pink meer kennis van de me
dicijnen dan al de Amsterdamsche
busdokters en professoren bij elkaar
en zoo'n vrouw wordt maar doodkalm
door de heeren over het hoofd gezien l
Wie staat er met zooveel succes aan
het hoofd van de Kunst in Amster
dam? Ik bedoel niet den wethouder
maar de dame ten Stadhuize die er de
lakens uitdeelt. Een vrouw en ook zij
wordt genegeerd !
Wij hebben mevrouw Mann nog
altijd te midden van ons en wat zou
het niet een lief gebaar geweest zijn
als de Hoogeschool, de Amsterdam
sche Hoogeschool, deze Amsterdam
sche actrice, die voor den naam van
de stad meer gedaan heeft dan twaalf
Senaten bij elkaar, op haar twee en
tachtigsten verjaardag tot eere-doctor
bevorderd had l
En is er soms onder onze politieke
dames niet n waard den eere-hoed
op haar toetje te drukken? En wat
hebben zij niet gedaan tot verheffing
van de vrouw, tot haar bevrijding van
de dwingelandij van den man! En
waarom is er onder de negen en dertig
niet n huisvrouw, een doodgewone
huisvrouw en moeder en toen ik daar
meneer Stanislafski over sprak, zei
hij dat het hem ook verwonderde, want
u moet weten, mevrouw, zei hij, dat
ze de universiteit de Alma Mater"
noemen, wat zooveel beteekent als do
voedstermoeder, en het is wel vreemd
dat de professoren die aan haar
hm zei meneer in eens, enfin vi
begrijpt wel wat ik zeggen wil dat
de professoren die een voedster
moeder hebben, eenvoudig hun eersten
plicht vergeten en een moeder niet
waardig keuren opgenomen te worden
onder het hooge gezelschap! Er is
pas een vrouwelijke professor be
noemd ? wat is dat ook van een leien
dakje gegaan l en heeft die dame
dan niets gezegd tegen haar manne
lijke collega's of mag dat misschien
ook al niet? En wanneer wordt er nu
ook eindelijk eens een vrouw die op
sportgebied uitmunt en onzen naam
tot ver over de grenzen beroemd maakt
onderscheiden? Als ik lees waarom
sommige van de eere-doctoren ge
erd worden nou, dan schud ik mijn
oude hoofd en als n ding mij ver
bitterd heeft dan is bet dat de naam
van Ma Braun", de lieve moeder van
Zus", heelemaal over het hoofd is
gezien. Onze Ma" heeft meer ver
stand van zwemmen dan meneer doc
tor Henri Polak van planten weet
ie wanneer de Hoornsche wortelen
het malscht zijn? en alleen al het
feit dat zij een zwem-wonderkind als
Zus" ter wereld heeft gebracht, had
haar minststens een dozijn
eere-hoeden moeten aangebracht hebben.
Ik moet tegen dit alles protesteeren
en uit protest teeken ik vandaag, met
of zonder eere-hoed,
Dr. ALIDA ZEVENBOOM