De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 4 juni pagina 18

4 juni 1932 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

j* i I Het zichtbare geluid De Groene Amsterdammer van 4 Juni 1932 No. 2870 door Lou Licht veld ^ ft? ? >4 ' (ttifcHJ, a ?» «U ,o.ff De opname-procédé's welke men heden ten dage voor de geluidsfilm aanwendt, zijn te verdeelen in twee hoofdgroepen. Bij de eene groep wor den de geluiden tandvormig opgeteekend in scherp-gescheiden zwartwit-partijen; bij de andere groep door een steeds wisselende band van scha duwen, welke over düizende schakee ringen loopen van zuiver wit naar diep zwart. De eerste soort wordt meestal het transversaal-procédé, de tweede het intensiteite-procédégenoemd. ledere soort is bij het bekijken van een strookje geluidsfilm onmiddellijk herkenbaar. Het transversaal-procédéwordt o.a. gebruikt door de Radio Corporation America en door Gaumont-Petersen Poulsen, terwijl Western Electric, Fox-film en Tobis-Klangfilm het intensiteits-procédéhebben. Ze hebben beiden op het oogenblik hun voor en tegen, en daar dagelijks aan de ver betering van bside systemen gewerkt wordt, zijn de resultaten van een vergelijking soms zeer ongelijk. Ben gemeenschappelijk voordeel is, dat hoewel de opnamen uiteraard met geheel verschillende toestellen ge schieden, de reproductie van trans versaal- en intensiteits-procédé's op eenzelfde toestel, zonder eenig ingrij pen, kan geschieden. : Een- constante lichtstraal die op de gehiidsstro'ok valt, wordt of door de tanding, óf door de intensiteit tot een voortdurend wisselende lichtstraal ge maakt, wanneer zij valt in een photoelectrische cel. Deze cel wordt met 'recht het oog van de klank" ge noemd. Zij zet de 'lichttrillingen om in electrische schommelingen, die, ver sterkt, in de luidspreker luchttrillingen, geluiden worden. Deze gang van zaken is juist de teruggang van hetgeen er bij de ge luidsopname plaats vindt. Daar wor den de geluiden, luchttrillingen, op gevangen door de microfoon, dir ze omzet in electrische schommelingen. D3ze beïnvloeden een lichtbron zoo?danig, dat de opgewekte lichttrillin gen worden vastgelegd op een gevoe lige filmstrook, die het negatief is van de voor reproductie geschikte film. Het verschil tusschen de beide procédé's schuilt nu in de wijze waarop bij de opname de electrische schom melingen worden omgezet in licht trillingen. Bij het transversaal-procédébrengt de microfoon een oscillograaf" in trilling, een spiegeltje dat een vaste lichtbron weerkaatst op de gevoelige film, zoodat de lichtvlek een voort durend scherp-geteekend bergketenprofiel" op de film wordt. Reeds in 1893 had.AndréBlondel het beginsel van deze oscillograaf be dacht, en in 1901 en 1902 verbeterde hij het. Zulk een spiegeltje geeft uit wijkingen van een paar millimeter (de schommelingsbreedte, d. i. amplitude correspondeert met de toon-sterkte) bij een frequentie van 10.000 perioden per seconde. (De frequentie corres pondeert in de eerste plaats met de toon-hoogte en voorts ook met de toonkleur). Het intensiteits-procédékan op verschillende wijzen worden verkre gen. Bij Westem-Electric door een galvanometer, die tusschen twee dra den een lichtstroom doorlaat. Onder invloed van de electrische schomme lingen verwijdt of vernauwt zich de spleet, en daarmede wordt de inten siteit van het licht vergroot of ver kleind. Dit licht-vent iel" berust op een uitvinding van Duddell, die reeds van 1902 dateert. Lee de Forest in den beginne, en later Fox Movietone, gebruikten met edelgas gevulde lampen, waarvan de licht-intensiteit varieerde volgens de schommelingen van de microfonische stroom. Op weer een ander beginsel berust de Kerr-cel, waarmede het TobisKlangfilmconcern zijn opnamen doet. In deze met vloeistof gevulde cel valt een gepolariseerde lichtstraal. De vloeistof in de Kerr-cel heeft de eigen schap in een electrostatisch veld een passeerende lichtstraal dubbel te bre ken. Door een optisch systeem heeft nu de straal bij het uittreden van de cel een wisselende intensiteit, welke door de gevoelige film wordt vast gelegd. Van al deze intensiteits-methoden lijkt die van de edelgas-lamp de een voudigste; maar zij is op het oogen blik nog de minst volmaakte en zekere. De foto-electrische cel, die de licht stralen weer in. geluiden omzet, is bij stukjes en beetjes ontstaan, maar het eerst toegepast door Bell, den uit vinder van de telefoon. * * * Wie zich naar de opname-studio be geeft, zal verwonderd wezen, dat hij van al deze ingenieuze apparaten niets te zien krijgt. Ze staan veilig en wel verborgen in een volkomen af gesloten gedeelte van de ateliers. En terecht. De uiterste fijnheid van deze apparaten, de juistheid van hun functioneeren maakt rust en voorzichtig heid bij hun behandeling noodzakelijk. Hier bevinden zich de ingenieurs welke nooit met spelers of regisseurs in aanraking komen, en die van al de geluiden in de studio's niets anders opvangen dan de schommelingen op de wijzerplaten van hun ampère- en gal vanometers. Toch is het hier, dat de eigenlijke geluidsopname tot stand komt en het geluidsbeeld" geteekend wordt op de geruischloos voortglijdende film strook. Alleen heeft het geluid reeds een langen weg afgelegd, voordat het hier belandt, en op dien weg menige omvorming ondergaan. Het spreekt vanzelf dat alles erop berekend is deze omvormingen zoo veel mogelijk tegen te gaan en een zoo natuurlijk" mogelijke weergave te verkrijgen. Daartoe dienen vele maatregelen, die aan de opname studio haar eigen aspect geven. In de eerste plaats moet men alle echo- en galm-werking zien te voor komen, die vooral in niet al te groote studio's, en een ondoelmatig zich ver spreiden van het geluid, dat vooral in grootere ruimten zich voordoet. In het eerste geval wordt ervoor gezorgd dat de wanden, vloer en zoldering zooveel mogelijk geluid absorbeeren, en zoo weinig mogelijk terugkaatsen. Dit wordt op het oogenblik het beste bereikt door de wanden te bekleeden met celotex, de zoldering met doeken en de vloer met kokosmatten. Op deze wijze worden in groote ruimten de geluiden ook afgeschermd. Juten schermen verrichten wonderen om het geluid te richten. Intusschen gaat het ook niet aan om zoo maar alle secundaire geluids trillingen op te vangen. De rechtstreeksche of primaire geluidsgolven, de teruggekaatste secundaire, en een derde, in de geheele ruimte optredende golfstrooming veroorzaken tezamen een geluidseffect dat aan onze her senen haar acoustische ruimtevoor stelling" geeft. Nu is het duidelijk, dat deze acoustische ruimtevoorstel ling van het grootste belang is voor de geluidsfilm. Het opgenomen klank effect moet overeenstemmen met de gefotografeerde ruimte, daar fouten in deze richting veel sneller en storender worden waargenomen dan bijvoorbeeld fouten tegen de synchroniteit. De geluidskarakteristiek van een ruimte is dus de som van alle gunstige en ongunstige geluidseffecten. Men heeft ze nauwkeurig tegen elkan der af te wegen en te doseeren. En hier is het gebied waar de fantasie van den geluidsregisseur bevruchtend moet werken op de wetenschap van den electro-acoustischen ingenieur. Soms kan men met eenvoudige mid delen merkwaardige ruimte-effecten verkrijgen. Wanneer men bijvoorbeeld een geluid door twee op verschillende afstanden van de geluidsbron, anders gerichte of anders afgeschermde mi crofoons opneemt, krijgt men door de verschillende verhoudingen en de lichte ongelijktijdigheid een soort van relief", analoog met het steresconisch effect dat men heeft bij het gelijktijdig bezien van twee slechts een -weinig verschillende fotografieën. Inplaats van op zulk een wijze iets aan het geluid toe te voegen, kan men er ook iets afdoen. Door een bepaald systeem van condensators in te scha kelen, kan men bepaalde frequenties van het geluid bevoordeelen, en andere onderdrukken. De toonkleur wordt daardoor in hooge mate beïnvloed, en hoe nuttig zulk een beïnvloeding kan zijn, illustreert het volgende voor beeld. Een filmacteur speelt in acte I een twintigjarigen jongeling; in acte V is hij een grijsaard. Hij kan door goed te spelen en zich goed te schminken in beide rollen een volkomen natuurlijke beeldopname geven. Maar wat doet hij met zijn stem ? Hoe goed of hij het ge luid van een ouden man of van eefi jongeling ook zal willen nabootsen, in de meeste gevallen zal het hem maar matig lukken, en gewoonlijk ten koste van het eigen karakter van zijn stem. Hier nu wordt hij een handje geholpen door den geluidsmenger, den soundmixer", die het systeem van de geluidsfilters bedient. Deze kan door het naar voren brengen van zekere frequentie-groepen een stem zoowel ouder" als jonger" maken. Een derde machtig hulpmiddel is het mengen van zeer verschillende geluiden. Een geluidsopname die men een jaar tevoren te Peking gemaakt heeft kan men langa electro-acousti schen weg mengen met een ander ge luid dat op het oogenblik zelf in de studio ontstaat. Zoo zou men een echte Pekineesche straatscène kun nen maken, niet dialogen en close-ups uit de studio. Honderden en nogmaals honderden combinaties en variaties zijn denkbaar, en geen scherpzinnig regisseur die niet telkens in een nieuwe film ook een nieuwe vondst toepast. Een enkel voorbeeld slechts: in Olair's Sous les toits de Paris" komt een scène voor, waarin men eenzelfde liedje hoort voortzetten op verschil lende tages, door verschillende menschen, telkens met andere stemmen en andere begeleidingen. Hoe werd dat opgenomen? Onafhanklsijk van het beeld. Clair bouwde in de studio een reeks van badhokjes; in elk daarvan zat een zanger of zangeres met zijn instrument. Gelijktijdig voerden zij allen het lied uit, terwijl de microfoon van het opname-apparaat langzaam langs de hokjes reed, zoodat men bij elk nieuw hokje het geluid uit een andere zone hoorde. Het apart opge nomen beeld werd in overeenstemming hiermede gemonteerd. Mjn ziet, hoe jong de speeltechniek van de geluidsfilm, ook is, zij kent en gebruikt al een menigte van trucs, kunststukjes evenals die welke aan de stomme film zijn eigen cachet heeft gegeven. Een goed toonfilmmanuscript zal dan ook niet alleen met het natuurlijke acoustische effect, maar ook met het kunstmatige rekening houden; het dient evenzeer los te staan van alle tooneel en opera, als het manuscript van de zwijgende film. Een andere groote moeilijkheid bij het maken van geluidsopnamen is het uitschakelen van alle hinderlijke bij geluiden. Konden vroeger de regisseur en zijn helpers tijdens de opnamen spreken en aanwijzingen geven, thans moeten zij het diepste stilzwijgen be waren, want alleen de spelers mogen hoorbaar" zijn. En zelfs bij dezen moet die hoorbaarheid beperkt blij ven. Bij het maken der eerste geluids films heeft men langen tijd gezocht naar een vreemd, ruischend bijgeluid, dat in sommige scènes met geen moge lijkheid was weg te krijgen, totdat men tenslotte tot de ontdekking kwam dat het afkomstig was van de zijden bovenen onder-kleeding der actrices. Op zulke kleinigheden heeft men te letten, en een enkele verkeerde ademhaling werkt al storend. De filmtoestellen die vroeger zoo lustig rikketikten, zijn nu alle inge bouwd in geluiddempende kisten. De studio is doodstil geworden bij de opnamen, men werkt er slechts met lichtsignalen, en boven alle deuren waarschuwt een roode lamp voor stilte tijdens de opnamen. De grootste ateliers zijn met opzet ver gebouwd van alle verkeers- en fabrieks-geluiden, ofschoon zij zich nooit geheel kunnen beveiligen tegen hun grootsten vijand: de vliegmachine, die boven alle daken komt en een door alle wanden dringend geraas maakt. Meestal is er dan ook bij ge voelige opnamen een uitkijkpost, die bij nadering van een levenmaker onmiddellijk onveilig" naar de studio seint, waar men geduldig heeft te wachten tot alle gevaar geweken is. CENTRALE VERWARMING | HERINGA & WUTHRICH l Amsterdam HAARLEM Den Haag. tel. 23092 tel. 11966 tel. 118970

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl