Historisch Archief 1877-1940
i:
HE FILM
) Filmtrilogie
theater
.J. Jordacm
i collega's dit principe hartstochtelijk aanbeveelt ? Gij zoudt
ij een zoo in zich zelf volmaakte kunst als onze Kabuki
gingen parafraseeren, terwijl gij voor uw eigen Meyerhold
'e omloopt ja zelf s uw eigen prominente acteurs mijdt ? !
ia. Eisenstein en van ons allen een onredelijk en onlogisch
gaan maken zooals het kanonnen maakt naar zuiver
'ee, dat deze nieuwe uitdrukkingsvorm een eigen artistieke
loopt volkomen met de westersche opvattingen parallel. In
re de tallooze movie-magazines, niet minder dan drie
film?. uitgegeven: de Kinema-Jumpo, de Eiga-Orai en de
Eigaliet principe eener oorspronkelijke filmkunst tegenover de
louden. Het ware wel zeer naief te verwachten, dat uit een
ieu producten zouden voortkomen, die misschien voor onze
-? oogen belangwekkende curiosa zouden zijn, doch op zich
xcipe der moderne film totaal zouden miskennen.
?leemt niet weg, dat de Japansche film een aanzienlijke
orde filmkunst in het algemeen kan beteekeneu. Meermalen
>laatse beweerd, dat een internationale" filmkunst een
lenkbeeld is en slechts een stumperig soort cinegraphisch
voorschijn zou kunnen roepen. De waarlijk sterke film is
ontleent haar kracht aan de atmosfeer en de karakteristiek
jodem. De Russen hebben bewezen de modernste
cameratgetechniek te kunnen voeren en nochtans in hart en nieren
en zelfs Sovjet-Russisch te zijn.
r wij dus met belangstelling de Japansche film naderen,
en wij afstand doen van het idee een fotografische houtsnede
len bewonderen. Wij moeten ons vóór alles prepareeren op
?.hniek van voortreffelijke vaklieden en daarbij een poging,
nteeren in overeenstemming met zijn karakter.. .. d.w.z.
oh dan het nationale milieu (mits niet in
Butterfly"nationale traditie (mits niet als foto van de Kabuki) doen
et slechts van de kunstzinnige intuïtie af of het product
'tonkunst beteekent ja, dan neen.
?wegingen valt het van de Nederlandsche TJFA te
waarns in de gelegenheid stelt met specimina der moderne
anis te maken. Het geschiedde ditmaal in den vorm eener
soden uit Japan's historie, respectievelijk duizend,
vijf3n geleden. Men zal er veel van het hierboven geschrevene
.e in zijn klare, koele belichting en groote beweeglijkheid
> Rusland geïnspireerd is. Men heeft aanvankelijk eenige
het ge-Fairbanks van den hoofdspeler, de schuivende
?3 associeeren met de eerbiedwaardige legende der Samurai
.nsche abakadabra, dat het klankapparaat voortbrengt,
ende volop van een interessant en dikwijls zeer geslaagd
b te waardeeren, lijkt mij zonder twijfel het tweede deel,
. fragment een levendigheid van bouw en een variatie van
i een zeer goed stuk film maken. Er komen gevechtsscènes
Dagen" en Pudowkin's Petersburg" doen denken. Het
eerste episode van vóór het jaar 1000, die wat al te
ld. Ook overtreft het de laatste film Wereldstad", die
Japan, doch overigens een vrij platte navolging is van
ier, het zoete meiske en de Lew-Cody marqué.
niettemin naar het zuiver Japansche element, zijnde de
atage. Hier toch handhaaft zich de natuur op interessante
aaal theater doen zich gelden, zonder dat van een foto
ier een merkwaardige reactie op gevoelens en impulser.
die zich uit in plotselinge, rukkende bewegingen en schifÖerachtige standen. Het is een wonderlijk
conglomeraat van pantomime en ritueelen dans stijlvol, zeer bewogen en oorspronkelijk. De jonge
held, die het familie-zwaard voor den vader zijner geliefde veroverde, doch door dezen bedrogen werd,
keert terug om zich te wreken. Deze entree is buitengewoon curieus: De held verschijnt in de deurope
ning voor de verschrikte familie en blijft een oogenblik onbewegelijk staan. Dan een.... twee....
drie snelle, schrijdende passen. Opnieuw blijft hij staan.... wijdbeens.... hoofd gebogen... hand
aan het lange zwaard. Opnieuw twee zig-zag passen.. .. andermaal stilstaan. Ku is het heele boven
lichaam gebogen en het hoofd keert zich met gestyleerde, wajangachtige rukken naar de verschillende
personages. Dit is een wonderlijke confrontatie, die met niets te vergelijken is vreemd en ongewoon
als de figuur uit oen exotischen dans, doch even boeiend en overtuigend. Opmerkelijk is bij dit alles de
vocale illustratie, die soms den indruk maakt van radde, snelle spreektaal andermaal den leek doet
vermoeden hier te doen te hebben met de diepe, gestyleerde keelklanken van de Kabuki.
Aldus zien wij in deze belangwekkende proeven van Japansche filmkunst de combinatie van een sterk.
nationaal atavisme en een geperfectioneerde moderne techniek de zuivere en logische weerspiegeling
van het filmleven in het jonge Japan. Geen idyllische verbeelding van een prentjes-Nippon, doch de
cinegraphische manifestatie van het Land van de Rijzende Zon, van den Rijzende Invloed en den Rij
zenden.... Schijnwerper! llnckhcxiirrkins;
Klaar achter?" door J. B. Ur/es (Nono). Andrics Blitz, Amsterdam.
In ons land, dat het land van Justus van Maurik, Rido en Kees Pruis is, was Nono een der slechtste
nog in leven zijnde grapjassen. Dat de heer J. B. Uges intusschen als zakelijk waarnemer en. wat
men dan toch noemt, smakelijk verteller een aardig boek over spoorwegen en treinen heeft
geschreven is een des te prettiger verrassing. Het dikke boek, dat ons wegwijs maakt in het geweldig
organisme dat het spoor" heet, is een genoegelijk en leerzaam document, zér volledig, zér zakelijk,
zér ter zakekundig en niettemin zér leesbaar. Het is reportage van de goede soort. De couleur
personelle van Nono's blijkbaar onverwoestbare gijn nemen wij op den koop toe. Het voorwoord.
geschreven door de directie der Nederlandsche Spoorwegen" (welke plaatskaarten-heros verschuilt
zich achter deze ontzagwekkende titulatuur?) is een meesterstukje op het gebied der gemeen
plaatsencompositie. Maar de schrijver behoeft
daar niet al te droevig om te zijn. Hij kan' beter ??^. K. KLJAS
schrijven dan de directie."