Historisch Archief 1877-1940
GROENE AMSTERDAMMER
Weekblad voor Nederland
k''(>
H
t*:
t*
Onder hoofdredactie van A. C. Josephus Jitta
Redacteuren: L. J. Jordaan, F. G. Scheltetna en M. Kann. Secretaris der redactie: C. F. v. Dam
Keizersgracht 355, Amsterdam G. - Telefoon 37964 - Postgiro 72880 - Gem. Giro G. 1009
Opgericht in 1877
No. 2875
Zaterdag 9 Juli 1932
Naar een accoord
te Lausanne
door Dr. M. van Blankenstein
Gebrek aan fantasie maar eerbied
voor de feiten Storfend inter
mezzo Einde der misleiding.
De conferentie van Lausanne beteekent ondanks
alle^ebrek aan vindingrijkheid, die de deelnemende
staatslieden kenmerkt, een keerpunt in de geschie
denis van het tijdperk van na den oorlog. Hier zagen
?wij den geesel van dat tijdperk, het vraagstuk der
schadeloosstelling, als sneeuw voor de zon weg
smelten. Op -de conferentie van Londen in 1921
eischten de geallieerden jaarlijksche betalingen
van de Duitschers ten bedrage van zeven milliard
per jaar en dat gedurende een lange reeks van ja
ren. Als jnen ziet hoe het financieel en oeconomisch
bestel der wereld is ontwricht door de goudver
plaatsingen, die betalingen van tusschen de twee
en drie milliard in weinige jaren hebben veroor
zaakt, dan kan men zich een flauwe voorstelling
maken van het gebrek aan inzicht in de
wereldoaconomie, waarvan die eisch van 7 milliard per
jaar .getuigde.
Hefcging alles nog om een paar milliarden. En
gelschen en Duitschers waren het reeds eens over een
som van 2.6 milliarden, over een aantal jaren in
leeningen als die voldoende kans van slagen
bieden betaalbaar, en de Franschen stonden niet
ver meer van dit bedrag af. Daarmede moest dan
alles betaald zijn. Zouden de Franschen niet naar
beneden gaan, dan konden de Duitschers wel naar
boven. Dit punt was niet zoo belangrijk als het leek,
omdat de hier afgesproken milliarden van de mo
gelijkheid van het onder dakbrengen der leeningen,
die ze moeten opbrengen, afhankelijk zijn. En die
mogelijkheid is slechts beperkt, reikt zeker niet
tot 4000.000.000 mark.
Een ander geschilpunt vormden nog de z.g.
politieke eischen der Duitschers. Zij wilden de
bepalingen van het verdrag van Versailles, die
hun een positie van onvolwaardigheid in de wereld
geven, uitliet verdrag gelicht zien. Dat zijn de
bekende opmerking over de schuld der Duitschers
aan den oorlog die echter niet zoo scherp ge
formuleerd is als men het gewoonlijk laat voor
komen en het artikel, dat Duitschland een zeer
sterke beperking van zijn bewapening oplegt.
Vooral het laatste punt zou veel moeilijkheid
kunnen opleveren als de Duitschers het zoo kras
bedoelden als het in hun pers werd voorgesteld.
Dat echter was geenszins het geval. Zij eischten
hier te Lausanne slechts een algemeene verklaring
waarover zij, voor zij die vaststelden, de juristen
der Fransche delegatie hadden geraadpleegd. Men
kan wel niet zeggen dat beide partijen het van den
beginne af over den opgestelden tekst eens waren,
maar zoo groot was het verschil niet dat dit een
gevaar had kunnen opleveren voor de conferentie.
Intusschen duurde die conferentie langer dan men
mocht verwachten, toen de onderhandelingen tus
schen Duitschers en Franschen zooveel gemakke
lijker bleken dan men te voren gedacht had. Want
nu de geallieerden allen tot de overtuiging waren
gekomen, dat ervan Duitschland in de eerste jaren
niets, en in de daarop volgende jaren heel weinig
meer te halen zal zijn, zijn zij bijzondere aandacht
gaan schenken aan het vraagstuk van hun onder
linge oorlogsschulden. Ware de conferentie nog
een halve dag in het oude spoor van de
FranschDuitsche tegenstelling door geloopen, dan zou zij,
bij gebrek aan verdere geschilpunten, afgeloopen
zijn geweest. Nu echter, bleek dat Frankrijk en
Italiëgeen afloop wenschten voor zij met de
Engelschen hun onderlinge aangelegenheden wat
nader bekeken hadden. Tusschen de Franschen
en de Britten bestaat reeds een gentleman
agreement", waarbij beiden elkaar beloven, in geval van
onderhandelingen met Amerika, slechts een regeling
te accepteeren, die met de belangen van beide
landen gelijkelijk rekening houdt. Maar Italiëzit
daar niet in, en het is tegelijkertijd ook niet de
eenige kwestie, die tusschen Frankrijk en Engeland
betreffende de oorlogsschulden hangende is. Voor
zij zich dus ten opzichte van de Duitschers bonden,
wilden de continentale geallieerden nog eerst weten
waar zij ten opzichte van hun verplichtingen ten
opzichte van Engeland en Amerika aan toe waren.
Dit geldt vooral voor Italië. De Italianen zagen
met leede oogen de intimiteit, die zich hier tusschen
Franschen en Engelschen ontwikkelde. Grand!
toonde geraaktheid daarover en was opmerkelijk
terughoudend. Zelden verscheen hij op bespre
kingen. Daar de conferentie geen officieele zittingen
hield bestond daartoe ook geen noodzakelijkheid.
Het gevolg was echter, dat Grand! tot zijn eigen
ergernis steeds meer buiten contact met den loop
van zaken raakte. Die ergernis heeft hij toen lucht
gegeven in een interview met den correspondent
van de Petit Parisien, een interview dat, tegelijk
met het verleenen er van, ter beschikking werd
gesteld van de heele wereldpers. Dit interview was
een daad van gemelijkheid tegenover de conferentie.
Grandi draaide op eens den rug toe aan alle
gemeenschappelijke afspraken, die tusschen de
geallieerden ter conferentie gemaakt waren. Hij
verloochende de gemeenschappelijke eischen aan
de Duitschers. Hij kwam weer terug op het oor
spronkelijke denkbeeld van de ,,coup d'éponge".
Op deze manier, zoo betoogde hij. helpt de con
ferentie ons niet vooruit. Als er niet volmaakte
opruiming wordt gehouden zitten wij toch spoedig
weer in nieuwe conferenties met hetzelfde soort
van moeilijkheden bijeen.
Men denke niet dat Grandi hiermede een vrien
delijkheid voor de Duitschers bedoelde. Hij vond
dat deze wel een paar milHard mochten betalen.
niet echter als verdere schadeloosstelling, maar
als aanzuivering van hetgeen zij tijdens het mora
torium van Hoover ten achter waren geraakt niet
hun betalingen. Betaalden de Duitschers een paar
milliard, dan was dit dus niet in strijd met liet
schoonvegen van de lei. wat verdere betalingen
betreft. Maar wat Italiëvooral weggeveegd wilde
zien: dat waren zijn eigen oorlogsschulden.
De Engelschen hadden blijkbaar gehoopt dit
onderwerp ter conferentie te kunnen vermijden.
Nu de Italianen erover begonnen, wilden zij hen
ook te woord staan. Zij zouden hun wijzen op
Inhoud:
1. Dr. M. van Blankenstein, Naar een accoord ie
Lausanne.
2. Melis Stoke, Het pers-planetarium, teekeningen
door S. Kraay.
3, B. van Vlijmen, Lausanne.
4. J. E. Stokvis Over Indië's nood.
5. Nico Rost, Martin Luis Guzmann W. F.
Dupont, Amerika wordt weder nat.
6. Dr. R. Feenstra, Bergseizoen.
7. Dr. Jac. P. Thijsse, Om de groote steden.
8.' O. v. Tussenbroek, Toegepaste kunst.
9. Prof. Dr. D. Cohan, Israëls wezen en willen.
10?11. Otto van Tussenbroek, Van Picasso tot
fotomontage.
12. Albert Heiman, Oudste lichting Vlaanderen.
13. Mr. H. Scholte, Dramatische kroniek.
15. C. A. Klaasse, Pourvu que ca dure ....
16. A. Plasschaert, Schilderkunst.
17. K. Araguez, Eet meer inktvisch, teekeningen door
Harmsen van Beek Theo van Reyn, Beeld
houwkunst.
18. Jan Qreshoff, Herinneringen van een diplomatiek
journalist.
19. Uit het kladschrift van Jantje Alida
Zevenboom, Croquante croquetjes.
20. Letterraadsel Charivaria.
Omslag: Spelproblemen.
Viooltjes
Voortreffelijke
chocolade in den
vorm van viooltjes.
Een specialiteit.
RINGER5
Let op den naam f
den achterstand van eenige milliarden guldens in
de betalingen waartoe zij verplicht waren geweest;
verder wilden zij hun onder het oog brengen, dat
Engeland hun indertijd zooveel voordeeliger
voorwaarden van betaling had toegestaan, dat de
voordeelen, die Frankrijk op het oogenblik door
de nieuwe afspraken verkreeg, daar lang niet tegen
op wogen.
Nu men het onderwerp echter eenmaal in be
handeling had genomen kon men niet het andere
onderwerp meer uit den weg gaan. waarvoor men
hier tot nog toe, met terecht toegepast
struisvogelbeleid, krachtig de oogen had gesloten. Het was
de afhankelijkheid, waarin de financiën van de
schadeloosstelling schrappende landen kwamen
van de houding der Vereenigde Staten in het
vraagstuk der staatsschulden. Dat men daar zoo
weinig rekening mee, had gehouden, was juist
geweest omdat wél ermede rekening houden toch
niets zou geholpen hebben, daar de pogingen,
om in dat opzicht voorwaarden aan de Duitschers
op te leggen, mislukt waren. Men had ze moeten
opgeven omdat er van de Duitschers voor dat doel
toch in geen geval nog iets te halen zou zijn.
Thans echter kwam de ?zaak in ander licht.
Wanneer iemand zoo.als Italiëeen onderlinge rege
ling' dei' oorlogsschulden vraagt, moet men er
over praten. Mac Donald begreep dat hij op den
avond van 7 Juli. zooals hij vast van plan was,
niet weg kon; Herriot heeft te Parijs laten
meedeelen dat hij niet voor Maandag a.s. do Kamer te
woord kan staan.
(Slot op pag, 2)