Historisch Archief 1877-1940
N o. 2876
De Groene Amsterdammer van 16 Juli 1932
19
Uit het kladschrift van Jantje
c»
tó'
'
I
«3.*
Croquanfe croquetjes
door Alida Zevenbootn
BW ?:?
1-1 *'
Wat is zoo'n crisis toch een raar
ding. Ik ben een oude vrouw en heb
al heel wat van die crisissen meege
maakt bij mevrouw zaliger. Dan kwam
wijlen meneer met een opgestreken
zeil van de Beurs, via de Groote Club,
thuis en dan was het eten niet lekker
en mevrouw was vervelend en de kin
deren Waren lastig en dan sloot hij
zich met het Handelsblad op in zijn
kamer en ging 's avonds uit en kwam
laat thuis. Maar hij verdiende toch
nog altijd wat aan zoo'n crisis want
zoo slecht kon het niet zijn of er was
op de Beurs nog wel een slag te
slaanDat hoorde ik wel als ik aan tafel be
diende en er gasten waren. Dat mooie
nieuwe Woord saamhoorigheid" was
toen nog niet uitgevonden en daar ik
niet zoo heel erg goed met mijn taal
ben, dacht ik eerst dat die saamhoo
righeid iets te maken had met
gehoorigheid wat niet zoo heel vreemd zou
geweest zijn want Mina, die vier en
twintig jaar bij mevrouw zaliger ge
diend heeft en nu nog een pensioentje
van meneer Pierre krijgt, al geloof ik,
als u mij vraagt, dat Mina hem beter
een pensioentje kan geven dan hij
haar, was van de week bij me en ver
telde dat zij in een nieuw blok achter
den Overtoom woont en als de buur
man drie en dertig huizen verder een
spijker in den muur slaat, Mina den
dreun in haar achterhoofd voelt en ik
vind dat een mooi voorbeeld van saam
hoorigheid. Maar het woord schijnt
meer te beteekenen dat wij bij elkaar
hooren en dat is pok mooi. Het heele
volk n groot gezin en allemaal elkaar
steunen en daarom is het ook zoo
mooi dat je in alle kranten lezen kan
dat je met je vacantie je geld in eigen
land moet verteren. En toen neef uit
de Commelinstraat de vorige week
proponeerde om er eens een paar
daagjes tusschen uit te gaan met
kleine Ali die wat bleek om haar neus
is en hij sprak van Belgiëof den Rijn,
toen heeft Tantetje gezegd" dat zij
tegen een klein reisje niets had maar
dan in het eigen, mooie land van wege
de saamhoorigheid. En daar ik zelf
een tikje aan nerveuse hoofdpijn lijd
en mijn pension toch half leeg staat,
had ik afgesproken dat wij een klein
uitstapje zouden maken door het
Geldersche waar wij ook nog familie heb
ben wonen. En toen heb ik gemerkt
wat saamhoorigheid beteekent! Wij
dat wil zeggen: neef en nicht en
kleine Ali en ik-zei-de-gek hadden
een eind gewandeld en ik miste om
elf uur erg mijn kopje koffie en zoo
stapten wij een cafébinnen en bestel
den voor allemaal wat. Ik natuurlijk
koffie. Ik liet neef afrekenen en toen
wij hadden uitgedronken en opston
den waren wij met de fooi n gulden
en twintig cent kwijt. Ik wou er wat
van zeggen maar neef schudde van
neen en zei later tegen me dat je dat
niet doen kon van wege de saamhoo
righeid en als ik er niet met mijn neus
boven op had gelegen toen hij afre
kende, want je kunt hem zoowel onder
als boven den gulden niet vertrouwen,
zou ik het niet geloofd hebben dat
zoo'n slap kopje koffie van chichorei
een kwartje kostte ! En een
biefstuk met aardappelen waarvan ik
de vezels van die biefstuk nog
in mijn verstandskies voel, kostte
twee gulden en neef vond dat heel
billijk, zei hij, want in Amsterdam
moet dat nog duurder zijn maar
daar kan ik niet over oordeelen. Ik
heb maar weer mijn mond gehouden
maar ik vind die saamhoorigheid op
die manier op den duur toch wel wat
duur. Het komt me voor dat er door
sommigen aardig wat aan die crisis
verdiend wordt en zoo zat ik van de
week bij mijn kapper ja, Aal heeft
haar eigen kapper en dat had mevrouw
zaliger ook nog eens moeten beleven !
Want wie liet in haar tijd zich gere
geld kappen en onduleeren? Alleen
de dames die niet veel bizonders wa
ren en bovendien wordt mijn haar
midden op mijn hoofd wat dun en
het oude beproefde middel, brandewijn
met een geklutst ei en een scheutje
cognac het is eigenlijk zonde van
de brandewijn en de cognac, zei
Bertus zaliger-nagedachtenis altijd
want je hebt zulk mooi dik haar en
dat had ik in zijn tijd en als het zoo
dun is geworden, dan is het van het
chagrijn over hem ik zeg: dat mid
deltje helpt me ook al niet meer en
daarom ging ik nog eens naar den
kapper om mijn vlechtje eens goed
onder handen te laten nemen. En toen
ik zoo zat te wachten, kwam er een
dame binnen en ging in het hokje
naast mij zitten en ik hoorde dat zij
een sigaret opstak en toen om Fran
cois riep. Frangois, dat is de Fransche
bediende, en toen Frangois bij haar
kwam, had u moeten hooren, hoe ze
te keer ging. Zij vertelde van haar reis
naar Weenen en Budapest in haar
auto en eiken dag had zij zich laten
onduleeren en ze had op n dag voor
vijf en twintig gulden gegeten en haar
koffer met twaalf toiletten was bijna
gekaapt in Weenen en Francois hoorde
ik alsmaar zeggen Oewie, madame",
en ze had zes paar schoentjes meege
bracht omdat die in Budapest zoo
goedkoop waren en toen ze onder de
pap zat, want Frangois had haar ge
verfd, begon zij te zingen, en ik moet
u zeggen dat ik van al die drukte stil
werd en heel voorzichtig ben ik weg
gegaan en toen ik langs Francois
kwam, kon ik me niet inhouden om te
vragen wie die dame eigenlijk was die
in dezen crisistijd zoo maar naar Wee
nen en Budapest reist en vier en twin
tig paar schoentjes mee brengt omdat
zij zoo goedkoop zijn en twaalf japon
nen bijna kan verliezen en er dan nog
genoeg over houdt en toen krulde
Francois zijn Fransche bovenlip
Dat is de vrouw van een heel bekenden
proletariër die over de crisis niet uit
gepraat raakt en die ik op een ver
gadering van kappersbedienden heb
hooren praten over onze uitbuiters dat
ik er bijna opstandig van werd." Maar
misschien heeft zij die zes en dertig
schoentjes uit Budapest meegebracht
voor de vrouwen van de werkloozen
van wege de. ... saamhoorigheid.
GRAND-H OTEL
ZANDVOORT-BAD
Grootste en voornaamste Hotel ter plaatse.
Telefoon 3 en 203. 120 kamers. 200 bedden.
Van 15 Juli?15 Aug. voll. pens. f 7 p.d.p.p.
Van 15 Aug.?15 Sept. f6. p.d.p.p. Alle
mogelijke comfort gerenomm. keuken.
Eigen garage groot parkeerterrein.