Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER
'Weekblad voor Nederland
Onder hoofdredactie van A. C. Josephus Jitta
Redacteuren: L. J. Jordaan, F. G. Scheltema en M. Kann. Secretaris der redactie : G. F. v. Dam
Keizersgracht 355, Amsterdam C - Telefoon 37964 - Postgiro 72880 - Gem. Giro G. 1000
Opgericht in 1877
No. 2877
Zaterdag 23 Juli 1932
De 40-urige werkweek
Voor vandaag: een droombeeld; ver
moedelijk de werkelijkheid van morgen
Op de jongste te Genève gehouden internationale
arbeidseonferentie en op tal van nationale en
internationale congressen van
arbeidersvakver«enigingen wordt als nieuwste leuze aangeheven:
de 40-urige arbeidsweek.
H'et bekende 8-urenlied, dat het ideaal predikt
van 8 uren werken, 8 uren slapen en 8 uren ont
spanning, blijkt reeds verouderd. Niet veel meer
<ian 10 jaar, nadat de 8-urige arbeidsdag nationaal
«n internationaal, in principe en voor een belangrij k
?deel ook in de werkelijkheid, aanvaard werd,
Tijst de vraag, of niet de huidige economische
toestand dringt tot de invoering van de 40-urige
.arbeidsweek, hetgeen ongeveer zou neerkomen
op den 7-urigen arbeidsdag.
Van arbeiderszijde wordt dat ideaal gepredikt
.als een van de meest doelmatige middelen om de
oplossing van. de crisis te bevorderen. Ben groot
?deel van de arbeiders is immers werkloos. Het
percentage werkloozen loopt zoo langzamerhand
tegen de 20 pOt. Voert men nu in het algemeen
de 40-urige arbeidsweek in, dan zullen er ongeveer
17 pCt. meer arbeiders aan het werk moeten
gaan, om dezelfde productie te krijgen. De invoe
ring van de 40-urige werkweek beteekent dus de
oplossing van het nijpende probleem der werk
loosheid.
Van ondernemerszijde wordt daarentegen aan
gevoerd, dat invoering van de 40-urige arbeids
week de moeilijkheden der ondernemingen zal
vergrooten, de crisis zal verergeren en de werkloos
heid zal vergrooten.
Wat is er van dit alles aan?
De geweldige vorderingen op het gebied der
techniek, die van de tweede helft van de 19e eeuw
«n van b,et eerste derde gedeelte der 20e eeuw
?een langen Sinterklaasavond vol verrassingen
hebben gemaakt, hebben geleid tot de invoering
van een sterk verkorten arbeidsdag, in een tempo
?dat nauwelijks iemand 40 en 20 jaar geleden,
toen dat vraagstuk in ons Parlement aan de
orde werd gesteld, voor mogelijk had durven
houden.
Ongeveer 40 jaar geleden voerde de wet den
11-urigen arbeidsdag in, doch alleen voor vrouwen
?en jeugdige personen en uitsluitend in fabrieken.
Toen 20 jaar geleden de Tweede Kamer een motie
aannam, waarin de geleidelijke invoering van een
10-urigen arbeidsdag ook voor volwassen mannen
werd gevraagd, Weigerde de regeering dien raad
op te volgen.
Doch nog geen 10 jaren later werd onder den
drang der tijdsomstandigheden onmiddellijk na
den wapenstilstand de 8-urige arbeidsdag door
de Wet afgekondigd, en niet uitsluitend in de
fabrieken en ook voor volwassen mannen, zij het
?ook, dat voor een aantal bedrijven, zooals winkels,
een langeren arbeidsdag werd toegestaan, omdat
de arbeid in die bedrijven geacht werd niet zonder
geregelde onderbrekingen plaats te vinden.
Aanvankelijk rees tegen deze zeer rigoreuze
beperking van de vrijheid der ondernemers een
fel verzet. Maar op dit oogenblik kan men geloof
ik constateeren, dat dat verzet vrijwel is verstomd
en dat de werkloosheid thans nog heel wat ernstiger
zou woeden, indien men niet te juister tijd de wet
op den 8-urigen arbeidsdag in werking had doen
treden.
Beteekent dat nu, dat men door nog n stapje
verder te gaan en door den arbeidsdag met nog
n uur te verkorten, de oplossing van de crisis
zal bevorderen?
* *
*
Het punt, waarom dit heele vraagstuk draait,
is de vraag, of met de verkorting van den arbeids
tijd gepaard zal gaan een evenredige vermindering
van het loon, dat de arbeider aan het eind van de
Week ontvangt.
Het socialistische lid van de Tweede Kanier,
de heer Kupers, tevens de leider van het machtige
moderne verbond van arbeiders, die een nuchter
man is getuige de bekende proeve van een Ziekte
wet, die mede zijn naam draagt en getuige zijn
lidmaatschap van het Nationaal Crisiscomit
heeft in Genève in het openbaar uitgesproken,
dat hij het niet voor mogelijk houdt, dat een zoo
ingrijpende verkorting van den arbeidsdag in
de huidige omstandigheden overal gepaard zal
kunnen gaan met behoud van hetzelfde inkomen
door de arbeiders.
Het is wat voorzichtig uitgedrukt, maar de heer
Kupers tikte bij die gelegenheid den spijker op
den kop.
Wil in de huidige omstandighed en een zoo ingrij
pende verkorting van den arbeidsdag bijdragen tot
vermindering van de crisis, doordat zij werk
verschaft aan vele werkloozen, dan zal zij in
den regel gepaard moeten gaan met een evenredige
verlaging van de loonen. 17 pCt. minder arbeid
en dus in den regel ook 17 pCt. minder loon.
Wie ook maar eenigszins met de sitviatie ver
trouwd is, weet, dat deze voorwaarde in de tegen
woordige omstandigheden zeker niet door de
arbeiders zal worden aanvaard. De arbeiders
hebben bijvoorbeeld in Twente na een feilen strijd
noode in een loonsverlaging van 10 pCt. berust,
terwijl desniettegenstaande eenige duizenden arbei
ders in dat bedrijf werkloos zijn geworden. Dat
deze arbeiders thans bovendien nog een loons
verlaging van 17 pOt. zouden aanvaarden, is
absoluut uitgesloten.
Moet dan de invoering van een 40-urige arbeids
week voor goed worden verwezen naar het rijk
der onmogelijkheden?
Allerminst. Ik acht het niet alleen mogelijk,
maar zelfs zeer waarschijnlijk, dat binnen enkele
10 tallen jaren dat nieuwe ideaal der arbeiders
zonder bezwaar in verwezenlijking zal gaan.
De ontwikkeling der techniek heeft haar hoogte
punt nog niet bereikt. Zij zal niet alleen een nieuwe
ingrijpende verkorting van den arbeidsdag mogelijk
maken, maar zij zal daartoe zelfs dwingen.
De techniek, de verkorting van den arbeidsdag
en de verhooging van de loonen beïnvloeden
elkander wederkeerig. Verkorting van den werk
tijd of verhooging van het loon wat voor den
Inhoud:
10
12.
13.
15.
16.
17.
18.
19.
20.
Mr. A. C. Josephus Jitta, De 40-urige werkweek.
Mr. M. Kann, Dvitschtand Melis Stoke,
Dierenvrienden, teekeningen Harmsen van Beek.
L. J. Jordaan, De toestand in Duitschland.
Dr. Th. H. v. d. Velde, Bibliographische
aanteekeningen.
Dr. Jac. P. Thijsse, Om groote steden.
Nico Rost,- Duitsche boeken.
Jurriaan Haas, Ned. industrie en Ned. Indië.
J. W. F. Werumeus Buning, Kroniek van den
dans.
11. A. Plasschaert en A. E. v. d. Tol,
Schilderkunst.
Albert Heiman, De poëzie van het knusse.
G. Simons, Nieuwe ster aan den operahemel.
C. A. Klaasse, Ottawa.
H. J. Peppink, Verkeerssignalen.
Charivarius, Godengesprekken.
K. Araguez, De roos van Vigo.
Alida Zevenboom, Croquante croquetjes Uit
het kladschrift van Jantje.
Letterraadsel Charii'aria Spelproblemen.
Viooltjes
Voortreffelijke
chocolade in den
vorm van viooltjes.
Een specialiteit.
RINGER5
Let op den naam f
ondernemer uit een economisch oogpunt op het
zelfde neerkomt, omdat het allebei beteekent:
verhooging van den kostprijs van de producten,
die hij vervaardigt dringt de ondernemers,
die de rekening sluitend moeten maken, tot het
in gebruik stellen van nieuwe machines, tot
grootere efficiency. Tevens maakt de techniek
het mogelijk, dat de menschheid voor heel wat
minder moeite in veel ruimere mate de beschikking
krijgt over de goederen, die zij behoeft.
In zooverre schuilt er een kern van waarheid
in de zoo geprezen en zoo gesmade theorieön van
Henry Ford. dat de arbeiders, die meer vrijen
tijd verkrijgen en hoogere inkomens genieten,
tevens de productie bevorderen, doordat zij meer
goederen consumeeren.
Wie zich goed rekenschap geeft van de situatie
van dit oogenblik, zal moeten erkennen, dat thans
een algemeene verkorting van den arbeidsduur
door de invoering van de 40-urige werkweek
onmogelijk is, omdat de daarvoor noodzakelijke
voorwaarde, een evenredige verlaging van het
loonpeij, onuitvoerbaar is.
Maar wie de ontwikkeling der sociale denkbeelden
en der techniek en haar invloed op elkander,
in de laatste halve eeuw nagaat, durft de voor
spelling wagen, dat wat op dit oogenblik een
utopie is, naar alle waarschijnlijkheid de realiteit
zal zijn van morgen.
A. C. JOSEPHUS JITTA