De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 30 juli pagina 17

30 juli 1932 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

Jeugdherbergen in Duitschland door Lies Jambroes Wat gisteren nog vol glorie was, heeft heden afgedaan. Ver slagen staat de mensch daartegenover; maar toch, ondanks alles, is er iets overgebleven dat den mensch doet inzien dat er meer is dan gejacht naar baantjes en bezit, dat de politiek niet tevreden en alle technische vooruitgang niet gelukkig maakt. In de vrije natuur vinden we onszelf terug, De natuur weet van niets, weet niets van den tegenzin in het leven die de opgejaagde mensch van heden heeft en tot haar moeten wij terug. Daarom heeft het Jeugdherbergwezen, i» het bijzonder voor de jeugdigen werkloozen en voor de andere jonge menschen, wien door den nood der tijden alles uit de handen genomen is, juist nu zulk een bijzondere opgave te vervullen: hen weder tot zich te laten komen, hun leven weder zin en doel te geven. Daarom moet het jeugdherbergwerk hulp geboden worden, het moet zijn doel, ondanks vele materieele hinderpalen, tege moet kunnen zien. De Gemeindebehörden" en ,Dorperschaften" in Duitschland zien vele gemeentebesturen er een eer in om in de onmiddellijke omgeving van hun stad of dorp _ een jeugdherberg te vestigen en geheel in te richten hebben Römerturm te Andernach ingericht als Jeugdherberg algemeen erkend, dat het Jeugdherbergwezen tot de noodza kelijkste dingen van tegenwoordig behoort en dat het daarvoor uitgetrokken bedrag niet verminderd worden mag. In schoolgebouwen, in huizen op het land of in de bergen speciaal voor jeugdherberg gemaakt of verbouwd, met alle comfort zooals douches, vaste waschtafels, stroomend koud en warmwater in eerbiedigwaardige oude torens, in hooge burchten met geschiedenis, welke honderden jaren neerblikken op vader Rijn met zijn speelgoeddorpjes aan zijn oever, dit alles wordt der jeugd voor slechtsweiniggeld( werkloozen beta len nog minder!) als een tweede Heim" gegeven. Bezoekt eens eenige van de 2100 Jeugdherbergen in Duitschland en ziet hoe daar de jeugd haar vrijheid en haar vacantie (nood wendige vacantie) doorbrengt. Er heerscht een prettige geest, daar is werk, omdat daar ieder voor zich zelf zorgen moet, maar met vroolijke gezichten en geen ontevredenheid. In het kort, het geeft het mooiste wat aan de jeugd gegeven kan worden: het wonder van het leven. Er kan gerust gezegd worden dat het trekken'' (wandern) specifiek Duitsch is, want in het laatste jaar waren er in de Duitsche Jeugherbergen meer dan 4.000.000 overnachtingen. Geen ander volk kent deze enorme toeneming van ..trekkers". De Duitsche .,Wanderlust" heeft een beweging geschapen.welke nu ook in andere Europeesche landen groote vooruitgang heeft. Het Duitsche Jugendwandern" is na den oorlog belang rijk toegenomen. Zoowel jongens als meisjes, scholieren, studenten, jeugdige arbeiders en ambtenaren hebben ont dekt welk een waar genoegen het is. In 1911, het eerste jaar der beweging, overnachttBU in 17 Jeugdherbergen ruim 3000 trekkers". Een niil ioen trekkers" bracht het jaar 1922. In 1929 bedroeg het aantal ongeveer 3.8 millioen. Maar ondanks het groote aantal Duitsche Jeugdherbergen zijn er toch ook nog vele noodherber gen". Ook deze moeten J.volgens de tegenwoordige hygiënische voorschriften ingericht wor den. En als deze noodherbergen" verbouwd zijn, dan is dat nog niét genoeg, er zijn nog wel eeuige duizenden Jeugd herbergen noodig om het jeugdherbergnet in de meest bezochte streken te sluiten. |p« Het Bijksministerie en het Pruisische Welvaartsministerie hebben aan steden, gemeenten en provincies den raad ge geven hun steun voor het jeugdherbergwerk te blijven geven. De verschillende toonaangevende" vereenigingen hebben dezen raad aanbevelend aan hun leden doorgegeven; de Duitsche pers werkt hard mee door het propa gandeeren e.d., verder worden alle leden en trekkers" aangespoord het jeugdherbergwerk door hun persoonlijke medewerk! ig te ondersteunen. Er zit leven genoeg in en dat is geens zins te verwonderen, want de Jeugdherbergen zijn onont beerlijk geworden. De jeugd heeft de dringende behotfta om zich in zelfstandig doen en laten te uiten, ze heeft v^rder de oefening van de eenvoudigste levenswijze noodig. Ze moet eindelijk aan de gedachte gewoon raken dat meneer is om elkaar te helpen en ieder in zijn soort te achten en dat het niet meer mogelijk zal zijn om alleen op eigen btlang uit te gaan. In de Jeugdherbergen moeten de,,heerenzoon tjes" en de ,,lieve dochtertjes" op eigen beenen staan. Daar is geen moeder of dienstbode die hun schoenen poetst, den rugzak inpakt, de kleeren afborstelt, het ontbijt klaarzet, de kousen of sokken stopt of hun gescheurde kleeren maakt. Daar moeten de jongens en meisjes zelf hun bedden opma ken, zelf de slaapzaal aanvegen, en zelf voor hun eten zor gen. Voor het naar bed gaan neemt ieder een douche (in de meeste Jeugdherbergen zijn douches aanwezig) en indien niet aanwezig in elk geval voor het naar bed gaan een voetenbad. Van half 10 tot 10 uur wordt er 's avonds ge meenschappelijk gezongen, meestal met begeleiding van een luit of gitaar, bespeeld door den herbergsvader of anders een van de trekkers" (de Duitsche trekker heeft de luit haast altijd bij zich). Op zoo'n avond zijn er vaak bijeen: Pranschen, Engelschen, Zwitsers, Duitschers, Hol landers en Belgen. De prettige geest die er dan ook heerscht doet onwillekeurig de vraag in je opkomen: zullen bij een nóg grooter toeneming van zulke internationale avonden in de Jeugdherbergen de diverse vredes- en herstelconferenties nog wel noodig zijn ? f Van 10 uur 's avonds af tot O uur 's mor gens is er rust. De de kens worden 's mor gens uitgeklopt en op gevouwen, zoodat het bed voor een volgenden trekker weer klaar staat en deze alleen maar zijn slaapzak uit zijn rugzak t i halen heeft of anders e9 slaapzak voor een weinig gtll moet huren om volgens het Huis reglement van zijn bed gebruik te maken; ~ nr?<? Ieder geeft in de: e gemeenschap wat hij waard is. Hetnioederskindje behoeft voor geen aparte behande ling bij de herbergsvader of -moeder aan te kloppen ! Zoo kweekt men. op pleizierige wijze, zelfstandige menschen! En met iedere verdere uitbreiding zal de sociale beteekenis van het Jeugdherbergwezen des te meer naar voren komen. De illustraties stellen voor, van boven naar beneden: Jeugclheiberg Landeshauptmann HorionHaus, Bad Godesberg a/Rhein, Marschiertor, Jeugherberg in Aken. (alleen voor jongens), Jeugdherberg in Altenahr, Jeugdderberg in Limburg-Lalm. Dagverblijf Runde Turm (Romer Turm), Andernach, Waschtuimte van jeugdherbevg :n Bad Godesberg K/Rh. Jeugdherberg Stahleck, Bacharacu ""?* l ?> -

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl