Historisch Archief 1877-1940
Vf 4*
fe>
'
Rapport'Wélter
De Groene Amsterdammer van 30 Juli 1932
No. 2878
Bezuiniging en verbetering
bij het onderwijs
door Dr. C. P. Gunning
Een verzoekschrift aan de regeering
In de voorstellen van de- Commissie-Welter,
die thans allerwege terecht de volle aandacht
vragen, worden uit den aard der zaak ook voor
het departement van Onderwijs eenige aanwijzin
gen gegeven om tot bezuiniging te geraken. Het
Was te verwachten dat vooral dit onderdeel van
onze staatsbegrooting een heele veer zou moeten
laten. De kosten van ons onderwijs zijn tot een
onduldbare hoogte gestegen. Het mes moet er
eindelijk eens flink in worden gezet.
Nu treffen ons hier eenige maatregelen
wij bedoelen de concentratie van L.O. en TJ.L.O.
scholen en de z.g. toepassing van de 45-schaal
die om meer dan n reden het nader bekijken
Waard zijn. En waar dezer dagen een verzoek
schrift aan de Begeering zal worden verzonden
dat juist hierop betrekking heeft, zij het mij ver
gund op de considerans van dat verzoekschrift
hier nader in te gaan.
Het merkwaardige feit doet zich voor dat in dit
regüest in de eerste plaats gepleit wordt voor een
belangrijke en dringend noodzakelijke verbetering
van ons L.O. een verbetering echter die tevens
zulk een aanmerkelijke bezuiniging op de kosten
van het L.O. tengevolge zal hebben dat andere
bezuinigingen, die inderdaad afbraak beteekenen,
(ik denk aan de voorgestelde versobering van
hét'nijverheids-onderwijs" een tak van dienst
die juist in deze crisis-tijden meer dan ooit behar
tigd dient te worden) daardoor wellicht uitgesteld
of zelfs geheel geschrapt zullen kunnen worden.
* *
*
Wij dienen ons allereerst te bevrijden van den
waan, dat de versplintering van ons lager onderwijs
uiteindelijk een gevolg is van de pacificatie. Met
cijfers kan worden aangetoond dat dit niet juist is.
Dat wij stikken in een onmogelijk groot aantal
kleine schooltjes en daaraan tevens ons goede
geld weggooien heeft een andere, duidelijk
aanwijsbare oorzaak. Naast een typisch
Hollandache bevolkings-mentaliteit, die aan eigen kleine
knusse buurt-schooltjes de voorkeur doet geven,
zien wij als bron van alle ellende de afschaffing
van het ambulantisme door de opneming van het
in zijn consequenties blijkbaar onoverdachte amen
dement-Ossendorp in art. 27, IV der wet 1920,
voorschrijvende dat elk hoofd van een Openb.
School aan een eigen klasse moest worden ver
en gebonden. Dit is alleen mogelijk aan niet te
groote scholen.
Zoodoende werden na 1020 in alle centra ten
koste van vele millioenen belastinggeld en met
niets dan nadeel voor het onderwijs alle groote
scholen gesplitst. Daaraan voornamelijk is het te
wijten, zooals met cijfers kan worden aangetoond
(immers het groote scholen-accres blijkt niet te
liggen bij het Buitengew. Onderwijs, maar juist
bij het Openb. Onderwijs, is dus ook niet te wijten
aan de Pacificatie) dat het aantal L.S. op angst
wekkende wijze toenam. In de laatste 10 jaar
kwamen er evenveel bij als tevoren in 40 jaar,
n.l. ongeveer 2000, waardoor het totaal thans de
8200 overschrijdt. In Amsterdam, waar men reeds
in 1915 met deze versplintering van het Openb.
Onderwijs begonnen was ter wille van de afschaf
fing van het ambulantisme, steeg het aantal L.S.
U.L.O. en M.U.L.O. inbegrepen van 189 in
1914 tot 381 in 1929 voor resp. iets onder en boven
de 64.000 leerlingen ! In andere steden en ook ten
plattelande is de toestand in wezen niet anders.
De meest ongunstige factor hierbij is nog dat
dit bijna alle inrichtingen zijn van dorpsschool-,
formaat". Terwijl juist ons land met de dichtheid
van zijn bevolking een unieke gelegenheid biedt
om bij doelmatige schoolorganisatie het vooitref
felijkste onderwijs te verbinden aan het laagste
kostengemiddelde per leerling, door het inrichten
van groote woonbuurt- en streekscholen met half
jaarklassen onder leiding van ambulante school
hoofden. Dit is dan ook de kern der hervorming
in het hierboven bedoelde verzoekschrift bepleit.
Wij laten nu rusten dat de bezuiniging die hierdoor
kan worden verkregen zelfs nog aanmerkelijk
verder gaat dan het bedrag dat de
commissieWelter op Onderwijs" wil korten. Wij vertrouwen
dat dit feit tengevolge zal hebben dat talloos velen
in den lande en dat van elke richting en partij
zich achter deze actie zullen scharen. Voor ons
ligt het aantrekkelijke van het voorstel bovenal in .
de verbetering, die langs dezen weg zal kunnen
worden verkregen.
Elders mocht ik reeds uitvoerig uiteenzetten,
aan de hand van statistisch cijfer-materiaal, hoe
ver de dwaze splitsing in kleine schooltjes bij ons
Openbaar Onderwijs reeds is doorgedrongen, en
hoe op betrekkelijke eenvoudige wijze (schrapping
van artikel 27, IV uit de wet 1920 en aanstelling
van ambulante schoolhoofden voor elke
woonbuurteenheid) de zoo dringend noodzakelijke concentra
tie (waarop ook het rapport-Welter schijnt aan te
dringen) kan worden verkregen. Ik moge thans hier
ter plaatse nog eens de voordeelen belichten, welke
uit algemeen opvoedkundig oogpunt van groote
Woonbuurt- en streek-scholen verwacht mogen
Worden.
Dit wordt mij makkelijk gemaakt door een
artikel, dat niet lang geleden verscheen in het
Schoolblad, het orgaan van het Ned.
OnderwijzersGenootschap. Wie geen vreemdeling is in het
Onderwijs-Jeruzalem, weet dat in de eerste plaats
van deze zijde instemming met het plan dat
hierboven werd bepleit mag worden verwacht!
Des te verheugender is het in genoemd orgaan
(van 10 Maart j.l.) van de hand der Redactie een
onomwonden instemming te lessen met het ge
grond en gerechtvaardigd verzet tegen de inderdaad
belachelijke zes-klassertjes" in onze groote ste
den." Zij acht de (paedagogische) nadeelen ver
bonden aan dit dorps-school-formaat" en aan
het afsnijden van de 7de en 8ste leerjaren van de
scholen, waarvan ze de natuurlijke afsluiting
behoorden te vormen, onbetwistbaar. En zij stelt
duidelijk in het licht, welke eischen vooral in de
volksbuurten van de groote steden aan de scholen
gesteld moeten worden.
De groote stad heeft geen plaats voor kinderen,
staat vijandig tegenover het kinderleven, laat
het kinderleven niet tot zijn recht komen, gunt 't
niet de noodige ruimte en lucht en veiligheid om
zich te kunnen ontplooien. Wie deze toestanden
kent, denkt zich de volksschool als een vrijplaats
te midden van iedere volksbuurt, een vrijplaats
die behalve school in engeren zin een toevlucht
is voor het kinderleven, dus is uitgerust met speel
velden en speelzalen, schooltuin met zandbakken,
gymnastiek en arbeidszalen; een kinder-oase,
waar tegelijkertijd de moderne onderwijs-eischen
door gelegenheid tot differentiatie naar aanleg
en geschiktheid, door gelegenheid zonder extra
hooge kosten voor een zekere mate van differen
tiatie van leerkrachten, ton behoeve van gymna
stiek, zang, teekenen, handenarbeid, enz
waar die gerechtvaardigde eischen haar kans zoud.en
krijgen, wat door 't huidige formaat der schooltjes
(wij citeeren) als finaal uilyesloten moet worden
beschouwd.
Zeer juist. En er ware hier nog heel wat meer
aan toe te voegen. Alleen groote scholen, onder
deskundige leiding van bekwame hoofden zooals
ons land ze gelukkig in grooten getale kent
die dan weer ambulant" zijn. kunnen zijn wat
elke school wezen moet: een laboratorium waar
ten bate van het kind gewerkt, en gezocht en
gestreefd wordt, waar de verbetering en vernieu
wing, die ons onderwijs voortdurend
behoeft(vooral in deze critieke tijden !) van binnen
uitkan worden gestuwd.
Wij hebben ons in handel en nijverheid in korten
tijd leeren aanpassen aan groote bedrijven".
Vergeleken bij de vroegere kleine huis-bedrijfjes"
kan men hier voor alle partijen, niet in de
laatsteplaats voor den arbeider, zoowel technisch als
sociaal slechts winst constateeren. Op
schoolgebied zal het niet anders gaan. De leiders zullen
gevonden worden, evengoed als de captains of
industry". Ook in het buitenland bleek overdui
delijk dat de dringend noodzakelijke emancipatie
en verbetering van de L.S. niet geremd, veeleer
bevorderd werd door groote woonbuurt-scholen
En dat vooral ten onzent een soortgelijke ver
betering ook ten plattelande gemakkelijk doorge
voerd kan worden door het inrichten van grootet
streek-scholen, valt niet moeilijk te bewijzen.
Tentoonstellingen
Kunst op Zolder, Amsteldijk 70,
AmsterdamNieuwe werken van oude en nieuwe
deelnemersTot l Augustus.
Kunsthandel Huinck en Scherjon. Werken door
Tijdgenooten. Tot l Augustus.
Kunstzaal d'Audretsch, Den Haag. Tentoon
stelling van een groep Pransche schilders. Tot l
AugGemeente Museum, den Haag. Schilderijen
vanVan Gogh. Tot l Aug.
Kunstzaal Hoogendijk en Co.,
AmsterdfimZeventiendeeuwsche schilderkunst. Tot
AugKunstzaal de Boer, Amsterdam. Jubileumten
toonstelling. Oude 'Kunst. Tot 20 Aug.
Kunstzaal van Lier, Amsterdam.
Zomertentoonstelling van werken van Van Herwijnen,.
Hynckes, Henriet, Schuhmacher en v. d.
VeldeTot 20 Aug.
Kunstzaal A. Vecht, Amsterdam. Tentoonstel
ling moderne Nederlandsche schilders. Tot l Sep
tember.
Kunstzalen Frans Buffa en Zonen,
AmsterdamAmsterdamsche stadsgezichten door G. H. Breitner,.
Tot l September.
Arti et Amicitiae, Amsterdamsche Stadsgezich
ten. Tot l September.
Rijksmuseum, Amsterdam.
Rembrandttentoonstelling. Tot 4 September.
Stedelijk Museum, Amsterdam.
HedendaagscheNederlandsche schilderkunst. Tot 4 September.
ZOMER
DEKENS
1.30x2.00
METER
O 55
DEN HAAO
AMSTERDAM
ROTTERDAM