Historisch Archief 1877-1940
N o. 2879
De Groene Amsterdammer van 6 Augustus 1932
15
Maatschappelijk hulpbetoon
in Amerika
door Ir. F. W. L. Scheltema
Het handelsverdrag
Nederland-Belgi
A
l
l, t;
Crisls-comité's
HET organiseerend vermogen van de Ameri
kanen blijkt, zooals op velerlei ander terrein,
ook op dat van maatschappelijk werk. Wanneer men
in den crisistijd veel nood afdoende moet bestrij
den, is het goed en nuttig, kennis te nemen van
de werkwijzen, die hier worden gevolgd, en waaraan
een saamhoorigheidsgevoel ten grondslag ligt,
dat lij ons helaas wel eens wordt gemist, waar
groote verdeeldheid tusschen groepen met ver
schillende levensbeschouwing heerscht, die hier
samengaan voor het goede doel. De laatste de
cenniën heeft in Amerika een beweging vasten
voet gekregen, die hier van het duidelijkste bewijs
is: die der z.g. community chests en community
councils, en het laat zich aanzien, dat het hoogte
punt van de ontwikkeling nog niet is bereikt. Het
doel ervan is, om waar en voor zoover mogelijk
een samengaan van vereenigingen en instellingen,
die zich met maatschappelijk werk bezighouden, te
bevorderen. De lichamen waarin men deze gedach
ten vindt uitgewerkt zijn de community chests
«n de community councils.
De oudste community chests bestonden reeds
voor den oorlog, al heeft deze aan de ontwikkeling
ervan den grooten stoot gegeven. De beweging
begon in Denver, toen aldaar in 1887 een ge
meenschappelijke financieele campagne door de
liefdadige instellingen van de stad werd gevoerd.
In 1910 ontstond in Elmira in den staat
NewYork de eerste community council: de Federation
of social agencies. In 1917 waren er al 4 steden die
organisaties hadden voor het voeren van een ge
meenschappelijke financieele campagne door lief
dadige instellingen, welk aantal in 1929 tot 335
was gestegen. De chests bevinden zich zoowel in
kleine plaatsen van 5000 inwoners als in de groote
steden; alleen in Boston, New York en Chicago
heeft men nog niet tot de oprichting van een der
gelijke chest kunnen geraken.
Er is een scherp onderscheid tusschen de
community cTiests en de c:>mmunity councils.
De eerste bemoeien zich bijna uitsluitend met
de financiering van gelden voor maatschappe
lijke doeleinden beschikbaar gesteld en met
de inzameling hiervan, terwijl de laatste
meer leidend en organiseerend optreden. Merk
waardig genoeg is een instelling, eenigszins te
vergelijken met de community chests (letterlijk
gemeenschapskas) vroeger in Europa ook bekend
geweest. Liither organiseerde reeds in 1523 een
gemeenschappelijke kas voor déarmen volgens
een bepaald plan. De gelden hierin gestort beston
den uit voormalige vrijwillige en verplichtte
kerkelijke bijdragen. De latere Duitsche wet
geving heeft deze regeling als voorbeeld ge
bruikt. De chest in Liverpool verschilt in zoo
verre van de Amerikaansche instellingen van
dien naam dat deze alleen gezamenlijk de gelden
inzamelt voor de aangesloten vereenigingen en
instellingen, zonder zich met de verdeeling in te
laten. Het beginsel van de Amerikaansche chest
is toch, dat gezamenlijk de gelden worden inge
zameld en geadministreerd, terwijl de sommen
worden toegewezen naar de van te voren opge
maakte en ingediende begrooting der aangesloten
,,agencies." Zijn er gelden te kort of over, dan
geschiedt de toewijzing naar verhouding van de
budgetten. De algemeene administratiekosten
worden zoodoende naar gebleken is van 15?20pCt.
tot 5J?O pCt. teruggebracht. Om tot de chest
te kunnen toetreden stelt men aan da
candidaatinstituutsleden meestal de volgende eischen. Zij
moeten zich met persoonlijk sociaal werk (social
case work") bezighouden, hunne rekening onder
controle van een accountant stellen, statistieken
en levenlijsten bijhouden en periodieke (meestal
maandelijksche) staten van inkomsten en uit
gaven overleggen. De inzameling der gelden heeft
ns per jaar door de chest plaats, wat dan ook
meestal met zich brengt, dat de leden der chest zich
verplichten zelf geen verdere inzameling op touw
te zetten. Het werk der chests wordt gedurende
de campagne door een groot aantal vrijwillige
medewerkers gedaan. In 1931 bedroeg dit bijv.
in Washington 7500. De vaste staf is daaren
tegen flink gesalarieerd, zoo heeft de directeur
in Washington een jaarwedde van $ 10000. De
kantoorruimte wordt tot een minimum terug
gebracht. Voor dat de openbare campagne begint
tracht men eerst vast een som door groote in
schrijvingen bijeen te krijgen (zgn. special gifts").
Gedurende de eigenlijke campagne wordt geld
zoowel door inzameling in kantoren en werk
plaatsen als huis aan huis bijeengebracht, terwijl
men het ook zelf kan verzenden. Alles behoeft
niet ineens betaald te worden. Naar het schijnt
komen misbruiken voor, doordat onder bedreiging
van ontslag in winkels enz. de bedienden tot
in?schrijving worden gedwongen. Dit werpt wel een
schaduw op de overigens zoo mooie organisatie,
die daarmede echter nog niet is veroordeeld.
Straatcollecte ligt niet in : de bedoeling. Alle
klassen der bevolking met eenigen finantieelen
draagkracht doen mede, zoodat de opbrengst
soms wel 4?8 4.50 per hoofd der bevolking
bedraagt. Het is hierbij opmerkelijk dat de
minder goed gesitueerden naar verhouding het
meeste bijdragen. Een eigenaardigheid is nog,
van zeer groot belang voor Holland bij eventueele
navolging dat men zelf kan bepalen hoe men
zijn gift besteed wenscht te zien, waarbij men
op het inschrijvingsbiljet de te begunstigen in
stelling kan aangegeven. Dit zou in Nederland
samenwerking tusschen verschillende politieke en
godsdienstige richtingen mogelijk maken, wat in
Amerika zeer veel voorkomt, hoewel nog niet
overal en ulgemeen. Bij het inzamelen wordt ruim
met propagandaliteratuur gewerkt, terwijl de
pers groote aandacht aan de aangelegenheid
besteedt en gedurende de campagne de opbrengst
cijfers publiceert.
Men is in Amerika allerminst blind voor de
nadeelen, die de community chest kunnen aan
kleven en men heeft die dan ook zooveel mogelijk
trachten te verhelpen. Het bestuur van de chest
heeft zich wel eens bemoeid met het opmaken
van het programma der afzonderlijke instel
lingen, terwijl bepaalde groepen te veel invloed
verkregen. Een groot psychologisch bezwaar,
is het gevaar, dat het sociale werk gemechani
seerd zal worden en er de persoonlijke factor
aan gaat ontbreken. Doch hierbij moet men
bedenken, dat het publiek invloed heeft op het
besteden van zijn gift, zoodat hier althans ruimte
is gelaten voor individueel inzicht. Hiertegenover
staat evenwel als voordeel, dat, zooals uit de
ervaringen, in Amerika opgedaan, is gebleken.
de verdraagzaamheid tusschen de verschillende
kerkelijke richtingen is toegenomen. De commu
nity councils zijn lichamen, die /,ich meer met
het eigenlijke werk der maatschappelijke instel
lingen inlaten, en regelend en adviseerend op
treden. Zij nemen soms den vorm aan van clearing
house tusschen hulpbehoevenden eri hulpbiedende
instellingen. Een zwerver zal zich bijv. bij een der
aangesloten instellingen aanmelden om onder
dak. Heeft de betrokken instelling geen plaats.
dan wordt het centrale butfeau hiervan telefo
nisch in kennis gesteld en de persoon tracht men
ergens anders logies te verschaffen. Naast deze
dagelijks voorkomende werkzaamheden staan
andere, van meer algemeen belang, zooals het
instellen van onderzoek naar de maatschap
pelijke toestanden, het uitgeven van rapporten en
adresboeken van maatschappelijke instellingen,
welke laatste bijv. bestaan voor New-York,
Boston, Los Angelos en andere steden, het op
stellen van redelijke eischen, waaraan instellingen
moeten voldoen en dergelijke.
De community chests en councils hebben ter
bevordering van hunne gemeenschappelijke be
langen zich aaneengesloten tot de Association
of community chests and councüs gevestigd te
New York.
Zoo juist_ is de tekst gepubliceerd van het
Nederlandsch-Belgische handelsverdrag.
De verdragsluitende partijen komen overeen,
niet over te gaan tot verhooging van bescher
mende rechten of invoering van nieuwe tarieven,
niet alleen t.o.v. elkander, doch zelfs t.o.v. alle
staten, met welke zij handelsverdragen hebben
gesloten, tenzij deze staten zelf door nieuwe tarieven
ernstig afbreuk zouden doen aan de belangen der
beide contractanten.
Voorts zullen de beide partijen op het «ogenblik
dat het verdrag in werking treedt, de invoerrechten
met 10 pCt. verlagen. Daarna zullen nog vier
jaarlijksche verlagingen van 10 pCt. volgen. De
tarieven zullen evenwel niet verder gereduceerd
behoeven te worden dan tot 4 pCt. ad valorem
voor halffabrikaten en tot 8 pCt. ad valorum voor
afgewerkte productie.
Het groote algemeene bela.ng van de overeen
komst is gelegen in het feit, dat deze de stervende
vrijhandelsgedachte in Europa een zoo krachtige
injectie'toedient, dat men aan de overleving van
deze gedachte niet langer behoeft te wanhopen.
Zelfs in Nederland, het laatste bolwerk van den
vrijhandel, hebben de meest overtuigde
vrijhandelaren onder pressie van buitenlaudsche
dwangen noodmaatregelen tenslotte de onvermijde
lijkheid van een min of meer actieve" handels
politiek moeten aanvaarden. Deze noodlottige
factor vindt thans een ruime compensatie in
het nieuwe handelsverdrag, dat getuigt van een
buitengewone liberale mentaliteit.
Immers het verdrag betrekt practisch alle mo
gendheden in zijn interessesfeer. Het komt ver
uit boven een enghartig streven naar uitsluitend
nationale belangen. Zonder daarvoor eenige com
pensatie te ontvangen, verbinden Nederland en
Belgiëzich, om ook de invoerrechten niet te
verhoogen, t.o.v. landen, die niet aan het handels
verdrag deelnemen. Een dusdanige geste kan als
een precedent beschouwd worden in de geschiedenis
van de economische ontwikkeling van Europa.
Een lacune in het verdrag is, dat voorloopig
nog ruimte wordt gelaten voor contingentaeringen.
. De geest van het handelsverdrag in aanmerking
nemende, zou men evenwel mogen veronderstellen,
dat de regeeringen van de beide landen, wat
coritigenteering van de wederzljdsche producten be
treft een angstvallige soberheid zullen betrachten.
Wij/en wij er ten slotte op, dat Belgiëvoor
Nederland een van de belangrijkste handelsrelaties
is, hetgeen moge blijken uit volgende cijfers:
in duizend guldens
Totale uitvoer van Nederland
in 1031 1-12(5.387
waarvan naar
Duitschland 2(57.548
België171.547
Engeland 328.048
Frankrijk :. . . . 200.431
Amerika 34.195
Nedei'l.-Indië94.288
Totn'e ini-cer 1931 2500.785
Duitsohland 770.71.0
Belidël 98.3(18
Engeland 459.485
Frankrijk 107.784
Amerika 24(5.172
Nederl. Indië81.148
De voornaamste Xederlandsche
uitvot-rproducten, die 1931 naar Belgiëgingen en welke
uiteraard door de nieuwe overeenkomst btgunstif/d
worden, zijn de volgende:
Yisch / titi. 125.000
Vleeseh 23.014.000
Boter 5.322.000
Kaas 17.851.000
Div. Dierlijke production ,, 60.210.449
Aardappelen 8.239.000
Steenkool 23.82(1.000
Plantaardige oliën 7..81 7.000
Stoffen en weefsels ., 5.033.000
H. T